elektronisch veiligheidshandboek - Rijksgebouwendienst

Factor H: de mate van verandering van de werkzaamheden:
Werkzaamheden die weinig veranderen werken gewoonte
en gemakzucht in de hand. Om dit te voorkomen moet de
instructiefrequentie hoger worden dan bij werkzaamheden die
regelmatig veranderen.
De twee klassen die worden gehanteerd bij de mate van
verandering van werkzaamheden zijn:
klasse H1 weinig.
Wegingsfactor: 5.
klasse H2 regelmatig.
Wegingsfactor: 2.
Factor J: de ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen over de
laatste 10 jaar:
De ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen geeft
een praktische indicatie van de gevaren van de elektrische
installatie en / of de werkzaamheden en de doelmatigheid
van het beheer van de elektrische installatie. De ervaring met
betrekking tot (bijna) ongelukken wordt daarom meegenomen
bij het bepalen van de instructiefrequentie.
De ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen maakt gebruik
van drie klassen:
klasse I1 er is geen betrouwbare informatie
beschikbaar.
Wegingsfactor: 10.
klasse I2 er is geen sprake van ernstige (bijna)
ongevallen.
Wegingsfactor: 2.
klasse I3 er hebben een of meer ernstige (bijna)
ongevallen plaatsgevonden.
Wegingsfactor: 10.
3.6.4 Berekening instructie-interval
De tijd tussen twee opeenvolgende instructies wordt bepaald
aan de hand van de som van de factoren A tot en met J. Voor
het bepalen van de som kan tabel 3.1 als hulpmiddel gebruikt
worden. Is de som bekend dan kan in figuur 3.1 de tijd tussen
twee instructies worden afgelezen.
Tabel 3.1 Het bepalen van de som van de factoren A tot en
met J.
Factor Code Wegingsfactor Resultaat
A A1 2 …
A2 8 …
B B1 2 …
B2 4 …
B3 8 …
C C1 5 …
C2 2 …
C3 5 …
D D1 5 …
D2 10 …
E E1 2 …
E2 5 …
E3 10 …
F F1 2 …
F2 8 …
G G1 5 …
G2 3 …
G3 1 …
H H1 5 …
H2 2 …
J J1 10 …
J2 2 …
J3 10 …
Totaal …
35