12.02.2014 Views

Rijksmuseum Amsterdam Jaarverslag 1998

Rijksmuseum Amsterdam Jaarverslag 1998

Rijksmuseum Amsterdam Jaarverslag 1998

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

105<br />

volgens plan verlopen. Met name de beheersing van de personele kosten is nauwgezet uitgevoerd.<br />

In <strong>1998</strong> zijn er concrete plannen ontwikkeld voor de nieuwe structuur van de<br />

<strong>Rijksmuseum</strong>organisatie. Deze structuur behoudt het drie sectorenmodel (collectie, presentatie en<br />

bedrijfsvoering), maar gaat uit van een logischere clustering van verantwoordelijkheden en taken,<br />

een eenduidigere aansturing en een reductie van het aantal subafdelingen. Binnen deze structuur zal<br />

er met een driehoofdige directie (in plaats van vier directieleden in 1997) verdergegaan worden. De<br />

consequenties van de herstructurering zijn ten tijde van het vervaardigen van de jaarrekening redelijk<br />

goed bekend en hebben geleid tot een eenmalige verhoging van de herstructureringsvoorziening<br />

(nlg 1.914.000).<br />

Het Nieuwe <strong>Rijksmuseum</strong><br />

In <strong>1998</strong> zijn de voorbereidende werkzaamheden van het "Masterplan" (volledige renovatie van het<br />

<strong>Rijksmuseum</strong>–complex) enigszins gestagneerd. Er is nog geen concreet zicht op de hoogte van de<br />

benodigde investeringen en de wijze van financieren. De bestemmingsreserve Masterplan is daarom<br />

toegevoegd aan de vrije reserves. In de door de Staatssecretaris van Cultuur ingestelde regiegroep<br />

"Het Nieuwe <strong>Rijksmuseum</strong>" zal naar verwachting in juni 1999 een structuurplan gepresenteerd kunnen<br />

worden met een indicatie van randvoorwaarden, tijd en kosten voor het renovatietraject.<br />

Het <strong>Rijksmuseum</strong> beschikt over circa 35.000 m 2 vloeroppervlakte verdeeld over een vijftal panden.<br />

Door de verzelfstandiging van de Rijksgebouwendienst en de herschikking van verantwoordelijkheden<br />

tussen de Ministeries van VROM en OCenW zal het huurcontract dat het <strong>Rijksmuseum</strong> heeft gaan<br />

wijzigen. Er zitten momenteel nog grote risico’s voor de huurder in de voorgenomen stelselwijziging.<br />

Er is binnen de VRM een speciale werkgroep belast met het onderzoek naar de gevolgen van de<br />

stelselwijziging voor de huurder. Inmiddels is in de Ministerraad vastgesteld dat het achterstallig<br />

onderhoud bij musea een erkend knelpunt is. Naast de jaarlijkse huur wordt er door het <strong>Rijksmuseum</strong><br />

circa nlg 2 miljoen aan gebouwen onderhoud, energie en bijkomende huisvestingskosten besteed. Het<br />

<strong>Rijksmuseum</strong>–complex heeft echter veel achterstallig onderhoud. Om die reden is in <strong>1998</strong> een aanvang<br />

gemaakt met het vormen van een onderhoudsvoorziening voor het huurdersonderhoud.<br />

Subsidie<br />

De Stichting Het <strong>Rijksmuseum</strong> wordt gesubsidieerd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en<br />

Wetenschappen (OCenW). Voor de periode 1997–2000 is door het Ministerie van OCenW een meerjarig<br />

instellingssubsidie verleend van in totaal nlg 120.132.000. Binnen de gereserveerde subsidie is<br />

een bedrag opgenomen voor kunstaankopen van nlg 750.000. Jaarlijks wordt de subsidie aangepast<br />

aan de ontwikkeling van de loonkosten en overige prijspeilwijzigingen.<br />

<strong>Amsterdam</strong>, 12 april 1999<br />

De Directie<br />

Prof.drs R. de Leeuw<br />

Dr J.P. Filedt Kok<br />

Drs D.J. Elders

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!