elektronisch veiligheidshandboek - Rijksgebouwendienst
elektronisch veiligheidshandboek - Rijksgebouwendienst
elektronisch veiligheidshandboek - Rijksgebouwendienst
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
5.<br />
Werkprocedures<br />
In dit <strong>veiligheidshandboek</strong> beperken we ons tot de algemene<br />
werkprocedures, zoals deze omschreven staan in de NEN-EN<br />
50110, NEN 3140 en NEN 3840.<br />
De <strong>Rijksgebouwendienst</strong> heeft een groot aantal gebouwen<br />
en terreinen onder haar beheer. Gebouwen die onder het<br />
beheer van de <strong>Rijksgebouwendienst</strong> vallen zijn onder meer:<br />
woningen, kantoren, winkels, paleizen, musea, sportaccommodaties,<br />
bedrijfskeukens, gevangenissen, medische ruimten,<br />
rechtbanken, bedrijfshallen, parkeergarages, paardenstallen,<br />
energiecentrales, laboratoria, kindertehuizen, computercentra,<br />
auditoria, archieven, kennels, bunkers en munitieopslag.<br />
5.1 Werken in het algemeen<br />
5.1.1 Instructies<br />
Voor alle werkzaamheden moet een plan worden opgesteld.<br />
Volgens de uitgangspunten moet de installatieverantwoordelijke<br />
van de <strong>Rijksgebouwendienst</strong> of de werkverantwoordelijke,<br />
meestal een externe installateur, ervoor zorgen dat vóór de<br />
aanvang van de werkzaamheden specifieke en uitvoerige aanwijzingen<br />
worden gegeven aan het personeel dat de werkzaamheden<br />
uitvoert.<br />
Bij de voltooiing van de werkzaamheden moet de werkverantwoordelijke<br />
de installatieverantwoordelijke informeren over al<br />
wat van belang is voor het veilig gebruik.<br />
Bijvoorbeeld: na het inrichten van de accuruimten moet de<br />
werkverantwoordelijke de installatieverantwoordelijke op de<br />
hoogte brengen van de wijzigingen.<br />
Veel werkzaamheden zullen worden uitgevoerd op grond van<br />
een algemeen plan van aanpak dat bij alle betrokkenen bekend<br />
is, zonder dat daar specifiek over wordt gesproken of zonder<br />
dat een en ander schriftelijk is vastgelegd. Het is uiteraard niet<br />
noodzakelijk dat voor deze algemene werkzaamheden steeds<br />
een plan van aanpak moet worden opgesteld. De werkverantwoordelijke<br />
en de installatieverantwoordelijke zullen erop<br />
kunnen vertrouwen dat die algemene werkzaamheden door<br />
voldoende geïnstrueerde personen volgens de gebruikelijke<br />
regelen der techniek worden uitgevoerd. De werkverantwoordelijke<br />
en de installatieverantwoordelijke moeten er steeds van<br />
overtuigd zijn dat er altijd veilig zal worden gewerkt.<br />
46<br />
Bij de geringste twijfel zal ten minste mondelinge instructie<br />
moeten worden gegeven. Bij gecompliceerde werkzaamheden<br />
is een schriftelijke werkinstructie verplicht. Aanbevolen wordt<br />
voor veelvoorkomende werkzaamheden standaardwerkinstructies<br />
op te stellen.<br />
5.1.2 Informatieplicht<br />
Vóór de aanvang van de werkzaamheden moet de werkverantwoordelijke<br />
de installatieverantwoordelijke van de<br />
<strong>Rijksgebouwendienst</strong> informeren over de aard, de plaats en de<br />
gevolgen van de voorgenomen werkzaamheden voor de elektrische<br />
installatie. Deze informatie wordt bij voorkeur schriftelijk<br />
verstrekt, vooral als de werkzaamheden gecompliceerd zijn.<br />
5.1.3 Toestemming voor werkzaamheden<br />
Alleen de installatieverantwoordelijke van de<br />
<strong>Rijksgebouwendienst</strong> of de installatieverantwoordelijke,<br />
die nadrukkelijk schriftelijk aangewezen is door de<br />
<strong>Rijksgebouwendienst</strong> mag toestemming geven om de werkzaamheden<br />
uit te voeren.<br />
Zeer eenvoudige werkzaamheden van beperkte omvang en met<br />
een incidenteel karakter mogen worden uitgevoerd zonder toestemming<br />
vooraf, uitsluitend als het een tijdelijke voorziening<br />
betreft in een laagspanningsinstallatie éénfase eindgroep, die<br />
niet zwaarder is beveiligd dan 25A.<br />
5.1.4 Plan van aanpak<br />
Voor de aanvang van de werkzaamheden bij een hoogspanningsinstallatie<br />
moet bij de installatieverantwoordelijke een<br />
plan ingediend worden, waarin is aangegeven:<br />
• de betrokken installatieverantwoordelijke, de werkverantwoordelijke<br />
en de ploegleiders;<br />
• de betrokken installatiedelen;<br />
• de aard van de werkzaamheden;<br />
• de gevolgen van de werkzaamheden voor de installatie;<br />
• de bijzondere kenmerken en gevaren van de installatie;<br />
• wordt er onder spanning gewerkt;<br />
• werken in de nabijheid van actieve delen.<br />
Uiteraard moet ook rekening worden gehouden met de gevolgen<br />
van de werkzaamheden voor de gebruikers.