18.09.2013 Views

DGA memorandum 2013 Def - Horlings

DGA memorandum 2013 Def - Horlings

DGA memorandum 2013 Def - Horlings

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

9. <strong>DGA</strong> en beleggen<br />

9.1 Inleiding<br />

Als <strong>DGA</strong> met een B.V. met belegbaar vermogen, staat u voor de vraag hoe dit te beleggen. Hierbij spelen vragen<br />

omtrent de keuze van waarin te beleggen en de structurering van het belegbaar vermogen (beleggen in B.V. of in<br />

privé) een belangrijke rol. De structurering wordt met name bepaald door de fiscaliteit. Hierna wordt ingegaan op<br />

een aantal mogelijkheden die een <strong>DGA</strong> heeft onder de Wet inkomstenbelasting 2001.<br />

Afhankelijk van de omstandigheden kan het aantrekkelijk zijn om fiscaal af te rekenen tegen 25% en vervolgens in<br />

privé te beleggen (onder de vermogensrendementsheffing in box 3) dan wel te blijven beleggen in de B.V. en<br />

daardoor de 25% heffing uit te stellen. De <strong>DGA</strong> kan daarentegen ook het belegbaar vermogen van zijn B.V. lenen en<br />

dit in privé gaan beleggen. In feite komt dit neer op een mix van de twee andere varianten: 'niet afrekenen en toch<br />

in privé beleggen'. Een variant die ook een aantrekkelijk fiscaal effect heeft is de stapelconstructie waarbij de B.V.<br />

onbelast belegt in aandelenpakketten van minimaal 5% van het geplaatst kapitaal van de vennootschap waarin<br />

wordt belegd. Tot slot komt de Curaçaoroute aan bod.<br />

9.2 Beleggingsvarianten<br />

Hieronder worden de verschillende varianten nader toegelicht en met elkaar vergeleken.<br />

9.2.1 Uitkeren dividend en beleggen in privé<br />

Indien de B.V. dividend uitkeert waardoor vervolgens in privé in box 3 kan worden belegd, dan heeft dat een heffing<br />

van 25% inkomstenbelasting tot gevolg. Dit betekent dat er met de resterende 75% van de middelen in privé kan<br />

worden belegd. De vraag is of dit wel voordelig kan zijn na het betalen van 25% belasting, gevolgd door een jaarlijkse<br />

betaling van 1,2% vermogensrendementsheffing. Per 1 januari 2011 geldt voor de vaststelling van de<br />

rendementsgrondslag in box 3 alleen 1 januari nog als peildatum.<br />

9.2.2 Beleggen in de B.V.<br />

In eerste instantie heeft de B.V. een "volumevoordeel" ten opzicht van de voorgaande variant. Er is immers niet<br />

afgerekend waardoor per saldo 25% meer overblijft om te beleggen. Er moet echter rekening worden gehouden met<br />

de jaarlijks door de B.V. verschuldigde 20-25% vennootschapsbelasting over de met de beleggingen behaalde<br />

rendementen. Bovendien rust op het vermogen in de B.V. nog een latente aanmerkelijkbelangclaim van 25%.<br />

Een vergelijking op basis van het eindvermogen tussen beide varianten leert dat het uitkeren van dividenden naar<br />

privé gevolgd door het beleggen in privé (box 3), ondanks de omstandigheid dat er 25% minder belegd kan worden,<br />

aantrekkelijker kan zijn dan het beleggen in de B.V.. De keuze is echter afhankelijk van het verwachte rendement.<br />

Bijvoorbeeld bij een rendement van 2% is de effectieve box 3-belastingdruk in beginsel 60%. Beleggen in de BV heeft<br />

dan normaliter de voorkeur.<br />

Een voordeel van een belegging in effecten in de B.V. is verder dat eventuele verliezen op een effectenportefeuille<br />

normaliter fiscaal aftrekbaar zijn.<br />

Bij lage of negatieve rendementen kan beleggen in de BV ten opzichte van beleggen in privé aldus een hoger<br />

nettorendement opleveren.<br />

9.2.3 Lenen van de B.V. en beleggen in privé<br />

Zoals hiervoor reeds is aangegeven is een nadeel van het uitkeren van dividend dat het beleggingsvolume met 25%<br />

afneemt. Door nu het belegbaar vermogen te lenen van de B.V. kan in privé worden belegd zonder dat de<br />

aanmerkelijkbelangclaim hoeft te worden afgerekend. Voorwaarde hierbij is wel dat er geleend wordt tegen<br />

zakelijke condities. Dit betekent onder meer dat er een zakelijke rente (bijv. 12-maands Euribor dan wel Urendement<br />

met risico opslag) betaald zal moeten worden alsmede een schriftelijke leningsovereenkomst dient te<br />

worden opgesteld en zekerheden dienen te worden vastgelegd (positieve/negatieve hypotheekverklaring en/of<br />

<strong>DGA</strong> Memorandum <strong>2013</strong> 50

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!