Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
is wakker geworden en deelt dat de wereld luid kraaiend mede. Milan weet niet waar <strong>het</strong><br />
geluid vandaan komt. Waar zou die haan wonen? Misschien bij dat huisje aan <strong>het</strong> einde van<br />
de straat, dat waar Milan telkens langs is gelopen wanneer hij <strong>het</strong> dorp uit wandelde in de<br />
richting van <strong>het</strong> grote huis. Dat is een lollig klein huisje, net iets uit Hans en Grietje, vindt hij.<br />
Popperig, alsof er een piepklein oud en krom vrouwtje zou wonen. Dat is alleen helemaal niet<br />
<strong>het</strong> geval, er wonen twee jonge mensen in. Milan zag ze van de week, toen zaten ze buiten.<br />
Hij loopt er heen. Het is <strong>het</strong> allerlaatste huis van <strong>het</strong> dorp en staat een eindje van de straat af.<br />
Misschien is <strong>het</strong> vroeger wel een boerderij geweest. Het heeft een rieten dak en de tuin staat<br />
vol bloemen. Het geheel doet Milan denken aan een Engels schilderij dat bij zijn ouders in de<br />
gang hangt, daar staat net zo’n soort huisje op.<br />
Ja, nu hoort hij kippen gezellig kwebbelen. Dan zal die haan <strong>hier</strong> ook wel wonen.<br />
Milan wandelt aan <strong>het</strong> huis voorbij. Hij hoort de kippen wel. Maar hij ziet ze niet. Het<br />
kippenhok zal wel ergens aan de achterkant van <strong>het</strong> huis zijn. Daar gaat hij niet heen, straks<br />
hebben die mensen ook nog toevallig een waakhond, je weet maar nooit. Aarzelend blijft hij<br />
even midden op de weg staan.<br />
Het dorp houdt <strong>hier</strong> op en een roze ochtendhemel lokt Milan de velden in.<br />
Mooi, vindt Milan, al die zachte kleuren. De nacht heeft <strong>het</strong> felle groen uit <strong>het</strong> gras<br />
weggetoverd en de ochtendschemering geeft <strong>het</strong> maar aarzelend terug. Alleen vlak voor<br />
Milans voeten lijkt <strong>het</strong> weiland de normale kleur te hebben, in de verte wordt <strong>het</strong> blauwer en<br />
blauwer, tot <strong>het</strong> in een witte mist verdwijnt. Milan besluit die mist eens even van dichtbij te<br />
gaan bekijken.<br />
Hij heeft al een flink eind gelopen, als hij merkt dat <strong>het</strong> zo niet werkt. De mist is altijd<br />
verderop, je kunt er niet heen lopen. Als hij zich omdraait, ziet hij dat er nu mist achter hem<br />
is, <strong>het</strong> hangt rond de huizen van <strong>het</strong> dorp. Dat is gek. Toen hij zelf in <strong>het</strong> dorp stond, leek de<br />
mist boven de weilanden te hangen en nu hij zelf in <strong>het</strong> weiland staat, hangt de mist bij de<br />
huizen. Blijkbaar kun je mist niet zien wanneer je er te dichtbij bent. Dit soort mist niet, in elk<br />
geval, <strong>het</strong> is een fluwelige ochtendnevel, die vlak boven de grond hangt. In de verte ziet Milan<br />
een paar koeien zonder poten, alleen hun zware lijven en koppen steken boven de witte nevel<br />
uit. Milan vraagt zich af of de mensen van <strong>het</strong> dorp, als die toevallig uit hun raampjes zouden<br />
kijken, nu in <strong>het</strong> weiland een jongetje zonder benen zouden zien lopen.<br />
Hij is nu vlak bij <strong>het</strong> bos. Vroeger hoorde dat bos bij <strong>het</strong> landgoed en de mensen van <strong>het</strong> grote<br />
huis gingen er in jagen, dat heeft de buurman hem verteld. Hij vertelde ook dat <strong>het</strong> bos toen<br />
veel groter was dan nu, er is inmiddels niet veel meer van over. In de loop der jaren zijn er<br />
telkens stukjes afgesnoept omdat er grote, nieuwe woonwijken aan de dorpen in de omgeving<br />
geplakt werden en er brede wegen voor alle auto’s doorheen moesten worden gelegd. Nu is<br />
<strong>het</strong> bos nog maar net groot genoeg voor een zondagmiddagwandelingetje, zegt de oude<br />
buurman. Of voor een woensdagochtendwandelingetje, denkt Milan.<br />
Tussen de bomen hangt dezelfde nevel en maakt er zo een sprookjesbos van. Het is geen<br />
donker bos, niet angstaanjagend of somber zoals sommige dennenbossen waar Milan wel eens<br />
met zijn ouders in gewandeld heeft. Het is licht en vrolijk. De bomen staan ver uiteen en laten<br />
<strong>het</strong> vroege zonlicht door hun takken op <strong>het</strong> geelgroene mos vallen.<br />
In een opwelling trekt Milan zijn sandalen uit. Het mos ziet er zo zacht en licht uit. Op blote<br />
voeten loopt hij verder. Het mos is vochtig van de dauw en veert onder zijn voetstappen. Als<br />
Milan zich voorover buigt, ziet hij honderden minuscule druppels aan de kleine sprietjes<br />
hangen. Bijna oneerbiedig om daar zomaar met je blote voeten overheen te stampen. Hier<br />
zouden elfjes moeten wonen, in dit bos. Niet dat hij echt in zulke wonderwezens gelooft, maar<br />
toch... Hij kijkt om zich heen. Nee, <strong>het</strong> zou hem eigenlijk helemaal niet verbazen als er kleine,<br />
lichtvoetige schepseltjes uit de witte nevelslierten te voorschijn zouden springen.<br />
18