Nederlandschen Journalisten-Kring
Nederlandschen Journalisten-Kring
Nederlandschen Journalisten-Kring
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
van f 149.14, maar aangezien het begon met een batig saldo<br />
van f 478.60» (het restant van een verkocht effect) ziet men<br />
daaruit, dat we reeds over het vorig jaar een tekort hadden<br />
van f 627.74 s . Uit dit cijfer volgt al, dat gedurende het<br />
loopende jaar het verlies veel grooter zal zijn, want wèl werden<br />
de contributies met f 2.50 verhoogd, maar de uitgaven namen<br />
nog in heel andere verhouding toe.<br />
Het orgaan b.v. is een groote uitgaaf-post. De grootste.<br />
En dit spreekt van zelf. Het is het eenige geregelde middel<br />
van contact tusschen de leden en het geld er voor is wèlbesteed.<br />
Wij willen echter met een enkel cijfer aantoonen,<br />
dat wij den omvang van het orgaan zooveel mogelijk hebben<br />
beperkt. Er verschenen tot dusver in het loopende jaar<br />
21 nummers, in totaal 173 bladzijden. Dat is gemiddeld<br />
8 bladzijden per nummer. Aangezien de algemeene vergadering<br />
heeft beslist, dat uit de kas van den <strong>Kring</strong> ten hoogste<br />
8 bladzijden per nummer betaald worden, ziet men uit het<br />
meegedeelde, dat wij ons precies aan dat cijfer gehouden<br />
hebben. Toch was dat uiterst moeilijk. Want van de 173<br />
bladzijden waren er liefst 74 gevuld met officieel nieuws,<br />
zoodat de redacteur voor 21 nummers slechts 99 bladzijden<br />
had om vrijelijk over te beschikken. . Dat is ongeveer 4Y2<br />
bladzijde per nummer. Ieder zal toegeven, dat dit toch<br />
eigenlijk geen toestand is. Maar terwille van de <strong>Kring</strong>kas<br />
hebben wij ons zeer beperkt.<br />
Hier komt nog iets bij. Wij hadden n.1. de beschikking<br />
over het Maandblad-fonds. De stand van dit fonds over 1919<br />
was op 1 October j.1. aldus:<br />
Bijdragen f 488.60<br />
Advertenties . . . . „ 69.50<br />
f 558.10<br />
Wij hadden het recht, om over dit bedrag vrijelijk te<br />
beschikken, teneinde het orgaan uit te breiden. Welnu, van<br />
dat recht hebben wij ten bate van de <strong>Kring</strong>kas zoo goed als<br />
geen gebruik gemaakt. Wel hebben we het nummer, waarin<br />
het verslag van het <strong>Kring</strong>feest verscheen (35-jarig bestaan)<br />
een eenigszins bijzonder karakter gegeven door bijvoeging van<br />
enkele foto's, maar wanneer men dit uit het Fonds betaalt,<br />
en wanneer men er desnoods ook nog uit zou willen betalen<br />
de twee extra-nummers, ieder van 4 pagina's, die over de<br />
salaris-regeling verschenen zijn, dan nog blijft er een aardig<br />
batig saldo over, dat op het eind van dit jaar vermoedelijk<br />
uit het Fonds in de <strong>Kring</strong>kas zal worden gestort. Men zal dus<br />
toegeven, dat de redacteur de uitgaven voor het orgaan zooveel<br />
mogelijk binnen de perken heeft gehouden. Desniettemin zijn<br />
die uitgaven zèèr aanzienlijk, want de prijs is sinds vroeger met<br />
meer dan 100 % gestegen.<br />
Een andere zèèr belangrijke en zèèr toegenomen post is die<br />
voor bestuurs- en commissievergaderingen. Deze stijging houdt<br />
direct verband met de zich meer en meer uitbreidende bemoeiingen<br />
van den <strong>Kring</strong>. Het Bestuur kwam herhaaldelijk<br />
bijeen. De salaris-commissie vergaderde telkens, in Amsterdam,<br />
Utrecht, den Haag. De reis- en verblijfkosten zijn hoog,<br />
zoodat ook deze post een belangrijk cijfer zal aantoonen.<br />
Voorts hebben we dit jaar ons 35-jarig bestaan gevierd l )<br />
en eischte de Reglements-herziening geld voor extra-drukwerk.<br />
Met andere woorden: aan het eind van het jaar zal de<br />
rekening een zeer aanzienlijk tekort aanwijzen. En daartegenover<br />
staat alleen het bezit van de bovengenoemde twee effecten,<br />
waarvan de koers zeer is gedaald.<br />
Wat te doen?<br />
Het volgend jaar treedt de nieuwe contributie-regeling in<br />
werking. Men stelle er zich geen wonderen van voor. De<br />
uitgaven blijven toenemen, de plaatselijke vereenigingen vragen<br />
vergoeding van onkosten voor gedelegeerden en afgevaardigden,<br />
en de meerdere bate van de nieuwe contributie zal o. i.<br />
niet voldoende zijn om de weegschaal van onze financiën in<br />
evenwicht te brengen. Dat moet intusschen worden afgewacht.<br />
Het feit waarmee we nu te maken hebben is, dat we het<br />
vorig jaar hebben gewerkt met een verlies van ruim f 600,<br />
(hetwelk intusschen grootendeels kon worden gedekt door<br />
het saldo van een verkocht effect) en dat over het loopende<br />
en zooveel duurdere jaar het tekort nog veel grooter zal zijn.<br />
De financieele toestand van den <strong>Kring</strong> is dan ook niet<br />
rooskleurig.<br />
Wie ziet er iets op? Een gala-voorstelling? Verkoop van<br />
bloemetjes op straat? Of wat anders?<br />
Wij zouden de zaken voorloopig nog gaande kunnen houden.<br />
De twee effecten verkoopen op een gunstig oogenblik, en<br />
: ) De meeste leden bleven nog steeds in gebreke den Penningmeester<br />
de verschuldigde f 1 te zenden voor het Gedenkboekje.<br />
Waarom toch? Do it noiv.<br />
DE J O U R N A L I S T 187<br />
dan de rest van het tekort overschrijven op een volgend jaar.<br />
Maar dat jaar brengt dan óok weer een tekort. Daarom heeft<br />
het Bestuur voorloopig besloten aan de algemeene vergadering<br />
voor te stellen, de rest van het tekort door een kleine contributie-verhooging<br />
over 1919 te dekken.<br />
Martin van Raalte.<br />
Wanneer men hoort van iemand die gedurende 55 jaren<br />
aan één stuk een beroep, ambt of betrekking heeft vervuld,<br />
stelt men zich dien persoon voor als buitengewoon hoog<br />
bejaard. Vooral als men er bij verneemt dat het beroep dat<br />
van journalist is. Welnu, MARTIN VAN RAALTE zal 21 October<br />
a.s. *) mogen terugzien op een loopbaan van 55 jaren in<br />
dienst der Nederlandsche dagbladpers en op dien dag tevens<br />
zijn 7o en verjaardag gedenken. De collega's die, voor zoover<br />
zij hem kennen, wel allen zijn vrienden zullen zijn, zullen<br />
dit merkwaardige dubbele jubileum met groote belangstelling<br />
vernemen.<br />
Het zij mij vergund aan den vooravond van VAN RAALTE'S<br />
feestdag, 't een en ander van zijn merkwaardigen levensloop<br />
te vertellen. Wij wortelen beiden in denzelfden journalistenkweekgrond.<br />
Zijn wieg van jeugdig dagbladschrijver stond,<br />
evenals de mijne, in het Hooge Westeinde in Den Haag.<br />
Toen ik, jongmaatje, VAN RAALTE daar aan 't oude Dagblad<br />
voor 't eerst ontmoette, was hij al heel wat mans geworden<br />
in de vier jaren dat hij onder de eminente leiding van<br />
Iz. J. LION de handgrepen van het vak had geleerd. Als<br />
verslaggever kon men hem toen reeds belangrijke opdrachten<br />
toevertrouwen. Als onervaren groen profiteerde ik van mijn<br />
jongeren collega. En dat ging te gemakkelijker omdat VAN<br />
RAALTE een jongmensch was van een nobel karakter en<br />
tegelijk van veel aanleg en ambitie voor de journalistiek.<br />
Aan zijn voorbeeld dat vooral op de jongelui van zijn leeftijd<br />
prikkelend werkte en aan zijn gulle vriendschap en prettigcn<br />
omgang, heb ik in de eerste moeilijke jaren veel te danken<br />
gehad.<br />
MARTIN — want zoo werd hij bij de courant, ook door<br />
zijn hoofdredacteur, altijd genoemd — had een vroolijken,<br />
vluggen geest, die hem verwonderlijk spoedig den weg deed<br />
vinden door alle rubrieken van het journalistieke werk. Zoo<br />
lang zijn brave moeder leefde, was hij daar het zonnetje in<br />
het huis, en op 't bureau was het eerst gezellig als MARTIN<br />
er binnenkwam en met LOEWENBERG of het merkwaardig<br />
correctorstype SCHADE de kroniek van den dag aan 't bepraten<br />
ging.<br />
Voor mij is het altijd een raadsel gebleven hoe MARTIN<br />
VAN RAALTE aan zijn talenkennis kwam en ik herinner mij<br />
nog heel goed hoe verbaasd ik was en met zekeren eerbied<br />
naar mijn toch eenige jaren jongeren collega opzag, toen ik<br />
bemerkte dat hij geregeld brieven en telegrammen zond naar<br />
de Londensche Standard: Die betrekking tot het Engelsche<br />
blad moet bepaald veel tot zijn vorming hebben bijgedragen<br />
en ook tot zijn durf om voor heete journalistieke vuren te<br />
staan.<br />
Er zijn in het journalistieke leven van MARTIN VAN RAALTE<br />
mooie momenten geweest. In een tijd toen de dagbladpers<br />
in de samenleving nog lang niet de voorname plaats innam<br />
van tegenwoordig, was dit vooral voor de verslaggevers een<br />
moeilijk baantje. De autoriteiten met wie zij te doen hadden,<br />
waren eer stug dan voorkomend, eer tegenwerkend dan<br />
doordrongen van de roeping der pers, zooals gelukkig tegenwoordig<br />
geheel anders is geworden. VAN RAALTE heeft dien<br />
moeilijken tijd meegemaakt en het zoo gedaan dat het aan<br />
zijn verslagen niet te merken was met hoeveel zorg, inspanning<br />
en ergernis zij vaak tot stand waren gekomen. Wat<br />
moet onze vriend, na zoovele jaren van noesten arbeid, op<br />
dien moeilijken maar heerlijken tijd met voldoening terugzien;<br />
wat moet hij zich met welgevallen herinneren zijn prestaties,<br />
b.v. op de reis en het verblijf te Arolsen, waar hij het<br />
huwelijk van Willem III en Prinses Emma van Waldeck<br />
meemaakte en de lezers van Het Vaderland vergastte op zijn<br />
interessante brieven; wat zou hij mémoires kunnen schrijven<br />
over zijn reizen in het gevolg van Regentes Emma in de<br />
provinciën van ons land!<br />
Het zal ongeveer in 1872 zijn geweest dat VAN RAALTE<br />
van het Dagblad naar Het Vaderland overging, na, behalve<br />
aan eerstgenoemd blad, ook nog aan de Haagsche Nieuwsbode<br />
*) De dag is niet 23 October, zooals foutief in een deel van<br />
de oplaag der aan de leden toegezonden circulaire stond, maar<br />
21 October.