Amsterdam Waterbestendig (pdf) - Waternet
Amsterdam Waterbestendig (pdf) - Waternet
Amsterdam Waterbestendig (pdf) - Waternet
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
door een waterkering en heeft verbinding met het boezemwater via poldergemalen<br />
die het overtollige water (neerslag en kwel) op het boezemstelsel uitmalen. Het<br />
waterpeil in de boezemwateren is hoger dan in de polderwateren. Een tekort aan<br />
water in de polders wordt aangevuld vanuit de boezem.<br />
De regio <strong>Amsterdam</strong> bestaat voor een groot deel uit polders die ontstaan zijn door<br />
droogmaking (Haarlemmermeer, Beemster), indijking (delen van het Havengebied)<br />
en ontginning (de veenpolders). De meeste polders zijn (voormalige) veengebieden<br />
die in de loop der eeuwen steeds lager zijn komen te liggen, vaak tot enkele meters<br />
beneden zeeniveau. Dit is het gevolg van turfwinning, inklinking en de afbraak van<br />
veen door ontwatering (zie deel 1 Van moeras tot metropool). Droogmakerijen zijn<br />
in de loop der tijd drooggelegde meren en plassen met een kleiige ondergrond.<br />
Ze liggen doorgaans dieper dan de meeste polders en zijn vaak omringd door een<br />
ringvaart (boezem) en een ringdijk (boezemkade).<br />
Het unieke van de boezemsystemen in de <strong>Amsterdam</strong>se regio is dat ze in principe<br />
met elkaar in open verbinding staan. Als het nodig is worden ze afgesloten door<br />
middel van sluizen en (nood)keringen.<br />
In de <strong>Amsterdam</strong>se regio zijn de volgende boezemsystemen met deels verschillende<br />
waterpeilen te onderscheiden:<br />
Amstellandboezem (waterpeil NAP -0.40m); onderdeel daarvan is de stadsboezem<br />
<strong>Amsterdam</strong> (waterpeil NAP -0.40m);<br />
Rijnlandboezem (waterpeil NAP -0.60m);<br />
Waterlandse boezem (waterpeil NAP -1.50m NAP);<br />
Markermeer/IJmeer (waterpeil: zomer NAP -0.20m, winter NAP -0.40m);<br />
<strong>Amsterdam</strong>-Rijnkanaal en Noordzeekanaalboezem (waterpeil NAP -0.40m).<br />
Systematische voorstelling polder en boezem<br />
Het <strong>Amsterdam</strong>se grondwater<br />
Naast het oppervlaktewater en de daarmee samenhangende waterbodems, speelt<br />
ook het grondwater een belangrijke rol in het systeem. Als het regent, infiltreert<br />
het regenwater in de bodem en stijgt de grondwaterstand in het ophoogmateriaal.<br />
Hierdoor treedt grondwaterstroming op. Het grondwater stroomt dan als gevolg<br />
van een drukverschil naar het open water of een ander ontwateringmiddel zoals<br />
drains, of naar de diepere bodemlagen. De snelheid is afhankelijk van de grootte van<br />
het drukverschil en de doorlatendheid van het materiaal. Zand is goed doorlatend,<br />
klei en veen zijn slecht doorlatend. Bij verdamping gebeurt het omgekeerde: de<br />
grondwaterstand zakt. In het algemeen bereikt de grondwaterstand aan het einde<br />
van de winter de hoogste stand en aan het einde van de zomer de laagste stand.<br />
Infiltratie is, bij hevige buien, op veel plekken in <strong>Amsterdam</strong> problematisch door<br />
de hoge grondwaterstand. Water dat op hoger gelegen delen is geinfiltreerd en<br />
door de slecht doorlatende laag is gepasseerd, heeft een grotere stijghoogte. Door<br />
drukverschil treedt het diepe grondwater als kwel aan de oppervlakte.<br />
Voor de grondwaterzorg in <strong>Amsterdam</strong> is vooral de horizontale (freatische) stroming<br />
in de top van het bodemprofiel (ophoogmateriaal) van belang. De freatische grondwaterstand<br />
in het stedelijk gebied wordt niet alleen bepaald door hydrologische<br />
factoren (neerslag, verdamping, kwel en infiltratie), maar vaak nog meer door allerlei<br />
andere factoren zoals een sterk heterogeen bodemprofiel (door menselijk ingrijpen),<br />
doorsnijding van het gebied met slecht doorlatende barrières (zoals parkeergarages,<br />
funderingen, kelderconstructies, damwanden, kademuren e.d.), lekkages van waterleidingen<br />
of regenpijpaansluitingen, lekke riolen, bouwputbemalingen en grondwateronttrekkingen.<br />
Door een te grote of geforceerde onttrekking en afvoer van grondwater kan<br />
grondwateronderlast ontstaan dat tot schade aan funderingen leidt, zoals paalrot<br />
en verzakkingen. Tegenwoordig is paalrot een probleem dat zich voordoet in de<br />
<strong>Amsterdam</strong>se buurten rond de oudere, niet opgehoogde stadsparken.<br />
Andersom kan bijvoorbeeld te dichte bebouwing ondergronds de afstroming<br />
van grondwater belemmeren, hetgeen juist voor grondwateroverlast zorgt. De<br />
voornaamste oorzaak van de grondwateroverlast in de Watergraafsmeer is de grote<br />
kweldruk die door de nabijheid van de ringvaart en het grote hoogteverschil met<br />
het omliggende gebied zoals de overgang naar Diemen (opgehoogd veengebied,<br />
NAP +1m) ontstaat. Ook in gebieden waar in het verleden gebrekkig of met slechte<br />
materialen is opgehoogd is sprake van grondwateroverlast zoals water in kruipruimten,<br />
natte kelders, vochtige begane grondruimten of drassige tuinen.<br />
29