10.07.2015 Views

Richtlijn Werk en Ernstige psychische ... - GGZ-richtlijnen

Richtlijn Werk en Ernstige psychische ... - GGZ-richtlijnen

Richtlijn Werk en Ernstige psychische ... - GGZ-richtlijnen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510<strong>Richtlijn</strong><strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>concepttekstConceptversie 11 april 201115voor Comm<strong>en</strong>taarfase20253035401


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>INHOUDSOPGAVESAMENVATTING RICHTLIJN 45101520HOOFDSTUK 1 Inleiding <strong>en</strong> methode 91.1 Doelstelling <strong>en</strong> Doelgroep 91.2 Uitgangsvrag<strong>en</strong> 111.3 Status van de richtlijn 111.4 <strong>Werk</strong>groep <strong>en</strong> werkwijze 121.5 Methode: wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 141.6 Methode: focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudies 171.7 Onderzoeksproject Ath<strong>en</strong>a Instituut 181.8 Implem<strong>en</strong>tatie 191.9 Herzi<strong>en</strong>ing 20HOOFDSTUK 2 Inhoudelijke inleiding Visie & Context 212.1 Betek<strong>en</strong>is van betaald werk 212.2. Arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> 222.3 Acc<strong>en</strong>t op behoud van regulier betaald werk 232.4 Aanpassing<strong>en</strong> in de werkomgeving 252.5 Naar duurzame inzetbaarheid 2625HOOFDSTUK 3 Zelfmanagem<strong>en</strong>t 293.1 Inleiding 293.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 293.3 Conclusies 313.4 Overige overweging<strong>en</strong> 323.5 Aanbeveling<strong>en</strong> 343035HOOFDSTUK 4 Beinvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> 374.1 Inleiding 374.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 384.3 Conclusies 414.4 Overige overweging<strong>en</strong> 424.5 Aanbeveling<strong>en</strong> 4440HOOFDSTUK 5 475.1 Inleiding 475.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 475.3 Conclusie 505.4 Overige overweging<strong>en</strong> 505.5 Aanbeveling<strong>en</strong> 5345HOOFDSTUK 6 <strong>Werk</strong>zame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>ties 556.1 Inleiding 556.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 556.3 Conclusies 572


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>6.4 Overige overweging<strong>en</strong> 576.5 Aanbeveling<strong>en</strong> 59510HOOFDSTUK 7 Sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong> 617.1 Inleiding 617.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing 617.3 Conclusies 637.4 Overige overweging<strong>en</strong> 647.5 Aanbeveling<strong>en</strong> 7315BIJLAGE 1 EVIDENCE-TABELLEN 70BIJLAGE 2 VERSLAG FOCUSGROEPEN 115BIJLAGE 3 VERSLAG CASUSSTUDIES 1253


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>52. De werkgroep adviseert interv<strong>en</strong>ties in te zett<strong>en</strong> op zowel persoonlijke factor<strong>en</strong>(zoals cognitieve beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> ernstige depressieve klacht<strong>en</strong>) als opomgevingsfactor<strong>en</strong> in de werkomgeving <strong>en</strong> familie (zoals stigma op het werk <strong>en</strong> e<strong>en</strong>disfunctioner<strong>en</strong>d zorgsysteem) <strong>en</strong> op de interactie daartuss<strong>en</strong>. Hierbij di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> oog tehebb<strong>en</strong> voor wat beïnvloedbaar is <strong>en</strong> wat niet.1015203. De werkgroep adviseert in te zett<strong>en</strong> op het actief bevorder<strong>en</strong> van arbeidservaring,startkwalificaties, integrale zorg- <strong>en</strong> arbeidsbegeleiding, b<strong>en</strong>efit-counseling,zelfmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> copingvaardighed<strong>en</strong>.4. De werkgroep adviseert werkgevers te informer<strong>en</strong> over subsidies, mogelijkhed<strong>en</strong>voor het inzett<strong>en</strong> van externe begeleiding <strong>en</strong> stages door arbeidsongeschikt<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>sdi<strong>en</strong>t bij beide partij<strong>en</strong> (werkgever <strong>en</strong> werknemer) de angst voor risico's verminderd teword<strong>en</strong>.5. Ook algem<strong>en</strong>e principes voor het bevorder<strong>en</strong> van duurzame inzetbaarheid in hetreguliere arbeidsproces (zoals bevorder<strong>en</strong> van autonomie, pass<strong>en</strong>de taak (-omvang);taakvariatie, sociale steun, beloning- <strong>en</strong> taakzekerheid) di<strong>en</strong><strong>en</strong> toegepast te word<strong>en</strong>.Deze principes werk<strong>en</strong> ook voor de doelgroep van deze richtlijn.HOOFDSTUK 5 INSCHATTEN COMPETENTIES251. De werkgroep adviseert het gebruik van 'situationele assessm<strong>en</strong>t', d.w.z.assessm<strong>en</strong>t die het werkgedrag in kaart br<strong>en</strong>gt van de betrokk<strong>en</strong> werknemer indi<strong>en</strong>s actuele werkomgeving.302. De werkgroep adviseert het gebruik van de Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory als situationeelassessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t (na vertaling in het Nederlands).3. De werkgroep beveelt aan om altijd gebruik te mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> combinatie vaninstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> methodiek<strong>en</strong>, bijvoorbeeld zowel test als interview.354. De werkgroep beveelt aan om test<strong>en</strong>, schriftelijke vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> e.d. altijd tebesprek<strong>en</strong> met betrokk<strong>en</strong>e <strong>en</strong> de uitkomst<strong>en</strong> daarvan als onderdeel van deinschatting te zi<strong>en</strong>.405. De werkgroep adviseert om goed onderscheid te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds inschattingdie moet leid<strong>en</strong> tot selectie <strong>en</strong> anderzijds inschatting van functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong>compet<strong>en</strong>ties ter ondersteuning van duurzaam werk<strong>en</strong>. De in deze richtlijnbeschrev<strong>en</strong> informatie <strong>en</strong> adviez<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> deze tweede vorm vaninschatting <strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als hulpmiddel bij het nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over b<strong>en</strong>odigdesteun bij behoud van werk <strong>en</strong> duurzaam werk<strong>en</strong>.5


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>56. De werkgroep beveelt aan om verder onderzoek te do<strong>en</strong> naar effectief gebruik vanassessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarbij e<strong>en</strong> kernvraag is welke assessm<strong>en</strong>t(process<strong>en</strong>) <strong>en</strong>richtlijn<strong>en</strong> voor assessm<strong>en</strong>t effectief bijdrag<strong>en</strong> aan duurzaam werk<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>uit de doelgroep.HOOFDSTUK 6 WERKZAME ELEMENTEN INTERVENTIES101. De werkgroep beveelt aan dat werknemers met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>e<strong>en</strong> beroep moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> op op maat gesned<strong>en</strong> jobcoaching, opdat zijduurzaam inzetbaar blijv<strong>en</strong> in het arbeidsproces. De jobcoaching moet zich zowel op debetreff<strong>en</strong>de werknemer richt<strong>en</strong> als ook op zijn sociale <strong>en</strong> fysieke werkomgeving.152. De werkgroep beveelt aan om IPS zo modelgetrouw mogelijk aan te bied<strong>en</strong> aanm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> reguliere betaalde baan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>(te behoud<strong>en</strong>).203. De werkgroep beveelt aan om modelgetrouwe toepassing van IPS te bevorder<strong>en</strong> doormiddel van doorlop<strong>en</strong>de monitoring van modelgetrouwheid, IPS-training <strong>en</strong> andereimplem<strong>en</strong>tatieondersteuning.4. T<strong>en</strong>einde IPS in Nederland met succes te kunn<strong>en</strong> implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, is het ondermeernoodzakelijk dat er e<strong>en</strong> bij de IPS-praktijk pass<strong>en</strong>de financiering beschikbaar komt.255. In Nederland di<strong>en</strong>t gericht onderzoek plaats te vind<strong>en</strong> naar de werkzameingrediënt<strong>en</strong> van IPS <strong>en</strong> andere arbeidsintegratie programma's.3035HOOFDSTUK 7 SAMENWERKING TUSSEN ACTOREN1. De werkgroep beveelt aan dat verschill<strong>en</strong>de instanties integraal gaan sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><strong>en</strong> netwerk<strong>en</strong> opzett<strong>en</strong> rond de cliënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> EPA diagnose (UWV, DWI, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,re-integratie bureaus <strong>en</strong> <strong>GGZ</strong> instelling<strong>en</strong>). Het zou w<strong>en</strong>selijk zijn dat de regie in dezesam<strong>en</strong>werking bij de <strong>GGZ</strong> komt te ligg<strong>en</strong>. De <strong>GGZ</strong> di<strong>en</strong>t daarbij voortdur<strong>en</strong>d af testemm<strong>en</strong> met de andere partij<strong>en</strong>.402. De werkgroep beveelt aan dat de inhoudelijke regie van het traject bij de cliënt ligt<strong>en</strong> dat de cliënt hierin zegg<strong>en</strong>schap krijgt. Inv<strong>en</strong>tariseer <strong>en</strong> bespreek met dewerknemer welke knelpunt<strong>en</strong> er zijn met betrekking tot werkbehoud hoe die ev<strong>en</strong>tueelin sam<strong>en</strong>werking met andere beroepsgroep<strong>en</strong> opgelost kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.3. De werkgroep beveelt integrale financiering aan voor arbeidsre-integratie <strong>en</strong> IPS.Hier di<strong>en</strong>t vanuit verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> in geïnvesteerd te word<strong>en</strong>.6


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>54. De werkgroep beveelt de verschill<strong>en</strong>de beroepsgroep<strong>en</strong> aan beter op de hoogte terak<strong>en</strong> van elkaars werkwijze <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. GGz hulpverl<strong>en</strong>ers moet<strong>en</strong>meer k<strong>en</strong>nis krijg<strong>en</strong> over het belang van werk voor hun cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wet- <strong>en</strong>regelgeving op dit gebied <strong>en</strong> dat arboprofessionals meer k<strong>en</strong>nis krijg<strong>en</strong> over EPA.Hiertoe zou gezam<strong>en</strong>lijke scholing kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet.105. De werkgroep beveelt aan dat sam<strong>en</strong>werking op gang wordt gebracht tuss<strong>en</strong> de <strong>GGZ</strong><strong>en</strong> (door geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> UWV-) erk<strong>en</strong>de jobcoachorganisaties die meer ervaring <strong>en</strong>k<strong>en</strong>nis hebb<strong>en</strong> van de beweging<strong>en</strong> op de arbeidsmarkt. Daarnaast is het van belang datdeze erk<strong>en</strong>de jobcoach organisaties hun jobcoaches in IPS lat<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkvan IPS is dat int<strong>en</strong>siever wordt sam<strong>en</strong>gewerkt tuss<strong>en</strong> <strong>GGZ</strong> <strong>en</strong> arbeidsbegeleiders danin gebruikelijke begeleiding).157


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>8


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 1 INLEIDING EN METHODE510Deelnem<strong>en</strong> aan het arbeidsproces is voor veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitdaging. Uit de relatieflage arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> problematiek blijkt dat zijmeer hinderniss<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> overwinn<strong>en</strong>. Op initiatief van de NVAB (beroepsver<strong>en</strong>igingbedrijfsarts<strong>en</strong>) <strong>en</strong> het Trimbos-instituut <strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met o.a. hetK<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Rehabilitatie, Stichting Pandora <strong>en</strong> andere beroepsver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong>multidisciplinaire richtlijn ontwikkeld over werk<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>problematiek. Arbeidsrehabilitatie betreft e<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong>d proces, van eerste oriëntatieop werk(hervatting) tot loopbaanbegeleiding. In deze richtlijn ligt de nadruk vooral ophet behoud van werk.1.1 Doelstelling <strong>en</strong> Doelgroep15Dit project heeft als doel om e<strong>en</strong> multidisciplinaire richtlijn op te stell<strong>en</strong> over werk<strong>en</strong>met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (EPA). Arbeidsrehabilitatie betreft e<strong>en</strong>veelomvatt<strong>en</strong>d proces, van eerste oriëntatie op werk(hervatting) totloopbaanbegeleiding. In de huidige richtlijn ligt de focus op behoud van betaald werk.2025De richtlijn is ontwikkeld als hulpmiddel. De richtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> geeft aanbeveling<strong>en</strong> ter ondersteuning van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met langdurige <strong>en</strong>ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> die graag mee will<strong>en</strong> do<strong>en</strong> in het arbeidsproces. Hetdoel van de richtlijn is optimale arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> te garander<strong>en</strong>, opdat werkuitval bij deze doelgroep zoveel als mogelijkwordt voorkom<strong>en</strong>.30354045Op basis van de resultat<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek, ervaringsk<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> overigeoverweging<strong>en</strong> geeft de richtlijn e<strong>en</strong> overzicht van goed (‘optimaal’) handel<strong>en</strong> alswaarborg voor optimale arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. De richtlijn kan tev<strong>en</strong>s gebruikt word<strong>en</strong> bij het (verder) ontwikkel<strong>en</strong> vanprocedures <strong>en</strong> protocoll<strong>en</strong> ter ondersteuning van duurzame inzetbaarheid van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong> organisaties. Ook kan derichtlijn richting gev<strong>en</strong> aan de onderzoeksag<strong>en</strong>da voor wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek ophet gebied van arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.De richtlijn moet gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> moederrichtlijn, waarvan e<strong>en</strong> vertaling kanplaatsvind<strong>en</strong> naar monodisciplinaire richtlijn<strong>en</strong> van afzonderlijke beroepsgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong>waarin aanknopingspunt<strong>en</strong> voor lokale zorgprogramma’s <strong>en</strong> protocoll<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>gevond<strong>en</strong>. Het opstell<strong>en</strong> van lokale zorgprogramma’s <strong>en</strong> protocoll<strong>en</strong> op basis van dezerichtlijn wordt door de werkgroep aangemoedigd, omdat dat voor de implem<strong>en</strong>tatie vande in de richtlijn beschrev<strong>en</strong> optimale zorg bevorderlijk is.Indi<strong>en</strong> de aanbeveling<strong>en</strong> uit deze richtlijn in de concrete situatie niet aansluit<strong>en</strong> bij dew<strong>en</strong>s<strong>en</strong> of behoeft<strong>en</strong> van de cliënt, dan moet het in principe mogelijk zijn bered<strong>en</strong>eerdaf te wijk<strong>en</strong> van de richtlijn t<strong>en</strong>zij de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> of behoeft<strong>en</strong> van de cliënt naar de m<strong>en</strong>ingvan de behandelaar hem/haar kunn<strong>en</strong> schad<strong>en</strong> dan wel ge<strong>en</strong> nut hebb<strong>en</strong>.9


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5DoelgroepDe primaire doelgroep van deze richtlijn zijn m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met <strong>Ernstige</strong> PsychischeAando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (EPA) die graag will<strong>en</strong> (blijv<strong>en</strong>) participer<strong>en</strong> in het arbeidsproces. Grofgeformuleerd gaat het om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die gezi<strong>en</strong> de ernst van hun <strong>psychische</strong> problem<strong>en</strong><strong>en</strong> de daarmee sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de beperking<strong>en</strong> in het dagelijks lev<strong>en</strong> langdurig behoeftehebb<strong>en</strong> aan ondersteuning, al dan niet vanuit geestelijke gezondheidszorg (Kroon <strong>en</strong>Pijl, 2008). E<strong>en</strong> veelgebruikte afbak<strong>en</strong>ing voor de groep m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is dat er sprake is van de drie onderstaande D’s.101520 D1. DiagnosisEr moet sprake zijn van e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing, ook wel severe m<strong>en</strong>talillness (smi) g<strong>en</strong>oemd. Deze zijn ook beschrev<strong>en</strong> in de DSM-IV. Drie diagnoses zijnaltijd meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>:- Schizofr<strong>en</strong>ie/stoorniss<strong>en</strong> in psychose spectrum- Bipolaire stoornis- Depressie met psychotische k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Overige diagnoses (Persoonlijkheidstoornis, Angststoorniss<strong>en</strong> -inclusief PTSS-, ADHD,Autisme, Depressie, Dubbele Diagnose) zijn meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> zij voldo<strong>en</strong> aan decriteria voor Duration <strong>en</strong> Disability (zie onder). Verslaving is meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> alscomorbide factor in de vorm van "Dubbele Diagnose", ev<strong>en</strong>als mogelijke anderecomorbide problem<strong>en</strong>.25 D2. DisabililtyEr moet sprake zijn van beperking<strong>en</strong> in het functioner<strong>en</strong> in sociale roll<strong>en</strong>:zelfverzorging, het voer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> huishouding <strong>en</strong> deelname aan het maatschappelijklev<strong>en</strong>, zoals sociale contact<strong>en</strong> <strong>en</strong> het verricht<strong>en</strong> van werk. Hoewel dit criterium op zichonomstred<strong>en</strong> is, verschill<strong>en</strong> definities in de precieze beperking<strong>en</strong>, de ernst ervan <strong>en</strong> hetgebruikte meetinstrum<strong>en</strong>t.3035 D3. DurationEr moet sprake zijn van e<strong>en</strong> minimale duur van de problematiek. Het gaat hier om deduur/aanhoud<strong>en</strong>dheid van de bij de stoornis behor<strong>en</strong>de klacht<strong>en</strong>. Dit is vaakverschill<strong>en</strong>d geoperationaliseerd, bijvoorbeeld als de duur van <strong>GGZ</strong> (meer dan twee jaar<strong>GGZ</strong> contact). Zeld<strong>en</strong> wordt gekek<strong>en</strong> naar de duur van de stoornis ongeacht <strong>GGZ</strong> hulp,omdat dit methodologisch lastig is, maar het zou zuiverder zijn als dit wel gebeurt.Hoewel wet<strong>en</strong>schappelijke cons<strong>en</strong>sus over de precieze afbak<strong>en</strong>ing ontbreekt, wordtbreed erk<strong>en</strong>d dat het zinvol is om deze groep te onderscheid<strong>en</strong>.4045Het gaat om duurzame inzetbaarheid van deze doelgroep in het arbeidsproces. Alsuitkomstmaat is gekoz<strong>en</strong> voor baanbehoud, waaronder gesubsidieerde ban<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>reguliere setting. Gerelateerde uitkomstmat<strong>en</strong> die meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn, zijnarbeidsfunctioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> duurzame werkhervatting. Het betreft de leeftijdsgroep van 15-65 jaar. Bij literatuur is gezocht naar publicaties na 1990 in de taalgebied<strong>en</strong> Engels,Nederlands of Duits.10


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>1.2 Uitgangsvrag<strong>en</strong>510De richtlijn is ontwikkeld op geleide van uitgangsvrag<strong>en</strong>, die gebaseerd zijn opknelpunt<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> rondom werk bij ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.Deze uitgangsvrag<strong>en</strong> zijn in de werkgroep<strong>en</strong> vastgesteld op basis van e<strong>en</strong>knelpunt<strong>en</strong>analyse.De richtlijn is ge<strong>en</strong> leerboek, waarin zoveel mogelijk beschikbare k<strong>en</strong>nis over e<strong>en</strong>onderwerp wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t met praktische aanbeveling<strong>en</strong>rondom knelpunt<strong>en</strong> uit de praktijk. Dat betek<strong>en</strong>t dat praktijkproblem<strong>en</strong> zoveel alsmogelijk uitgangspunt zijn van de tekst<strong>en</strong> in de richtlijn. Dat betek<strong>en</strong>t ook dat mééraandacht gegev<strong>en</strong> wordt aan de wìjze waarop die praktijkproblem<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgelost,dan aan door wìe die problem<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangepakt of opgelost. De richtlijn is e<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t waarin staat hoe optimale begeleiding er inhoudelijk uitziet.15202530In deze richtlijn zijn de volg<strong>en</strong>de ‘klinische uitgangsvrag<strong>en</strong>’ behandeld:H3 Visie/zelfmanagem<strong>en</strong>t van de cliëntWat zijn effectieve zelfmanagem<strong>en</strong>t interv<strong>en</strong>ties voor het behoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> baan?H4 Beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>Met welke beïnvloed<strong>en</strong>de (c.q. voorspell<strong>en</strong>de) factor<strong>en</strong> voor baanbehoud di<strong>en</strong>t in debegeleiding van cliënt<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>?H5 Inschatt<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiesWat zijn best practices (tests/instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>/procedures) voor het inschatt<strong>en</strong> vancompet<strong>en</strong>ties in het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk?H6 <strong>Werk</strong>zame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tiesWelke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van arbeidsbegeleiding kan m<strong>en</strong> het beste inzett<strong>en</strong> om te kom<strong>en</strong> totbaanbehoud? Deze uitgangsvraag is uitgewerkt in drie deelvrag<strong>en</strong>, namelijk:- Wat is de relatie tuss<strong>en</strong> IPS modelgetrouwheid <strong>en</strong> baanbehoud?- Wat is de relatie tuss<strong>en</strong> onderdel<strong>en</strong> van IPS/SE <strong>en</strong> baanbehoud?- Wat is de relatie tuss<strong>en</strong> procesk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> baanbehoud?H7 Sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong>Wat zijn best practices (modell<strong>en</strong>/verband<strong>en</strong>) om te kom<strong>en</strong> tot behoud van werk?1.3 Status van de richtlijn3540De professionaliteit van hulpverl<strong>en</strong>ers in de gezondheidszorg br<strong>en</strong>gt met zich mee datzij (mede door het hanter<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> richtlijn) zo veel als mogelijk ‘evid<strong>en</strong>ce-based’handel<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s de laatste stand van de wet<strong>en</strong>schap. Wanneer richtlijn<strong>en</strong> door <strong>en</strong>binn<strong>en</strong> de beroepsgroep zijn opgesteld, normer<strong>en</strong> zij het medisch professioneelhandel<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn zij e<strong>en</strong> uitwerking van de medisch professionele standaard (Geversand Aalst, 1998).45<strong>Richtlijn</strong><strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> wettelijke voorschrift<strong>en</strong>, maar zoveel mogelijk op bewijsgebaseerde inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> waaraan hulpverl<strong>en</strong>ers, organisaties,zorgverl<strong>en</strong>ers, beleidsmakers, inhoudelijk adviseurs <strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis kunn<strong>en</strong> ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>om kwalitatief hoogwaardige zorg te verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> te waarborg<strong>en</strong>. De doelgroep van derichtlijn kan, als zij dat nodig acht, op basis van de eig<strong>en</strong> professionele autonomie11


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5afwijk<strong>en</strong> van de richtlijn. Afwijk<strong>en</strong> van richtlijn<strong>en</strong> is, als de situatie dat vereist, zelfsnoodzakelijk. Er is wel e<strong>en</strong> plicht dit schriftelijk vast te legg<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t datrichtlijn<strong>en</strong> niet-bind<strong>en</strong>d zijn, e<strong>en</strong> richtlijn is dus ge<strong>en</strong> voorschrift (e<strong>en</strong> voorschrift is welbind<strong>en</strong>d) (Wijm<strong>en</strong> et al., 2004).1.4 <strong>Werk</strong>groep <strong>en</strong> werkwijze1015202530De Multidisciplinaire <strong>Richtlijn</strong> <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is ontwikkelddoor de richtlijnwerkgroep Multidisciplinaire <strong>Richtlijn</strong> <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, in opdracht van het programma K<strong>en</strong>nisbeleid Kwaliteit <strong>en</strong> Curatieve Zorg(KKCZ) van ZonMw. Het project is aangevraagd door het kwaliteitsbureau NVAB <strong>en</strong> hetTrimbos-instituut. Mede aanvragers zijn Stichting Pandora, de NVvP <strong>en</strong> hetK<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Rehabilitatie. De projectleidersrol lag oorspronkelijk bij hetkwaliteitsbureau NVAB. Half oktober 2009 is vanuit het NVAB het verzoek gekom<strong>en</strong> omde projectleidersrol bij het Trimbos-instituut te legg<strong>en</strong>. Deze aanpassing is vanaf eind2009 gerealiseerd.De richtlijnwerkgroep, onder voorzitterschap van Prof. Dr. Jaap van Weeghel, bestonduit e<strong>en</strong> kerngroep <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klankbordgroep. Hierin war<strong>en</strong> beroepsver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong>organisaties verteg<strong>en</strong>woordigd welke betrokk<strong>en</strong> zijn bij de begeleiding van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in <strong>en</strong> naar betaald werk. Led<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> oppersoonlijke titel uitg<strong>en</strong>odigd voor de kerngroep. De kerngroep kon vanwege de kleineomvang slagvaardig <strong>en</strong> doelgericht te werk gaan. Led<strong>en</strong> van de klankbordgroep zijngeworv<strong>en</strong> door middel van schriftelijke uitnodiging<strong>en</strong> aan de beroepsver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong>andere betrokk<strong>en</strong> organisaties. De klankbordgroep gaf reactie op de activiteit<strong>en</strong> in dewerkgroep. De volledige richtlijnwerkgroep werd methodologisch <strong>en</strong> organisatorischondersteund door het technisch team van het Trimbos-instituut. Dit technisch teambestond uit e<strong>en</strong> projectleider, informatiespecialist, literatuur reviewer, onderzoekers(focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudies), ambtelijk secretaris <strong>en</strong> e<strong>en</strong> projectassist<strong>en</strong>te.Onderstaand schema geeft e<strong>en</strong> overzicht van de sam<strong>en</strong>stelling van derichtlijnwerkgroep (kerngroep <strong>en</strong> klankbordgroep) <strong>en</strong> het ondersteun<strong>en</strong>d technischteam.35Led<strong>en</strong> KerngroepNaamBeroepsver<strong>en</strong>iging1. Prof. dr. J. van Weeghel K<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Phr<strong>en</strong>os2. David Bruinvels Bedrijfsarts, NVAB3. Anneke Huson Beleidsmedewerker vanuit cliëntperspectief4. Debby Kamstra Job coach bij team VIP, AMC5. Mette Lans<strong>en</strong> Voorzitter Anoiksis6. Harry Michon Sr. Wet<strong>en</strong>schappelijk medewerker, Trimbos-instituut12


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>7. Marieke d<strong>en</strong> Oud<strong>en</strong> Psycholoog, NIP8. Norbert van der Plas Verzekeringsarts, NVvG9. Judith Vuik Psychiater, NVvP10. Yvette van Woerkom Arbeidsdeskundige, UWVLed<strong>en</strong> KlankbordgroepNaamBeroepsver<strong>en</strong>iging1. Herman Foek<strong>en</strong> NVvA2. Hele<strong>en</strong> Heinsbroek CEDRIS3. Maart<strong>en</strong> Jacobs Huisarts, NHG4. Annemarie Kol<strong>en</strong>berg LP<strong>GGZ</strong>, VMDB5. Cecile Linschot<strong>en</strong> Verzekeringsarts, NVvG6. Gerard Milt<strong>en</strong>burg Psychiater, NVvP7. Inge van Oost<strong>en</strong> UWV8. Peter van Otinchem Beroepsver<strong>en</strong>iging job coaches Nederland9. Wim Otto UWV10. Margriet Paalvast LP<strong>GGZ</strong>11. Coby Scheele Bedrijfsarts, NVAB12. Jacqueline op de Weegh Trajectbegeleider, <strong>GGZ</strong> Leid<strong>en</strong>5Methodologische ondersteuningNaamOndersteuning1. Danielle van Duin Projectleider richtlijn / richtlijnadviseur, Trimbos2. Nicole van Erp Projectleider onderzoek / literatuur reviewer, Trimbos3. Marle<strong>en</strong> Herm<strong>en</strong>s Literatuur reviewer, Trimbos4. Toine Ketelaars Informatiespecialist, Trimbos5. Freeke Perdok Projectassist<strong>en</strong>te, Trimbos6. David Reberg<strong>en</strong> Ambtelijk secretaris / literatuur reviewer, Trimbos7. Manja van Wezep Onderzoeker praktijkdeel, Trimbos13


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5101520In totaal kwam de kerngroep 7 keer bije<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> periode van 19 maand<strong>en</strong> (januari2010 - augustus 2011). In totaal kwam de klankbordgroep 3 keer bije<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> periodevan 13 maand<strong>en</strong> (februari 2010 – maart 2011). In deze periode werd<strong>en</strong> de stapp<strong>en</strong> vande EBRO-methode doorlop<strong>en</strong>. De informatiespecialist<strong>en</strong> verrichtt<strong>en</strong> in overleg met dewerkgroepled<strong>en</strong> op systematische wijze literatuuronderzoek. De reviewersbeoordeeld<strong>en</strong> de kwaliteit <strong>en</strong> inhoud van de aldus verkreg<strong>en</strong> literatuur <strong>en</strong> verwerkt<strong>en</strong>deze in evid<strong>en</strong>ce tabell<strong>en</strong>, beschrijving<strong>en</strong> van de wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing <strong>en</strong>wet<strong>en</strong>schappelijke (gewog<strong>en</strong>) conclusies. Led<strong>en</strong> van de kerngroep <strong>en</strong> klankbordgroepging<strong>en</strong> op basis van de gevond<strong>en</strong> literatuur met elkaar in discussie over overigeoverweging<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong>. Aan de richtlijnwerkgroep was e<strong>en</strong> secretarisverbond<strong>en</strong> met de taak om op basis van de discussie in de richtlijnwerkgroepvoorstell<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> voor concepttekst <strong>en</strong> de structuur van de richtlijn. Vervolg<strong>en</strong>svuld<strong>en</strong> de led<strong>en</strong> van de kerngroep paragraf<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoofdstukk<strong>en</strong> aan voor deconceptrichtlijn. Tijd<strong>en</strong>s vergadering<strong>en</strong> lichtt<strong>en</strong> zij hun tekst<strong>en</strong> aan elkaar toe, dacht<strong>en</strong>mee <strong>en</strong> discussieerd<strong>en</strong> over andere hoofdstukk<strong>en</strong>. De uiteindelijke tekst<strong>en</strong> vormd<strong>en</strong> deconceptrichtlijn die ter becomm<strong>en</strong>tariëring op<strong>en</strong>baar is gemaakt. De binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>comm<strong>en</strong>tar<strong>en</strong> zijn verwerkt in e<strong>en</strong> comm<strong>en</strong>taartabel, welke op e<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>komst van dekerngroep is besprok<strong>en</strong>. Na het doorvoer<strong>en</strong> van op deze bije<strong>en</strong>komst voorgesteldewijziging<strong>en</strong> is de definitieve richtlijn aan de opdrachtgever aangebod<strong>en</strong>. Hierop volg<strong>en</strong>autorisatie door de beroepsver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, druk <strong>en</strong> verspreiding.1.5 Methode: wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing2530De richtlijn is ontwikkeld volg<strong>en</strong>s de methodiek van de evid<strong>en</strong>ce based richtlijnontwikkeling(EBRO). Tev<strong>en</strong>s is de (herzi<strong>en</strong>e) blauwdruk ‘Arbeid <strong>en</strong> functioner<strong>en</strong> inrichtlijn<strong>en</strong>’ toegepast. Om de klinische uitgangsvrag<strong>en</strong> te beantwoord<strong>en</strong> is door e<strong>en</strong>informatie specialist van het Trimbos-instituut gezocht naar relevanteonderzoeksbevinding<strong>en</strong> door het verricht<strong>en</strong> van systematische zoekacties. Er is hierbijgezocht naar publicaties tot <strong>en</strong> met juni 2010.3540Als uitgangspunt is gezocht naar bestaande (buit<strong>en</strong>landse) evid<strong>en</strong>ce-based richtlijn<strong>en</strong>voor de zorg aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met schizofr<strong>en</strong>ie, <strong>en</strong> systematische reviews of meta-analyses.De informatie uit de bestaande richtlijn<strong>en</strong>, systematische reviews <strong>en</strong> meta-analyses isaangevuld met informatie uit oorspronkelijk rec<strong>en</strong>t onderzoek (vanaf de datum van delaatste systematische review over e<strong>en</strong> onderwerp) van zo hoog mogelijk bewijsniveau(gecontroleerde trials <strong>en</strong> prospectief cohortonderzoek). In de literatuursearches isgezocht naar literatuur in de Engelse, Nederlandse, Franse, <strong>en</strong> Duitse taalgebied<strong>en</strong>. Inde bijlage op de website www.ggzrichtlijn<strong>en</strong>.nl is e<strong>en</strong> overzicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van allezoekterm<strong>en</strong> in de toegepaste zoekopdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daarbij behor<strong>en</strong>de resultat<strong>en</strong>(literatuurlijst<strong>en</strong>). Daarnaast werd<strong>en</strong> artikel<strong>en</strong> geëxtraheerd uit refer<strong>en</strong>tielijst<strong>en</strong> vangeselecteerde artikel<strong>en</strong>.45Voor het zoek<strong>en</strong> naar publicaties is gebruik gemaakt van de volg<strong>en</strong>deinformatiebronn<strong>en</strong>:14


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5• <strong>Richtlijn</strong><strong>en</strong>: National Guidelines Clearinghouse <strong>en</strong> Guideline International Network.• Systematic reviews: De Cochrane-database of ‘systematic reviews’ van de CochraneLibrary.• Systematic reviews + oorspronkelijk onderzoek van hoog bewijsniveau : Medline(Pubmed), PsychInfo <strong>en</strong> Embase.1015Bij de selectie van artikel<strong>en</strong> zijn de volg<strong>en</strong>de criteria gehanteerd:Geeft het onderwerp van de gevond<strong>en</strong> studie voldo<strong>en</strong>de antwoord op de vraag?Is werkbehoud of arbeidsparticipatie e<strong>en</strong> directe uitkomstmaat?Sluit de doelgroep van de gevond<strong>en</strong> studie voldo<strong>en</strong>de aan bij de vraag?Is de bestudeerde groep (n) voldo<strong>en</strong>de groot <strong>en</strong> niet te specifiek?Is er sprake van e<strong>en</strong> RCT, systematische review, cohort onderzoek, cliëntcontroleonderzoek of goed kwalitatief onderzoek? Bij e<strong>en</strong> longitudinale studie: Is er sprakevan e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de lange follow up periode?Is de studie uitgevoerd in e<strong>en</strong> westers land? (situatie in niet-westerse land<strong>en</strong> issoms zo afwijk<strong>en</strong>d dat resultat<strong>en</strong> moeilijk te g<strong>en</strong>eraliser<strong>en</strong> zijn).20De kwaliteit van de gebruikte artikel<strong>en</strong> is beoordeeld met voor het betreff<strong>en</strong>deonderzoekstype relevante checklists welke zijn gebaseerd op checklists van het EBROplatform(Handleiding voor werkgroepled<strong>en</strong> CBO, 2005). Daarna zijn ze gegradeerdnaar mate van methodologische kwaliteit. Hierbij is de indeling gebruikt zoalsweergegev<strong>en</strong> in tabel 1.253035Op basis van de resultat<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek in combinatie met overigeoverweging<strong>en</strong> van werkgroepled<strong>en</strong> zijn evid<strong>en</strong>ce-based conclusies getrokk<strong>en</strong> (zie tabel2) <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> voor de praktijk geformuleerd. E<strong>en</strong> aantal uitgangsvrag<strong>en</strong> konhelaas nog niet beantwoord word<strong>en</strong> door gebrek aan e<strong>en</strong>sluid<strong>en</strong>d bewijs <strong>en</strong>teg<strong>en</strong>strijdige m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de werkgroep. Voor het beantwoord<strong>en</strong> van dezeuitgangsvrag<strong>en</strong> heeft de werkgroep aanbeveling<strong>en</strong> voor verder onderzoek gedaan.Naast bov<strong>en</strong>staand literatuuronderzoek <strong>en</strong> overige overweging<strong>en</strong> in de werkgroep zijnde aanbeveling<strong>en</strong> in deze richtlijn gebaseerd op focusgroeponderzoek <strong>en</strong> e<strong>en</strong>casusstudie binn<strong>en</strong> de doelgroep. In de volg<strong>en</strong>de paragraaf wordt beschrev<strong>en</strong> hoe dezesystematische verwerving van k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> onder de doelgroep van de richtlijnheeft plaatsgevond<strong>en</strong>.Tabel 1. Indeling van methodologische kwaliteit van individuele studiesInterv<strong>en</strong>tieDiagnostisch accuratesseonderzoekSchade of bijwerking<strong>en</strong>,etiologie, prognoseA1 Systematische review vant<strong>en</strong>minste tweeonafhankelijk van elkaaruitgevoerde onderzoek<strong>en</strong>van A2-niveauA2 Gerandomiseerddubbelblind vergelijk<strong>en</strong>dOnderzoek t<strong>en</strong> opzichtevan e<strong>en</strong> refer<strong>en</strong>tietestProspectief cohortonderzoek van voldo<strong>en</strong>de15


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>klinisch onderzoek van(e<strong>en</strong> ‘goud<strong>en</strong> standaard’)omvang <strong>en</strong> follow-up,goede kwaliteit vanmet tevor<strong>en</strong> gedefinieerdewaarbij adequaatvoldo<strong>en</strong>de omvangafkapwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong>gecontroleerd is vooronafhankelijke beoordeling‘confounding’ <strong>en</strong>van de resultat<strong>en</strong> van testselectieve follow-up<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> standaard,voldo<strong>en</strong>de is uitgeslot<strong>en</strong>.betreff<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>degrote serie vanope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de cliënt<strong>en</strong>die all<strong>en</strong> de index- <strong>en</strong>refer<strong>en</strong>tietest hebb<strong>en</strong>gehadBVergelijk<strong>en</strong>d onderzoek,Onderzoek t<strong>en</strong> opzichteProspectief cohortmaar niet met allevan e<strong>en</strong> refer<strong>en</strong>tietest,onderzoek, maar niet metk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> als g<strong>en</strong>oemdmaar niet met allealle k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> alsonder A2 (hieronder valtk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> die onder A2g<strong>en</strong>oemd onder A2 ofook cliënt-controlezijn g<strong>en</strong>oemdretrospectief cohortonderzoek, cohort-onderzoek of cliënt-onderzoek)controle onderzoekCNiet-vergelijk<strong>en</strong>donderzoekDM<strong>en</strong>ing van deskundig<strong>en</strong>5De werkgroep sluit zich aan bij de voor <strong>GGZ</strong>-richtlijn<strong>en</strong> veel toegepaste interpretatievan deze tabel, waarbij ook single blind RCT's in de richtlijn e<strong>en</strong> A niveau toegek<strong>en</strong>dkrijg<strong>en</strong>. Omdat onderzoek naar psychologische interv<strong>en</strong>ties niet dubbelblind uitgevoerdkan word<strong>en</strong>, is de indeling van methodologische kwaliteit anders niet volledig vantoepassing op onderzoek naar psychologische interv<strong>en</strong>ties.Tabel 2. Niveau van bewijs van conclusiesConclusieGebaseerd op1 Onderzoek van niveau A1 of t<strong>en</strong> minste 2 onafhankelijk van elkaaruitgevoerde onderzoek<strong>en</strong> van niveau A22 1 onderzoek van niveau A2 of t<strong>en</strong> minste 2 onafhankelijk van elkaaruitgevoerde onderzoek<strong>en</strong> van niveau B3 1 onderzoek van niveau B of C4 M<strong>en</strong>ing van deskundig<strong>en</strong>1015De beoordeling van de verschill<strong>en</strong>de artikel<strong>en</strong> staat in de verschill<strong>en</strong>de tekst<strong>en</strong> onderhet kopje ‘wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing’. Na de technische sam<strong>en</strong>vatting van de‘Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing’ volgt de klinisch inhoudelijke conclusie. Debelangrijkste literatuur waarop de conclusie is gebaseerd, staat bij de conclusievermeld, inclusief het niveau van bewijs.16


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5De aanbeveling<strong>en</strong> zijn gebaseerd op wet<strong>en</strong>schappelijk bewijs <strong>en</strong> op overigeoverweging<strong>en</strong>, zoals voorkeur<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> familie, kost<strong>en</strong>, beschikbaarheid (inverschill<strong>en</strong>de echelons) <strong>en</strong> organisatorische aspect<strong>en</strong>. Zie hiervoor het kopje ‘Overigeoverweging<strong>en</strong>’. Het volg<strong>en</strong> van deze procedure verhoogt de transparantie van derichtlijn <strong>en</strong> vergroot de helderheid voor de gebruiker van de richtlijn.1.6 Methode: focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudies10In aanvulling op informatie uit de knelpunt<strong>en</strong>analyse <strong>en</strong> het literatuuronderzoek is bijde ontwikkeling van deze richtlijn tev<strong>en</strong>s gebruik gemaakt van focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong>casusstudies. Dit betek<strong>en</strong>t dat de richtlijn niet alle<strong>en</strong> gebaseerd op wet<strong>en</strong>schappelijke(evid<strong>en</strong>ce based) k<strong>en</strong>nis, maar ook op k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> uit de praktijk.1520253035Focusgroep<strong>en</strong>Doel van de focusgroep<strong>en</strong> is om meer inzicht te krijg<strong>en</strong> in de visie <strong>en</strong> standpunt<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong>, ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> re-integratieprofessionals. Defocusgroep<strong>en</strong> zijn gehoud<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> 4-stapp<strong>en</strong> plan. De 4 stapp<strong>en</strong> zijn: exploratie,verdieping, verbinding & dialoog, <strong>en</strong> integratie. Hieronder zull<strong>en</strong> de 4 stapp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>toegelicht.1. Exploratie: Dit houdt de exploratie van knelpunt<strong>en</strong> onder cliënt<strong>en</strong>,ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals in brede zin in. Aan h<strong>en</strong> isgevraagd e<strong>en</strong> waardering te gev<strong>en</strong> aan de knelpunt<strong>en</strong> die zij zelf naar vor<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>alsmede de uitgangsvrag<strong>en</strong> die al geformuleerd zijn. Dit di<strong>en</strong>t ter validatie van de reedsgeformuleerde uitgangsvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan aanvull<strong>en</strong>de informatie oplever<strong>en</strong>, die meerinzicht geeft in de perspectiev<strong>en</strong> van diverse betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>.2. Verdieping: Tijd<strong>en</strong>s deze stap is dieper ingegaan op de belangrijkste onderwerp<strong>en</strong>die uit de exploratiefase naar vor<strong>en</strong> zijn gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn de uitgangsvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong>knelpunt<strong>en</strong> verder uitgediept. Hierdoor is inzicht verkreg<strong>en</strong> in de perspectiev<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong>, ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals met betrekking totspecifieke aandachtspunt<strong>en</strong>.3. Verbinding <strong>en</strong> dialoog: Hierin zijn cliënt<strong>en</strong>, ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong>professionals met elkaar in dialoog gegaan om inzicht in elkaars perspectief te krijg<strong>en</strong><strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> deze perspectiev<strong>en</strong> zichtbaar te mak<strong>en</strong>.4. Integratie met richtlijn: Cliënt<strong>en</strong>, ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong>professionals hebb<strong>en</strong> de uitkomst<strong>en</strong> van de dialoog besprok<strong>en</strong>. Ook is aan de ordegekom<strong>en</strong> hoe de resultat<strong>en</strong> van de focusgroep<strong>en</strong> in de richtlijn geïntegreerd kunn<strong>en</strong>word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn overige overweging<strong>en</strong> geformuleerd.4045Stapp<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 2 (exploratie <strong>en</strong> verdieping) hebb<strong>en</strong> in de beginfase van derichtlijnontwikkeling plaatsgevond<strong>en</strong>. Er zijn vier bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> georganiseerd: éénmet cliënt<strong>en</strong>, één met ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, één met familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> één metprofessionals. In het eerste deel van de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> stond de exploratie c<strong>en</strong>traal, inhet tweede deel is ingegaan op de verdieping van uitgangsvrag<strong>en</strong>. Fase 3 <strong>en</strong> 4 (dialoog<strong>en</strong> integratie) hebb<strong>en</strong> later in het proces van richtlijnontwikkeling plaatsgevond<strong>en</strong>. Indit kader is e<strong>en</strong> dialoogsessie georganiseerd, waarbij cliënt<strong>en</strong>, ervaringsdeskundig<strong>en</strong>,familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals ideeën <strong>en</strong> opvatting<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> uitgewisseld <strong>en</strong> overige17


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>overweging<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geformuleerd. Van iedere bije<strong>en</strong>komst isverslag gedaan naar de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de kerngroep.5101520CasusstudiesEr zijn acht casusstudies uitgevoerd om het re-integratieproces van werknemers mete<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Hierin word<strong>en</strong> de ervaring<strong>en</strong>beschrev<strong>en</strong> van de werknemers <strong>en</strong> de actor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol vervull<strong>en</strong> of rec<strong>en</strong>telijkvervuld hebb<strong>en</strong> in het re-integratieproces. Per casus zijn drie actor<strong>en</strong> geïnterviewd: dewerknemer, de re-integratieprofessional (bv jobcoach of bedrijfsarts), <strong>en</strong> dewerkgever/leidinggev<strong>en</strong>de.Voor de casusstudies zijn werknemers geïncludeerd die behor<strong>en</strong> tot de doelgroepm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, nu of rec<strong>en</strong>t deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aane<strong>en</strong> re-integratietraject, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> betaalde baan hebb<strong>en</strong>. Verder is gezocht naar variatiebinn<strong>en</strong> de casuss<strong>en</strong> wat betreft de duur van de huidige baan (onlangs met e<strong>en</strong> baanbegonn<strong>en</strong> versus al langere tijd e<strong>en</strong> baan hebb<strong>en</strong>), de aard van het traject (bv nietalle<strong>en</strong> IPS maar ook andere individuele traject<strong>en</strong>) <strong>en</strong> ervaring met uitval (bv rec<strong>en</strong>tgeruime tijd arbeidsongeschikt geweest versus al langere tijd niet arbeidsongeschiktgeweest vanwege <strong>psychische</strong> klacht<strong>en</strong>). Tev<strong>en</strong>s is gestreefd naar e<strong>en</strong> mix van jong <strong>en</strong>oud, man <strong>en</strong> vrouw, uitkeringsachtergrond <strong>en</strong> afkomst (Nederlands-buit<strong>en</strong>lands).Geschikte casuss<strong>en</strong> zijn gezocht via re-integratiebedrijv<strong>en</strong>, jobcoachorganisaties,casemanagem<strong>en</strong>t teams <strong>en</strong> arbodi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>.2530Per casus is e<strong>en</strong> gevalsbeschrijving opgesteld, die is voorgelegd aan led<strong>en</strong> van dekerngroep. Zij hebb<strong>en</strong> de casuss<strong>en</strong> beoordeeld op volledigheid (mist er nog belangrijkeinformatie?) <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> geformuleerd die in het kader van derichtlijn van belang zijn. Deze vrag<strong>en</strong> zijn meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de tweede interviewronde,die e<strong>en</strong> half jaar later heeft plaatsgevond<strong>en</strong>. In dit kader zijn de werknemer <strong>en</strong> deprofessional opnieuw b<strong>en</strong>aderd voor e<strong>en</strong> interview. In dit interview (met werknemer <strong>en</strong>professional sam<strong>en</strong>) is tev<strong>en</strong>s teruggeblikt op ontwikkeling<strong>en</strong> die het afgelop<strong>en</strong> half jaarhebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>. De resultat<strong>en</strong> van de eerste <strong>en</strong> tweede ronde zijn beschrev<strong>en</strong>in e<strong>en</strong> geïntegreerd verslag <strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> de basis voor de in de richtlijn geformuleerdeoverige overweging<strong>en</strong>.3540451.7 Onderzoeksproject Ath<strong>en</strong>a InstituutBij de ontwikkeling van de richtlijn ‘<strong>Werk</strong> <strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>’ is opverschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> vorm gegev<strong>en</strong> aan cliënt<strong>en</strong>inbr<strong>en</strong>g: in de focusgroep<strong>en</strong>, decasusstudies <strong>en</strong> in de kern- <strong>en</strong> klankbordgroep. Het Ath<strong>en</strong>a Instituut heeft het procesvan cliënt<strong>en</strong>participatie bij deze -<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele andere- richtlijn<strong>en</strong> gemonitord <strong>en</strong>geëvalueerd.Doel van het onderzoek van het Ath<strong>en</strong>a Instituut is om inzicht te verwerv<strong>en</strong> in dehuidige praktijk van cliënt<strong>en</strong>participatie bij richtlijnontwikkeling (in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong>buit<strong>en</strong>land) <strong>en</strong> te experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> met nieuwe method<strong>en</strong> in concrete praktijkcasuss<strong>en</strong>om e<strong>en</strong> bijdrage te lever<strong>en</strong> aan het realiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> meer optimale inbr<strong>en</strong>g van hetcliënt<strong>en</strong>perspectief bij richtlijnontwikkeling. Het onderzoek bestaat uit 4 fas<strong>en</strong>.18


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5101520251) Inv<strong>en</strong>tarisatie: In kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> van toegepaste vorm<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong>participatie bij richtlijnontwikkeling in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land, <strong>en</strong> hetid<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> van less<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbeterpunt<strong>en</strong>.2) Modelontwikkeling <strong>en</strong> casus-selectie: Op basis van de bevinding<strong>en</strong> van fase 1 <strong>en</strong>andere relevante inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele modell<strong>en</strong> voorcliënt<strong>en</strong>participatie bij richtlijnontwikkeling geformuleerd. Daarnaast word<strong>en</strong>praktijkcasuss<strong>en</strong> (concrete richtlijnontwikkelingstraject<strong>en</strong>) geselecteerd waarinmodell<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getoetst.3) Praktijktoetsing – ca. 4 casuss<strong>en</strong>: Eerst wordt per praktijkcasus e<strong>en</strong> plan vanaanpak <strong>en</strong> e<strong>en</strong> monitoring <strong>en</strong> evaluatiekader opgesteld. Vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> de infase 2 ontwikkelde <strong>en</strong> geselecteerde modell<strong>en</strong> voor cliënt<strong>en</strong>participatie bijrichtlijnontwikkeling in de praktijk gebracht. De voortgang wordt gemonitord <strong>en</strong>geëvalueerd. Monitoring <strong>en</strong> evaluatie vindt plaats volg<strong>en</strong>s de methodologie van'responsive evaluation'. Deze vorm van evaluatie is vooral kwalitatief <strong>en</strong> participatief(met de participant<strong>en</strong> in het proces, dus zowel professionals als cliënt<strong>en</strong>).4) Analyse <strong>en</strong> rapportage: Naast analyse van de resultat<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong>geformuleerd over wanneer, op welke wijze, voor welk soort richtlijn <strong>en</strong> onder welkecondities cliënt<strong>en</strong>participatie bij richtlijnontwikkeling het meest optimaal kanplaatsvind<strong>en</strong> Dataverzameling vindt plaats door middel van. literatuurstudie,interviews, focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> (participer<strong>en</strong>de) observatie.De betrokk<strong>en</strong>heid van het Ath<strong>en</strong>a Instituut bij de richtlijn werk <strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> valt onder fase 3 (praktijktoetsing). De richtlijn is als praktijkcasusgemonitord <strong>en</strong> geëvalueerd. Dataverzameling vond plaats door middel van observaties,interviews <strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t analyse. Daarnaast heeft het Ath<strong>en</strong>a Instituut e<strong>en</strong> bijdragegeleverd aan de opzet <strong>en</strong> uitvoering van de focusgroep<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong>tijdse bevinding<strong>en</strong> vanhet onderzoek werd<strong>en</strong> gepres<strong>en</strong>teerd <strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van dewerkgroep.3035401.8 Implem<strong>en</strong>tatieRec<strong>en</strong>t onderzoek laat zi<strong>en</strong> dat er bij richtlijntraject<strong>en</strong> voornamelijk aandacht is voor deontwikkeling van de richtlijn. Planmatige opgezette <strong>en</strong> onderbouwde invoering komtmaar heel beperkt van de grond. Hier di<strong>en</strong>t gericht op te word<strong>en</strong> aangestuurd doorfinanciers, zodat hier al bij de start geld voor beschikbaar is. De Regieraad voorrichtlijntraject<strong>en</strong> onderschrijft dan ook e<strong>en</strong> programmatische aanpak van deontwikkeling, invoering én evaluatie van richtlijn<strong>en</strong> inclusief (financiële <strong>en</strong>organisatorische) middel<strong>en</strong>, om het gebruik van de richtlijn<strong>en</strong> te stimuler<strong>en</strong>, monitor<strong>en</strong><strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong>. 1 TNO, CBO <strong>en</strong> het Trimbos-instituut beslot<strong>en</strong> deze opdracht sam<strong>en</strong> uit tevoer<strong>en</strong>, met als doel om de complem<strong>en</strong>taire inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> expertises te vertal<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schappelijke visie op richtlijn<strong>en</strong>. Dit resulteerde in e<strong>en</strong> praktisch instrum<strong>en</strong>tvoor e<strong>en</strong> analyse van richtlijntraject<strong>en</strong>: Kwaliteit <strong>Richtlijn</strong>ontwikkeling, Invoering <strong>en</strong>Evaluatie (acroniem: KRIE).45Binn<strong>en</strong> dit richtlijntraject is uitvoerig aandacht besteed aan invoering van de richtlijn. Erhebb<strong>en</strong> naast literatuuronderzoek focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudies plaatsgevond<strong>en</strong>,1 http://www.cbo.nl/Downloads/932/Advies_Regieraad_KRIE.pdf19


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>waarin de sleutelaanbeveling<strong>en</strong> uit de conceptrichtlijn <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de ontwikkeldeindicator<strong>en</strong> zijn getest op toepasbaarheid in de praktijk.5101.9 Herzi<strong>en</strong>ingUiterlijk in 2016 bepaalt het Trimbos-instituut in sam<strong>en</strong>spraak met de betrokk<strong>en</strong>partij<strong>en</strong> of deze richtlijn nog actueel is. Zo nodig wordt e<strong>en</strong> nieuwe werkgroepgeïnstalleerd om de richtlijn te herzi<strong>en</strong>. De geldigheid van de richtlijn komt eerder tevervall<strong>en</strong> wanneer nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong> aanleiding gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vervroegdherzi<strong>en</strong>ingstraject te start<strong>en</strong>.1520


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 2 INHOUDELIJKE INLEIDING5Dit hoofdstuk geeft e<strong>en</strong> beschrijving van de visie <strong>en</strong> context waarop de inhoud van demultidisciplinaire richtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> ernstige Psychische Aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is gebaseerd.2.1 Betek<strong>en</strong>is van betaald werk1015Mede als gevolg van extramuralisering <strong>en</strong> vermaatschappelijking van de <strong>GGZ</strong> verblijv<strong>en</strong>de meeste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig in de gewonesam<strong>en</strong>leving. In de ambulante zorg voor deze groep heeft werk<strong>en</strong> de laatste jar<strong>en</strong> weere<strong>en</strong> belangrijker plaats gekreg<strong>en</strong>. <strong>Werk</strong><strong>en</strong>, zo is de gedachtegang, betek<strong>en</strong>t dat m<strong>en</strong>meedoet in de maatschappij <strong>en</strong> met andere burgers in contact komt. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> laatonderzoek telk<strong>en</strong>s zi<strong>en</strong> dat de meeste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>ook will<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> (Van Hoof et al., 2000; NICE, 2002; SE-SURG, 2006). Deg<strong>en</strong><strong>en</strong> diee<strong>en</strong> baan hebb<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die meestal te behoud<strong>en</strong>, ook als het werk veel inspanningkost. Vel<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong> werkhervatting als e<strong>en</strong> belangrijke graadmeter voor hunpersoonlijk <strong>en</strong> maatschappelijk herstel (Van Weeghel & Michon, 2001).202530354045De betek<strong>en</strong>is van (betaald) werk is groot, zowel voor het individu als voor desam<strong>en</strong>leving. Voor het individu is werk in de eerste plaats e<strong>en</strong> inkomst<strong>en</strong>bron <strong>en</strong>daarmee e<strong>en</strong> middel tot zelfstandigheid <strong>en</strong> onafhankelijkheid. Daarnaast zorgt e<strong>en</strong>betaalde baan voor e<strong>en</strong> dag- <strong>en</strong> weekstructuur, is werk e<strong>en</strong> belangrijke bron van socialecontact<strong>en</strong>, zorgt arbeidsparticipatie voor verbreding van de sociale horizon <strong>en</strong> ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vooral aan hun werk hun sociale status. Ook is werk e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële bron vanpersoonlijke waardering <strong>en</strong> zingeving. Waar andere sociale verband<strong>en</strong> (buurt, familie,kerk) aan betek<strong>en</strong>is verliez<strong>en</strong>, neemt het belang van werk in dit opzicht alle<strong>en</strong> maar toeVan Hoof e.a., 2010). Andere vorm<strong>en</strong> van dagbesteding kunn<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> deel vanvoornoemde functies vervull<strong>en</strong>, maar er is ge<strong>en</strong> activiteit te verzinn<strong>en</strong> die, zoalsbetaalde arbeid, al deze functies in zich kan ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>.De voordel<strong>en</strong> van betaald werk geld<strong>en</strong> in principe voor iedere<strong>en</strong>. Maar voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> betaalde baan extra betek<strong>en</strong>is hebb<strong>en</strong>. <strong>Werk</strong>kan h<strong>en</strong> de geleg<strong>en</strong>heid bied<strong>en</strong> om iets te bewijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> aldus aan zelfachting te winn<strong>en</strong>(Van Weeghel, 1995). Wanneer zij niet (meer) participer<strong>en</strong> in het arbeidsproces, lijkt dekans aanzi<strong>en</strong>lijk groter dat zij als 'psychiatrische cliënt' word<strong>en</strong> beschouwd <strong>en</strong>b<strong>en</strong>aderd, met alle bijbehor<strong>en</strong>de stereotiepe beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle belemmering<strong>en</strong> die dat inhet sociale verkeer oplevert. Het hebb<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> betaalde baan kan inderdaad e<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>wicht teg<strong>en</strong> stigmatisering bied<strong>en</strong>, zo bleek uit e<strong>en</strong> onderzoek van Perkins e.a.(2009): burgers ervar<strong>en</strong> veel minder sociale afstand t<strong>en</strong> opzichte van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> metschizofr<strong>en</strong>ie als laatstg<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> betaalde baan hebb<strong>en</strong>. Verder kan werk<strong>en</strong> e<strong>en</strong>cruciale copingstrategie zijn: door te werk<strong>en</strong> blijft m<strong>en</strong> symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> klacht<strong>en</strong> (zoalshinderlijke stemm<strong>en</strong>, verlamm<strong>en</strong>de angst<strong>en</strong> <strong>en</strong> sombere gedacht<strong>en</strong>) beter de baas. Ditwerd geïllustreerd in e<strong>en</strong> studie van Delespaul et al. (2002), die vond<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>met schizofr<strong>en</strong>ie bij wie hallucinaties dominant zijn, minder angst ervar<strong>en</strong> als ze aanhet werk zijn dan bij passieve vrijetijdsbesteding (zoals TV kijk<strong>en</strong>) of bij deelname aansociale activiteit<strong>en</strong>. Het lijkt waarschijnlijk dat de resultat<strong>en</strong> uit deze onderzoek<strong>en</strong>21


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geg<strong>en</strong>eraliseerd naar de doelgroep van deze richtlijn, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.510Daarnaast heeft de arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> groot maatschappelijk belang. Verlies aan arbeidsproductiviteitdoor (tijdelijke) uitval uit het arbeidsproces is op macroniveau de belangrijkstekost<strong>en</strong>post van <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Deze indirecte kost<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> veelvoud vande directe zorgkost<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zal door de vergrijzing de vraag naar arbeidskracht<strong>en</strong>in de nabije toekomst alle<strong>en</strong> maar to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Het is dus vanuit sociaal <strong>en</strong> economischoogpunt niet verantwoord dat burgers buit<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>leving staan.1520Desondanks is m<strong>en</strong>ige hulpverl<strong>en</strong>er in de GGz ambival<strong>en</strong>t over de waarde van werkvoor cliënt<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> is vooral beducht voor de ziekmak<strong>en</strong>de gevolg<strong>en</strong> als cliënt<strong>en</strong> hetwerk niet aankunn<strong>en</strong>. Hoewel deze voorzichtigheid lang niet altijd gerechtvaardigd is,weerspiegelt zij wel vaak de gem<strong>en</strong>gde gevoel<strong>en</strong>s van cliënt<strong>en</strong> zelf. Omdat hunzelfbeeld al veel deuk<strong>en</strong> heeft opgelop<strong>en</strong>, gaan zij riskante initiatiev<strong>en</strong> liever uit de weg.<strong>Werk</strong> is dan e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sdomein waarin zij vanwege verwacht verlies aan zelfachting <strong>en</strong>gezondheid niet langer durv<strong>en</strong> te invester<strong>en</strong>.2.2 Arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>2530De afstand tuss<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s <strong>en</strong> werkelijkheid is groot als het gaat om arbeidsdeelname vanm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Vele buit<strong>en</strong>landse studies lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dathun arbeidsdeelname veel lager is dan die van de gehele beroepsbevolking (White,2005). In e<strong>en</strong> Australisch onderzoek onder kostwinners had 21% van deg<strong>en</strong><strong>en</strong> met e<strong>en</strong>psychotische stoornis e<strong>en</strong> betaalde baan, was 4% werkzoek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> participeerde e<strong>en</strong>vijfde in e<strong>en</strong> vorm van arbeidsre-integratie (Waghorn et al., 2004). In de Ver<strong>en</strong>igdeStat<strong>en</strong> komt de arbeidsdeelname van deze groep niet bov<strong>en</strong> de 20% (Cook & Razzano,2000; Bond et al. 2004; Salkever et al., 2007). In Engeland nam het aandeelwerk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met schizofr<strong>en</strong>ie af van 40% in 1955 tot 8% in 2000, aldusMarwaha & Johnson (2004).354045Ook in Nederland is de arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zeer bescheid<strong>en</strong>. Uit onderzoek bij 2070 cliënt<strong>en</strong> van ambulante <strong>GGZ</strong>teams<strong>en</strong> beschermde woonvorm<strong>en</strong> bleek dat 18% e<strong>en</strong> betaalde baan had (12%regulier <strong>en</strong> 6% gesubsidieerd). Bijna de helft had zelfs ge<strong>en</strong> structurele dagbesteding(Michon et al., 2003). Vergelijkbare bevinding<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>telijk naar vor<strong>en</strong> uit deeerste meting bij het landelijk Panel Psychisch Gezi<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> panel dat uitsluit<strong>en</strong>d bestaatuit m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Van de 606 deelnemers aan dezeeerste meting had 19% betaald werk (waarvan 14% regulier werk <strong>en</strong> 5% in de socialewerkvoorzi<strong>en</strong>ing). Van deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> betaald werk verrichtt<strong>en</strong> (81%), had één opde drie de w<strong>en</strong>s om binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> jaar in e<strong>en</strong> betaalde baan aan de slag te gaan (Michon& Overweg, 18 maart 2011).22


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5Aan de lage arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong> meerdere factor<strong>en</strong> t<strong>en</strong> grondslag. Die factor<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>erzijds buit<strong>en</strong> de persoongesitueerd (o.a. stand van werkgeleg<strong>en</strong>heid, kwaliteit van wel beschikbare arbeid,onbek<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> vooroordel<strong>en</strong> bij werkgevers, gebrekkig arbeidsintegratiebeleid) <strong>en</strong>anderzijds binn<strong>en</strong> de persoon geleg<strong>en</strong> (beperking<strong>en</strong> vanwege de aando<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> mededaardoor gebrek aan ervaring, veerkracht <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong>).101520De arbeidscarrières van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> verton<strong>en</strong>doorgaans e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de lijn. T<strong>en</strong> eerste verliez<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> hun baan <strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>swerkloos, t<strong>en</strong> tweede blijft e<strong>en</strong> kleinere groep wel aan het werk, maar op e<strong>en</strong> lagerniveau dan voorhe<strong>en</strong>. Deze neerwaartse lijn begint al vroeg in de ziektecarrière (VanWeeghel, 1995), vaak al voordat de stoornis formeel is vastgesteld (o.a. Beiser et al.,1994). In e<strong>en</strong> Amerikaans onderzoek (Muntaner et al., 1993) bleek dat person<strong>en</strong> dielater de diagnose schizofr<strong>en</strong>ie zoud<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, al voor de eerste opname in positiesonder hun niveau war<strong>en</strong> terechtgekom<strong>en</strong>. Zij zoud<strong>en</strong> zelf al e<strong>en</strong> werkomgeving metweinig sociale stimulatie uitzoek<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> psychotische episode te voorkom<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>sde onderzoekers nem<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sociaal geïsoleerde werkomgeving de negatievesymptom<strong>en</strong> eerder toe, waardoor m<strong>en</strong> nog kwetsbaarder wordt voor socialeoverstimulatie. Overig<strong>en</strong>s laat e<strong>en</strong> Canadese studie zi<strong>en</strong> dat cliënt<strong>en</strong> die snel behandeldwerd<strong>en</strong> voor hun eerste psychose <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de sociale steun kreg<strong>en</strong>, na drie jaarbeduid<strong>en</strong>d vaker volledig aan het werk war<strong>en</strong> dan cliënt<strong>en</strong> die later hulp kreg<strong>en</strong>(Norman et al., 2007).2530De neergaande lijn in de arbeidscarrière zet zich meestal door in de eerste vijf á ti<strong>en</strong>jaar nadat de aando<strong>en</strong>ing zich heeft aangedi<strong>en</strong>d. In die ‘kritische periode’ do<strong>en</strong> zich degrootste schommeling<strong>en</strong> in symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> sociaal functioner<strong>en</strong> voor, vaak resulter<strong>en</strong>din ziek<strong>en</strong>huisopnames. Deze jar<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> in de lev<strong>en</strong>sfase waarin jonger<strong>en</strong> belangrijkestatuspassages naar de volwass<strong>en</strong>heid mak<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>spartner vind<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>huishoud<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> vervolgopleiding kiez<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> start met de beroepscarrièremak<strong>en</strong>. Jonger<strong>en</strong> die met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing te kamp<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>,kom<strong>en</strong> vaak niet toe aan deze opgav<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voel<strong>en</strong> zich om die red<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte vanhun leeftijdsg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> op forse achterstand gezet.3540Na vijf á ti<strong>en</strong> jaar is de kans groot dat de ziekte <strong>en</strong> het functioner<strong>en</strong> zich stabiliser<strong>en</strong>.Dan di<strong>en</strong><strong>en</strong> zich mogelijkhed<strong>en</strong> aan voor herstel. Hoewel ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> doorgaans functionele beperking<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, zijn deuitkomst<strong>en</strong> op de langere termijn heteroge<strong>en</strong>. Na verloop van tijd krijgt m<strong>en</strong> nieuwekans<strong>en</strong> in het lev<strong>en</strong>, ook op het gebied van werk. Dat blijkt uit longitudinale studieswaarin lev<strong>en</strong>, ziektebeloop <strong>en</strong> loopban<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met schizofr<strong>en</strong>ie of e<strong>en</strong> andereernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing over periodes van 10 tot 40 jaar werd<strong>en</strong> gevolgd (zieVan Weeghel, 1995).2.3 Acc<strong>en</strong>t op behoud van regulier betaald werk45Ondersteuning bij het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van betaald werk is deels beschikbaar vanuitreguliere voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> voor arbeidsintegratie (de door UWV erk<strong>en</strong>de re-integratie23


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5101520bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> vanuit de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Maar die ondersteuning is niet altijdtoegespitst op de specifieke ondersteuningsbehoeft<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Mede om die red<strong>en</strong> biedt ook de GGz haar cliënt<strong>en</strong>ondersteuning bij het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk. Deze ondersteuning wordt‘arbeidsrehabilitatie’ g<strong>en</strong>oemd. Arbeidsrehabilitatie is het proces waarmee herstel,behoud <strong>en</strong> uitbreiding van iemands arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> wordt beoogd; daarbijword<strong>en</strong> diverse method<strong>en</strong> gecombineerd, zowel gericht op het individu als op deomgeving. Altijd wordt e<strong>en</strong> actieve inbr<strong>en</strong>g van de cliënt verondersteld (Van Weeghel,1995).In Nederland wordt de arbeidsrehabilitatie van deze groep veelal gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong>voorzichtige aanpak, in de zin dat zij doorgaans langdurige, stapsgewijzevoorbereidingstraject<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>. Die traject<strong>en</strong> zijn meestal niet alle<strong>en</strong>gericht op gewone betaalde arbeid, maar ook op andere arbeidsuitkomst<strong>en</strong>, zoalsbeschutte arbeid bij de sociale werkvoorzi<strong>en</strong>ing of vrijwilligerswerk. De laatste jar<strong>en</strong>zi<strong>en</strong> we hierin verandering optred<strong>en</strong>, in de zin dat het acc<strong>en</strong>t steeds sterker op(her)intrede in het reguliere arbeidsproces is kom<strong>en</strong> te ligg<strong>en</strong>. Juist hier is de klooftuss<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s <strong>en</strong> werkelijkheid immers het diepst. Daarbij is het besef gegroeid dat hetverkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> reguliere baan niet e<strong>en</strong>voudig is, maar dat het behoud<strong>en</strong> van datwerk doorgaans nog veel moeilijker is voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.Vel<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong> na verloop van tijd hun baan <strong>en</strong> op de langere duur ook <strong>en</strong>ig anderdi<strong>en</strong>stverband.25303540Hierbij di<strong>en</strong>t opgemerkt te word<strong>en</strong> dat behoud van het di<strong>en</strong>stverband in re-integratievaak belangrijker is dan behoud van eig<strong>en</strong> werkzaamhed<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> werkgever. Het gaaterom dat werkgever <strong>en</strong> werknemer op zoek gaan naar werk dat past bij de beperking<strong>en</strong><strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> kunde, voor zover mogelijk binn<strong>en</strong> de organisatie.E<strong>en</strong>maal zonder di<strong>en</strong>stverband is het voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>lastiger om aan e<strong>en</strong> baan te kom<strong>en</strong>.Deze multidisciplinaire richtlijn sluit aan op dat gegev<strong>en</strong> in de zin dat daarin ‘regulierebetaalde arbeid’ c<strong>en</strong>traal staat <strong>en</strong> dat daarbij het acc<strong>en</strong>t op het ‘behoud’ van die arbeidwordt gelegd. Het gaat er met andere woord<strong>en</strong> om te bevorder<strong>en</strong> dat werk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> ‘duurzaam inzetbaar’ kunn<strong>en</strong> zijn in het gewonearbeidsproces. Onder ‘duurzaam inzetbaar’ wordt verstaan dat de arbeid op e<strong>en</strong>zodanige manier werd verricht dat de toekomstige mogelijkheid tot het verricht<strong>en</strong> van(deze) arbeid er niet door wordt ondermijnd, of, positief geformuleerd, er zelfs doorto<strong>en</strong>eemt (Van der Klink e.a., 2010). Overig<strong>en</strong>s heeft de duurzaamheid niet alle<strong>en</strong>betrekking op arbeidsparticipatie (huidige arbeid moet toekomstige arbeid niet in deweg staan) maar ev<strong>en</strong>zeer op (<strong>psychische</strong>) gezondheid (huidige arbeid moet huidige oftoekomstige arbeid niet schad<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij voorkeur zelfs bevorder<strong>en</strong>).45Omdat het behoud van regulier betaald werk hier c<strong>en</strong>traal staat, zull<strong>en</strong> in d<strong>en</strong>avolg<strong>en</strong>de hoofdstukk<strong>en</strong> vooral arbeidsinterv<strong>en</strong>ties ter sprake kom<strong>en</strong> die ditwerkbehoud effectief bevorder<strong>en</strong>. Aldus is het onvermijdelijk dat er veelvuldig overIndividual Placem<strong>en</strong>t and Support (IPS), e<strong>en</strong> effectief geblek<strong>en</strong> vorm van supported24


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5employm<strong>en</strong>t afkomstig uit de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>, wordt gesprok<strong>en</strong>. Het IPS-model, datook in Nederland is geïntroduceerd, markeert e<strong>en</strong> paradigmawisseling in dearbeidsrehabilitatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Dit komt totuiting in de hoofdk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van IPS: exclusieve gerichtheid op regulier betaald werk;niemand uitsluit<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> betaalde baan ambieert; snel zoek<strong>en</strong> naar de gew<strong>en</strong>stebaan; langdurige ondersteuning van zowel de cliënt als zijn (werk)omgeving;arbeidsbegeleider is geïntegreerd in multidisciplinair <strong>GGZ</strong>-team; adviez<strong>en</strong> op maat bijuitkeringskwesties.1015Voor de effectiviteit van Supported Employm<strong>en</strong>t <strong>en</strong> met name van het IPS-model isinmiddels in ruime mate bewijs verzameld (Cook et al., 2005; Crowther et al., 2004). Inmeer dan ti<strong>en</strong> gepubliceerde, gerandomiseerde <strong>en</strong> gecontroleerde effectstudies waarinSupported Employm<strong>en</strong>t (inclusief IPS) vergelek<strong>en</strong> wordt met e<strong>en</strong> meer fasegewijswerk<strong>en</strong>d model, vind<strong>en</strong> Supported Employm<strong>en</strong>t-deelnemers vaker regulier werk(doorgaans 40 tot 60%) dan de vergelijkingsgroep (doorgaans lager dan 20%). Deeerste Europese trial, waarin ook Nederland participeerde, leerde dat IPS ook in Europaeffectief is (Burns e.a., 2007). Echter, voor uitsprak<strong>en</strong> over de Nederlandse situatie washet aantal Nederlandse deelnemers in die studie te klein.2025Hoewel IPS internationaal tot de evid<strong>en</strong>ce-based interv<strong>en</strong>ties wordt gerek<strong>en</strong>d, moeteffectonderzoek dus nog wel aanton<strong>en</strong> of IPS hier te lande ev<strong>en</strong> succesvol is als in deVer<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> lop<strong>en</strong>de gecontroleerde gerandomiseerde effectstudie leertvooralsnog dat IPS ook in Nederland effectief is: in de groep deelnemers die IPSbegeleiding kreg<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> bij de follow-up na 18 maand<strong>en</strong> ongeveer twee keer zoveelm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> regulier betaald werk dan in de groep met meer gebruikelijkearbeidsbegeleiding (39% vs. 19%; Michon e.a. 2011)3035In IPS word<strong>en</strong> de sterke kant<strong>en</strong> <strong>en</strong> (arbeids)mogelijkhed<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong>. Tegelijkertijd is er het besef dat dearbeidskans<strong>en</strong> danig afnem<strong>en</strong> als er sprake is van ernstige symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> cognitievebeperking<strong>en</strong>. Waar mogelijk word<strong>en</strong> werkaanpassing<strong>en</strong> aangebracht om individuelebeperking<strong>en</strong> te comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. Verder heeft, vanuit de ervaring dat <strong>psychische</strong>problematiek <strong>en</strong> arbeidsfunctioner<strong>en</strong> vaak nauw verwev<strong>en</strong> zijn, de gescheid<strong>en</strong> aanpakvan arbeidsbegeleiding <strong>en</strong> <strong>GGZ</strong>-hulp plaatsgemaakt voor de geïntegreerde b<strong>en</strong>aderingin het IPS-model.40In e<strong>en</strong> IPS-programma wordt meestal e<strong>en</strong> veelvoud van arbeidsgerichte interv<strong>en</strong>tiestoegepast. Interv<strong>en</strong>ties kunn<strong>en</strong> gericht zijn op de cliënt zelf, op de (pot<strong>en</strong>tiële)werkgever, op het steunsysteem (o.a. familieled<strong>en</strong>, vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> hulpverl<strong>en</strong>ers) of op desociale <strong>en</strong> fysieke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de werkplek. Welke interv<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong>, isafhankelijk van de behoeft<strong>en</strong>, beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> van de deelnemer <strong>en</strong> deandere betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>.452.4 Aanpassing<strong>en</strong> in de werkomgeving25


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5101520<strong>Werk</strong>aanpassing<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> eraan bijdrag<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> baan kunn<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> of hun baan kunn<strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> (Secker etal., 2003; Fabian, 2002; Becker et al, 1998). Het aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van werkaanpassing<strong>en</strong> ise<strong>en</strong> belangrijke interv<strong>en</strong>tie in de IPS-praktijk. <strong>Werk</strong>aanpassing<strong>en</strong> zijn als volgt onder teverdel<strong>en</strong> (zie Dielis, 2000).Flexibele werktijd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> werknemer met <strong>psychische</strong> beperking<strong>en</strong> kan bijvoorbeeldlater aan zijn werkdag beginn<strong>en</strong> als hij juist in de ocht<strong>en</strong>d moeizaam functioneert.Taakaanpassing. Bijvoorbeeld als iemand moeite heeft bepaalde tak<strong>en</strong> tecombiner<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> deze na elkaar kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd of met ander<strong>en</strong>gedeeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.Communicatie <strong>en</strong> ondersteuning. Hiertoe behor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> heldere stijl van leidinggev<strong>en</strong><strong>en</strong> het zoek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>spersoon of ‘maatje’ op de werkplek.<strong>Werk</strong>plekaanpassing<strong>en</strong>. Hierbij kan word<strong>en</strong> gedacht aan e<strong>en</strong> ‘rustkamer’ waarin dewerknemer zich tijdelijk kan terugtrekk<strong>en</strong> om overstimulatie te voorkom<strong>en</strong>.Overig<strong>en</strong>s zijn er ge<strong>en</strong> standaardoplossing<strong>en</strong> voor werkaanpassing<strong>en</strong> bij werknemersmet ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Wel blijkt uit onderzoek van o.a. Fabian (2002)dat hoe meer verschill<strong>en</strong>de werkaanpassing<strong>en</strong> e<strong>en</strong> werkgever doorvoert, <strong>en</strong> hoe meerdeze tegemoet kom<strong>en</strong> aan de vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> problem<strong>en</strong> van individuele werknemers, des tegroter de kans dat deze werknemers hun baan behoud<strong>en</strong> (zie ook Gioia & Brekke,2003). Volg<strong>en</strong>s de Wet Verbetering Poortwachter <strong>en</strong> het beoordelingskader voor de reintegratie-inspanning<strong>en</strong>wordt overig<strong>en</strong>s ook van werkgevers verwacht dat zij allewerkaanpassing<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gedaan die redelijkerwijs van h<strong>en</strong> verwacht mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.252.5 Naar duurzame inzetbaarheid3035Praktijkervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoeksbevinding<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat succesvollearbeidsintegratie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zeer wel mogelijkis. Maar in de praktijk zijn geslaagde traject<strong>en</strong> nog teveel afhankelijk van hetdoorzettingsvermog<strong>en</strong> van individuele werkzoek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bevlog<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> hetvakmanschap van individuele professionals. In het huidige stelsel van zorg <strong>en</strong>arbeidsintegratie zijn er nog vele belemmering<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> succesvolle (re-)integratiepraktijk voor deze groep. Enerzijds mak<strong>en</strong> aanbieders <strong>en</strong> financiers nogonvoldo<strong>en</strong>de gebruik van de mogelijkhed<strong>en</strong> die de regelgeving <strong>en</strong> de beschikbaremiddel<strong>en</strong> al wel bied<strong>en</strong>. Anderzijds wordt de bestaande regelgeving vaak als nogonvoldo<strong>en</strong>de flexibel beleefd <strong>en</strong> zijn de beschikbare middel<strong>en</strong> ontoereik<strong>en</strong>d.40Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ontbreekt het aan e<strong>en</strong> goede bestuurlijke <strong>en</strong> organisatorische infrastructuurvoor de arbeidsintegratie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Dat geldtniet alle<strong>en</strong> voor de ondersteuning bij het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk op zich, maarook voor de landelijke implem<strong>en</strong>tatie van de bewez<strong>en</strong> effectieve modell<strong>en</strong> zoals IPS(Van Hoof e.a., 2010).45Wat is er nodig om de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> meer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aan de gew<strong>en</strong>ste betaalde baan te help<strong>en</strong>? T<strong>en</strong> eerste di<strong>en</strong><strong>en</strong> in de re-integratiepraktijk positieve verwachting<strong>en</strong> <strong>en</strong> realistisch optimisme de bov<strong>en</strong>toon te26


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5voer<strong>en</strong> als het gaat om arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> van deze groep. T<strong>en</strong> tweede behor<strong>en</strong>succesvolle arbeidsintegratiemodell<strong>en</strong> <strong>en</strong> -methodiek<strong>en</strong> voor alle werkzoek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> beschikbaar te zijn. Dit vraagt om e<strong>en</strong> plan vanaanpak voor de landelijke verspreiding van IPS, met e<strong>en</strong> aanbod van ondersteuning <strong>en</strong>scholing aan instelling<strong>en</strong>, teams <strong>en</strong> professionals die IPS in hun regio will<strong>en</strong>implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>.1015Verder kan de arbeidsintegratie van deze groep alle<strong>en</strong> slag<strong>en</strong> als de praktijk word<strong>en</strong>ondersteund door adequate regelgeving, e<strong>en</strong> flexibele uitvoering daarvan <strong>en</strong> e<strong>en</strong>volledige, doorlop<strong>en</strong>de financiering van traject<strong>en</strong> over de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van ‘zorg’ <strong>en</strong>integratie’ he<strong>en</strong>. Tot slot di<strong>en</strong>t er op lokaal of regionaal niveau e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>d <strong>en</strong>ondersteun<strong>en</strong>d netwerk te word<strong>en</strong> gevormd, waarin alle betrokk<strong>en</strong> actor<strong>en</strong> <strong>en</strong>belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (<strong>GGZ</strong>, UWV, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, cliënt<strong>en</strong>) hun geme<strong>en</strong>schappelijke missie inconcrete ambities of doel<strong>en</strong> vertal<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk oplossing<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> voorproblem<strong>en</strong> die zich in de re-integratiepraktijk voor deze groep voordo<strong>en</strong>. Op e<strong>en</strong> aantalplaats<strong>en</strong> bestaan dergelijke goed functioner<strong>en</strong>de netwerk<strong>en</strong> al.20Bij de re-integratiepraktijk voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is altijde<strong>en</strong> veelvoud aan sector<strong>en</strong> <strong>en</strong> instanties betrokk<strong>en</strong>. Er moet echter voor word<strong>en</strong>gewaakt dat de cliënt in die complexe praktijk te all<strong>en</strong> tijde c<strong>en</strong>traal blijft staan <strong>en</strong>zoveel mogelijk de regie over zijn of haar re-integratieproces blijft behoud<strong>en</strong>. Dit laatsteis tev<strong>en</strong>s het vertrekpunt van deze multidisciplinaire richtlijn.25LiteratuurVolgt.3027


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>28


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 3 ZELFMANAGEMENT3.1 Inleiding5101520Het is duidelijk dat betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> veel zelf moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> (<strong>en</strong> lat<strong>en</strong>) om werk te vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>om werk te behoud<strong>en</strong>. In de gezondheidszorg heeft het begrip zelfmanagem<strong>en</strong>t delaatste jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke plaats ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er zijn verschill<strong>en</strong>de definities van ditbegrip in de omloop. Zelfmanagem<strong>en</strong>t is door Davidson (2005) het meest kernachtigsam<strong>en</strong>gevat met 'to make the most of life'. Naar Barlow e.a. (2005) beschrijv<strong>en</strong> wezelfmanagem<strong>en</strong>t als: de vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefstijl die nodig zijn om greep te krijg<strong>en</strong> opsymptom<strong>en</strong>, behandeling <strong>en</strong> lichamelijke <strong>en</strong> psychosociale consequ<strong>en</strong>ties die inher<strong>en</strong>tzijn aan het lev<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> chronische aando<strong>en</strong>ing, inclusief het omgaan met (ervar<strong>en</strong>)stigma. Zelfmanagem<strong>en</strong>t vergt persoonlijke capaciteit<strong>en</strong> maar ook vaardighed<strong>en</strong> omander<strong>en</strong> tijdig in te schakel<strong>en</strong>. Deze omschrijving past ook definities die gangbaar zijnvoor zelfmanagem<strong>en</strong>t van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> somatische / andere chronische aando<strong>en</strong>ing 2 .Er is nog weinig onderzoek gedaan naar wat betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op het specifiekelev<strong>en</strong>sgebied van arbeid precies zelf kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> <strong>en</strong> op welke manier professionals <strong>en</strong>ander<strong>en</strong> h<strong>en</strong> hierbij kunn<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>. Hoe kan de betrokk<strong>en</strong>e de regie (blijv<strong>en</strong>)voer<strong>en</strong>? Wat heeft betrokk<strong>en</strong>e nodig voor adequaat zelfmanagem<strong>en</strong>t? Kunn<strong>en</strong> ander<strong>en</strong>daarbij ondersteuning bied<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja, op welke manier?2530De geformuleerde, voor de praktijk relevante uitgangsvraag is: Wat zijn effectievezelfmanagem<strong>en</strong>t interv<strong>en</strong>ties voor het behoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> baan? Hierbij is zowelgekek<strong>en</strong> naar wat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zelf kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> (zelfmanagem<strong>en</strong>t- <strong>en</strong> copingstrategieën)als naar zelfmanagem<strong>en</strong>tprogramma's voor deze doelgroep. Het begripzelfmanagem<strong>en</strong>t is daarbij ruim opgevat: het gaat niet alle<strong>en</strong> om het ler<strong>en</strong> omgaan metsymptom<strong>en</strong>, maar ook om het omgaan met de hieruit voortvloei<strong>en</strong>de beperking<strong>en</strong>(zoals sociale <strong>en</strong> cognitieve problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> verlies van zelfvertrouw<strong>en</strong>) <strong>en</strong> de hanteringvan vooroordel<strong>en</strong> bij collega's <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (stigma).3.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwingZoekstrategie35De zoekstrategie is uitgevoerd in de databases PsychInfo, Pubmed <strong>en</strong> Cinahl <strong>en</strong> heeftzich beperkt tot studies vanaf 1990, uitgevoerd in westerse land<strong>en</strong> <strong>en</strong> gepubliceerd inhet Engels, Nederlands of Duits. Dit leverde 4 bruikbare kwalitatieve studies op(Alverson e.a., 1995; Prov<strong>en</strong>cher e.a., 2002; Silver, 2004; Becker e.a., 2007) <strong>en</strong> 3RCT's (Mueser e.a., 2005; Lysaker e.a., 2005; Vauth e.a., 2005). Zie bijlage … voorevid<strong>en</strong>ce-tabel <strong>en</strong> refer<strong>en</strong>ties.Zelfmanagem<strong>en</strong>t- <strong>en</strong> copingstrategieën40De gevond<strong>en</strong> studies naar zelfmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> coping van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zijn kwalitatief van aard <strong>en</strong> richt<strong>en</strong> zich vooral op de vraagwat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> do<strong>en</strong> om hun baan te behoud<strong>en</strong>. Becker e.a. (2007), onderzocht<strong>en</strong> dearbeidstraject<strong>en</strong> van 38 werk<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op de2 Zie bijvoorbeeld het npfc-cbo programma zelfmanagem<strong>en</strong>t www.zelfmanagem<strong>en</strong>t.com29


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015202530354045lange termijn (na 8 <strong>en</strong> 12 jaar). 71% van h<strong>en</strong> werkte gedur<strong>en</strong>de meer dan de helft vande follow-up periode, ongeveer 60% van de ban<strong>en</strong> betrof werk van meer dan 10 uurper week. Veel geïnterviewd<strong>en</strong> blek<strong>en</strong> nog regelmatig last te hebb<strong>en</strong> van hunpsychiatrische problem<strong>en</strong>. Uit de interviews bleek o.a. dat zelfmanagem<strong>en</strong>t vansymptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ontwikkeling van geschikte copingvaardighed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rolblijk<strong>en</strong> te spel<strong>en</strong> in het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk.Uit de etnografische studie van Alverson e.a. (1995) onder 13 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (inclusief m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstigeverslavingsproblematiek) die deelnam<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> IPS-programma, blijkt dat debetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zes strategieën gebruik<strong>en</strong> om hun gezondheid <strong>en</strong> hun werk te behoud<strong>en</strong>.Ze prober<strong>en</strong> positieve verwachting<strong>en</strong> te behoud<strong>en</strong> door vooral naar hun herstel tekijk<strong>en</strong> in plaats van naar hun ziekte. Verder prober<strong>en</strong> zij verslaving te vermijd<strong>en</strong> doornaar bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van zelfhulpgroep<strong>en</strong> te gaan <strong>en</strong> door alcohol- <strong>en</strong> druggebruik tebeperk<strong>en</strong>. Ook mak<strong>en</strong> zij veel gebruik van hun ondersteuningsnetwerk, met namefamilie <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> in mindere mate professionals. Andere copingstrategieën zijnstrategisch medicatiegebruik <strong>en</strong> het vermijd<strong>en</strong> van terugval door actieve periodes af tewissel<strong>en</strong> met periodes waarin m<strong>en</strong> zich wat meer terugtrekt. In het werk prober<strong>en</strong> zije<strong>en</strong> terugval te vermijd<strong>en</strong> door regelmatig pauzes te nem<strong>en</strong>, prioriteit<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> inhun werk <strong>en</strong> door tuss<strong>en</strong>door vakantiedag<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. Hoewel sommig<strong>en</strong> bang zijnvoor stigmatisering door collega's <strong>en</strong> niets durv<strong>en</strong> te vertell<strong>en</strong> over hun achtergrond,hebb<strong>en</strong> deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die dat wel do<strong>en</strong> daar ook vaak baat bij.Dezelfde copingstrategieën kom<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> studie van Silver (2004)onder 12 ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, waarin externe <strong>en</strong> persoonlijke strategieën word<strong>en</strong>onderscheid<strong>en</strong>. Externe strategieën betreff<strong>en</strong> vooral de formele <strong>en</strong> informeleondersteuningsnetwerk<strong>en</strong> waar ervaringsdeskundig<strong>en</strong> gebruik van mak<strong>en</strong>. Bijpersoonlijke strategieën gaat het om attitude (motivatie, positief zelfbeeld), cognitie(probleemoplossing, accepter<strong>en</strong> van beperking<strong>en</strong>, gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>) <strong>en</strong> gedrag (opkom<strong>en</strong>voor jezelf, terugtrekk<strong>en</strong>, pauzes nem<strong>en</strong>).Uit de explorer<strong>en</strong>de studie van Prov<strong>en</strong>cher e.a. (2002) bij 14 werk<strong>en</strong>de <strong>en</strong> nietwerk<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing blijkt dat dezelfmanagem<strong>en</strong>t- <strong>en</strong> copingstrategieën sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met de herstelfase waarin depersoon zich bevindt. Zij onderscheid<strong>en</strong> drie herstelfas<strong>en</strong>: 1. herstel is onzeker, 2.herstel als empower<strong>en</strong>de ervaring, 3. herstel als e<strong>en</strong> uitdaging. In de eerste fasehebb<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> veel moeite met het omgaan met <strong>psychische</strong> beperking<strong>en</strong>, emotioneleproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> stress. Zij hanter<strong>en</strong> passieve <strong>en</strong> vermijd<strong>en</strong>de coping- <strong>en</strong> zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategieën <strong>en</strong> zijn sterk afhankelijk van externe hulpbronn<strong>en</strong>, zoals medicatie <strong>en</strong>professionele hulp. In de tweede fase prober<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meer controle te krijg<strong>en</strong> op hunlev<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> ook tot uiting komt in hun copingstijl. Hun gedrag is gericht op hetvoorkom<strong>en</strong> van uitval <strong>en</strong> het omgaan met stress. Op cognitief niveau gebruik<strong>en</strong> zijzelfwaardering (positief over zichzelf d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>), herwaardering van emotioneleproblem<strong>en</strong> (verklaring<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, verminder<strong>en</strong> van schuld) <strong>en</strong> zelfontdekking(herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van voorkeur<strong>en</strong>, sterktes <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong>). In de derde fase zijn m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>erin geslaagd om diverse maatschappelijke roll<strong>en</strong> te vervull<strong>en</strong> <strong>en</strong> effectief om te gaanmet hun emotionele problem<strong>en</strong>. Zij kunn<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> uitdaging zi<strong>en</strong> <strong>en</strong>hanter<strong>en</strong> pro-actieve copingstrategieën, zoals het stell<strong>en</strong> van realistische doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hetonderscheid<strong>en</strong> van beïnvloedbare <strong>en</strong> niet-beïnvloedbare zak<strong>en</strong>.30


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Zelfmanagem<strong>en</strong>tprogramma's51015202530Hoewel onderzoek naar zelfmanagem<strong>en</strong>tprogramma's nog beperkt in omvang is, zijn erdrie RCT's uitgevoerd waarbij de effect<strong>en</strong> op arbeidsparticipatie of werkbehoud zijnonderzocht. In de RCT van Lysaker e.a. (2005, n=50) is e<strong>en</strong> individueel <strong>en</strong>groepsgewijs cognitief gedragstherapieprogramma (Indianapolis Vocational Interv<strong>en</strong>tionProgram) vergelek<strong>en</strong> met standaard ondersteuningsgroep<strong>en</strong> (support groups). Na 5maand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> de deelnemers aan IVIP gemiddeld meer wek<strong>en</strong> gewerkt (20.39±8.00vs. 13.71±10.44, effect size= 0.71, p = 0.02), meer ur<strong>en</strong> gewerkt (347.10±158.20 vs.243.88±120.61, effect size = 0.73, p = 0.06) <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> IVIP deelnemers e<strong>en</strong> hogerescore op de Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory (118.34±20.30 vs. 107.55±8.49, F=5.12,p=0.03).De RCT van Mueser e.a. (2005, n=35) vergeleek de toevoeging van devaardigheidstraining Workplace Fundam<strong>en</strong>tals Program (in Nederland bek<strong>en</strong>d als deLibermanmodule Omgaan met werk) aan Supported Employm<strong>en</strong>t met alle<strong>en</strong> SupportedEmploym<strong>en</strong>t. Onderdel<strong>en</strong> van de vaardigheidstraining zijn onder andereprobleemoplossing, omgaan met <strong>psychische</strong> <strong>en</strong> lichamelijke gezondheidsklacht<strong>en</strong>,sociale vaardighed<strong>en</strong>, motivatie <strong>en</strong> gebruik mak<strong>en</strong> van ondersteuningsbronn<strong>en</strong>. Hetonderzoek toonde aan dat er na 18 maand<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> significante verschill<strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong>beide groep<strong>en</strong> in het aantal gewerkte ur<strong>en</strong>, het aantal gewerkte dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> in salaris.In e<strong>en</strong> studie van Vauth e.a. (2005, n=138) word<strong>en</strong> drie condities vergelek<strong>en</strong>:toevoeging van computergestuurde cognitieve strategietraining (CAST) aanarbeidsrehabilitatie, toevoeging van e<strong>en</strong> training zelfmanagem<strong>en</strong>tvaardighed<strong>en</strong> voornegatieve symptom<strong>en</strong> (TSSN) aan arbeidsrehabilitatie <strong>en</strong> standaardzorg (alle<strong>en</strong>arbeidsrehabilitatie). CAST richt zich vooral op beperking<strong>en</strong> in aandacht, geheug<strong>en</strong> <strong>en</strong>planning, TSSN op sociale vermijding, passiviteit <strong>en</strong> gevoelsvervlakking. De studie toontaan dat bij CAST deelnemers de aandacht <strong>en</strong> het geheug<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong>, maar deplanningsvaardighed<strong>en</strong> niet. Bij TSSN deelnemers is er ge<strong>en</strong> verbetering in d<strong>en</strong>egatieve symptom<strong>en</strong>. Na 18 maand<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> deelnemers aan CAST & AR meer dantwee keer zo succesvol te zijn in het verkrijg<strong>en</strong> van werk dan deelnemers aan alle<strong>en</strong> AR(65% vs. 43%, ARR=0.22 NNT= 4.54). Er is ge<strong>en</strong> significant verschil tuss<strong>en</strong>deelnemers aan TSSN & AR <strong>en</strong> deelnemers aan alle<strong>en</strong> AR.3.3 ConclusiesNiveau 2Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat de inzet van zelfmanagem<strong>en</strong>tprogramma's(waaronder cognitief gedragstherapieprogramma <strong>en</strong> cognitievestrategietraining) effectief is voor het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk.35Niveau 3B Lysaker e.a. (2005); Vauth e.a. (2005)M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategieën op het terrein van attitude (versterk<strong>en</strong> positiefzelfbeeld, positieve verwachting<strong>en</strong>), cognitie (accepter<strong>en</strong> van beperking<strong>en</strong>,gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>) <strong>en</strong> gedrag (pauzes nem<strong>en</strong>, gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, regelmatiglev<strong>en</strong>) om hun arbeidsfunctioner<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>.31


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>C Alverson e.a. (1995); Becker (2007) Silver (2004); Prov<strong>en</strong>cher e.a.(2002)Niveau 3Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat inzet van zelfmanagem<strong>en</strong>t strategieën e<strong>en</strong> positiefeffect heeft op het arbeidsfunctioner<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.C Alverson e.a. (1995); Becker (2007) Silver (2004); Prov<strong>en</strong>cher e.a.(2002)Niveau 3Effectiviteit van vaardigheidsprogramma (Workplace Fundam<strong>en</strong>tals Program)bov<strong>en</strong>op arbeidsrehabilitatie is vooralsnog niet aangetoond.B Mueser e.a. (2007)53.4 Overige overweging<strong>en</strong>101520Overige overweging<strong>en</strong> vanuit focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudiesOok in de focusgroep<strong>en</strong> werd het belang van goede zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategieënduidelijk onderstreept. Er kwam naar vor<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zelfmanagem<strong>en</strong>t toepass<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>. Op het werkprober<strong>en</strong> zij hun <strong>en</strong>ergie op e<strong>en</strong> efficiënte manier te verdel<strong>en</strong>, hun werktijd<strong>en</strong> aan tepass<strong>en</strong> <strong>en</strong> rustmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te bouw<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> het werk kunn<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hun gedragaanpass<strong>en</strong> door gezond te lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> medicatie (tijdig) in te nem<strong>en</strong>. Daarnaast helpt hetom zelfdiscipline te hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Het is belangrijk om dezegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> bij te houd<strong>en</strong> omdat ze in de loop van de tijd kunn<strong>en</strong> verschuiv<strong>en</strong>. Verderkunn<strong>en</strong> inzicht in <strong>en</strong> acceptatie van de problematiek zelfmanagem<strong>en</strong>t bevorder<strong>en</strong>. Ookhelpt het h<strong>en</strong> om te bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wat h<strong>en</strong> motiveert, waar ze voldo<strong>en</strong>ing uithal<strong>en</strong> <strong>en</strong> ome<strong>en</strong> toekomstvisie of -planning te hebb<strong>en</strong>. Dit helpt om werk aan te lat<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> bijindividuele behoeftes <strong>en</strong> interesses. T<strong>en</strong>slotte is het belangrijk om zelf initiatief t<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, door e<strong>en</strong> goede voorbereiding op gesprekk<strong>en</strong> (met bijvoorbeeld uwv) <strong>en</strong> doormet eig<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> ideeën te kom<strong>en</strong>.2530Focusgroepdeelnemers b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategieën eerst geleerdmoet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor ze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast. Deskundige begeleiding <strong>en</strong>continuïteit in de begeleiding is hierbij volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> noodzakelijk: bij wisseling<strong>en</strong> in debegeleiding is er minder overzicht in vordering<strong>en</strong> in zelfmanagem<strong>en</strong>t bij de cliënt. Alshet niet klikt met de begeleider di<strong>en</strong>t er ruimte te zijn om te wissel<strong>en</strong> van begeleider. Inde begeleiding moet er aandacht zijn voor het organiser<strong>en</strong> van het werk <strong>en</strong> hetprivélev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wisselwerking tuss<strong>en</strong> beide. Verder is het belangrijk dat er regelmatige<strong>en</strong> evaluatie plaatsvindt, waarbij sterke <strong>en</strong> zwakke punt<strong>en</strong> van de cliënt in kaartword<strong>en</strong> gebracht. Cliënt<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> er zelf mede op toezi<strong>en</strong> dat ze regelmatiggeëvalueerd word<strong>en</strong>.32


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5Uit de casusstudies komt naar vor<strong>en</strong> dat werknemers terugval prober<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>door tijd<strong>en</strong>s het werk voldo<strong>en</strong>de rustmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te bouw<strong>en</strong> of direct na thuiskomst tegaan rust<strong>en</strong>. Andere vorm<strong>en</strong> van zelfmanagem<strong>en</strong>t die g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> zijn: signal<strong>en</strong>van terugval ler<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, ontspanning zoek<strong>en</strong> in de thuissituatie, e<strong>en</strong> vastdagritme aanhoud<strong>en</strong>, steun zoek<strong>en</strong> bij ander<strong>en</strong>, soms e<strong>en</strong> dag vrij nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>dagboek bijhoud<strong>en</strong> met gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s over de privé- <strong>en</strong> werksituatie.1015202530354045Overige overweging<strong>en</strong> richtlijnwerkgroep• Er is nog weinig wet<strong>en</strong>schappelijk goed onderbouwde k<strong>en</strong>nis over zelfmanagem<strong>en</strong>t inrelatie tot werkbehoud, met name over de effectiviteit van steun bij het ontwikkel<strong>en</strong>van zelfmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de daarvoor b<strong>en</strong>odigde vaardighed<strong>en</strong>.• Op grond van de besprok<strong>en</strong> literatuur lijkt het zinvol om onderscheid te mak<strong>en</strong>tuss<strong>en</strong> externe strategieën <strong>en</strong> persoonlijke strategieën.Bij externe strategieën gaat het o.a. om:– Inzet van formele ondersteuningsnetwerk<strong>en</strong> (o.a. via IPS);– Inzet van informele ondersteuningsnetwerk<strong>en</strong>.Persoonlijke strategieën zijn o.a. gericht op drie aspect<strong>en</strong>:– Attitude (positieve verwachting<strong>en</strong>, motivatie, positief zelfbeeld);– Cognitie (probleemoplossing, accepter<strong>en</strong> van beperking<strong>en</strong>, gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>);– Gedrag (opkom<strong>en</strong> voor jezelf, terugtrekk<strong>en</strong>, parttime werk<strong>en</strong>, pauzesnem<strong>en</strong>).• Kol<strong>en</strong>berg (2006) onderscheidt de volg<strong>en</strong>de strategieën: acceptatie van beperking<strong>en</strong>(accepteer dat je niet alles meer kunt), omgaan met beperking<strong>en</strong> die voortvloei<strong>en</strong> uitde ziekte (positief d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, kleine haalbare stapp<strong>en</strong> zett<strong>en</strong>), zelfvertrouw<strong>en</strong>ontwikkel<strong>en</strong> (prat<strong>en</strong> over onzekerheid, conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong> op wat je wel kunt, jezelfcomplim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>), zelfzorg (goede <strong>en</strong>ergiebalans, beweging,ontspanningsoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>), gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> (weerbaarheid ontwikkel<strong>en</strong>,<strong>en</strong>ergievret<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong> vermijd<strong>en</strong>), <strong>en</strong> zelfregie bij het eig<strong>en</strong> re-integratieproces(eig<strong>en</strong> re-integratieplan schrijv<strong>en</strong>, gesprekk<strong>en</strong> goed voorbereid<strong>en</strong>).• Kortom, bij zelfmanagem<strong>en</strong>ttechniek<strong>en</strong> gaat het niet zozeer om e<strong>en</strong> klachtgerichteaanpak als wel om e<strong>en</strong> aanpak gericht op persoonlijke effectiviteit, e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>werkid<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> het arbeidsfunctioner<strong>en</strong>.• Uit de praktijk blijkt ook dat cliënt<strong>en</strong> hun mogelijkhed<strong>en</strong> om te werk<strong>en</strong> vaakonderschatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> huiverig zijn om zelf initiatief te nem<strong>en</strong> op het gebied van arbeid<strong>en</strong> re-integratie. M<strong>en</strong> heeft behoefte aan ondersteuning <strong>en</strong> soms e<strong>en</strong> duwtje in derug.• Cliënt<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> zelf vaak aan dat werk<strong>en</strong> op zich al therapeutisch voor h<strong>en</strong> kan zijn.<strong>Werk</strong> hebb<strong>en</strong> is vaak e<strong>en</strong> onderdeel van de individuele zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategie.Door binn<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> te (blijv<strong>en</strong>) werk<strong>en</strong> vermindert de kans opterugval, verbetert de gezondheid <strong>en</strong> wordt het zelfvertrouw<strong>en</strong> vergroot (VanWeeghel, 1995). Gepast werk kan in belangrijke mate bijdrag<strong>en</strong> aan de kwaliteit vanlev<strong>en</strong>.• Diverse bredere programma's zijn ontwikkeld t<strong>en</strong> bate van steun bijzelfmanagem<strong>en</strong>t, zoals "Illness Managem<strong>en</strong>t & Recovery" (IMR, Mueser e.a. 2006schiz bull) <strong>en</strong> het Wellness Recovery & Action Plan (WRAP, Copeland & Mead 2004).33


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5101520Ons is echter nog ge<strong>en</strong> onderzoek bek<strong>en</strong>d naar het effect hiervan of van anderezelfmanagem<strong>en</strong>tmethodiek<strong>en</strong> op het specifieke domein arbeidsparticipatie. Vermoedkan word<strong>en</strong> dat dergelijke methodiek<strong>en</strong> de basis kunn<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> van effectievezelfmanagem<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van arbeidsparticipatie.• Er is groei<strong>en</strong>d bewijs dat herstelgroep<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit de doelgroep effectief zijn(zie Van Gestel e.a., Boevink e.a. in press). De groepsdeelnemers werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong>eig<strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> het ler<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> met de <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing. De effect<strong>en</strong>bestaan er ondermeer uit dat deelnemers o.a. meer gevoel van empowerm<strong>en</strong>t, hoop<strong>en</strong> zelfvertrouw<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Het ligt voor de hand om te veronderstell<strong>en</strong> dat inwerkzame herstelgroep<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> goede voedingsbodem wordt gelegd voor hetontwikkel<strong>en</strong> van <strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> bij zelfmanagem<strong>en</strong>t.• Michon e.a. ontwikkeld<strong>en</strong> de ZMP-AR (inschatting Zelfmanagem<strong>en</strong>t van Psychischeproblematiek in de Arbeidsrehabilitatie), e<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t voorzelfmanagem<strong>en</strong>t in relatie tot het arbeidsfunctioner<strong>en</strong>. De ZMP-AR combineert e<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong>lijst met vraaggesprek tuss<strong>en</strong> jobcoach <strong>en</strong> deelnemer. In kaart wordt onderandere gebracht de persoonlijke arbeidsdoel<strong>en</strong>, ervar<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> vanwege<strong>psychische</strong> problematiek om die doel<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong>, <strong>en</strong> copingstrategieën,waaronder adaptieve strategieën. (Michon e.a. 2002, Michon e.a. in press). Buit<strong>en</strong> deZMP-AR is bij de kerngroep ge<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tmethode bek<strong>en</strong>d toegespitst op ditthema in de arbeidsre-integratie.3.5 Aanbeveling<strong>en</strong>251. De werkgroep beveelt (nadere) ontwikkeling <strong>en</strong> inzet van zelfmanagem<strong>en</strong>t-programma's (waaronder cognitieve training <strong>en</strong> herstelgroep<strong>en</strong>) aan voor het verkrijg<strong>en</strong><strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk.302. De werkgroep pleit er voor om in bestaande <strong>en</strong> nog te ontwikkel<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>ezelfmanagem<strong>en</strong>tprogramma’s expliciet aandacht te gev<strong>en</strong> aan het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong>behoud<strong>en</strong> van werk.353. Ondanks gebrek aan wet<strong>en</strong>schappelijk bewijs beveelt de werkgroep inzet vanonderzochte zelfmanagem<strong>en</strong>t strategieën (zoals versterk<strong>en</strong> positief zelfbeeld,accepter<strong>en</strong> van beperking<strong>en</strong>, gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, pauzes nem<strong>en</strong>, ander<strong>en</strong> inschakel<strong>en</strong> <strong>en</strong>gezond lev<strong>en</strong>) aan voor de praktijk. Professionals, waaronder ervaringsdeskundig<strong>en</strong>,di<strong>en</strong><strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong> te help<strong>en</strong> om deze strategieën aan te ler<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ontwikkel<strong>en</strong>.40454. Actieve inzet van herstelgroep<strong>en</strong> voor het ondersteun<strong>en</strong> bij het aanler<strong>en</strong> vanzelfmanagem<strong>en</strong>ttechniek<strong>en</strong> wordt door de werkgroep aangemoedigd.5. De werkgroep beveelt het gebruik aan van assessm<strong>en</strong>t instrum<strong>en</strong>t "InschattingZelfmanagem<strong>en</strong>t van Psychische problematiek in de Arbeidsrehabilitatie", om in kaart tebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> welke strategieën betrokk<strong>en</strong>e toepast in het kader van werkbehoud; <strong>en</strong> e<strong>en</strong>eerste idee te krijg<strong>en</strong> van sterke kant<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerdoel<strong>en</strong> op dat gebied.34


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>6. De werkgroep adviseert grootschaliger onderzoek te do<strong>en</strong> naar de effect<strong>en</strong> vanzelfmanagem<strong>en</strong>t op het behoud van werk .5Literatuur10Alverson M., D.R. Becker, R.E. Drake (1995). An etnographic study on coping strategies used bypeople with severe m<strong>en</strong>tal illness participating in Supported Employm<strong>en</strong>t. PsychosocialRehabilitation Journal, 18, 4, 115-128Barlow, J.H., Ellard, D.R., Hainsworth, J.M., Jones, F.R., Fisher, A. (2005). A review of selfmanagem<strong>en</strong>tinterv<strong>en</strong>tions for panic disorders, phobias and obsessive-compulsive disorders. ActaPsychiatrica Scandinavica, 111(4): 272-285.15Becker, D., R. Whitney, E. Bailey, R.E. Drake (2007). Long-term employm<strong>en</strong>t trajectories amongparticipants with severe m<strong>en</strong>tal illness in Supported Employm<strong>en</strong>t. Psychiatric Services, 58, 7,922-92820Davidson, L. (2005). Recovery, self managem<strong>en</strong>t and the expert pati<strong>en</strong>t - Changing the culture ofm<strong>en</strong>tal health from a UK perspective. Journal of M<strong>en</strong>tal Health (UK), 14(1): 25-35.Kol<strong>en</strong>berg, 2006 (ref. toevoeg<strong>en</strong>)25Lysaker P.H., G. Bond, L.W. Davis, G.J. Bryson, M.D. Bell (2005). Enhanced cognitive-behavioraltherapy for vocational rehabilitation in schizophr<strong>en</strong>ia: Effects on hope and work. Journal ofRehabilitation Research & Developm<strong>en</strong>t, 42, 5, 673-68230Mueser K.T., S. Aalto, D. Becker, J.S. Ogd<strong>en</strong>, R.S. Wolfe, D. Schiavo, C.J. Wallace, H. Xie (2005).The effectiv<strong>en</strong>ess of Skills Training for improving outcomes in Supported Employm<strong>en</strong>t. PsychiatricServices, 56, 10, 1254-1260Prov<strong>en</strong>cher H.L. (2002). The role of work in the recovery of persons with psychiatric disabilities.Psychiatric Rehabilitation Journal, 26, 2, 132-144.35Silver T. (2004). Coping with dual chall<strong>en</strong>ges as providers with psychiatric disabilities. PsychiatricRehabilitation Journal, 28, 2, 165-17140Vauth R., P. W. Corrigan, M. Clauss, M. Dietl, M. Dreher-Rudolph, R-D. Stieglitz, R. Vater (2005).Cognitive Strategies versus Self-Managem<strong>en</strong>t Skills as adjunct to Vocational Rehabilitation.Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin, 31, 1, 55-6635


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>36


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 4 BEINVLOEDENDE FACTOREN4.1 Inleiding510152025303540De laatste jar<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> sterke beweging gaande om zoveel mogelijk m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan hetwerk te krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. Dat geldt ook voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met arbeidsbeperking<strong>en</strong>,waaronder <strong>psychische</strong> beperking<strong>en</strong>. Maar welke factor<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> het nu gemakkelijkervoor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> om werk te vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> tebehoud<strong>en</strong>?Er is wel algem<strong>en</strong>e k<strong>en</strong>nis opgedaan over de factor<strong>en</strong> waarbij de werknemer zich prettigvoelt <strong>en</strong> productief blijft. Kompier (2007) beschreef de overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>verschill<strong>en</strong>de theoretische modell<strong>en</strong> over werkk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, arbeidsgedrag, motivatie,productiviteit <strong>en</strong> ziekte. Dat war<strong>en</strong>: het taakk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>model (Hackman & Oldham,1980), het Michigan model (Kahn e.a., 1964), het Demand-Control model (Karasek,1998), moderne sociotechniek (Kuipers & van Amelsvoort, 1990), handelingstheorie(Hacker, 1998), Effort-Reward Imbalance mode (Siegrist, 2001) <strong>en</strong> het Vitaminemodel(Warr, 1996). Deze theorieën zijn afkomstig uit e<strong>en</strong> periode van 50 jaar <strong>en</strong> ontwikkelddoor psycholog<strong>en</strong>, bedrijfskundig<strong>en</strong> <strong>en</strong> sociolog<strong>en</strong>. Zij bezi<strong>en</strong> vooral het gedrag <strong>en</strong> defactor<strong>en</strong> in de werkcontext, <strong>en</strong> niet of nauwelijks de persoonsfactor<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of de factor<strong>en</strong>in het privélev<strong>en</strong> van de werknemers. Ondanks hun verscheid<strong>en</strong>heid blijk<strong>en</strong> er zeersterke overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> te zijn. Om gezond <strong>en</strong> productief te kunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> zesvan de zev<strong>en</strong> theorieën naar autonomie (ook wel regelruimte), naar (pass<strong>en</strong>de)taakeis<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar taakvariatie. Sociale ondersteuning komt in vier van de zev<strong>en</strong> voorals belangrijke factor. Feedback, arbeidszekerheid, taakid<strong>en</strong>titeit (de mate waarin detaak e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d <strong>en</strong> afgerond geheel vormt), taakbelang (voor ander<strong>en</strong>) krijg<strong>en</strong>in drie van de zev<strong>en</strong> theorieën e<strong>en</strong> plaats. Beloning speelt in twee van de zev<strong>en</strong>theorieën e<strong>en</strong> rol.Als we kijk<strong>en</strong> naar de factor<strong>en</strong> die bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>belangrijk zijn om gezond <strong>en</strong> productief te kunn<strong>en</strong> (blijv<strong>en</strong>) werk<strong>en</strong>, dan ligt het voor dehand te vertrekk<strong>en</strong> vanuit de factor<strong>en</strong> die voor de werknemer in het algeme<strong>en</strong> vanbelang zijn (Van Weeghel & Zeel<strong>en</strong>, 1990): autonomie, pass<strong>en</strong>de taakeis<strong>en</strong> <strong>en</strong>taakvariatie <strong>en</strong> in mindere mate sociale steun, feedback, arbeidszekerheid,taakid<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> taakbelang. Het is mogelijk dat sommige factor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> andere waardehebb<strong>en</strong> voor de groep met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Dat zou kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>bij pass<strong>en</strong>de taakeis<strong>en</strong> (die wellicht meer flexibiliteit vrag<strong>en</strong> bij wissel<strong>en</strong>de belastingvan de aando<strong>en</strong>ing) met daaraan gekoppeld autonomie <strong>en</strong> feed back. Ook zoud<strong>en</strong>sociale steun <strong>en</strong> werkzekerheid e<strong>en</strong> andere rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>. Deze groep werknemersis meer dan andere werknemers aangewez<strong>en</strong> op werkgevers die h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kans will<strong>en</strong>gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> anders dan ander<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zij niet gemakkelijk overstapp<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> anderewerkgever.45Het ontbreekt op dit mom<strong>en</strong>t bij diverse beroepsgroep<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> goed <strong>en</strong> actueeloverzicht van de in de inleiding g<strong>en</strong>oemde beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> bij vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>behoud<strong>en</strong> van werk. Vele nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> hernieuwde <strong>en</strong>degelijke verk<strong>en</strong>ning hiervan zinvol is. We noem<strong>en</strong> o.a. verandering<strong>en</strong> in wet- <strong>en</strong>regelgeving (WIA, WMO), toepassing <strong>en</strong> ontwikkeling nieuwe programma’s, e<strong>en</strong>37


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> besef van nut <strong>en</strong> noodzaak van het in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van ervaringsk<strong>en</strong>nis,niet in de laatste plaats van cliënt<strong>en</strong> zelf (d<strong>en</strong>k aan de inzet van ervaringsdeskundig<strong>en</strong>in de <strong>GGZ</strong>).510De uitgangsvraag van dit hoofdstuk is: Met welke beïnvloed<strong>en</strong>de (c.q. voorspell<strong>en</strong>de)factor<strong>en</strong> voor baanbehoud di<strong>en</strong>t in de begeleiding van cliënt<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong>? Het gaat hierbij om factor<strong>en</strong> in de werkomgeving, in de thuissituatie <strong>en</strong>factor<strong>en</strong> in de persoon zelf die baanbehoud belemmer<strong>en</strong> of bevorder<strong>en</strong>. Daarnaasthebb<strong>en</strong> we gekek<strong>en</strong> wat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> problematiek zelf ervar<strong>en</strong> alsbelangrijke belemmer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> voor baanbehoud.4.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing15202530ZoekstrategieDe zoekopdracht is uitgevoerd in de databases Cinahl, PsychInfo <strong>en</strong> Pubmed. Gezi<strong>en</strong>het grote aantal gevond<strong>en</strong> treffers is in de zoekopdracht alle<strong>en</strong> nog gezocht naarartikel<strong>en</strong> vanaf 2000. Verder is de doelgroep (severe m<strong>en</strong>tal illness & aanverwanteterm<strong>en</strong>) binn<strong>en</strong> deze zoekopdracht verder afgebak<strong>en</strong>d naar: schizofr<strong>en</strong>ie/psychotischeaando<strong>en</strong>ing, persoonlijkheidsstoornis, bipolaire stoornis <strong>en</strong> dubbele diagnose. Dezebeperkte zoekopdracht leverde in totaal 783 treffers op. Naast de algem<strong>en</strong>eselectiecriteria beschrev<strong>en</strong> in hoofdstuk 2, is bij de selectie van artikel<strong>en</strong> voor dithoofdstuk het volg<strong>en</strong>de criterium gehanteerd:- Word<strong>en</strong> meerdere factor<strong>en</strong> of predictor<strong>en</strong> onderzocht?Uiteindelijk zijn 13 artikel<strong>en</strong> geselecteerd <strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de evid<strong>en</strong>ce tabel (ziebijlage 1.3). Twee artikel<strong>en</strong> (Becker e.a., 2007; H<strong>en</strong>ry & Lucca, 2004) zijn kwalitatiefvan aard <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> antwoord op de vraag wat volg<strong>en</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>problematiek belangrijke belemmer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> voor baanbehoudzijn. Verder zijn vijf reviews opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (Bond e.a., 2008; Michon e.a., 2005; Marwaha& Johnson, 2004; Tsang e.a., 2010; Lagerveld e.a. 2010) ev<strong>en</strong>als zes longitudinalestudies (Burke-Miller e.a., 2006; Salkever e.a., 2003; Gold e.a., 2002; Mueser e.a.,2001; Catty e.a. 2008; Biegel e.a., 2010) die zich richt<strong>en</strong> op beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>voor arbeidsparticipatie <strong>en</strong> baanbehoud.354045Kwalitatief onderzoekUit de twee kwalitatieve studies blijkt dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal belemmering<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> in hun werk. In de eerste plaatsspel<strong>en</strong> persoonsgebond<strong>en</strong> factor<strong>en</strong>, zoals de <strong>psychische</strong> symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daaruitvoortvloei<strong>en</strong>de cognitieve beperking<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>de rol bij het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>behoud<strong>en</strong> van betaald werk (Becker e.a., 2007; H<strong>en</strong>ry & Lucca, 2004). Daarnaast zijnomgevingsfactor<strong>en</strong>, zoals onzekerheid over uitkering<strong>en</strong>, gebrek aan goedeondersteuning <strong>en</strong> stigma <strong>en</strong> discriminatie, belemmer<strong>en</strong>d bij het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong>van werk. Bij stigma gaat het niet alle<strong>en</strong> om negatieve attitudes bij werkgevers, maarook bij professionals <strong>en</strong> bij familieled<strong>en</strong>. Ook e<strong>en</strong> geïnternaliseerd stigma bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>met ernstige <strong>psychische</strong> problematiek zelf speelt e<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>de rol (H<strong>en</strong>ry &Lucca, 2004).38


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510Uit de studies kom<strong>en</strong> ook factor<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> help<strong>en</strong> bij het behoud<strong>en</strong> van werk. Zelfmanagem<strong>en</strong>t van symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong>goede copingvaardighed<strong>en</strong> zijn belangrijk om op e<strong>en</strong> goed manier met terugval tekunn<strong>en</strong> omgaan. Parttime werk<strong>en</strong>, bijvoorbeeld halve dag<strong>en</strong> of <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> per week, helptm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om te kunn<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong> aan de eis<strong>en</strong> die het werk aan h<strong>en</strong> stelt <strong>en</strong> geeft h<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>detijd om te herstell<strong>en</strong>. Daarnaast stelt het m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in staat om e<strong>en</strong> deel van hun uitkering tebehoud<strong>en</strong> (Becker e.a., 2007). Uit beide studies komt het belang naar vor<strong>en</strong> van goedeondersteuning <strong>en</strong> begeleiding. Langdurige ondersteuning voorkomt dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> terugvalkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> minder goed in hun werk functioner<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> uitvall<strong>en</strong>. Verder is e<strong>en</strong> goedevertrouw<strong>en</strong>srelatie met de begeleider van belang, omdat die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> kan gev<strong>en</strong>dat ze het werk aankunn<strong>en</strong> (Becker e.a., 2007; H<strong>en</strong>ry & Lucca, 2004).15Reviews <strong>en</strong> longitudinale studiesDe in de literatuur g<strong>en</strong>oemde beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderverdeeld in:persoongebond<strong>en</strong> factor<strong>en</strong>, omgevingsfactor<strong>en</strong> (werk- <strong>en</strong> thuissituatie, sam<strong>en</strong>leving,regelgeving) <strong>en</strong> factor<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op de interv<strong>en</strong>tie (begeleiding <strong>en</strong>behandeling).2025303540451. Persoonsgebond<strong>en</strong> factor<strong>en</strong>Persoonsgebond<strong>en</strong> factor<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in alle geselecteerde studies aan de orde. Hoewelernstige <strong>psychische</strong> symptom<strong>en</strong> door m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zelf als e<strong>en</strong> belangrijke belemmeringwordt gezi<strong>en</strong>, zijn de wet<strong>en</strong>schappelijke resultat<strong>en</strong> op dit terrein niet geheel e<strong>en</strong>duidig.Uit de review van Michon e.a. (2005) blijkt dat sommige studies wel <strong>en</strong> andere studiesge<strong>en</strong> verband vind<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> symptomatologie <strong>en</strong> betaald werk. Uit de review van Tsange.a. (2010) komt naar vor<strong>en</strong> dat negatieve symptom<strong>en</strong> (zoals vervlakking vangevoel<strong>en</strong>s, weinig initiatief <strong>en</strong> gebrek aan conc<strong>en</strong>tratie) significante negatievevoorspellers zijn voor betaald werk. Positieve symptom<strong>en</strong> (zoals wan<strong>en</strong>, hallucinaties,verward d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>) zijn ge<strong>en</strong> significante voorspellers. Ook Marwaha & Johnson (2004)vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>ig bewijs dat negatieve symptom<strong>en</strong> de kans op betaald werk verminder<strong>en</strong>. Uitde review van Lagerveld e.a. (2010) blijkt dat er redelijk bewijs is dat ernstigedepressieve symptom<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met meer arbeidsbeperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat weinigklinische vooruitgang sam<strong>en</strong>hangt met verminderde arbeidsproductiviteit. Uit delongitudinale studie van Biegel e.a. (2010) blijkt dat zowel de diagnose schizoaffectievestoornis als het last hebb<strong>en</strong> van symptom<strong>en</strong> de kans op betaald werk van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mete<strong>en</strong> dubbele diagnose (psychiatrische <strong>en</strong> verslavingproblem<strong>en</strong>) verminder<strong>en</strong>.Uit twee longitudinale studies (Gold e.a., 2002; Mueser e.a. 2001) <strong>en</strong> één review(Tsang e.a. 2010) komt cognitief functioner<strong>en</strong> als predictor voor betaald werk naarvor<strong>en</strong>. Uit de studie van Gold e.a. (2002) blijkt dat cognitieve beperking<strong>en</strong> (met nameop het terrein van IQ, geheug<strong>en</strong>, conc<strong>en</strong>tratievermog<strong>en</strong> <strong>en</strong> probleemoploss<strong>en</strong>devermog<strong>en</strong>) e<strong>en</strong> negatieve invloed hebb<strong>en</strong> op baanbehoud, maar niet op het vind<strong>en</strong> vane<strong>en</strong> baan.Ook andere vaardighed<strong>en</strong> zijn van invloed op arbeidsparticipatie. Uit vier studies(Michon e.a., 2005; Marwaha & Johnson, 2004; Tsang e.a., 2010; Mueser e.a., 2001)komt naar vor<strong>en</strong> dat sociale vaardighed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> positieve invloed hebb<strong>en</strong> oparbeidsparticipatie. In de studies van Marwaha & Johnson (2004) <strong>en</strong> Mueser e.a. (2010)gaat het niet alle<strong>en</strong> om het huidige functioner<strong>en</strong>, maar ook om het functioner<strong>en</strong> voordat39


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015de ziekte zich op<strong>en</strong>baarde. Bij Michon e.a. (2005) gaat het om rec<strong>en</strong>t sociaal <strong>en</strong>arbeidsfunctioner<strong>en</strong> in arbeidsrehabilitatieprogramma's. In deze review komt ook selfefficacy(de mate waarin betaald werk door de persoon zelf als haalbaar wordt gezi<strong>en</strong>)als voorspeller voor betaald werk naar vor<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> longitudinale studie van Biegele.a. (2010) komt naar vor<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zonder eerdere werkervaring <strong>en</strong> met e<strong>en</strong>negatieve self-efficacy minder kans hebb<strong>en</strong> op betaald werk, omdat zij niet word<strong>en</strong>verwez<strong>en</strong> naar arbeidsbegeleiding (SE).T<strong>en</strong> slotte is ook onderzoek gedaan naar de invloed van persoonsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> oparbeidsparticipatie. E<strong>en</strong> gunstig arbeidsverled<strong>en</strong> blijkt in e<strong>en</strong> aantal studies (Tsang,2010; Catty e.a., 2008; Burke-Miller e.a., 2006; Mueser e.a., 2001) e<strong>en</strong> positieveinvloed te hebb<strong>en</strong> op de arbeidsparticipatie, de studie van Michon e.a. (2005) laat ge<strong>en</strong>duidelijk verband zi<strong>en</strong>. Ook het opleidingsniveau blijkt in e<strong>en</strong> aantal studies e<strong>en</strong>voorspeller te zijn voor het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van betaald werk (Tsang e.a.2010;Burke-Miller, 2006; Salkever, 2003). Hierbij gaat het soms om het aantal jar<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>e<strong>en</strong> opleiding heeft gevolgd <strong>en</strong> soms om het opleidingsniveau. Ook blijk<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>meer kans te mak<strong>en</strong> op betaald werk dan ouder<strong>en</strong> (Tsang e.a., 2010; Burke-Miller,2006; Salkever, 2003; Lagerveld e.a., 2010). Over de invloed van anderepersoonsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zoals geslacht <strong>en</strong> etniciteit zijn de resultat<strong>en</strong> niet e<strong>en</strong>duidig.202530352. Omgevingsfactor<strong>en</strong>Naar de invloed van omgevingsfactor<strong>en</strong> is nog weinig systematisch onderzoek verricht.Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat vooroordel<strong>en</strong> van werkgevers over m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (stigma) e<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>de rol spel<strong>en</strong> voor dearbeidsparticipatie van deze doelgroep (Marwaha & Johnson, 2004). Verder kan de wet<strong>en</strong>regelgeving op het terrein van arbeidsongeschiktheid e<strong>en</strong> belemmering zijn voor hetverkrijg<strong>en</strong> van werk. Met name de angst bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> om er financieel op achteruit te gaan, lijkt e<strong>en</strong> negatieve rol te spel<strong>en</strong> bijarbeidsparticipatie (Marwaha & Johnson, 2004; Bond e.a., 2008). Opgemerkt di<strong>en</strong>t teword<strong>en</strong> dat deze studies zijn uitgevoerd in land<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> andere socialezekerheidswetgeving dan die in Nederland. Toch is aannemelijk dat deze factor<strong>en</strong> ook inde Nederlandse situatie e<strong>en</strong> rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>. Over de invloed van werkloosheidscijferszijn de resultat<strong>en</strong> niet e<strong>en</strong>duidig: in sommige studies spel<strong>en</strong> ze wel e<strong>en</strong> significante rol,in andere niet (Bond e.a., 2008).Hoewel er dus wel verband<strong>en</strong> zijn gevond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> persoonsgebond<strong>en</strong> <strong>en</strong>omgevingsfactor<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> het verkrijg<strong>en</strong> of behoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> baan anderzijds, iser nog weinig onderzoek gedaan naar de invloed van familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> vanwerkgerelateerde factor<strong>en</strong> op de arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (Tsang e.a., 2010, Bond e.a., 2008).40453. Factor<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op de interv<strong>en</strong>tieEvid<strong>en</strong>ce-based arbeidsbegeleiding (Supported Employm<strong>en</strong>t, Individual Placem<strong>en</strong>t andSupport) is e<strong>en</strong> sterke voorspeller voor arbeidsparticiaptie, zowel voor het verkrijg<strong>en</strong> alsvoor het behoud<strong>en</strong> van werk (Tsang e.a.; Bond e.a., 2008; Catty e.a., 2008). Welkeelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vooral werkzaam zijn in de begeleiding komt in hoofdstuk 5 nader aan deorde. Over de invloed van behandelmethod<strong>en</strong> op betaald werk zijn de resultat<strong>en</strong> niete<strong>en</strong>duidig. Binn<strong>en</strong> de grotere groep van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>40


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5zijn op basis van de diagnose verschill<strong>en</strong>de subgroep<strong>en</strong> te onderk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. De studies vanBond & Drake (2008) <strong>en</strong> Salkever e.a. (2003) richt<strong>en</strong> zich alle<strong>en</strong> op m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> metschizofr<strong>en</strong>ie. Uit de review van Bond & Drake (2008) komt ge<strong>en</strong> verband tuss<strong>en</strong>(medicatie)behandeling <strong>en</strong> arbeidsparticipatie naar vor<strong>en</strong>. Uit de studie van Salkevere.a. (2003) onder m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met schizofr<strong>en</strong>iesymptom<strong>en</strong> komt behandeling met atypischeantipsychotica als e<strong>en</strong> mogelijke positieve voorspeller van arbeidsparticipatie naarvor<strong>en</strong>.104.3 ConclusiesHet is aangetoond dat cognitieve beperking<strong>en</strong> de arbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> verminder<strong>en</strong>.Niveau 1A1 Tsang e.a. (2010)A2 Gold e.a. (2002); Mueser e.a. (2001)Niveau 1Het is aangetoond dat e<strong>en</strong> gunstig arbeidsverled<strong>en</strong>, arbeidsfunctioner<strong>en</strong> inarbeidsrehabilitatie programma's <strong>en</strong> sociaal functioner<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met positievearbeidsresultat<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.A1 Michon e.a. (2005); Tsang e.a. (2010)A2 Marwaha & Johnson (2004) 3 ; Mueser e.a. (2001), Biegel e.a. (2010)Niveau 1Het is aangetoond dat zowel jonger<strong>en</strong> als hoogopgeleid<strong>en</strong> meer kans mak<strong>en</strong> opbetaald werk.A1 Tsang e.a. (2010); Lagerveld e.a. (2010)A2 Burke-Miller e.a (2006); Salkever e.a. (2003)Niveau 1Het is aangetoond dat arbeidsbegeleiding (onderzocht werd IPS/SE) de kans op hetverkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van betaald werk vergroot.A1 Tsang e.a. (2010)A2 Bond & Drake (2008); Catty e.a. (2008)15Niveau 2Niveau 2Het is aannemelijk dat negatieve symptom<strong>en</strong> (zoals vervlakking van gevoel<strong>en</strong>s,weinig initiatief, gebrek aan conc<strong>en</strong>tratie) <strong>en</strong> ernstige depressieve symptom<strong>en</strong> dearbeidsparticipatie van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> verminder<strong>en</strong>.A1 Michon e.a. (2005); Tsang e.a. (2010); Lagerveld e.a. (2010)A2 Marwaha & Johnson (2004), Biegel e.a. (2010)Het is aannemelijk dat de angst voor inkom<strong>en</strong>sachteruitgang de arbeidsparticipatie3 De methodologische kwaliteit is hier lastig te bepal<strong>en</strong>, omdat het e<strong>en</strong> review betreft van diverse soort<strong>en</strong>studies (surveys, vergelijk<strong>en</strong>de studies, cohortstudies). Gekoz<strong>en</strong> is voor A2-niveau, omdat er in de reviewminimaal twee studies van B-niveau zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.41


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> negatief beïnvloedt.A2 Marwaha & Johnson (2004)C Bond e.a. (2008)Niveau 3M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hun aando<strong>en</strong>ing, hetzorgsysteem <strong>en</strong> vooroordel<strong>en</strong> (stigma) als barrières voor betaald werk. Zijbeschouw<strong>en</strong> goede <strong>en</strong> langdurige begeleiding, deeltijdwerk, zelfmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong>copingvaardighed<strong>en</strong> als bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>.C Becker e.a. (2007); H<strong>en</strong>ry & Lucca (2004)4.4 Overige overweging<strong>en</strong>51015202530Overige overweging<strong>en</strong> vanuit focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudiesDe focusgroep deelnemers id<strong>en</strong>tificeerd<strong>en</strong> in de eerste plaats beperking<strong>en</strong> als gevolgvan de <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met name last vanconc<strong>en</strong>tratieproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> vermoeidheid. Daarnaast hebb<strong>en</strong> zij snel last vanspanning<strong>en</strong>, drukte op de werkvloer <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoge werkdruk. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> het vaakmoeilijk hun eig<strong>en</strong> draagkracht <strong>en</strong> draaglast in te schatt<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede balans tuss<strong>en</strong>beide is belangrijk. Hierbij moet<strong>en</strong> de verwachting<strong>en</strong> van beide kant<strong>en</strong> (werkgever <strong>en</strong>werknemer) duidelijk gemaakt word<strong>en</strong>.Daarnaast zijn er belemmering<strong>en</strong> in de werksituatie. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> nieuwebaan vaak moeite met opstart<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> behoefte aan extra training of e<strong>en</strong>gew<strong>en</strong>tijd. Op de werkvloer zijn vaak ge<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> wat betreftaangepaste werktijd<strong>en</strong> of het instell<strong>en</strong> van rustperiod<strong>en</strong>. Verder is het beschikbare werkvaak niet uitdag<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>oeg of b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> hun niveau. Daarnaast is de beeldvorming over<strong>psychische</strong> problematiek e<strong>en</strong> probleem: m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> soms weinig begrip bijcollega's <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> het gevoel dat ze minder serieus word<strong>en</strong>g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Op<strong>en</strong>heid van de cliënt naar de werkgever (disclosure) kan e<strong>en</strong> positieveinvloed hebb<strong>en</strong> op baanbehoud. Door meer k<strong>en</strong>nis over de stoornis kan meer begripword<strong>en</strong> gekweekt. Het gaat hierbij vooral om meer k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> op<strong>en</strong>heid over deaando<strong>en</strong>ing <strong>en</strong>/of bijbehor<strong>en</strong>de beperking<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet specifiek over e<strong>en</strong>bepaald individu. Ook e<strong>en</strong> rolmodel zoals e<strong>en</strong> ervaringsdeskundige kan help<strong>en</strong> bij hetdoorbrek<strong>en</strong> van stigma. Verder is voldo<strong>en</strong>de begeleiding op de werkplek cruciaal,ev<strong>en</strong>als e<strong>en</strong> goede afstemming <strong>en</strong> informatie-uitwisseling tuss<strong>en</strong> werkgever,behandelaar <strong>en</strong> re-integratieprofessional.T<strong>en</strong>slotte noemd<strong>en</strong> deelnemers aan de focusgroep<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>deomgevingsfactor<strong>en</strong>. Onzekerheid over financiële gevolg<strong>en</strong> (Hoe lang kan ik mijnuitkering behoud<strong>en</strong>? Wat betek<strong>en</strong>t het voor verzekering<strong>en</strong>?) <strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>dheid op hetgebied van wet- <strong>en</strong> regelgeving, vorm<strong>en</strong> vaak e<strong>en</strong> belemmering bij het behoud<strong>en</strong> vane<strong>en</strong> baan.35Uit de casusstudies komt naar vor<strong>en</strong> dat werkbehoud belemmerd wordt door factor<strong>en</strong>bij de werknemer (<strong>psychische</strong> klacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong>, bijwerking<strong>en</strong> van medicatie <strong>en</strong>wisseling<strong>en</strong> in de medicatie), in de werksituatie (onregelmatige di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, deadlines <strong>en</strong>42


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015202530354045stress, ontevred<strong>en</strong>heid met het werk, onduidelijkheid over werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong>onzekerheid over de toekomst), door wet- <strong>en</strong> regelgeving (late goedkeuring van hetuwv, financiële achteruitgang) <strong>en</strong> problem<strong>en</strong> in de thuissituatie.<strong>Werk</strong>behoud wordt bevorderd door factor<strong>en</strong> in de werkomgeving (goede werksfeer,structuur in het werk, prettige collega's <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>de), aanpassing<strong>en</strong> in het werk(maatregel<strong>en</strong> om de werkdruk te verminder<strong>en</strong>, extra pauzes, aanpassing<strong>en</strong> in dewerkzaamhed<strong>en</strong> of werktijd<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> rustige werkomgeving, ge<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,parttime werk) <strong>en</strong> ondersteuning door re-integratieprofessionals, leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>,familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatjes op de werkvloer.Overige overweging<strong>en</strong> richtlijnwerkgroepIn de praktijk zou m<strong>en</strong> vooral moet<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> op het b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>van bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>.Relevante factor<strong>en</strong> zijn factor<strong>en</strong> die beïnvloedbaar zijn, zoals omgevingsfactor<strong>en</strong> ofde angst van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dat ze financieel er op achteruitgaan. Hierop kan word<strong>en</strong>ingegrep<strong>en</strong> door 'b<strong>en</strong>efit coaching' <strong>en</strong>/of goede informatievoorzi<strong>en</strong>ing.Er di<strong>en</strong>t aandacht te zijn voor de algem<strong>en</strong>e gezond-werk factor<strong>en</strong> als autonomie,pass<strong>en</strong>de taak (ook in omvang!); taakvariatie wellicht minder relevant maar zekerook sociale steun, taakzekerheid <strong>en</strong> beloning(sonzekerheid).Er di<strong>en</strong>t meer aandacht te zijn voor reeds bestaande <strong>en</strong> toegepaste succesvolle reintegratiepraktijk<strong>en</strong>in het land. Hoewel deze niet systematisch zijn onderzocht, kaninzicht in onderligg<strong>en</strong>de gelijksoortige principes van grote waarde zijn.De steeds lagere AO-uitkering<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> ertoe dat AO-ers niet in beweging kom<strong>en</strong>omdat ze bang zijn onder e<strong>en</strong> nieuw regime te gaan vall<strong>en</strong> (wanneer de poging omaan het werk te gaan niet lukt). E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e wettelijke toezegging "werk<strong>en</strong> moetaltijd lon<strong>en</strong>" zou hiervoor op langere termijn e<strong>en</strong> oplossing zijn.Bij omgevingsfactor<strong>en</strong> komt duidelijk naar vor<strong>en</strong> dat het belangrijk is wie wat doet<strong>en</strong> wie wat financiert. Dit wordt verder beschrev<strong>en</strong> in de hoofdstukk<strong>en</strong> zes <strong>en</strong> zev<strong>en</strong>.<strong>Werk</strong>gevers zijn eerder bereid iemand met e<strong>en</strong> fysieke handicap aan te nem<strong>en</strong> daniemand met e<strong>en</strong> geestelijke handicap. Cruciaal bij dat laatste is hun regelruimte ombijvoorbeeld extra begeleiding in te zett<strong>en</strong> of om tak<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> functies op teknipp<strong>en</strong>. Ook k<strong>en</strong>nis over subsidies blijkt van positieve invloed op hetaannamegedrag (TNO rapport, 2009).E<strong>en</strong> belangrijke variabele betreft het reducer<strong>en</strong> van de risico’s die de werkgever <strong>en</strong>werknemer lop<strong>en</strong>, wanneer zij e<strong>en</strong> arbeidsovere<strong>en</strong>komst tek<strong>en</strong><strong>en</strong>. De werkgeverkijkt naar; wat kost het me als hij erger ziek wordt, de werknemer kijkt naar; alshet nu niet lukt krijg ik dan minder inkomst<strong>en</strong>? De verwachting van werkgeverswordt daarbij vooral bepaald door de angst voor de extra begeleidingstijd die heth<strong>en</strong> mogelijk gaat kost<strong>en</strong> (TNO rapport, 2009). Wanneer de angst voor risico's bijbeide partij<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> verkleind of wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> levert dit veel meermogelijkhed<strong>en</strong> voor plaatsing op.E<strong>en</strong> werkgever heeft e<strong>en</strong> positievere m<strong>en</strong>ing over gehandicapt<strong>en</strong> naarmate hijlanger gehandicapt<strong>en</strong> in di<strong>en</strong>st heeft. Onderzoek toont aan dat veelwerkgevers/leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> Wajonger<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong>voorafgaande stage. Dat gaf voldo<strong>en</strong>de vertrouw<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stverband aan43


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5te bied<strong>en</strong> (TNO rapport, 2009). Stages zijn dan ook e<strong>en</strong> goede <strong>en</strong> vrijblijv<strong>en</strong>de<strong>en</strong>tree bij e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële werkgever.De m<strong>en</strong>ing van werkgevers in de publieke (overheids-) sector over gehandicaptewerknemers is significant positiever dan die van non-profit <strong>en</strong> profit organisaties.Bedrijv<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> geformaliseerd beleid hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> significant positievere m<strong>en</strong>ingover gehandicapt<strong>en</strong> op de gebied<strong>en</strong> van arbeidsprestatie, werk persoonlijkheid <strong>en</strong>administratieve zorg<strong>en</strong> (TNO rapport 2009).1015204.5 Aanbeveling<strong>en</strong>1. De werkgroep adviseert om bij het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van pass<strong>en</strong>d werk rek<strong>en</strong>ingte houd<strong>en</strong> met de psychiatrische stoornis, de beperking<strong>en</strong> die dat meebr<strong>en</strong>gt voor hetwerk <strong>en</strong> de eis<strong>en</strong> van de specifieke werkplek om de plaatsing <strong>en</strong> de begeleiding op dewerkplek te optimaliser<strong>en</strong>.2. De werkgroep adviseert interv<strong>en</strong>ties in te zett<strong>en</strong> op zowel persoonlijke factor<strong>en</strong>(zoals cognitieve beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> ernstige depressieve klacht<strong>en</strong>) als opomgevingsfactor<strong>en</strong> in de werkomgeving <strong>en</strong> familie (zoals stigma op het werk <strong>en</strong> e<strong>en</strong>disfunctioner<strong>en</strong>d zorgsysteem) <strong>en</strong> op de interactie daartuss<strong>en</strong>. Hierbij di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> oog tehebb<strong>en</strong> voor wat beïnvloedbaar is <strong>en</strong> wat niet.2530353. De werkgroep adviseert in te zett<strong>en</strong> op het actief bevorder<strong>en</strong> van arbeidservaring,startkwalificaties, integrale zorg- <strong>en</strong> arbeidsbegeleiding, b<strong>en</strong>efit-counseling,zelfmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> copingvaardighed<strong>en</strong>.4. De werkgroep adviseert werkgevers te informer<strong>en</strong> over subsidies, mogelijkhed<strong>en</strong>voor het inzett<strong>en</strong> van externe begeleiding <strong>en</strong> stages door arbeidsongeschikt<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>sdi<strong>en</strong>t bij beide partij<strong>en</strong> (werkgever <strong>en</strong> werknemer) de angst voor risico's verminderd teword<strong>en</strong>.5. Ook algem<strong>en</strong>e principes voor het bevorder<strong>en</strong> van duurzame inzetbaarheid in hetreguliere arbeidsproces (zoals bevorder<strong>en</strong> van autonomie, pass<strong>en</strong>de taak (-omvang);taakvariatie, sociale steun, beloning- <strong>en</strong> taakzekerheid) di<strong>en</strong><strong>en</strong> toegepast te word<strong>en</strong>.Deze principes werk<strong>en</strong> ook voor de doelgroep van deze richtlijn.Literatuur40Becker D, R Whitney, E Bailey, RE Drake (2007). Long-term employm<strong>en</strong>t trajectories amongparticipants with severe m<strong>en</strong>tal illness in Supported Employm<strong>en</strong>t. Psychiatric Services, 58, 7,922-928.45Biegel DE, LD Stev<strong>en</strong>son, D Beimers, RJ Ronis, P Boyle (2010). Predictors of competitiveemploym<strong>en</strong>t among consumers with co-occuring m<strong>en</strong>tal and substance use disorders. Researchon Social Work Practice, 20(2), 191-201.44


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Bond GR, Drake RE (2008). Predictors of competitive employm<strong>en</strong>t among pati<strong>en</strong>ts withschizophr<strong>en</strong>ia. Curr<strong>en</strong>t Opinion in Psychiatry, 21(4):362-369.5Burke-Miller JK, Cook JA, Grey DD, Razzano LA, Blyler CR, Leff HS et al (2006). DemographicCharacteristics and Employm<strong>en</strong>t Among People with Severe M<strong>en</strong>tal Illness in a Multisite Study.Community M<strong>en</strong>tal Health Journal, 42(2):143-159.10Catty, J, P Lissouba, S White, T Becker, RE Drake e.a. (2008). Predictors of employm<strong>en</strong>t forpeople with severe m<strong>en</strong>tal illness: results of a international six-c<strong>en</strong>tre randomized controlled trial.British Journal of Psychiatry, 192, 224-231.15Gold JM, Goldberg RW, McNary SW, Dixon LB, Lehman AF (2002). Cognitive correlates of jobt<strong>en</strong>ure among pati<strong>en</strong>ts with severe m<strong>en</strong>tal illness. The American Journal of Psychiatry,159(8):1395-1402.20H<strong>en</strong>ry AD, Lucca AM (2004). Facilitators and barriers to employm<strong>en</strong>t: The perspectives of peoplewith psychiatric disabilities and employm<strong>en</strong>t service providers. Work: Journal of Prev<strong>en</strong>tion,Assessm<strong>en</strong>t & Rehabilitation, 22(3):169-182.Lagerveld S, U Bültmann, RL Franche, Hv Dijk, MC Vlasveld e.a. (2010). Factors associated withwork participation and work functioning in depressed workers: a systematic review. Journal ofOccupational Rehabilitation.25Marwaha S, Johnson S (2004). Schizophr<strong>en</strong>ia and employm<strong>en</strong>t: A review. Social Psychiatry andPsychiatric Epidemiology, 39(5):337-349.30Michon HWC, van Weeghel J, Kroon H, Sch<strong>en</strong>e AH (2005). Person-related predictors ofemploym<strong>en</strong>t outcomes after participation in psychiatric vocational rehabilitation programmes: Asystematic review. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 40(5):408-416.Mueser KT, Salyers MP, Mueser PR (2001). A prospective analysis of work in schizophr<strong>en</strong>ia.Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin, 27(2):281-296.35Salkever DS, Slade EP, Karakus MC (2003). Employm<strong>en</strong>t ret<strong>en</strong>tion by persons with schizophr<strong>en</strong>iaemployed in non-assisted jobs. Journal of Rehabilitation, 69(4):19-26.40Tsang HWH, AY Leung, RCK Chung, M Bell, W Cheung (2010). Review on vocational predictors: asystematic review of predictors of vocational outcomes among individuals with schizophr<strong>en</strong>ia: anupdate since 1998. Australian and New Zealand Journal of Psychiatry, 44, 495-504.45


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>46


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 5 INSCHATTEN COMPETENTIES5.1 Inleiding5101520Op diverse mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het arbeidsbegeleidingsproces kan het nuttig zijn om e<strong>en</strong>inschatting te mak<strong>en</strong>, oftewel e<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>t, van het (pot<strong>en</strong>tiële) arbeidsfunctioner<strong>en</strong>van betrokk<strong>en</strong>e. E<strong>en</strong> goede inschatting mak<strong>en</strong> van arbeidscompet<strong>en</strong>ties is bij uitsteke<strong>en</strong> opdracht voor job coach <strong>en</strong> berokk<strong>en</strong> werknemer (in spe), maar ook ander groep<strong>en</strong>professionals kunn<strong>en</strong> hieraan bijdrag<strong>en</strong>. Om allerlei red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn dergelijkeinschatting<strong>en</strong> lastig: soms ontbrek<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of zijn beschikbare instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>vooral geschikt voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met andere beperking<strong>en</strong>, professionals zijn vaak niet goedtoegerust, betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf zijn onzeker (geword<strong>en</strong>) over wat zij kunn<strong>en</strong>, etc. Deinzicht<strong>en</strong> die betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf hebb<strong>en</strong> opgebouwd word<strong>en</strong> vaak onvoldo<strong>en</strong>de onderk<strong>en</strong>din de praktijk. Aan de andere kant vind<strong>en</strong> vele betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> het zelf ook lastig om hunfunctioner<strong>en</strong> goed in te schatt<strong>en</strong> (bijv: wissel<strong>en</strong>de belastbaarheid; moeite om ‘terugval‘op tijd te zi<strong>en</strong> aankom<strong>en</strong>). Vaak vrag<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met aanhoud<strong>en</strong>de <strong>psychische</strong>beperking<strong>en</strong> die werk<strong>en</strong> zich bij bepaalde arbeidsproblem<strong>en</strong> af in hoeverre dezesam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met de <strong>psychische</strong> klacht<strong>en</strong> of ‘gewone’ moeilijkhed<strong>en</strong> zijn die iederewerknemer teg<strong>en</strong>komt. Michon & Van Weeghel (1999) formuleerd<strong>en</strong> handvatt<strong>en</strong> voorassessm<strong>en</strong>t in de arbeidsrehabilitatie, die aan actualisatie <strong>en</strong> verbetering toe zijn.25De uitgangsvraag voor dit hoofdstuk luidt: Wat zijn best practices (tests, instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,procedures) voor het inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties in het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> vanwerk?5.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing30354045ZoekstrategieBinn<strong>en</strong> de uitgangsvraag van dit hoofdstuk (Wat zijn best practices (tests,instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, procedures) voor het inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties in het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>behoud<strong>en</strong> van werk?) is het begrip "compet<strong>en</strong>ties" breed opgevat: het gaat niet alle<strong>en</strong>om het inschatt<strong>en</strong> van specifieke arbeidsvaardighed<strong>en</strong>, maar ook van cognitievevaardighed<strong>en</strong>, motivatie om te werk<strong>en</strong> (o.a. 'readiness') <strong>en</strong> arbeidstevred<strong>en</strong>heid. Ziebijlage 1 voor de evid<strong>en</strong>ce-tabel.De zoekopdracht is uitgevoerd in de databases Cinahl, PsychInfo <strong>en</strong> Pubmed <strong>en</strong> beslaatde periode 1990-2010. De zoekopdracht leverde in totaal 996 treffers op: 771Pubmed/Psychinfo <strong>en</strong> 225 Cinahl. Naast de algem<strong>en</strong>e selectiecriteria beschrev<strong>en</strong> inhoofdstuk 2, is bij de selectie van artikel<strong>en</strong> het volg<strong>en</strong>de criterium gehanteerd:- Is het asssessm<strong>en</strong>t instrum<strong>en</strong>t al opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de review van Peer & T<strong>en</strong>hula?Uiteindelijk zijn 6 studies (7 artikel<strong>en</strong>) geselecteerd <strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de evid<strong>en</strong>cetabel,waaronder één systematische review (Peer & T<strong>en</strong>hula, 2010) van assessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> één RCT (Bell e.a., 2003) waarin de effectiviteit van e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t alsfeedbackinstum<strong>en</strong>t is onderzocht. Verder zijn er drie validiteitsstudies (Resnick & Bond,2001; Roberts & Pratt, 2010) <strong>en</strong> één cohortstudie (Tan & Hawkins 1999/2000; Corbière47


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>e.a., 2004) geïncludeerd, waarin de validiteit <strong>en</strong> predictieve waarde van deinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor werk zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of werkbehoud is onderzocht.5101520253035Review van instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>In de review van Peer & T<strong>en</strong>hula (2010) zijn 12 instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geselecteerd: 9situationele assessm<strong>en</strong>ts and 3 performance based assessm<strong>en</strong>ts. Elk instrum<strong>en</strong>t is ope<strong>en</strong> aantal criteria beoordeeld op kwaliteit.Situationele assessm<strong>en</strong>ts: Bij situationele assessm<strong>en</strong>t word<strong>en</strong> deelnemers in hunnatuurlijke werkomgeving geobserveerd door e<strong>en</strong> begeleider of onderzoeker. Er zijn zesinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die meerdere domein<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong>: de Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory (WBI),de Thresholds Monthly Work Evaluation Form (TMWEF), de G<strong>en</strong>eric Work BehaviorQuestionnaire (GWBQ), de Griffiths Work Report (GWR), de Work Behavior Checklist(WBC) <strong>en</strong> de Occupational Abilities and Performance Scale (OAPS). De overige drieinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong> één domein: de Work Adjustm<strong>en</strong>t Skills Scale (WASS), deInterpersonal Skills Scale (ISS) <strong>en</strong> de Vocational Cognitive Rating Scale (VCRS).Performance based assessm<strong>en</strong>ts: Bij performance based assessm<strong>en</strong>t word<strong>en</strong>deelnemers geobserveerd <strong>en</strong> beoordeeld in e<strong>en</strong> niet natuurlijke setting, zoalslaboratoriummeting<strong>en</strong> van arbeidsvaardighed<strong>en</strong>, roll<strong>en</strong>spell<strong>en</strong> etc. Het gaat om devolg<strong>en</strong>de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: Work Capacity Evaluation (WCE), Work Related SocialCompet<strong>en</strong>ce Role Play Task (WRSC-RPT), <strong>en</strong> Maryland Assessm<strong>en</strong>t of SocialCompet<strong>en</strong>ce-Vocational sc<strong>en</strong>es (MASC-VOC).Uit de studie komt naar vor<strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> standaard voor assessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is. De keuze voor e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t hangt af van de omstandighed<strong>en</strong>, hetdoel <strong>en</strong> de middel<strong>en</strong>/mogelijkhed<strong>en</strong>. Wel word<strong>en</strong> in de studie <strong>en</strong>kele algem<strong>en</strong>econclusies getrokk<strong>en</strong>:Situationele assessm<strong>en</strong>ts zijn praktischer in gebruik <strong>en</strong> meer efficiënt danperformance based measures;De Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory is het meest s<strong>en</strong>sitief voor verandering. De ThresholdsMonthly Work Evaluation Form <strong>en</strong> G<strong>en</strong>eric Work Behavior Questionnaire zijn hetmeest efficiënt;Nadeel van situationele assessm<strong>en</strong>ts is dat er e<strong>en</strong> observator nodig is die dedeelnemer op de werkplek observeert;Performance based assessm<strong>en</strong>ts vereis<strong>en</strong> meer (ontwikkel)tijd, training <strong>en</strong>material<strong>en</strong>. Verder is de g<strong>en</strong>eraliseerbaarheid naar 'echte' werksituatiestwijfelachtig.4045Afzonderlijke instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>Hoewel de Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory ook opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> is in de review van Peer <strong>en</strong>T<strong>en</strong>hula (2010), is de studie van Bell e.a. (2003) apart opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat hierin deeffectiviteit van de WBI als feedback instrum<strong>en</strong>t in de praktijk is onderzocht. De WBImeet de sam<strong>en</strong>werking, werkgewoont<strong>en</strong>, persoonlijke pres<strong>en</strong>tatie, kwaliteit van hetwerk <strong>en</strong> sociale vaardighed<strong>en</strong> van deelnemers. De experim<strong>en</strong>tele conditie is e<strong>en</strong>gedragsinterv<strong>en</strong>tie (GI) bestaande uit: feedback met Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory (WBI) <strong>en</strong>het stell<strong>en</strong> van doel<strong>en</strong>. Het gaat om tweewekelijkse groep sessies van één uur. Decontroleconditie is begeleiding as usual (US). Uit de studie komt naar vor<strong>en</strong> dat degedragsinterv<strong>en</strong>tie tot verbetering van de werkprestaties leidt (F[5, 52] = 1.93, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510152025303540450.05) <strong>en</strong> tot verhoging van het aantal gewerkte ur<strong>en</strong> (GI mean=346.2 ur<strong>en</strong>, USmean=254.9 ur<strong>en</strong>; MD 91.3 ur<strong>en</strong>;F[1, 61] = 4.80, p < 0.024) <strong>en</strong> het aantal gewerktewek<strong>en</strong> (GI mean=21.4 wek<strong>en</strong>, US mean=17.5 wek<strong>en</strong>; MD 3.9 weeks; F[1, 61] = 4.51,p < 0.02), in vergelijking met de gebruikelijke ondersteuning.Resnick & Bond (2001) hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> studie uitgevoerd waarin de validiteit van deIndiana Job Satisfaction Scale (IJSS) <strong>en</strong> de relatie tuss<strong>en</strong> arbeidssatisfactie <strong>en</strong>baanbehoud is onderzocht. Uit de studie blijkt dat de interne consist<strong>en</strong>tie van de totaleschaal zeer goed is (Crombach's alpha = .90). De interne consist<strong>en</strong>tie van subschal<strong>en</strong>varieert van hoog (.83 Collega's) tot laag (.41 Carrière <strong>en</strong> zekerheid). Verder is er e<strong>en</strong>significant verband verbond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Arbeidstevred<strong>en</strong>heid (totale schaal) <strong>en</strong>baanbehoud (r= .24, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5tev<strong>en</strong>s gerelateerd aan de duur van de werkloosheid: ( F- waard<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> van 2.88(p< .04, df=3) tot 4.30 (p< .01, df=3): m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met veel coping vaardighed<strong>en</strong> zijnkorter werkloos. De CSES vertoont ge<strong>en</strong> significant verband met duur van dewerkloosheid. Hierbij moet word<strong>en</strong> aangetek<strong>en</strong>d dat de onderzoeksgroep breder wasdan alle<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.5.3 ConclusiesNiveau 2De keuze voor e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t zal in de praktijk bepaald word<strong>en</strong> dooromstandighed<strong>en</strong>, het doel <strong>en</strong> de middel<strong>en</strong>. Er is ge<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> standaard inassessm<strong>en</strong>t instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.A2 4 Peer & T<strong>en</strong>hula, 2010Niveau 2Assessm<strong>en</strong>t instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> op de werkvloer in e<strong>en</strong>reguliere setting ('situationele assessm<strong>en</strong>t') verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> de voorkeur bov<strong>en</strong>instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> niet-natuurlijke setting('perfomance based assessm<strong>en</strong>t'). Bij 'performance based assessm<strong>en</strong>t' is deg<strong>en</strong>eraliseerbaarheid naar reguliere settings twijfelachtig.10Niveau 2A2 Peer & T<strong>en</strong>hula, 2010De Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory is het meeste s<strong>en</strong>sitief in het met<strong>en</strong> vanverandering<strong>en</strong> in het arbeidsfunctioner<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige<strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat het gebruik van de WorkBehavior Inv<strong>en</strong>tory als feedback instrum<strong>en</strong>t tot verbetering van dewerkprestaties leidt.B Bell e.a., 2003A2 Peer & T<strong>en</strong>hula, 20105.4 Overige overweging<strong>en</strong>1520Overige overweging<strong>en</strong> vanuit focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudiesUit de focusgroep<strong>en</strong> blijkt dat compet<strong>en</strong>ties van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> soms niet goed word<strong>en</strong> ingeschat, waardoor zij werk hebb<strong>en</strong> dat nietaansluit bij hun mogelijkhed<strong>en</strong>. Bij het inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties di<strong>en</strong>t gelet teword<strong>en</strong> op de interesses <strong>en</strong> ambities van e<strong>en</strong> individu. Ook kan iemand gestimuleerdword<strong>en</strong> om zelf initiatiev<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>.Arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> collega's kunn<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij het inschatt<strong>en</strong> vancompet<strong>en</strong>ties, omdat zij vaak e<strong>en</strong> goed beeld hebb<strong>en</strong> van iemands functioner<strong>en</strong>.Wanneer iemand lang niet gewerkt heeft, kan e<strong>en</strong> proefplaatsing zinvol zijn om te4 Methodologische kwaliteit is hier lastig te bepal<strong>en</strong> omdat het e<strong>en</strong> review betreft van validiteitsstudies.Hoewel de review van goede kwaliteit is, is gekoz<strong>en</strong> voor A2 omdat de afzonderlijke validiteitsstudies van B-niveau zijn.50


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510kijk<strong>en</strong> hoe het gaat. Stigma rondom e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong>belemmering vorm<strong>en</strong> in het inschattingsproces. Consequ<strong>en</strong>tie van het stigma kannamelijk zijn dat niet altijd op<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> wordt over beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiesvan de werknemer. Deelnemers van de focusgroep<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat bij deinschatting de compet<strong>en</strong>ties belangrijker moet<strong>en</strong> zijn dan de diagnose.Bij de inschatting van compet<strong>en</strong>ties spel<strong>en</strong> arbeidsbegeleiders (jobcoaches <strong>en</strong>trajectbegeleiders) e<strong>en</strong> belangrijke rol: zij zijn vaak toegankelijker voor cliënt<strong>en</strong> danbedrijfsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> arbeidsdeskundig<strong>en</strong>. Bedrijfsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> arbeidsdeskundig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>e<strong>en</strong> monitor<strong>en</strong>de rol spel<strong>en</strong> door regelmatig gesprekk<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> met cliënt<strong>en</strong>,waarbij beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> periodiek in kaart gebracht word<strong>en</strong>. Belangrijkeaandachtspunt<strong>en</strong> in het inschattingsproces zijn e<strong>en</strong> individuele b<strong>en</strong>adering (maatwerk)<strong>en</strong> continuïteit in de begeleiding.152025Uit de casusstudies komt naar vor<strong>en</strong> dat re-integratieprofessionals dearbeidsvaardighed<strong>en</strong>- of compet<strong>en</strong>ties inschatt<strong>en</strong> door middel van gesprekk<strong>en</strong> met dewerknemer. Aandachtspunt<strong>en</strong> zijn het arbeidsverled<strong>en</strong>, de opleiding, de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong>interesses van de werknemer, <strong>en</strong> daarnaast de sociale vaardighed<strong>en</strong>, het geheug<strong>en</strong> <strong>en</strong>probeemanalyse. Ook wordt gekek<strong>en</strong> hoe iemand in het gesprek overkomt <strong>en</strong> wordtaan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in de omgeving (ouders, naast<strong>en</strong>) gevraagd naar de kwaliteit<strong>en</strong> van dewerknemer. De inschatting van de belastbaarheid is e<strong>en</strong> proces, omdat debelastbaarheid in de tijd sterk kan variër<strong>en</strong>. In gesprekk<strong>en</strong> met de werknemer wordtvooral gekek<strong>en</strong> naar de huidige belasting, stressfactor<strong>en</strong> in het werk, beschikbaresteun, vroegere werkzaamhed<strong>en</strong>, werktempo <strong>en</strong> –functioner<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de randvoorwaard<strong>en</strong>voor het werk. Ook gaat m<strong>en</strong> soms op de werkvloer kijk<strong>en</strong> hoe iemand functioneert <strong>en</strong>wordt gesprok<strong>en</strong> met de leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> collega's, of wordt gebruik gemaakt van e<strong>en</strong>beroepskeuzetest of proefplaatsing.30354045Overige overweging<strong>en</strong> richtlijnwerkgroepUit de literatuurstudie blijkt duidelijk dat meer onderzoek nodig is naarinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die betrouwbaar, valide <strong>en</strong> praktisch zijn <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s gevoelig voor hetvaststell<strong>en</strong> van verandering<strong>en</strong>.Michon (2006), geeft algem<strong>en</strong>e handvatt<strong>en</strong> voor goede inschatting vanarbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,waaronder: a.) Beperk deze inschatting niet tot e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>malige test of beoordeling,maar maak er e<strong>en</strong> doorlop<strong>en</strong>de activiteit van, die telk<strong>en</strong>s wordt herhaald tijd<strong>en</strong>s hetarbeidsrehabilitatieproces. Elke werkervaring levert immers weer nieuwe gegev<strong>en</strong>sop over de deelnemer in zijn rol als werknemer. b) Deze inschatting di<strong>en</strong>t antwoordte gev<strong>en</strong> op de kernvraag in welke arbeidsomgeving de persoon de meeste kans vanslag<strong>en</strong> heeft (inschatting di<strong>en</strong>t niet ter uitsluiting, maar ter bepaling van hethaalbare <strong>en</strong> mogelijk b<strong>en</strong>odigde arbeidsbegeleiding). c) Deze inschatting heeft alsuiteindelijk doel dat de deelnemer de eig<strong>en</strong> arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> (beter) leertinschatt<strong>en</strong>. d) Het inschatt<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t richting te gev<strong>en</strong> aan ev<strong>en</strong>tuele verderearbeidsbegeleidingsinterv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> de evaluatie daarvan. e) Om tot e<strong>en</strong> goedeinschatting te kom<strong>en</strong> is doorgaans e<strong>en</strong> combinatie van instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong>methodiek<strong>en</strong> vereist: interviews, observaties, vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> <strong>en</strong> situationeel51


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015202530354045onderzoek naar arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> (het invull<strong>en</strong> van vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> op grond vanobservaties).E<strong>en</strong> van de beste instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor situationele assessm<strong>en</strong>t is de Work BehaviorInv<strong>en</strong>tory (WBI). E<strong>en</strong> Nederlandse vertaling van de WBI is echter niet voorhand<strong>en</strong>.Er zijn diverse Nederlandstalige of in het Nederlands vertaalde situationeleassessm<strong>en</strong>t instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in omloop, die nu niet goed op validiteit <strong>en</strong>betrouwbaarheid e.d. zijn onderzocht, maar mogelijk wel bruikbaar zijn. We noem<strong>en</strong>als voorbeeld de arbeidsvaardighed<strong>en</strong>lijst (Michon e.a. 2004) <strong>en</strong> de Melba(refer<strong>en</strong>tie..).Instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die gebruikt word<strong>en</strong> bij bredere groep<strong>en</strong> werknemers, bijvoorbeeldwerknemers met lichamelijke beperking<strong>en</strong>, zijn mogelijk ook bruikbaar voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>uit de doelgroep van deze richtlijn. E<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tieel assessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t in ditkader is wellicht het Dariuz-systeem (www.dariuz.nl; Hazelzet e.a. 2005). Ditsysteem biedt o.a. e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t voor 'diagnose' (k<strong>en</strong>nismaking met betrokk<strong>en</strong>edie ge<strong>en</strong> werk heeft; bepaling pot<strong>en</strong>tieel) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t voor 'assessm<strong>en</strong>t' (inkaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> werknemervaardighed<strong>en</strong>). Nagegaan kan word<strong>en</strong> o.a. waarnaar toegewerkt kan word<strong>en</strong> met de betrokk<strong>en</strong>e, hoe hij/zij het best ondersteund kanword<strong>en</strong> op de werkplek. Doelgroep zijn cliënt<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> leerwerksetting actiefzijn. k<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare handleiding <strong>en</strong> moet besteld word<strong>en</strong> op g<strong>en</strong>oemdewebsite. E<strong>en</strong> tweede voorbeeld van e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t datmogelijk ook pot<strong>en</strong>tie heeft voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is de WorkAbility Index (WAI; http://www.workabilityindex.nl/wai/Work-Ability-Index/Wat-isde-WAI.html;Van Berg, 2010;). Deze vrag<strong>en</strong>lijst meet in algem<strong>en</strong>e zin "hetwerkvermog<strong>en</strong> (…): de mate waarin e<strong>en</strong> werknemer gezond kan blijv<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>.Zowel lichamelijk <strong>en</strong> geestelijk. (..) De individuele werknemer maakt op vrijwilligebasis e<strong>en</strong> inschatting van zijn of haar werkvermog<strong>en</strong>." Noch Dariuz noch WAI k<strong>en</strong>te<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare handleiding.Ge<strong>en</strong> van de hier g<strong>en</strong>oemde lijst<strong>en</strong> meet expliciet (sociaal-) cognitievevaardighed<strong>en</strong>. Daarmee bedoel<strong>en</strong> we vaardighed<strong>en</strong> op het gebied van conc<strong>en</strong>tratie,aandacht, geheug<strong>en</strong>vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatieverwerking, zoals vaardighed<strong>en</strong> di<strong>en</strong>odig zijn om instructies te begrijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> te onthoud<strong>en</strong>. Elders in de richtlijn kwam alnaar vor<strong>en</strong> dat deze vaardighed<strong>en</strong> wel erg belangrijk kunn<strong>en</strong> zijn in verband methet behoud<strong>en</strong> van werk. Er zijn bij ons ge<strong>en</strong> goed gevalideerde Nederlandstaligetests bek<strong>en</strong>d. In de beroepspraktijk van de verzekeringsarts<strong>en</strong> zijn goedeervaring<strong>en</strong> opgedaan met de NPO (Neuro Psychologisch Onderzoek), waarondermeerdere test<strong>en</strong> schuilgaan. De 'vertaling' van testgegev<strong>en</strong>s naar mogelijkhed<strong>en</strong>di<strong>en</strong>t te geschied<strong>en</strong> door de (ervar<strong>en</strong>) professional.In conclusie 2 wordt min of meer ontrad<strong>en</strong> om in e<strong>en</strong> testomgeving assessm<strong>en</strong>t toete pass<strong>en</strong>. Echter veel evaluatieonderzoek suggereert dat werkomgeving<strong>en</strong> waarinde betrokk<strong>en</strong>e het werk kan oef<strong>en</strong><strong>en</strong>, zoals sociale firma's, e<strong>en</strong> graadmeter kunn<strong>en</strong>zijn voor iemand arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong>. Dan di<strong>en</strong>t zo'n werkomgeving wel zoveelmogelijk te lijk<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> echte arbeidsomgeving (vgl Michon 2006). In die zin zoue<strong>en</strong> revival van de teloor gegane Arbeidsonderzoekc<strong>en</strong>tra(AOC's), mitsgecombineerd met het aanbied<strong>en</strong> van echte werkzaamhed<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> alternatieve'testomgeving' (in vitro) kunn<strong>en</strong> zijn indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> échte werkplek (in vivo) niet52


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>beschikbaar is. In veel gevall<strong>en</strong> zijn betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> immers tijdelijk of langdurigaangewez<strong>en</strong> op alternatieve werkomgeving<strong>en</strong>.55.5 Aanbeveling<strong>en</strong>1. De werkgroep adviseert het gebruik van 'situationele assessm<strong>en</strong>t', d.w.z. assessm<strong>en</strong>tdie het werkgedrag in kaart br<strong>en</strong>gt van de betrokk<strong>en</strong> werknemer in di<strong>en</strong>s actuelewerkomgeving.102. De werkgroep adviseert het gebruik van de Work Behavior Inv<strong>en</strong>tory als situationeelassessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t (na vertaling in het Nederlands).153. De werkgroep beveelt aan om altijd gebruik te mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> combinatie vaninstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> methodiek<strong>en</strong>, bijvoorbeeld zowel test als interview.4. De werkgroep beveelt aan om test<strong>en</strong>, schriftelijke vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> e.d. altijd tebesprek<strong>en</strong> met betrokk<strong>en</strong>e <strong>en</strong> de uitkomst<strong>en</strong> daarvan als onderdeel van de inschattingte zi<strong>en</strong>.20255. De werkgroep adviseert om goed onderscheid te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds inschattingdie moet leid<strong>en</strong> tot selectie <strong>en</strong> anderzijds inschatting van functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiester ondersteuning van duurzaam werk<strong>en</strong>. De in deze richtlijn beschrev<strong>en</strong> informatie <strong>en</strong>adviez<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> deze tweede vorm van inschatting <strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> alshulpmiddel bij het nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over b<strong>en</strong>odigde steun bij behoud van werk <strong>en</strong> duurzaamwerk<strong>en</strong>.306. De werkgroep beveelt aan om verder onderzoek te do<strong>en</strong> naar effectief gebruik vanassessm<strong>en</strong>tinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarbij e<strong>en</strong> kernvraag is welke assessm<strong>en</strong>t(process<strong>en</strong>) <strong>en</strong>richtlijn<strong>en</strong> voor assessm<strong>en</strong>t effectief bijdrag<strong>en</strong> aan duurzaam werk<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit dedoelgroep.Literatuur35Bell M, P. Lysakerc & G Bryson (2003). A behavioral interv<strong>en</strong>tion to improve work performance inschizophr<strong>en</strong>ia: Work behavior inv<strong>en</strong>tory feedback. Journal of Vocational Rehabilitation 18, 1, 43-50.40Corbière M, C Mercier, A Lesage (2004). Perceptions of barriers to employm<strong>en</strong>t, coping efficacy,and career search efficacy in people with m<strong>en</strong>tal illness. Journal of Career assessm<strong>en</strong>t, 12, 4,460-478.45Peer JE & W T<strong>en</strong>hula (2010). Assessm<strong>en</strong>t of vocational functioning in serious m<strong>en</strong>tal illness: Areview of situational assessm<strong>en</strong>t and performance based measures. Journal of VocationalRehabilitation, 32, 175–189.53


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>5Resnick & Bond (2001). The Indiana Job Satisfaction Scale: job satisfaction in vocationalrehabilitation for people with severe m<strong>en</strong>tal illness. Psychiatric Rehabilitation Journal 25, 1, 12-19.Roberts & Pratt (2010). A construct validity study of employm<strong>en</strong>t readiness in persons withsevere m<strong>en</strong>tal illness. American Journal of Psychiatric Rehabilitation 13, 1, 40-53.10Tan & Hawkins (1999). Job satisfaction and int<strong>en</strong>t to continue working among individuals withserious m<strong>en</strong>tal illness. Psychological Reports, 85, 801-807Tan & Hawkins (2000). The factor structure of the Minnesota satisfaction questionnaire andparticipants of vocational rehabilitation. Psychological Reports, 87, 34-36.54


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 6 WERKZAME ELEMENTEN INTERVENTIES6.1 Inleiding51015De laatste jar<strong>en</strong> is het acc<strong>en</strong>t binn<strong>en</strong> arbeidsprogramma's verschov<strong>en</strong> van training <strong>en</strong>beschutte werkplekk<strong>en</strong> (train-th<strong>en</strong>-place) naar begeleiding naar <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> betaald werk(place-th<strong>en</strong>-train). Hiervoor bestaat e<strong>en</strong> goed uitgewerkte <strong>en</strong> onderzochte interv<strong>en</strong>tie:Individual Placem<strong>en</strong>t and Support (IPS), ook wel Supported Employm<strong>en</strong>t (SE)g<strong>en</strong>oemd. IPS heeft de volg<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>: iedere cliënt die regulier werk wil, magmeedo<strong>en</strong>, er wordt snel gezocht naar betaald werk, de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van de cliënt staanc<strong>en</strong>traal, er wordt langdurige ondersteuning gebod<strong>en</strong> aan de persoon <strong>en</strong> dewerkomgeving, <strong>en</strong> de arbeidsbegeleider is lid van e<strong>en</strong> ambulant behandelteam. In demultidisciplinaire richtlijn schizofr<strong>en</strong>ie (2005) wordt IPS als e<strong>en</strong> evid<strong>en</strong>ce basedinterv<strong>en</strong>tie beschouwd, ev<strong>en</strong>als in de 2011 verwachte update. Dat er e<strong>en</strong> effectiefmodel beschikbaar is, is dus inmiddels bek<strong>en</strong>d. In dit hoofdstuk zal nader word<strong>en</strong>ingegaan op de werkzame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van arbeidsbegeleiding.2025De geformuleerde uitgangsvraag is: Welke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van arbeidsbegeleiding kan m<strong>en</strong>het beste inzett<strong>en</strong> om te kom<strong>en</strong> tot baanbehoud? Deze uitgangsvraag is uitgewerkt indrie deelvrag<strong>en</strong>, namelijk: wat is de relatie tuss<strong>en</strong> IPS modelgetrouwheid <strong>en</strong>baanbehoud, wat is de relatie tuss<strong>en</strong> onderdel<strong>en</strong> van IPS/SE <strong>en</strong> baanbehoud, <strong>en</strong> wat isde relatie tuss<strong>en</strong> procesk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> baanbehoud? Sommige studies hebb<strong>en</strong> ookandere uitkomst<strong>en</strong> dan baanbehoud onderzocht, zoals het verkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> baan ofinkomst<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> baan. Deze resultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> hier ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s gepres<strong>en</strong>teerd.6.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing303540ZoekstrategieUit eerdere zoekstrategieën, met name die voor de uitgangsvrag<strong>en</strong> over beïnvloed<strong>en</strong>defactor<strong>en</strong> <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong>, blek<strong>en</strong> veel bruikbare studies te zijngekom<strong>en</strong> voor te beantwoording van deze uitgangsvraag. Daarom is ervoor gekoz<strong>en</strong> omde resultat<strong>en</strong> van deze twee zoekopdracht<strong>en</strong> (uitgevoerd in de databases PsychInfo,Pubmed <strong>en</strong> Cinahl <strong>en</strong> beperkt tot studies vanaf 1990, uitgevoerd in westerse land<strong>en</strong> <strong>en</strong>gepubliceerd in het Engels, Nederlands of Duits) nogmaals door te lop<strong>en</strong> voor deselectie van relevante studies over werkzame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. In totaal ging het om 1385treffers (783 uit de <strong>en</strong>e zoekopdracht <strong>en</strong> 602 uit de andere). Dit leverde 4 RCT's (Cattye.a., 2008; Kukla & Bond, 2009; Cook e.a., 2005; Mueser e.a., 2001), 2 quasiexperim<strong>en</strong>telestudies (Rinaldi & Perkins, 2007; Tremblay e.a. 2006), één crosssectionelestudie (Becker e.a., 2006) <strong>en</strong> één cohortonderzoek (Jones e.a., 2001) op. Ziebijlage 1 voor de evid<strong>en</strong>cetabel.45Modelgetrouwheid IPSTwee studies (Catty e.a., 2008; Becker e.a., 2006) hebb<strong>en</strong> het verband onderzochttuss<strong>en</strong> de modelgetrouwheid aan de IPS werkwijze <strong>en</strong> arbeidsparticipatie. Uit de studievan Catty e.a. (2008) blijkt dat e<strong>en</strong> werkwijze volg<strong>en</strong>s het IPS-model de kans op hetbehoud van betaald werk vergroot (regr.coëff=0.65, p=0.010). Uit de studie van55


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Becker e.a. (2006) komt naar vor<strong>en</strong> dat modelgetrouw werk<strong>en</strong> de kans op betaald werkvoor cliënt<strong>en</strong> vergroot (corr.=0.51, p=0.05).510152025Elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> IPS / SEVier studies (Cook e.a., 2005; Rinaldi & Perkins, 2007; Tremblay e.a., 2006, Muesere.a., 2001) hebb<strong>en</strong> specifieke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van IPS of SE onderzocht. Uit de studie vanCook e.a. (2005) kwam naar vor<strong>en</strong> dat geïntegreerd werk<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> nauwesam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers, de kans op betaaldwerk bij cliënt<strong>en</strong> vergroot (58% vs 21%, OR=2.37, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>6.3 ConclusiesNiveau 2Het is aannemelijk dat e<strong>en</strong> modelgetrouwe uitvoering van IPS gunstigerarbeidsuitkomst<strong>en</strong> heeft dan e<strong>en</strong> niet-modelgetrouwe werkwijze.A2 Catty e.a., 2008; B Becker e.a., 2006Niveau 2Het is aannemelijk dat e<strong>en</strong> geïntegreerde aanpak (waarinarbeidsbegeleiders <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers nauw sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>) de kans opbetaald werk vergroot.A2 Cook e.a., 2005; B Rinaldi & Perkins, 2007Niveau 2Het is aannemelijk dat e<strong>en</strong> succesvolle matching (van arbeidsw<strong>en</strong>s <strong>en</strong>baan) leidt tot werkbehoud.A2 Mueser e.a., 2001Niveau 2Het is niet aangetoond dat e<strong>en</strong> goede sam<strong>en</strong>werkingsrelatie tuss<strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong> arbeidsbegeleider tot betere arbeidsuitkomst<strong>en</strong> bij de cliënt leidt.A2 Kukla & Bond, 2009Niveau 3Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat extra ondersteuning bij het regel<strong>en</strong> van financiën(uitkering<strong>en</strong>, verzekering<strong>en</strong> e.d.) tot e<strong>en</strong> hoger inkom<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong>leidt.Niveau 3B Tremblay e.a., 2006Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat de hoeveelheid tijd die arbeidsbegeleidersbested<strong>en</strong> aan reiz<strong>en</strong>/vervoer, aan niet werk-gerelateerde ondersteuning<strong>en</strong> aan training sam<strong>en</strong>hangt met de kans op betaald werk .B Jones e.a., 200156.4 Overige overweging<strong>en</strong>10Overige overweging<strong>en</strong> vanuit focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudiesVolg<strong>en</strong>s de focusgroepdeelnemers is e<strong>en</strong> goede arbeidsbegeleider e<strong>en</strong> belangrijkelem<strong>en</strong>t van e<strong>en</strong> succesvolle interv<strong>en</strong>tie. Dit houdt in dat deze begrip heeft voor deproblematiek <strong>en</strong> dat cliënt<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte ervar<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> de interv<strong>en</strong>tiemoet<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> van de cliënt in kaart word<strong>en</strong> gebracht, zodathet werk daarop kan word<strong>en</strong> afgestemd <strong>en</strong> zo nodig maatregel<strong>en</strong> op de werkvloerkunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong>. Te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> valt aan het creër<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> rustige werkplek,e<strong>en</strong> terugtrekplek, het bied<strong>en</strong> van training of gew<strong>en</strong>tijd <strong>en</strong> het afstemm<strong>en</strong> van de57


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510werkdruk. Verder di<strong>en</strong>t bekek<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> hoe iemand om kan gaan met spanning<strong>en</strong>op de werkvloer <strong>en</strong> het klimaat binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaald bedrijf. Binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> succesvolleinterv<strong>en</strong>tie wordt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s gewerkt aan empowerm<strong>en</strong>t, autonomie, zelfontplooiing <strong>en</strong>zelfmanagem<strong>en</strong>t van het individu. Wat betreft de omgeving di<strong>en</strong>t de interv<strong>en</strong>tie zichonder andere te richt<strong>en</strong> op de financiële aspect<strong>en</strong> van werk <strong>en</strong> op manier<strong>en</strong> om begripbij de omgeving te creër<strong>en</strong> voor de situatie van e<strong>en</strong> cliënt, bijvoorbeeld door het gev<strong>en</strong>van uitleg hierover. Daarnaast di<strong>en</strong><strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van de werkgeverinzichtelijk te word<strong>en</strong> gemaakt bij de cliënt <strong>en</strong> omgekeerd, zodat afsprak<strong>en</strong> hieropkunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgestemd. Ook zou m<strong>en</strong> meer (financiële) ruimte will<strong>en</strong> voorinnovatieve therapieën (zoals neurofeedback), die kunn<strong>en</strong> help<strong>en</strong> om hetarbeidsfunctioner<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte zoud<strong>en</strong> werkgevers meerverleid moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om ban<strong>en</strong> te creër<strong>en</strong> voor deze doelgroep.1520Uit de casuss<strong>en</strong> blijkt dat e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>sband tuss<strong>en</strong> werknemer <strong>en</strong> re-integratieprofessional(jobcoach, bedrijfsarts) ess<strong>en</strong>tieel is in de begeleiding. Bij dreig<strong>en</strong>de uitvalis het belangrijk dat de professional snel reageert <strong>en</strong> de begeleiding int<strong>en</strong>siveert omuitval te voorkom<strong>en</strong>. Ook tijd<strong>en</strong>s de ziekte van de werknemer is int<strong>en</strong>sief contact tuss<strong>en</strong>werknemer, leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> professional noodzakelijk. Bij werkhervatting zijn devolg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van belang: e<strong>en</strong> geleidelijke opbouw van ur<strong>en</strong>, (tijdelijke)werkaanpassing<strong>en</strong> (bv start<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>voudige werkzaamhed<strong>en</strong> of in e<strong>en</strong> rustigewerkomgeving), <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nauwe afstemming tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiding <strong>en</strong> GGzhulpverl<strong>en</strong>ing(bv over bijwerking<strong>en</strong> medicatie).25Overige overweging<strong>en</strong> richtlijnwerkgroepHoewel de besprok<strong>en</strong> studies wel relevante k<strong>en</strong>nis over werkzame factor<strong>en</strong> vanarbeidsintegratieprogramma's oplever<strong>en</strong>, is er, vanwege het ontbrek<strong>en</strong> van systematicreviews op dit terrein, nog onvoldo<strong>en</strong>de zicht op de relatieve invloed van verschill<strong>en</strong>deprogramma-elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op het behoud<strong>en</strong> van betaald werk.30Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn alle gevond<strong>en</strong> studies in het buit<strong>en</strong>land (Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>, Ver<strong>en</strong>igdKoninkrijk) verricht. Vanwege verschill<strong>en</strong> in arbeidsmarkt, arbeidscultuur, zorgstelsel <strong>en</strong>relevante wetgeving zijn de uitkomst<strong>en</strong> van deze studies niet zondermeer op deNederlandse situatie van toepassing.35Het blijkt in Nederland niet e<strong>en</strong>voudig te zijn om IPS met e<strong>en</strong> hoge modelgetrouwheidin praktijk te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Daarbij is gerichte <strong>en</strong> deskundige ondersteuning nodig in devorm van training van medewerkers, implem<strong>en</strong>tatieondersteuning aan teamleiders <strong>en</strong>managers <strong>en</strong> doorlop<strong>en</strong>de monitoring met behulp van de modelgetrouwheidsschaal.4058


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>6.5 Aanbeveling<strong>en</strong>51. De werkgroep beveelt aan dat werknemers met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>e<strong>en</strong> beroep moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> op op maat gesned<strong>en</strong> jobcoaching, opdat zijduurzaam inzetbaar blijv<strong>en</strong> in het arbeidsproces. De jobcoaching moet zich zowel op debetreff<strong>en</strong>de werknemer richt<strong>en</strong> als ook op zijn sociale <strong>en</strong> fysieke werkomgeving.102. De werkgroep beveelt aan om IPS zo modelgetrouw mogelijk aan te bied<strong>en</strong> aanm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> reguliere betaalde baan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>(te behoud<strong>en</strong>).153. De werkgroep beveelt aan om modelgetrouwe toepassing van IPS te bevorder<strong>en</strong> doormiddel van doorlop<strong>en</strong>de monitoring van modelgetrouwheid, IPS-training <strong>en</strong> andereimplem<strong>en</strong>tatieondersteuning.4. T<strong>en</strong>einde IPS in Nederland met succes te kunn<strong>en</strong> implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, is het ondermeernoodzakelijk dat er e<strong>en</strong> bij de IPS-praktijk pass<strong>en</strong>de financiering beschikbaar komt.205. In Nederland di<strong>en</strong>t gericht onderzoek plaats te vind<strong>en</strong> naar de werkzameingrediënt<strong>en</strong> van IPS <strong>en</strong> andere arbeidsintegratie programma's.Literatuur25Becker DR, Xie H, McHugo GJ, Halliday J, Martinez RA. (2006). What Predicts SupportedEmploym<strong>en</strong>t Program Outcomes? Community M<strong>en</strong>tal Health Journal; 42(3):303-313.30Catty, J, P Lissouba, S White, T Becker, RE Drake e.a. (2008). Predictors of employm<strong>en</strong>t forpeople with severe m<strong>en</strong>tal illness: results of a international six-c<strong>en</strong>tre randomized controlled trial.British Journal of Psychiatry, 192, 224-231.Cook JA, Lehman AF, Drake R, McFarlane WR, Gold PB, Leff HS et al. Integration of psychiatricand vocational services: a multisite randomized, controlled trial of supported employm<strong>en</strong>t. Am JPsychiatry 2005; 162(10):1948-1956.35Jones CJ, Perkins DV, Born DL. (2001). Predicting work outcomes and service use in supportedemploym<strong>en</strong>t services for persons with psychiatric disabilities. Psychiatr Rehabil J 2001; 25(1):53-59.40Kukla M, Bond GR. The working alliance and employm<strong>en</strong>t outcomes for people with severe m<strong>en</strong>talillness <strong>en</strong>rolled in vocational programs. Rehabilitation Psychology 2009; 54(2):157-163.Mueser KT, Becker DR, Wolfe R. (2001). Supported employm<strong>en</strong>t, job prefer<strong>en</strong>ces, job t<strong>en</strong>ure andsatisfaction. Journal of M<strong>en</strong>tal Health, 10(4):411-417.59


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Rinaldi M, Perkins R. (2007). Comparing employm<strong>en</strong>t outcomes for two vocational services:Individual placem<strong>en</strong>t and support and non-integrated pre-vocational services in the UK. Journal ofVocational Rehabilitation 27(1):21-27.5Tremblay T, Smith J, Xie H, Drake RE (2006). Effect of b<strong>en</strong>efits counseling services onemploym<strong>en</strong>t outcomes for people with psychiatric disabilities. Psychiatric Services, 57(6): 816-821.60


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>HOOFDSTUK 7 SAMENWERKING TUSSEN ACTOREN7.1 Inleiding5101520Er is nog veel afstand tuss<strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> re-integratie professionals.Daardoor is sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> afstemming tuss<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> actor<strong>en</strong> nog zeker nietoptimaal. Te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> valt aan <strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers (psychiaters, psycholog<strong>en</strong>, SPV),bedrijfsarts<strong>en</strong>, verzekeringsarts<strong>en</strong>, uitkerings- <strong>en</strong> re-integratie instanties als het UWV(arbeidsdeskundig<strong>en</strong>), trajectbegeleiders, jobcoaches, geme<strong>en</strong>tes, socialewerkplaatsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere werkgevers, etc. Het gaat dan ook om de vraag watdiverse professionals op welk mom<strong>en</strong>t kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> om behoud van werk tebevorder<strong>en</strong>. Dit wordt gecompliceerd als cliënt<strong>en</strong> zelf niet will<strong>en</strong> dat professionalsvolledig sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> de <strong>GGZ</strong> mak<strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> werk nog ge<strong>en</strong>daadwerkelijk integraal deel uit van de zorg. Financiering in de aanpak <strong>en</strong> scholing vanprofessionals zijn struikelblokk<strong>en</strong>. Dit gebrek aan overleg <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking leidt vaaktot verwarring in de aanpak met betrekking tot werk. E<strong>en</strong> cultuuromslag lijkt op gang tekom<strong>en</strong> via goede praktijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te updates van kwaliteitsrichtlijn<strong>en</strong>. Ook is er e<strong>en</strong>focus van organisaties als UWV, LP<strong>GGZ</strong>, ministeries van SZW <strong>en</strong> VWS om e<strong>en</strong>geïntegreerde aanpak te ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> te promot<strong>en</strong> (Kol<strong>en</strong>berg, 2009).Onderzoeksliteratuur laat zi<strong>en</strong> dat succesvolle arbeidsintegratie, ook van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstiger <strong>en</strong> langdurige <strong>psychische</strong> problem<strong>en</strong>, mogelijk is (Tr<strong>en</strong>drapportage, …).2530Individuele Plaatsing <strong>en</strong> Steun (IPS) is e<strong>en</strong> effectieve methodiek om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> problematiek door middel van geïntegreerde zorg te begeleid<strong>en</strong>naar betaald werk. IPS is de variant van Supported Employm<strong>en</strong>t voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><strong>psychische</strong> problematiek. Arbeidsrehabilitatie <strong>en</strong> andere GGz-hulp wordt integraalaangebod<strong>en</strong>. In Hoofdstuk 7 kom<strong>en</strong> de werkzame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van IPS nader aan bod.E<strong>en</strong> belangrijk elem<strong>en</strong>t van IPS is dat e<strong>en</strong> arbeidsbegeleider gericht oparbeidsrehabilitatie deel uitmaakt van e<strong>en</strong> ambulant GGz-team dat multidisciplinair issam<strong>en</strong>gesteld. Daarom komt het effect van IPS in dit hoofdstuk kort aan bod.35In dit hoofdstuk behandel<strong>en</strong> we de bestaande k<strong>en</strong>nis over sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong><strong>en</strong> 'best practices' (modell<strong>en</strong>/verband<strong>en</strong>) om te kom<strong>en</strong> tot behoud van werk. Deparagraaf met overige overweging<strong>en</strong> is in dit hoofdstuk uitgebreider dan in anderehoofdstukk<strong>en</strong>. Doordat het hoofdstuk zich specifiek richt op sam<strong>en</strong>werking in Nederlandzijn de aanbeveling<strong>en</strong> minder onderbouwd vanuit internationale literatuur <strong>en</strong> meer metoverweging<strong>en</strong> vanuit: a) de focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudies; b) Nederlandstalige grijzeliteratuur over sam<strong>en</strong>werking in Nederland; c) de werkgroep.407.2 Wet<strong>en</strong>schappelijke onderbouwing45ZoekstrategieDe search is gedaan op de uitkomst Baanbehoud, met als doelgroep m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meternstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (voor afbak<strong>en</strong>ing doelgroep: zie hoofdstuk 1). Hierbijwas vooral aandacht voor die actor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong>de rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> bijbaanbehoud, zoals de bedrijfsarts <strong>en</strong> arbeidsbegeleider. Er is gezocht op e<strong>en</strong> aantal61


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510term<strong>en</strong> voor sam<strong>en</strong>werking (collaborative, multidisciplinary, integrated, cooperationetc.). Daarnaast zijn de term<strong>en</strong> voor sam<strong>en</strong>werking gecombineerd met e<strong>en</strong> search oprelevante professionals (occupational medicine etc.), bestaande rehabilitatiemodell<strong>en</strong>(IPS, ACT etc.), <strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e rehabilitatie-term<strong>en</strong> (vocational rehabilitation, workdisability prev<strong>en</strong>tion).De zoekopdracht is uitgevoerd in de databases PsychInfo, Pubmed <strong>en</strong> Cinahl <strong>en</strong> heeftzich beperkt tot studies vanaf 1990, uitgevoerd in Westerse land<strong>en</strong> <strong>en</strong> gepubliceerd inhet Engels, Nederlands of Duits. Dit leverde 4 kwalitatieve studies op (Becker e.a.,2007; Boeltzig e.a., 2008; Drake e.a., 2003; Lal & Mercier, 2009), 1implem<strong>en</strong>tatiestudie (Van Gies<strong>en</strong> e.a. 2007/Van Erp e.a., 2007) <strong>en</strong> 2 kwantitatievestudies: 1 multisite RCT (Cook e.a., 2005) <strong>en</strong> 1 pre-post designstudie (Rinaldi &Perkins, 2007).1520Geïntegreerde aanpakUit de studie van Cook e.a. (2005) komt naar vor<strong>en</strong> dat geïntegreerd werk<strong>en</strong>, dat wilzegg<strong>en</strong> nauwe sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers, de kansop betaald werk bij cliënt<strong>en</strong> vergroot (58% vs 21%, OR=2.37, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510over uitkering<strong>en</strong>, subsidies etc.), resultaatgerichte supervisie, <strong>en</strong> het regelmatiguitvoer<strong>en</strong> van fidelity-meting<strong>en</strong> om de werkwijze te evaluer<strong>en</strong>.Enkele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> is ook in Nederland onderzoek uitgevoerd naar deimplem<strong>en</strong>tatie van IPS. De belangrijkste obstakels bij implem<strong>en</strong>tatie war<strong>en</strong>: uitval vanmedewerkers, gebrek aan financiering, tijdgebrek bij projectleiders <strong>en</strong> gebrekkigesam<strong>en</strong>werking met betrokk<strong>en</strong> organisaties. De belangrijkste bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>war<strong>en</strong>: de inzet <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> van projectleiders <strong>en</strong> arbeidsbegeleiders, hetdraagvlak binn<strong>en</strong> IPS-teams <strong>en</strong> de integratie van arbeidsbegeleiders in dehulpverl<strong>en</strong>ingsteams. Conclusie is dat IPS in Nederland kans van slag<strong>en</strong> heeft, mitsvoldaan wordt aan de volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong>: heldere sam<strong>en</strong>werkings- <strong>en</strong>financieringsafsprak<strong>en</strong>, voldo<strong>en</strong>de ur<strong>en</strong> projectleiding, trainingsprogramma voorarbeidsbegeleiders <strong>en</strong> hulpverl<strong>en</strong>ingsteams, <strong>en</strong> de aanwezigheid van dearbeidsbegeleider bij teamoverleg (Gies<strong>en</strong> e.a., 2006; Van Erp e.a., 2006).1520253035In de VS is ook onderzoek gedaan naar andere sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>arbeidsorganisaties <strong>en</strong> GGz-instelling<strong>en</strong> in de arbeidsbegeleiding voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met(ernstige) <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Boelzig e.a. (2008) onderzocht<strong>en</strong> desam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> de zog<strong>en</strong>oemde One-Stop Career C<strong>en</strong>ters (kortweg One-Stops)met GGz-instelling<strong>en</strong>. One-Stops bied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitgebreid pakket aan arbeidsbegeleiding,waaronder training, loopbaanbegeleiding, verwijzing<strong>en</strong>, toeleiding naar werk <strong>en</strong>acquisitie van ban<strong>en</strong>. Uit het onderzoek kwam<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de strategieën voorsam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> One-Stops <strong>en</strong> GGz-instelling<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong>: het aanstell<strong>en</strong> vanintermediair<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de organisaties of het vorm<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsteams (metmedewerkers van beide organisaties), hulpverl<strong>en</strong>ers train<strong>en</strong> op het terrein vanarbeidszak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>heid van cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaringsdeskundig<strong>en</strong> in het beleid <strong>en</strong>de uitvoering van arbeidsbegeleiding.In de studie van Lal & Mercier (2009) is de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiders,hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> welzijnswerkers (opbouwwerkers) binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sociale ondernemingonderzocht. Visieverschill<strong>en</strong>, verschill<strong>en</strong> in prioriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> onduidelijke afsprak<strong>en</strong> over deroll<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de participant<strong>en</strong> belemmerd<strong>en</strong> desam<strong>en</strong>werking. Om deze knelpunt<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> adviescommissie <strong>en</strong> e<strong>en</strong>stuurgroep opgericht. In de stuurgroep zat<strong>en</strong> managers <strong>en</strong> stafled<strong>en</strong> van deverschill<strong>en</strong>de organisaties, die met elkaar duidelijke afsprak<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> over roll<strong>en</strong> <strong>en</strong>verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. Ook werd<strong>en</strong> (informele) communicatielijn<strong>en</strong> opgezet tuss<strong>en</strong>leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeleiders om problem<strong>en</strong> in de uitvoering tijdig met elkaar tebesprek<strong>en</strong>.7.3 ConclusiesNiveau 2Het is aannemelijk dat e<strong>en</strong> geïntegreerde aanpak (waarbij arbeidsbegeleiders<strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> in één team) effectiever isvoor het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> van werk dan e<strong>en</strong> niet-geïntegreerdeaanpak.40A2 Cook e.a. 2005, B Rinaldi & Perkins 200763


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Niveau 3Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat de volg<strong>en</strong>de implem<strong>en</strong>tatiestrategieën succesvolzijn voor de implem<strong>en</strong>tatie van e<strong>en</strong> geïntegreerde werkwijze:- teams waarin arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>;- training van arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers;- stuurgroep met verteg<strong>en</strong>woordigers van diverse organisaties;- resultaatgerichte supervisie <strong>en</strong> monitoring;- goede afstemming <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> over roll<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong>;- cliënt<strong>en</strong>/ervaringsdeskundig<strong>en</strong> betrekk<strong>en</strong> bij beleid <strong>en</strong> uitvoering.C Becker e.a. 2007, Boeltzig e.a. 2008, Drake e.a. 2003, Lal & Mercier 2009Niveau 3Er zijn aanwijzing<strong>en</strong> dat de implem<strong>en</strong>tatie van e<strong>en</strong> geïntegreerde aanpakzoals IPS ook in Nederland kans van slag<strong>en</strong> heeft, mits voldaan wordt aande volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong>:- heldere sam<strong>en</strong>werkings- <strong>en</strong> financieringsafsprak<strong>en</strong>;- voldo<strong>en</strong>de ur<strong>en</strong> projectleiding;- scholingsprogramma voor arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> hulpverl<strong>en</strong>ingsteams;- arbeidsbegeleider aanwezig bij overleg hulpverl<strong>en</strong>ingsteam.C Van Gies<strong>en</strong> e.a., 2007/Van Erp e.a., 20077.4 Overige overweging<strong>en</strong>510152025Overige overweging<strong>en</strong> vanuit focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> casusstudiesUit de focusgroep<strong>en</strong> blijkt dat er vaak gebrek is aan deskundige begeleiding bijwerkhervatting <strong>en</strong> -behoud, dat de begeleiding teveel op afstand is <strong>en</strong> dat ercommunicatieproblem<strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de professionals. Omdat deopvatting<strong>en</strong> over werkhervatting verschill<strong>en</strong>, krijg<strong>en</strong> zij regelmatig teg<strong>en</strong>strijdigeadviez<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong>. Dit schept verwarring <strong>en</strong> ondermijnt hetvertrouw<strong>en</strong> in de begeleiding. E<strong>en</strong> zorgvuldigere afstemming tuss<strong>en</strong> de bedrijfsarts,verzekeringsarts <strong>en</strong> de <strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers is noodzakelijk. Hulpverl<strong>en</strong>ers verstrekk<strong>en</strong>vaak weinig informatie over cliënt<strong>en</strong>, informatie laat vaak lang op zich wacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> is injargon geschrev<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> verbetering in de afstemming is het belangrijk datbedrijfsarts<strong>en</strong> gerichte <strong>en</strong> specifieke vrag<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> aan hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> dathulpverl<strong>en</strong>ers zorg<strong>en</strong> voor snelle <strong>en</strong> duidelijke antwoord<strong>en</strong>. Daarnaast laat desam<strong>en</strong>werking op het gebied van financiën (uitkering) soms te w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over.Volg<strong>en</strong>s de focusgroepdeelnemers di<strong>en</strong>t meer aandacht uit te gaan naar cliënt<strong>en</strong>voor wie de re-integratie naar werk het moeilijkst is. Verder pleit<strong>en</strong> de deelnemersvoor e<strong>en</strong> betere bereikbaarheid van instanties, met name de <strong>GGZ</strong>. Het zou help<strong>en</strong>wanneer zij ook in de avondur<strong>en</strong> <strong>en</strong> in week<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bereikbaar zijn voor dring<strong>en</strong>devrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> acute problem<strong>en</strong>.Ook de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> professionals <strong>en</strong> familieled<strong>en</strong> (of naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>)kan verbeterd word<strong>en</strong>. Familieled<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> rondom de bejeg<strong>en</strong>ing doorprofessionals <strong>en</strong> zijn van m<strong>en</strong>ing dat er te weinig aandacht is voor hun rol in het64


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>reïntegratieproces. Ook vind<strong>en</strong> zij dat er weinig k<strong>en</strong>nis is van individuele cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> dater binn<strong>en</strong> de behandeling te weinig aandacht is voor werkgerelateerde aspect<strong>en</strong>.510Uit de casuss<strong>en</strong> komt naar vor<strong>en</strong> dat de re-integratieprofessional (jobcoach,bedrijfsarts) contact<strong>en</strong> onderhoudt met andere professionals (GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers,verzekeringsarts<strong>en</strong>, arbeidsdeskundig<strong>en</strong>), met leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> collega's op dewerkvloer, <strong>en</strong> soms met familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> naast<strong>en</strong>. Dit is van belang om te zorg<strong>en</strong> voore<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige aanpak naar de werknemer, voor de continuïteit in de begeleiding <strong>en</strong>om te overlegg<strong>en</strong> over de begeleiding <strong>en</strong> behandeling. Korte lijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> regelmatig faceto-facecontact vergemakkelijk<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>werking van re-integratie professionals metGGz-hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> met verzekeringsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> arbeidsdeskundig<strong>en</strong>. Verder is vanbelang dat er regelmatig contact is met de leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel de collega's vande werknemer, met name wanneer e<strong>en</strong> werknemer (tijdelijk) minder goed functioneert.15202530354045Overige overweging<strong>en</strong> richtlijnwerkgroepProgramma's die zich richt<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> geïntegreerde aanpak als Begeleid Ler<strong>en</strong> <strong>en</strong>IPS zijn in Nederland nog maar relatief kort beschikbaar. De literatuur over deimplem<strong>en</strong>tatie van sam<strong>en</strong>werkingsmodell<strong>en</strong> als Supported Employm<strong>en</strong>t (SE) <strong>en</strong> IPSis relevant, maar andere modell<strong>en</strong> als Bemoeizorg, (F)act zijn ook belangrijk voorde Nederlandse situatie, bijvoorbeeld voor de rol van arbeidsdeskundige. Ook zijner diverse goedlop<strong>en</strong>de praktijk<strong>en</strong> in de GGz <strong>en</strong> het onderwijs. Het betreftinstelling<strong>en</strong> waar succesvolle integratie van behandeling <strong>en</strong> aansluiting op onderwijs<strong>en</strong> werk bij jonger<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> 1 e psychose plaatsvindt.De beschikbare literatuur richt zich vooral op implem<strong>en</strong>tatie van desam<strong>en</strong>werkingsmodell<strong>en</strong>, maar in Nederland zijn er ook meer structureleknelpunt<strong>en</strong> door ingewikkelde wet- <strong>en</strong> regelgeving <strong>en</strong> het ontbrek<strong>en</strong> vaninstitutionele sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong> als <strong>GGZ</strong> <strong>en</strong> UWV. Ingewikkelderegeling<strong>en</strong> (o.a. sociale zekerheid, WMO, AWBZ) bemoeilijk<strong>en</strong> de geïntegreerdezorg in Nederland. De zorg <strong>en</strong> ondersteuning die gebod<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> door degeme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> het UWV bereik<strong>en</strong> de cliënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> EPA niet altijd. Ookonbek<strong>en</strong>dheid met bestaande regelgeving speelt e<strong>en</strong> rol. De meestetrajectbegeleiders in de <strong>GGZ</strong> zijn bijvoorbeeld niet op de hoogte van de reintegratie-instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>die het UWV <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Ook zijn zijvaak niet op de hoogte van bepaalde termijn<strong>en</strong> die het UWV hanteert metbetrekking tot de WIA.In verschill<strong>en</strong>de regio’s is sam<strong>en</strong>werking op gang gekom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> het UWV <strong>en</strong> de<strong>GGZ</strong>. Ondanks e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>d aantal goede sam<strong>en</strong>werkingsinitiatiev<strong>en</strong> is desam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> deze twee sector<strong>en</strong> nog niet optimaal. Het komt nogregelmatig voor dat <strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers het contact met het UWV afhoud<strong>en</strong>. Daarbijspeelt e<strong>en</strong> rol dat m<strong>en</strong> bang is dat de privacy van de cliënt wordt geschond<strong>en</strong>. Veel<strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers staan ook huiverig t<strong>en</strong> opzichte van werkhervatting, waarbij zijde verwachte nadel<strong>en</strong> (terugval) sterker meeweg<strong>en</strong> dan de ev<strong>en</strong>tuele voordel<strong>en</strong>.Verzekeringsarts<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> op hun beurt niet snel to<strong>en</strong>adering tot de behandel<strong>en</strong>desector <strong>en</strong> als zij dat wel do<strong>en</strong> verloopt de informatie-uitwisseling vaak traag. BijUWV <strong>en</strong> de reguliere re-integratiebedrijv<strong>en</strong> is over het algeme<strong>en</strong> nog onvoldo<strong>en</strong>dek<strong>en</strong>nis over m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met EPA <strong>en</strong> de coaching die zij nodig hebb<strong>en</strong> aanwezig.65


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015202530354045Wanneer werknemers met e<strong>en</strong> EPA door ontregeling van hun ziektebeeld in deziektewet of bij de arbodi<strong>en</strong>st beland<strong>en</strong> is er bij de bedrijfsarts <strong>en</strong>/of het UWV teweinig k<strong>en</strong>nis over hoe m<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> verantwoorde wijze de betreff<strong>en</strong>de werknemerweer kan re-integrer<strong>en</strong>. Daarbij di<strong>en</strong>t wel te word<strong>en</strong> aangetek<strong>en</strong>d dat de int<strong>en</strong>siteitvan begeleiding moet kunn<strong>en</strong> fluctuer<strong>en</strong>. In veel gevall<strong>en</strong> kan het volstaan om demeer algem<strong>en</strong>e richtlijn ‘handel<strong>en</strong> van de bedrijfsarts bij werknemers met<strong>psychische</strong> problem<strong>en</strong>’ te volg<strong>en</strong> (NVAB, 2007).E<strong>en</strong> structurele sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (<strong>en</strong>/of UWV) <strong>en</strong> werkgevers(regulier <strong>en</strong> sociale onderneming<strong>en</strong>) op het gebied van werkgeleg<strong>en</strong>heid is vanwez<strong>en</strong>lijk belang om arbeidsgehandicapt<strong>en</strong> of bijstandsgerechtigd<strong>en</strong> aan duurzaamwerk te help<strong>en</strong> (Smit e.a., 2004; Andriess<strong>en</strong> 2006; Smit e.a., 2007). De werkgeverweet dan beter waar hij aan toe is <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te/UWV kan beter rek<strong>en</strong>inghoud<strong>en</strong> met de behoeft<strong>en</strong> van de werkgever op het gebied van selectie, scholing,begeleiding <strong>en</strong> loonkost<strong>en</strong>subsidie.De rol van e<strong>en</strong> jobcoach is cruciaal om werkgevers over de drempel te help<strong>en</strong> bijhet in di<strong>en</strong>st nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> houd<strong>en</strong> van werknemers met EPA (Erp van & Weeghel van,2000). De jobcoach weet de weg in de ongewikkelde regelgeving <strong>en</strong> ondersteuntzowel de werknemer zelf als zijn werkgever, leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> vaak ook de naastecollega’s op de werkplek. De werkgever wil graag op de hoogte zijn van deev<strong>en</strong>tuele risico’s <strong>en</strong> van het ziektebeeld <strong>en</strong> hoe te handel<strong>en</strong> bij problem<strong>en</strong>. Hij wilgoed geïnformeerd word<strong>en</strong>. Hij heeft vaak ondersteuning nodig bij het invull<strong>en</strong> vanhet vele papierwerk om de betreff<strong>en</strong>de subsidies ook te kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.<strong>Werk</strong>gevers verlang<strong>en</strong> verder van jobcoaches dat zij voldo<strong>en</strong>de inzicht hebb<strong>en</strong> inbedrijfsvoering, zowel commercieel als met betrekking tot het werk dat de jongeredoet, <strong>en</strong> dat er coördinatie is tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de kernperson<strong>en</strong> die betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>zijn bij de begeleiding: leidinggev<strong>en</strong>de, collega’s, familie, jobcoach <strong>en</strong>woonbegeleider.De sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> bedrijfs- <strong>en</strong> verzekeringsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> ggz-professionalswordt belemmerd door wederzijds gebrek aan vertrouw<strong>en</strong>, gebrek aan informatieover elkaars tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> door onjuiste beeldvorming. Nautae.a. (2009) pleit<strong>en</strong> er daarom voor dat bij alle cliënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing contact plaatsvindt tuss<strong>en</strong> de bedrijfs- <strong>en</strong> verzekeringsarts <strong>en</strong> debehandelaar, schriftelijk of telefonisch. Meestal zal het initiatief van de bedrijfs- ofverzekeringsarts kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze legt het verzoek voor aan de cliënt die expliciettoestemming moet gev<strong>en</strong>. De arts vraagt de behandelaar naar de klacht<strong>en</strong> <strong>en</strong>medische beperking<strong>en</strong>, maar niet naar de arbeidsgeschiktheid. De bedrijfs- ofverzekeringsarts vertaalt de antwoord<strong>en</strong> van de behandelaar in concretearbeids(on)mogelijkhed<strong>en</strong>. Zo nodig wordt hierbij e<strong>en</strong> arbeidsdeskundigeingeschakeld (Nauta e.a., 2009).Randvoorwaard<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> goede sam<strong>en</strong>werking zijn goede onderlingebereikbaarheid <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis over elkaars werk. Wanneer beroepsbeoef<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> elkaarvaker zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> <strong>en</strong> goede ervaring<strong>en</strong> opdo<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>werking, kan hetonderlinge vertrouw<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>. Ook geme<strong>en</strong>schappelijke nascholing kan bijdrag<strong>en</strong>aan de verbetering van de sam<strong>en</strong>werking (Nauta e.a., 2009).Continuïteit is e<strong>en</strong> belangrijke factor in het gehele traject van begeleiding rondarbeid. In de praktijk is vaak moeilijk te bepal<strong>en</strong> wie de regie heeft in het traject.66


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510Door integraal sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong> ontstaat er op deze aspect<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>departij<strong>en</strong> e<strong>en</strong> win-win situatie.Kol<strong>en</strong>berg (2009) onderscheidt de volg<strong>en</strong>de succesfactor<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> geïntegreerdeaanpak: Ondersteuning van directie/managem<strong>en</strong>t (draagvlak <strong>en</strong> missie) Multidisciplinaire teams die belang van (behoud van) onderwijs/werkonderschrijv<strong>en</strong> Voldo<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>nis arbeidsrehabilitatie Arbeidsrehabilitatie is onderdeel missie van e<strong>en</strong> organisatie Laagdrempelige contact<strong>en</strong> met UWV Jobcoaches zonder GGz-achtergrond Het bestuur is medeverantwoordelijk voor haalbare doel<strong>en</strong>, die word<strong>en</strong>onderschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgedrag<strong>en</strong> door de Raad van Bestuur.157.5 Aanbeveling<strong>en</strong>201. De werkgroep beveelt aan dat verschill<strong>en</strong>de instanties integraal gaan sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><strong>en</strong> netwerk<strong>en</strong> opzett<strong>en</strong> rond de cliënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> EPA diagnose (UWV, DWI, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,re-integratie bureaus <strong>en</strong> <strong>GGZ</strong> instelling<strong>en</strong>). Het zou w<strong>en</strong>selijk zijn dat de regie in dezesam<strong>en</strong>werking bij de <strong>GGZ</strong> komt te ligg<strong>en</strong>. De <strong>GGZ</strong> di<strong>en</strong>t daarbij voortdur<strong>en</strong>d af testemm<strong>en</strong> met de andere partij<strong>en</strong>.252. De werkgroep beveelt aan dat de inhoudelijke regie van het traject bij de cliënt ligt<strong>en</strong> dat de cliënt hierin zegg<strong>en</strong>schap krijgt. Inv<strong>en</strong>tariseer <strong>en</strong> bespreek met dewerknemer welke knelpunt<strong>en</strong> er zijn met betrekking tot werkbehoud hoe die ev<strong>en</strong>tueelin sam<strong>en</strong>werking met andere beroepsgroep<strong>en</strong> opgelost kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.30353. De werkgroep beveelt integrale financiering aan voor arbeidsre-integratie <strong>en</strong> IPS.Hier di<strong>en</strong>t vanuit verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> in geïnvesteerd te word<strong>en</strong>.4. De werkgroep beveelt de verschill<strong>en</strong>de beroepsgroep<strong>en</strong> aan beter op de hoogte terak<strong>en</strong> van elkaars werkwijze <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. GGz hulpverl<strong>en</strong>ers moet<strong>en</strong>meer k<strong>en</strong>nis krijg<strong>en</strong> over het belang van werk voor hun cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wet- <strong>en</strong>regelgeving op dit gebied <strong>en</strong> dat arboprofessionals meer k<strong>en</strong>nis krijg<strong>en</strong> over EPA.Hiertoe zou gezam<strong>en</strong>lijke scholing kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet.405. De werkgroep beveelt aan dat sam<strong>en</strong>werking op gang wordt gebracht tuss<strong>en</strong> de <strong>GGZ</strong><strong>en</strong> (door geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> UWV-) erk<strong>en</strong>de jobcoachorganisaties die meer ervaring <strong>en</strong>k<strong>en</strong>nis hebb<strong>en</strong> van de beweging<strong>en</strong> op de arbeidsmarkt. Daarnaast is het van belang datdeze erk<strong>en</strong>de jobcoach organisaties hun jobcoaches in IPS lat<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkvan IPS is dat int<strong>en</strong>siever wordt sam<strong>en</strong>gewerkt tuss<strong>en</strong> <strong>GGZ</strong> <strong>en</strong> arbeidsbegeleiders danin gebruikelijke begeleiding).4567


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Literatuur5Becker DR, Baker SR, Carlson L, Flint L, Howell R, Lindsay S et al. Critical strategies forimplem<strong>en</strong>ting supported employm<strong>en</strong>t. Journal of Vocational Rehabilitation 2007; 27(1):13-20.Boeltzig H, Timmons JC, Marrone J. Maximizing pot<strong>en</strong>tial: Innovative collaborative strategiesbetwe<strong>en</strong> one-stops and m<strong>en</strong>tal health systems of care. Work: Journal of Prev<strong>en</strong>tion, Assessm<strong>en</strong>t& Rehabilitation 2008; 31(2):181-193.10Bond GR, Drake RE, Becker DR. An update on randomized controlled trials of evid<strong>en</strong>ce-basedsupported employm<strong>en</strong>t. Psychiatric Rehabilitation Journal 2008; 31(4):280-290.15Cook JA, Lehman AF, Drake R, McFarlane WR, Gold PB, Leff HS et al. Integration of psychiatricand vocational services: a multisite randomized, controlled trial of supported employm<strong>en</strong>t. Am JPsychiatry 2005; 162(10):1948-1956.Drake RE, Becker DR, Bond GR, Mueser KT. A process analysis of integrated and non-integratedapproaches to supported employm<strong>en</strong>t. Journal of Vocational Rehabilitation 2003; 18(1):51-58.20Erp NHJ van, FBM Gies<strong>en</strong>, Weeghel J van, Kroon H, Michon HWC, Becker D, McHugo GJ, Drake RE(2007). A multiside study of implem<strong>en</strong>ting Supported Employm<strong>en</strong>t in the Netherlands. PsychiatricServices, 58, 11, 1421-1426.25Erp N van, Weeghel J van (2000). Jobcoaching. Nieuwe arbeidsmogelijkhed<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met<strong>psychische</strong> beperking<strong>en</strong>. Utrecht: Trimbos-instituut.30Gates LB, Klein SW, Akabas SH, Myers R, Schawager M, Kaelin-Kee J. Outcomes-based fundingfor vocational services and employm<strong>en</strong>t of people with m<strong>en</strong>tal health conditions. Psychiatr Serv2005; 56(11):1429-1435.Gies<strong>en</strong> F, van Erp N, van weeghel J, Michon H, Kroon H. De implem<strong>en</strong>tatie van IndividualPlacem<strong>en</strong>t and Support in Nederland. Tijdschrift voor psychiatrie. 49(2007)9, 611-621.35Kol<strong>en</strong>berg A. <strong>Werk</strong> in behandeling. Onderzoek naar aandacht voorarbeidsparticipatiemogelijkhed<strong>en</strong> van jonger<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> psychiatrische stoornis. LPGGz,Crossover, 2009.40Lal S, Mercier C. Intersectoral action to employ individuals with m<strong>en</strong>tal illness: lessons learnedfrom a local developm<strong>en</strong>t initiative. Work 2009; 33(4):427-437.Nauta AP. E<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>skwestie? Over het sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> van huisarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijfsarts<strong>en</strong>Proefschrift. Op<strong>en</strong> Universiteit Nederland, Heerl<strong>en</strong>, 9 juli 200445Nauta N, L vd Wege, J Faas, A Weel (2009). De bedrijfs- of verzekeringsarts alssam<strong>en</strong>werkingspartner. E<strong>en</strong> pleidooi voor verbetering van de sam<strong>en</strong>werking in het68


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>belang van cliënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> psychiatrische aando<strong>en</strong>ing. Tijdschrift voor Rehabilitatie, 2(juni), 34-41.5NVAB (2007) <strong>Richtlijn</strong> handel<strong>en</strong> van de bedrijfsarts bij werk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> met <strong>psychische</strong>problem<strong>en</strong>. Autorisatiedatum 22 mei 2007.10Rinaldi M, Perkins R. Comparing employm<strong>en</strong>t outcomes for two vocational services: Individualplacem<strong>en</strong>t and support and non-integrated pre-vocational services in the UK. Journal ofVocational Rehabilitation 2007; 27(1):21-27.A.F.G. Le<strong>en</strong>tj<strong>en</strong>s, dr. R.O.B. Gans, dr. J.M.G.A. Schols, dr. C. van Weel (redactie) HandboekMultidisciplinaire zorg (2010)15Van der Guld<strong>en</strong> JWJ, Nauta N. Naar e<strong>en</strong> betere zorg voor zieke werknemers. Afstemm<strong>en</strong> vanbehandeling <strong>en</strong> werkhervatting. Serie Tr<strong>en</strong>ds in Bedrijfs- <strong>en</strong> Verzekeringsg<strong>en</strong>eeskunde. Bohn,Stafleu, Van Loghum. 2008.20Michon H & Weeghel Jv (2008) Rehabilitatieonderzoek in Nederland: Overzicht van onderzoek <strong>en</strong>synthese van bevinding<strong>en</strong> in de periode 2000 - 2007. Utrecht: Trimbos-instituut <strong>en</strong>K<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Rehabilitatie; D<strong>en</strong> Haag: ZonMw.[TNO <strong>en</strong> SER rapport ontbrek<strong>en</strong> nog]69


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>BIJLAGE EVIDENCE-TABELLENH3 Zelfmanagem<strong>en</strong>tRefer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)Alverson e.a.,CKwalitatiefN=13 Cliënt<strong>en</strong> van e<strong>en</strong>NVT NVT NVT Strategieën voorZes strategieën voorStudie is relatief(1995)onderzoekcommunityhet behoud vanwerkbehoud word<strong>en</strong>oud, maar wordtm<strong>en</strong>tal healthgezondheid <strong>en</strong>geïd<strong>en</strong>tificeerd:nog steedsAn ethnographicc<strong>en</strong>ter. Cliënt<strong>en</strong>werk-positieve verwachtinggeciteerd instudy on copinghebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong>behoud<strong>en</strong>andere studies.strategies usedernstige-vermijd<strong>en</strong> vanStudie is vanby people with<strong>psychische</strong>verslavingvoldo<strong>en</strong>deSMI participatingaando<strong>en</strong>ing,-gebruik vankwaliteit, maarin SEaanhoud<strong>en</strong>deondersteuningsnetwerdebeperking<strong>en</strong> opksteekproefgroottmeerdere-strategische is klein.lev<strong>en</strong>sterrein<strong>en</strong>emedicatiegebruikn e<strong>en</strong> zorgvraag-vermijd<strong>en</strong> vanterugval-omgaan met stigmaBecker e.a.,CKwalitatiefN=38 Person<strong>en</strong> metNVT NVT 8 <strong>en</strong> 12Opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> vanSuccesvolleStudie is van(2007)onderzoeke<strong>en</strong> ernstigejaarSE,managem<strong>en</strong>t vanvoldo<strong>en</strong>de<strong>psychische</strong>belemmer<strong>en</strong>desymptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> dekwaliteit.Long-termFollow-upaando<strong>en</strong>ing die<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>deontwikkeling vanPluspunt is datemploym<strong>en</strong>tna 8 <strong>en</strong>deelnem<strong>en</strong> aanfactor<strong>en</strong> voorvaardighed<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>het lange termijntrajectories12 jaare<strong>en</strong> IPS-werkbehoude<strong>en</strong> belangrijke rol intraject<strong>en</strong> in kaart70


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)amongprogramma.het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong>br<strong>en</strong>gt.participants withbehoud<strong>en</strong> van werk.SMI in SESilver , (2004)CKwalitatiefN=12 Ervaringsdes-NVT NVT NVT Coping-Ervaringsdeskundig<strong>en</strong>Studie is vanonderzoekkundig<strong>en</strong>strategieënb<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> strategieënvoldo<strong>en</strong>deCoping with dualmet e<strong>en</strong> ernstigeop het terrein van:kwaliteit. Hetchall<strong>en</strong>ges as<strong>psychische</strong>-attitude (11)gaat wel om e<strong>en</strong>providers withaando<strong>en</strong>ing-cognitie (14)specifieke groep,psychiatric-gedrag (21)nl. ervarings-disabilitiesdeskundig<strong>en</strong>Strategieën zijnalgeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> specifiek(voor deze doelgroep)Prov<strong>en</strong>cher e.a.CKwalitatiefN=14 <strong>Werk</strong><strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong>NVT NVT NVT Empowerm<strong>en</strong>t <strong>en</strong>- CopingstrategieënStudie is van(2002)onderzoekwerkloz<strong>en</strong> metcoping-blijk<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> tevoldo<strong>en</strong>dee<strong>en</strong> <strong>psychische</strong>strategieënhang<strong>en</strong> met de fasekwaliteit, maarThe role of workaando<strong>en</strong>ingvan herstel waarindein the recoverym<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zichsteekproefgroottof persons withbevind<strong>en</strong>.e is klein.psychiatric- Interv<strong>en</strong>ties moetdisabilitiesaansluit<strong>en</strong> bij deherstelfase71


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)Lysaker e.a.B RCT N=50 MannelijkeIndianapolisSupport5- Arbeids-- IVIP deelnemersWek<strong>en</strong> gewerktRCT is van(2005)veteran<strong>en</strong> metVocationalgroep<strong>en</strong>maand<strong>en</strong>functioner<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> significant(5mnd);voldo<strong>en</strong>deschizofr<strong>en</strong>ie/Interv<strong>en</strong>tion- Arbeids-meer ur<strong>en</strong> <strong>en</strong>IVIP = 20.39 (8.0),kwaliteit, maarEnhancedschizoaffectieveProgram (IVIP)participatiefunctioner<strong>en</strong> beter incontr. = 13.71decognitive-stoornis- Hoophun werk dan de(10.44),steekproefgroottbehavioralIndividuele <strong>en</strong>- Zelf-waarderingcontrolegroepEffect size= 0.71, pe is klein <strong>en</strong>therapy forminimaal 2 jaargroepsgewijze- Bij IVIP deelnemers= 0.02daardoor ook devocationalwerkloosgedragstherapiblijft hoop <strong>en</strong>power.rehabilitation inezelfwaardering opUr<strong>en</strong> gewerktschizophr<strong>en</strong>ia:meer dan 2 jaarhetzelfde niveau, bij(5mnd);Effects on hopein zorgWekelijksecontrolegroep is die naIVIP = 347.10and workbije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>5 maand<strong>en</strong>(158.2), contr. =afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>243.88 (120.61),Effect size = 0.73, p= 0.06Hoop (5mnd);IVIP = 14.17 (4.29),contr. = 9.26 (5.88),Groepseffect (F) =7.43, p < 0.05Tijdseffect (F)=19.25, p < 0.05Interactie effect (tijd72


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)x groep) (F) = 5.47,p < 0.05Zelfwaardering (5mnd):IVIP = 29.91 (5.12),contr. = 23.83(7.25)Groepseffect (F)=7.75, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)supportede aan66% schizofr<strong>en</strong>ieop het werk.- Salaris dag<strong>en</strong> gewerktp= 0.407power.employm<strong>en</strong>tSEof schizoaff.- Ge<strong>en</strong> significant- werkstoornisWekelijkseverschil in salarisAantal ur<strong>en</strong> gewerkthebb<strong>en</strong>groep sessies(18 mnd);3-4 maand<strong>en</strong>Exp. = 700.3<strong>en</strong> opfris(727.1), contr.=sessies.758.3 (612.1),Effect size = -.09, p= .766Salaris, totaal over18 mnd;Exp.= 5177.3,(5788.0), contr.=5368.8, (4488.3),Effect size= -.04, p= .792Ge<strong>en</strong> significanteverschill<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>tuss<strong>en</strong> groep<strong>en</strong>Vauth e.a.B RCT N=138 IntramuraleComputergestuAlle<strong>en</strong>12- Cognitieve- CAST deelnemersEffect<strong>en</strong> CAST + ARRCT is van(2005)cliënt<strong>en</strong> meturde cognitievearbeidsre-maand<strong>en</strong>vaardighed<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> verbetering<strong>en</strong>vs. alle<strong>en</strong> AR;voldo<strong>en</strong>de74


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudieSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(s)ControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevantypeProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>conditiefollow-up(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)schizofr<strong>en</strong>iestrategiehabilitatie- Negatievein aandacht <strong>en</strong> inKans op baankwaliteit, maarCognitive(op e<strong>en</strong>training(AR)symptom<strong>en</strong>geheug<strong>en</strong>, maar nietexp.= 65%destrategies versusrehabilitatie(CAST) + AR- Arbeids-in plannings-contr.= 43%onderzoeksgroepselfmanage-afdeling)participatievaardighed<strong>en</strong>ARR=0.22is specifiekm<strong>en</strong>t skills asTraining- TSSN deelnemersNNT= 4.54(mannelijkeadjunct tozelfmanagem<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>veteran<strong>en</strong> vanvocationaltvaardighed<strong>en</strong>verbetering inEffect<strong>en</strong> TSSN + ARrond de 40 jaar)rehabilitationvoor negatiev<strong>en</strong>egatieve symptom<strong>en</strong>vs. alle<strong>en</strong> AR;symptom<strong>en</strong>- CAST deelnemerskans op baan(TSSN) + ARzijn succesvol in hetexp. = 60%verkrijg<strong>en</strong> van werk,contr. = 43%TSSN deelnemers nietARR= 0.17NNT= 5.83Refer<strong>en</strong>ties5Alverson M., D.R. Becker, R.E. Drake (1995). An etnographic study on coping strategies used by people with severe m<strong>en</strong>tal illness participating in Supported Employm<strong>en</strong>t.Psychosocial Rehabilitation Journal, 18, 4, 115-128Becker, D., R. Whitney, E. Bailey, R.E. Drake (2007). Long-term employm<strong>en</strong>t trajectories among participants with severe m<strong>en</strong>tal illness in Supported Employm<strong>en</strong>t.10Psychiatric Services, 58, 7, 922-92875


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Lysaker P.H., G. Bond, L.W. Davis, G.J. Bryson, M.D. Bell (2005). Enhanced cognitive-behavioral therapy for vocational rehabilitation in schizophr<strong>en</strong>ia: Effects on hope andwork. Journal of Rehabilitation Research & Developm<strong>en</strong>t, 42, 5, 673-6825Mueser K.T., S. Aalto, D. Becker, J.S. Ogd<strong>en</strong>, R.S. Wolfe, D. Schiavo, C.J. Wallace, H. Xie (2005). The effectiv<strong>en</strong>ess of Skills Training for improving outcomes in SupportedEmploym<strong>en</strong>t. Psychiatric Services, 56, 10, 1254-1260Prov<strong>en</strong>cher H.L. (2002). The role of work in the recovery of persons with psychiatric disabilities. Psychiatric Rehabilitation Journal, 26, 2, 132-144.10Silver T. (2004). Coping with dual chall<strong>en</strong>ges as providers with psychiatric disabilities. Psychiatric Rehabilitation Journal, 28, 2, 165-171Vauth R., P. W. Corrigan, M. Clauss, M. Dietl, M. Dreher-Rudolph, R-D. Stieglitz, R. Vater (2005). Cognitive Strategies versus Self-Managem<strong>en</strong>t Skills as adjunct toVocational Rehabilitation. Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin, 31, 1, 55-66Niet geselecteerde artikel<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie Studietype Interv<strong>en</strong>tie(s) Red<strong>en</strong> afwijzingRamsay (2010) Beschrijving van interv<strong>en</strong>ties Interv<strong>en</strong>ties om volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> met ADHD Ge<strong>en</strong> onderzoek, e<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>d artikel.te ondersteun<strong>en</strong> bij baankeuze <strong>en</strong> bijarbeidsfunctioner<strong>en</strong>Corrigan e.a. (2006) Kwalitatief onderzoek NVT Bruikbaarheid is beperkt. De studie richt zichuitsluit<strong>en</strong>d op omgaan met discriminatie in dewerksituatieNelson e.a (2006)Vergelijk<strong>en</strong>d onderzoekVergelijking tuss<strong>en</strong> actieve <strong>en</strong> niet actieveBruikbaarheid is beperkt, twijfelachtige kwaliteit(quasi-experim<strong>en</strong>teel)deelnemers aan e<strong>en</strong> cliëntgestuurde(voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet beschrev<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong>voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>randomisatie, vrij hoge uitval)Grossber (2004) Kwalitatief onderzoek NVT Kleine onderzoeksgroep (N=8)76


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Brooks & P<strong>en</strong>n (2003) RCT Twelve-step interv<strong>en</strong>tionSelfmanagem<strong>en</strong>t and Recovery trainingTwijfelachtige kwaliteit: onduidelijkheidrandomisatie, hoge uitval <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>groep<strong>en</strong>Brooks A.J., P.E. P<strong>en</strong>n (2003). Comparing treatm<strong>en</strong>ts for dual diagnosis: Twelve-step and Selfmanagem<strong>en</strong>t and recovery training. American Journal of drug and alcoholabuse, 29, 2, 359-383.5Corrigan P.W., J.E Larson, A.C. Watson, M. Boyle, L. Barr (2006). Solutions to discrimination in work and housing id<strong>en</strong>tified by people with m<strong>en</strong>tal illness. The Journal ofNervous and M<strong>en</strong>tal Disease, 194, 9, 716718.Grossberg B (2004). Adults with att<strong>en</strong>tion-deficit/hyperactivity disorder (AD/HD) in the workplace (dissertation). US: ProQuest Information & Learning.10Nelson G., J. Ochocka, R. Janz<strong>en</strong>, J Trainor (2006). A longitudinal study of m<strong>en</strong>tal health consumer/survivor initiatieves: part 2 – a quantitative study of impacts ofparticipation on new members. Journal of Community Psychology, 34, 3, 261-272.Ramsay JR. Career counseling and workplace support (2010) In: Ramsay JR, editor. Nonmedication treatm<strong>en</strong>ts for adult ADHD: Evaluating impact on daily functioning and15well-being. Washington, DC US: American Psychological Association, 77-90.77


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>H4 Beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> voor werkbehoudRefer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)Becker e.a.,CKwalitatiefN=38 Person<strong>en</strong> metBelemmer<strong>en</strong>de <strong>en</strong><strong>Werk</strong>behoudInterviewsBelangrijkste barrière voor werkbehoud is deStudie is van(2007)onderzoeke<strong>en</strong> ernstigebevorder<strong>en</strong>de(follow up 8 <strong>en</strong>psychiatrische aando<strong>en</strong>ing (symptom<strong>en</strong>,voldo<strong>en</strong>de<strong>psychische</strong>factor<strong>en</strong> (algeme<strong>en</strong>)12 jaar)bijwerking<strong>en</strong> medicatie). Bevorder<strong>en</strong>dekwaliteit. PluspuntLong-termaando<strong>en</strong>ing diefactor<strong>en</strong> zijn: deeltijd werk, langdurigeis dat het langeemploym<strong>en</strong>tdeelnem<strong>en</strong> aanbegeleiding, zelfmanagem<strong>en</strong>t van symptom<strong>en</strong>termijn traject<strong>en</strong>trajectoriese<strong>en</strong> IPS-<strong>en</strong> copingvaardighed<strong>en</strong>.in kaart br<strong>en</strong>gt.amongprogramma.participantswith severem<strong>en</strong>tal illnessin SupportedEmploym<strong>en</strong>t.H<strong>en</strong>ry & LuccaCKwalitatiefN=44 Person<strong>en</strong> metPersoonsgebond<strong>en</strong>Verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong>Focus-Belangrijkste bevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong>Studie is van(2004)onderzoeke<strong>en</strong> ernstige<strong>en</strong> omgevings-behoud<strong>en</strong>groep<strong>en</strong>vertrouw<strong>en</strong>srelatie met de begeleider <strong>en</strong>voldo<strong>en</strong>de<strong>psychische</strong>factor<strong>en</strong>van werkpersoonsgerichte werkbegeleiding.kwaliteit.Facilitators andaando<strong>en</strong>ingBelemmering<strong>en</strong> voor werkbehoud zijn hetbarriers tozorgsysteem <strong>en</strong> stigma.employm<strong>en</strong>t:Theperspectives ofpeople with78


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)psychiatricdisabilities andemploym<strong>en</strong>tserviceprovidersMichon e.a.A1Systematische8Person<strong>en</strong> metDemografischeVerkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong>Alle<strong>en</strong>Positieve arbeidsresultat<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> metStudie is van(2005)reviewstudiese<strong>en</strong> ernstigefactor<strong>en</strong>behoud<strong>en</strong>longitudinalegoed functioner<strong>en</strong> in AR-programma <strong>en</strong> self-voldo<strong>en</strong>de<strong>psychische</strong>Stoornisgerelateerdevan betaaldstudiesefficacy, gevolgd door sociaal functioner<strong>en</strong>.kwaliteit.Person-relatedaando<strong>en</strong>ing diefactor<strong>en</strong>werkOver de invloed van psychiatrische symptom<strong>en</strong>Selectieprocedurepredictors ofdeelnem<strong>en</strong> aanSociaal functioner<strong>en</strong>Databaseszijn de resultat<strong>en</strong> niet e<strong>en</strong>duidig.is beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong>employm<strong>en</strong>te<strong>en</strong> arbeids-Arbeidsfunctioner<strong>en</strong>-Medlineer heeft e<strong>en</strong>outcomes afterrehabilitatie-PsychInfokwaliteitstoetsparticipation in(AR)-Pubmedplaatsgevond<strong>en</strong>.psychiatricprogramma-Cinahlvocationalrehabilitationprogrammes: AsystematicreviewMarwaha &A2SystematischeOnbe-Person<strong>en</strong> met<strong>Werk</strong>barrièresBetaald werkDatabasesBarrières voor het verkrijg<strong>en</strong> van werk zijnReview is vanJohnson (2004)reviewk<strong>en</strong>dschizofr<strong>en</strong>ie-Medlinestigma, discriminatie, angst voor verliesredelijke kwaliteit.Demografische-EMBASEuitkering, gebrek aan professionele steun.SelectieprocedureSchizophr<strong>en</strong>iafactor<strong>en</strong>-Cinahlis beschrev<strong>en</strong>,79


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)andSociaal <strong>en</strong>-PsycInfoEr is sterk bewijs dat gunstig arbeids- <strong>en</strong>ge<strong>en</strong> informatieemploym<strong>en</strong>t: Aarbeidsfunctioner<strong>en</strong>sociaal functioner<strong>en</strong> voor aanvang ziekteoverreviewPsychotischesam<strong>en</strong>hangt met positieve arbeids-resultat<strong>en</strong>kwaliteitstoetsing.symptom<strong>en</strong>Er is <strong>en</strong>ig bewijs dat negatieve symptom<strong>en</strong> deCognitievekans op betaald werk verminder<strong>en</strong>symptom<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong> zijn niet e<strong>en</strong>duidig over het verbandtuss<strong>en</strong> demografische factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> betaaldwerk.Tsang e.a.A1Systematische62Person<strong>en</strong> metDemografischeWel/ge<strong>en</strong>Empirische <strong>en</strong>Significante voorspellers voor betaald werk:Review is van(2010)reviewstudiesschizofr<strong>en</strong>iek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>betaald werkkwantitatieveCognitief functioner<strong>en</strong> (OR=0.59)voldo<strong>en</strong>deStoornisgerelateerdestudies dieOpleiding (OR=0.94)kwaliteit.Review onMeta-analysek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Aantal ur<strong>en</strong>multivariateNegatieve symptom<strong>en</strong> (OR=0.91)Selectieprocedurevocational& frequ<strong>en</strong>cyCognitiefgewerktanalyseSociale steun & vaardighed<strong>en</strong> (f.c.)is beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong>predictors: acounts (f.c.)functioner<strong>en</strong>gebruik<strong>en</strong>Leeftijd (jong) (OR=1.03)er heeft e<strong>en</strong>systematicSociaal <strong>en</strong> arbeids-Arbeidsverled<strong>en</strong> (OR=1.06)kwaliteitstoetsreview offunctioner<strong>en</strong>DatabasesRehabilitatie-interv<strong>en</strong>ties (f.c.)plaatsgevond<strong>en</strong>predictors ofInterv<strong>en</strong>tie-EBSCOhostvocationalSociale k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>-InterSci<strong>en</strong>ceNiet significante voorspellers:outcomesInkom<strong>en</strong>-Journals@OvidPositieve symptom<strong>en</strong> (OR=1.01)amongGezinsachtergrond-MEDLINEVerslaving (f.c.)individuals withOverige k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>-MD ConsultGeslacht (man) (OR=1.13)schizophr<strong>en</strong>ia:-PsycInfoOpnamegeschied<strong>en</strong>is (OR=1.05)an update since-Sci<strong>en</strong>ceDirect80


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)1998 -Sci<strong>en</strong>ceCitation IndexLagerveld e.a.A1Systematische30DepressievePersoonsgebond<strong>en</strong>Arbeids-LongitudinaleEr is sterk bewijs dat e<strong>en</strong> langere ziekteduurReview is van(2010)reviewstudieswerknemersfactor<strong>en</strong>participatie<strong>en</strong> cross-sam<strong>en</strong>hangt met meer arbeidsongeschiktheid.voldo<strong>en</strong>deArbeidsgerelateerdeArbeids-sectioneleEr is redelijk bewijs dat ernstige depressie, co-kwaliteit.Factorsfactor<strong>en</strong>functioner<strong>en</strong>studiesmorbiditeit, e<strong>en</strong> hogere leeftijd, <strong>en</strong> eerderSelectieprocedureassociated withStoornisgerelateerdeziekteverzuim sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> metis beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong>workfactor<strong>en</strong>Databasesarbeidsongeschiktheid.er heeft e<strong>en</strong>participation-PubmedEr is redelijk bewijs dat ernstige symptom<strong>en</strong>kwaliteitstoetsand work-PsychInfosam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met meer arbeidsbeperking<strong>en</strong>,plaatsgevond<strong>en</strong>.functioning in-Scopus<strong>en</strong> dat weinig klinische vooruitgangdepressedsam<strong>en</strong>hangt met verminderdeworkers: aarbeidsproductiviteit.systematicEr is onvoldo<strong>en</strong>de bewijs voor e<strong>en</strong> verbandreviewtuss<strong>en</strong> arbeidsgerelateerde factor<strong>en</strong> <strong>en</strong>arbeidsparticipatie/arbeidsfunctioner<strong>en</strong>.Bond e.a.CNarratieveOnbe-Cliënt<strong>en</strong> metCliëntk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>,Betaald werkDatabaseEr is bewijs dat gunstige arbeidsresultat<strong>en</strong>Review is van(2008)reviewk<strong>en</strong>dschizofr<strong>en</strong>ieOmgevingsfactor<strong>en</strong>-Pubmedsam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met het type interv<strong>en</strong>tieredelijke kwaliteit.Interv<strong>en</strong>tiek<strong>en</strong>mer-(supported employm<strong>en</strong>t), het verband metSelectieprocedurePredictors ofk<strong>en</strong>cliëntk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> is minder overtuig<strong>en</strong>d.<strong>en</strong> kwaliteitstoetscompetitiveOmgevingsfactor<strong>en</strong> (maatschappelijke,zijn nietemploym<strong>en</strong>tculturele factor<strong>en</strong>, wetgeving) zijn nog weinigbeschrev<strong>en</strong>. Het isamong pati<strong>en</strong>tsonderzocht.ge<strong>en</strong>81


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)withsystematischeschizophr<strong>en</strong>iareview.Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvanCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevangk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studie(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijstudievariabel<strong>en</strong>sCatty e.a.A2RCTN=312Person<strong>en</strong> met-DemografischeVerkrijg<strong>en</strong>Follow-up- E<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t arbeids-Verkrijg<strong>en</strong> van werk:Studie is van(2008)e<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>van betaald6, 12 <strong>en</strong> 18verled<strong>en</strong> verdubbelt- Arbeidsverled<strong>en</strong>voldo<strong>en</strong>deMulti-side<strong>Werk</strong>bepsychotische(leeftijd, geslacht,werkmaand<strong>en</strong>de kans op betaaldOR=2.42, p=0.001kwaliteit.Predictors ofstudy-houd:stoornis diewoonsituatie,werk. Ook- Sociale behoeft<strong>en</strong>Redelijke sampleemploym<strong>en</strong>tN=122deelnem<strong>en</strong>immigratie status,Behoud<strong>en</strong>Multivariatevermindering vanOR=0.99, p=0.038<strong>en</strong> infor peopleEuropa (zesaan IPS/ARopleiding)van betaaldlogistische(sociale) behoeft<strong>en</strong>,- Remissie6 Europesewith severeland<strong>en</strong>)-Klinische k<strong>en</strong>mer-werkregressiee<strong>en</strong> stabiele periodeOR=1.83, p=0.058land<strong>en</strong> uitgevoerdm<strong>en</strong>tal illness:k<strong>en</strong> (diagnose, op-analyse<strong>en</strong> type interv<strong>en</strong>tie- Interv<strong>en</strong>tieresults of anames, symptom<strong>en</strong>(IPS) vergrot<strong>en</strong> deOR=2.57, p=0.018internationalremissie)kans op betaaldsix-c<strong>en</strong>tre-Sociaal functione-werk.Behoud<strong>en</strong> van werkrandomizedr<strong>en</strong>, kwaliteit van- Type interv<strong>en</strong>tie- Type interv<strong>en</strong>tiecontrolledlev<strong>en</strong>, zorgbehoef-vergroot het behoudRegr.coëff=0.65trial.t<strong>en</strong>, zelfwaarderingvan werk(0.0254), p=0.010-Interv<strong>en</strong>tiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>82


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)Burke-MillerA2RCTN=127Person<strong>en</strong> metDemografischeVerkrijg<strong>en</strong>Follow-up-E<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t arbeids-- Arbeidsverled<strong>en</strong>Studie is vane.a.2006)3e<strong>en</strong> ernstigek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>van betaald24 maand<strong>en</strong>verled<strong>en</strong>OR=3.03, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)disordersefficacy zijn negatief- Self-efficacy werkverbond<strong>en</strong> metOR=0.453betaald werk via- Verwijzing naar SEverwijzing naar SEOR=4.452, p=


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)baanverlies.Gold e.a.A2RCTN=150 Person<strong>en</strong> metCognitieve factor<strong>en</strong>Verkrijg<strong>en</strong>Follow-upVerkrijg<strong>en</strong> van werkNa 12 maand<strong>en</strong>:Studie is van(2002)e<strong>en</strong> ernstige(taalvaardigheid,van werk12 <strong>en</strong> 24-Er zijn ge<strong>en</strong>-21 r coëffici<strong>en</strong>ts >30voldo<strong>en</strong>deVS<strong>psychische</strong>IQ, conc<strong>en</strong>tratie,(wel/ge<strong>en</strong>maand<strong>en</strong>verschill<strong>en</strong> in(medium/large effectkwaliteit.Cognitive(Baltimore)aando<strong>en</strong>inggeheug<strong>en</strong>,werk)cognitief functioner<strong>en</strong>size)Redelijke samplecorrelates ofdie deelnem<strong>en</strong>probleemoploss<strong>en</strong>dPearson'stuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die-5 r coëffici<strong>en</strong>ts 30illnessBehoud<strong>en</strong> van werk(medium/large effect- Bij deg<strong>en</strong><strong>en</strong> diesize)werk behoud<strong>en</strong>-10 r coëffici<strong>en</strong>ts


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeOmvangCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevanstudiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studieopmerking<strong>en</strong>bewijsvariabel<strong>en</strong>(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (10) (11)functioner<strong>en</strong>analysefunctioner<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>steekproef.<strong>Werk</strong>motivatiehogere opleiding vanNa 24 maand<strong>en</strong>:de ouder.-Arbeidsverled<strong>en</strong>OR=7.16, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Catty, J, P Lissouba, S White, T Becker, RE Drake e.a. (2008). Predictors of employm<strong>en</strong>t for people with severe m<strong>en</strong>tal illness: results of a international six-c<strong>en</strong>trerandomized controlled trial. British Journal of Psychiatry, 192, 224-231.5Gold JM, Goldberg RW, McNary SW, Dixon LB, Lehman AF (2002). Cognitive correlates of job t<strong>en</strong>ure among pati<strong>en</strong>ts with severe m<strong>en</strong>tal illness. The American Journal ofPsychiatry, 159(8):1395-1402.H<strong>en</strong>ry AD, Lucca AM (2004). Facilitators and barriers to employm<strong>en</strong>t: The perspectives of people with psychiatric disabilities and employm<strong>en</strong>t service providers. Work:Journal of Prev<strong>en</strong>tion, Assessm<strong>en</strong>t & Rehabilitation, 22(3):169-182.10Lagerveld S, U Bültmann, RL Franche, Hv Dijk, MC Vlasveld e.a. (2010). Factors associated with work participation and work functioning in depressed workers: a systematicreview. Journal of Occupational Rehabilitation.Marwaha S, Johnson S (2004). Schizophr<strong>en</strong>ia and employm<strong>en</strong>t: A review. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 39(5):337-349.15Michon HWC, van Weeghel J, Kroon H, Sch<strong>en</strong>e AH (2005). Person-related predictors of employm<strong>en</strong>t outcomes after participation in psychiatric vocational rehabilitationprogrammes: A systematic review. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 40(5):408-416.Mueser KT, Salyers MP, Mueser PR (2001). A prospective analysis of work in schizophr<strong>en</strong>ia. Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin, 27(2):281-296.20Salkever DS, Slade EP, Karakus MC (2003). Employm<strong>en</strong>t ret<strong>en</strong>tion by persons with schizophr<strong>en</strong>ia employed in non-assisted jobs. Journal of Rehabilitation, 69(4):19-26.Tsang HWH, AY Leung, RCK Chung, M Bell, W Cheung (2010). Review on vocational predictors: a systematic review of predictors of vocational outcomes among individualswith schizophr<strong>en</strong>ia: an update since 1998. Australian and New Zealand Journal of Psychiatry, 44, 495-504.2587


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Niet geselecteerde artikel<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie Studietype Steekproefgrootte Red<strong>en</strong> afwijzingCook & Razzano (2000) Review Onbek<strong>en</strong>d aantal studies Ge<strong>en</strong> informatie beschikbaar over afzonderlijke studiesCougnard e.a. (2009) Cross-sectioneel N=102 Alle<strong>en</strong> baseline gegev<strong>en</strong>s, niet longitudinaalDickinson e.a. (2007) Cross-sectioneel N=55 Alle<strong>en</strong> baseline gegev<strong>en</strong>s, niet longitudinaalEvans e.a. (2004) Longitudinaal N=112 Korte follow-up periode (4 maand<strong>en</strong>)Hoffmann e.a. (2003) Cross-sectioneel N=53 Alle<strong>en</strong> baseline gegev<strong>en</strong>s, niet longitudinaalNordt e.a. (2007) Longitudinaal N=176 Onduidelijk wat bedoeld wordt met 'vocational status'Pluta & Accordino (2006) Cross-sectioneel N=300 Alle<strong>en</strong> baseline gegev<strong>en</strong>s, niet longitudinaalRichter e.a. (2004) Longitudinaal N=49 Kleine sampleRos<strong>en</strong>heck e.a. (2006) RCT N=1400 Alle<strong>en</strong> baseline gegev<strong>en</strong>s, niet longitudinaal5Cook JA, Razzano L (2000). Vocational rehabilitation for persons with schizophr<strong>en</strong>ia: Rec<strong>en</strong>t research and implications for practice. Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin 26(1):87-103.Cougnard A, Goumilloux R, Monello F, Verdoux H (2009). Characteristics associated with duration of employm<strong>en</strong>t of persons with schizophr<strong>en</strong>ia after first contact with10psychiatric services. Work, 34(3):365-371.Dickinson D, Bellack AS, Gold JM (2007). Social/communication skills, cognition, and vocational functioning in schizophr<strong>en</strong>ia. Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin; 33(5):1213-1220.88


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Evans JD, Bond GR, Meyer PS, Kim HW, Lysaker PH, Gibson PJ et al (2004). Cognitive and clinical predictors of success in vocational rehabilitation in schizophr<strong>en</strong>ia.Schizophr<strong>en</strong>ia Research; 70(2-3):331-342.5Hoffmann H, Kupper Z, Zbind<strong>en</strong> M, Hirsbrunner HP (2003). Predicting vocational functioning and outcome in schizophr<strong>en</strong>ia outpati<strong>en</strong>ts att<strong>en</strong>ding a vocational rehabilitationprogram. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology; 38(2):76-82.Nordt C, Muller B, Russler W, Lauber C (2007). Predictors and course of vocational status, income, and quality of life in people with severe m<strong>en</strong>tal illness: A naturalisticstudy. Social Sci<strong>en</strong>ce & Medicine, 65(7):1420-1429.10Pluta DJ, Accordino MP (2006). Predictors of return to work for people with psychiatric disabilities: a private sector perspective. Rehabilitation Counseling Bulletin,49(2):102.Richter A, Blaha L, Gross W, Schreiber W (2004). Predicting the job performance of schizophr<strong>en</strong>ic pati<strong>en</strong>ts. Psychiatr Prax, 31 Suppl 1:S35-S37.15Ros<strong>en</strong>heck R, Leslie D, Keefe R, McEvoy J, Swartz M, Perkins D et al (2006). Barriers to Employm<strong>en</strong>t for People With Schizophr<strong>en</strong>ia. The American Journal of Psychiatry,163(3):411-417.89


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>H5 Inschatt<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties (assessm<strong>en</strong>t)Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)Peer JE & WOnbe-Systemati-- M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>Twee typ<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>t:12 instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn geselecteerd voor de review, 9 situationeleKwaliteit:T<strong>en</strong>hula (2010)paaldscheernstigeassessm<strong>en</strong>ts and 3 performance based assessm<strong>en</strong>ts:De kwaliteit van dereview<strong>psychische</strong>1. Situationelereview is zeer goed .Assessm<strong>en</strong>t ofaando<strong>en</strong>ingassessm<strong>en</strong>ts : directe9 situationele assessm<strong>en</strong>tsElk instrum<strong>en</strong>t is opvocational(SMI).observatie vanSituationele assessm<strong>en</strong>ts zijn praktischer in gebruikt <strong>en</strong> meer efficiënte<strong>en</strong> aantal criteriafunctioning indeelnemers in hundan performance based measures. Het gaat om de volg<strong>en</strong>debeoordeeld opserious m<strong>en</strong>talwerkomgevinginstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>:kwaliteit.illness: A reviewof situational2. Performance based6 instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die meerdere domein<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong>:Conclusie:assessm<strong>en</strong>t andmeasures : laboratoriumWork Behavior Inv<strong>en</strong>tory (WBI)Er is ge<strong>en</strong> goud<strong>en</strong>performancemeting<strong>en</strong> van arbeids-Thresholds Monthly Work Evaluation Form (TMWEF)standaardbased measures.vaardighed<strong>en</strong>,G<strong>en</strong>eric Work Behavior Questionnaire (GWBQ)assessm<strong>en</strong>troll<strong>en</strong>spell<strong>en</strong> etc.Griffiths Work Report (GWR)instrum<strong>en</strong>t. DeWork Behavior Checklist (WBC)keuze voor e<strong>en</strong>De instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijnOccupational Abilities and Performance Scale (OAPS)instrum<strong>en</strong>t hangt afbeoordeeld op 4 criteria:3 instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die één domein onderzoek<strong>en</strong> :van dezijn ze praktisch, valide,Work Adjustm<strong>en</strong>t Skills Scale (WASS)omstandighed<strong>en</strong>,betrouwbaar <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zeInterpersonal Skills Scale (ISS)het doel <strong>en</strong> dee<strong>en</strong> goed schaaldesign.Vocational Cognitive Rating Scale (VCRS)middel<strong>en</strong> /mogelijkhed<strong>en</strong>.90


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)In tabel word<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van elkinstrum<strong>en</strong>t getoond (aantalitems <strong>en</strong> itemscores, schaalontwikkeling, setting waargemet<strong>en</strong> wordt,administratie/ procedure,training b<strong>en</strong>odigd/handleiding.ConclusiesDe WBI is het meest s<strong>en</strong>sitief voor verandering. De TMWEF<strong>en</strong> GWBQzijn het meest efficiënt.Nadeel van situationele assessm<strong>en</strong>ts is dat er e<strong>en</strong> oberservator nodigis die de deelnemer op de werkplek observeert.3 performance based assessm<strong>en</strong>ts:Performance based assessm<strong>en</strong>ts vereis<strong>en</strong> meer (ontwikkel)tijd, training<strong>en</strong> material<strong>en</strong>. Het gaat om de volg<strong>en</strong>de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>:.Work Capacity Evaluation (WCE)Work Related Social Compet<strong>en</strong>ce Role Play Task (WRSC-RPT)Maryland Assessm<strong>en</strong>t of Social Compet<strong>en</strong>ce-Vocational sc<strong>en</strong>es (MASC-VOC)..Conclusie:Nadeel: de g<strong>en</strong>eraliseerbaarheid naar 'echte' werksituaties istwijfelachtigM. Bell, P.BRCTN=63 Mann<strong>en</strong> (tuss<strong>en</strong>N=30N=3326 weeks Work BehaviorWBI-scores:Kwaliteit:Lysakerc & G40 <strong>en</strong> 50 jaar)GedragsinterveBegeleidinInv<strong>en</strong>tory (WBI,De compet<strong>en</strong>ties van de GI-groep zijnKwaliteit van de RCTBryson (2003).met e<strong>en</strong>n-tie (GI)gas usualdeze meet designificant meer verbeterd dan die van deis matig. Methodediagnosebestaande uit:(US).sam<strong>en</strong>werking,controlegroep (F[5, 52] = 1.93, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)improve workstoornis dieBehaviorpres<strong>en</strong>tatie,Aantal ur<strong>en</strong> gewerkt:niet helderperformance ingedur<strong>en</strong>de 26Inv<strong>en</strong>torykwaliteit van hetDeelnemers in de GI-groep hebb<strong>en</strong>beschrev<strong>en</strong>schizophr<strong>en</strong>ia:wek<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> in(WBI)werk <strong>en</strong> socialesignificant meer ur<strong>en</strong> gewerkt dan in deWork behaviore<strong>en</strong> MedischStell<strong>en</strong> vanvaardighed<strong>en</strong>)controlegroep (GI gem. = 346.2 ur<strong>en</strong>, USConclusie:inv<strong>en</strong>toryC<strong>en</strong>trum.doel<strong>en</strong>.gem. = 254.9 ur<strong>en</strong>; MD 91.3 ur<strong>en</strong>;F[1,Defeedback.Aantal ur<strong>en</strong>61] = 4.80, p < 0.024) .gedragsinterv<strong>en</strong>tie,Zij zijn stabiel,Tweewekelijksegewerktbestaande uit speci-ev<strong>en</strong>tueel metgroep sessiesAantal wek<strong>en</strong> gewerkt:fieke feedback opco-morbiditeit ofvan één uur.Aantal wek<strong>en</strong>Deelnemers in de GI-groep hebb<strong>en</strong>het functioner<strong>en</strong> opverslaving.gewerktsignificant meer dag<strong>en</strong> gewerkt dan in dehet werk m.b.v. decontrolegroepWBI <strong>en</strong> doel<strong>en</strong>(GI gem. = 21.4 wek<strong>en</strong>, US gem. = 17.5stell<strong>en</strong> in 2-wek<strong>en</strong>; MD 3.9 weeks; F[1, 61] = 4.51,wekelijkse groeps-p < 0.02).bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, leidttot verbetering vande werkprestaties <strong>en</strong>tot verhoging vanhet aantal gewerkteur<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aantalgewerkte wek<strong>en</strong>, invergelijking met degebruikelijkeondersteuning.92


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)Resnick & BondOnbe-Validiteits-N=71 M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>Indiana Job- 2 meet-InterneInterne consist<strong>en</strong>tie voor de totale schaalKwaliteit(2001)paaldstudieernstigeSatisfactionmom<strong>en</strong>teconsist<strong>en</strong>tieis zeer goed (Crombach's alpha = .90).De kwaliteit van de<strong>psychische</strong>Scal<strong>en</strong>:IJSS: totaleInterne consist<strong>en</strong>tie van subschal<strong>en</strong>studie is redelijkThe Indiana JobStudieaando<strong>en</strong>ing dieschaal <strong>en</strong>varieert van hoog (.83 Collega's) totSatisfactionnaardeelnem<strong>en</strong> aanzelf rapportageTime 1subschal<strong>en</strong>laag (.41 Carrière <strong>en</strong> zekerheid).ConclusieScale: jobvaliditeite<strong>en</strong> Supportedtuss<strong>en</strong> 1Uit de studie blijktsatisfaction ininstrum<strong>en</strong>tEmploym<strong>en</strong>t32 items<strong>en</strong> 99Baanbehoud =Er is e<strong>en</strong> significant verband tuss<strong>en</strong>dat devocationalIndianaProgrammadag<strong>en</strong> naaantal maand<strong>en</strong>Arbeidstevred<strong>en</strong>heid ( totale schaal) <strong>en</strong>Arbeidstevred<strong>en</strong>-rehabilitation forJob6 subschal<strong>en</strong>:aanvanggewerkt.baanbehoud (r= .24, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)Roberts & PrattOnbe-ValiditeitssN=111 M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>Drie- Follow up<strong>Werk</strong> activiteit<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> goede constructKwaliteit(2010)paaldtudieernstigeinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>na drie(sollicitatievaliditeit van de readiness instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.Kwaliteit van de<strong>psychische</strong>word<strong>en</strong>(N=97)briev<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>,studie is redelijkA constructStudieaando<strong>en</strong>ing dieonderzocht<strong>en</strong> zesgesprekk<strong>en</strong>De PRRDP-I <strong>en</strong> S zijn beide gerelateerdvalidity study ofnaarinstrom<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>maand<strong>en</strong>voer<strong>en</strong>)aan werkactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> het verkrijg<strong>en</strong>employm<strong>en</strong>tconstructSupportedPRRDP-I(N=70)van e<strong>en</strong> baan, zowel na 3 als 6 maand<strong>en</strong>.Conclusiereadiness invaliditeitEmploym<strong>en</strong>t(alle<strong>en</strong>Verkrijg<strong>en</strong> vanUit de studie blijktpersons withvan drieProgrammawerkdomein)e<strong>en</strong> baanPRRDP-I:dat de PRRDP-I <strong>en</strong> Ssevere m<strong>en</strong>talReadinessAfg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>Werk</strong>activiteit<strong>en</strong> 3 maand<strong>en</strong> r= .261bruikbareillnessinstrum<strong>en</strong>tGe<strong>en</strong> van dedoorMeetinstrum<strong>en</strong>t:p< .01instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn<strong>en</strong>deelnemers heeftinterviewerEmploym<strong>en</strong>t and6 maand<strong>en</strong> r= .248voor het voorspell<strong>en</strong>betaald werk7 subschal<strong>en</strong>programp


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)zelf-rapportagep


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)Minnesotaschizofr<strong>en</strong>ie/schi3. motivatie omint<strong>en</strong>tie om tesatisfactionzoaffactievedeel te nem<strong>en</strong>blijv<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>questionnairestoornis, 58%aan ARand participantsbipolaire ofof vocationalernstigerehabilitationdepressie, 5%(2000)overigCorbière e.a.,Onbe-Validiteits-N=254 M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>Barriers to- - DuurUit de studie komt naar vor<strong>en</strong> dat deKwaliteit2004paaldstudieernstigeEmploym<strong>en</strong>twerkloosheidBECES <strong>en</strong> CSES valide <strong>en</strong> internKwaliteit van de<strong>psychische</strong>and Coping< 1 jaarconsist<strong>en</strong>t zijn, beide instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijnstudie is redelijkPerceptions ofaando<strong>en</strong>ing dieEfficacy Scale1 – 2 jaarsignificant gerelateerd aan de Self-goed . Onder-barriers todeelnem<strong>en</strong> aan(BECES)2 – 5 jaarEsteem Scale.zoeksgroep beperktemploym<strong>en</strong>t,e<strong>en</strong> AR-> 5 jaarzich niet tot SMI.coping efficacy,programma <strong>en</strong>Bevat 43De BECES is significant gerelateerd aanand careerop zoek zijn naarmogelijkede duur van de werkloosheid: ( F-Conclusiesearch efficacy ine<strong>en</strong> baan.barrièreswaard<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> van 2.88 (p< .04,De instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>people withdf=3) tot 4.30 (p< .01, df=3).BECES <strong>en</strong> CSES zijnm<strong>en</strong>tal illnessDiagnose: 37%Career SearchDe CSES vertoont ge<strong>en</strong> significantvalide <strong>en</strong> internstemmingsstoornEfficacy Scaleverband met duur van de werkloosheid.consist<strong>en</strong>t <strong>en</strong>is,19%(CSES)bruikbaar voorschizofr<strong>en</strong>ie/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>schizoaffactieveBevat 35 itemsernstige <strong>psychische</strong>stoornis, 13%4 dim<strong>en</strong>siesaando<strong>en</strong>ing.96


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie MatevanStudietypeSteekProefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie /instrum<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>)ControleconditieL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong>Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootte(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9)(10)(11)angststoornis,32% overige(vnl. persoonlijkheidsstoornis).<strong>Werk</strong> zoek<strong>en</strong>.Gespreksvoering.Netwerk<strong>en</strong>.PersoonlijkonderzoekRos<strong>en</strong>berg SelfEsteem Scale(RSES)Het instrum<strong>en</strong>tBECES is gerelateerdaan de duur van dewerkloos-heid:m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met veelcopingvaardighed<strong>en</strong>zijn korter werkloos.Refer<strong>en</strong>ties5Bell M, P. Lysakerc & G Bryson (2003). A behavioral interv<strong>en</strong>tion to improve work performance in schizophr<strong>en</strong>ia: Work behavior inv<strong>en</strong>tory feedback. Journal of VocationalRehabilitation 18, 1Corbière M, C Mercier, A Lesage (2004). Perceptions of barriers to employm<strong>en</strong>t, coping efficacy, and career search efficacy in people with m<strong>en</strong>tal illness. Journal of Career10assessm<strong>en</strong>t, 12, 4, 460-478.Hannula JA, K Lahtela, A Järvikoski, JK Salmin<strong>en</strong>, P Mäkela (2006). Occupational Functioning Scale (OFS) – An instrum<strong>en</strong>t for assessm<strong>en</strong>t of work ability in psychiatricdisorders. Nord. Journal of Psychiatry, 60, 5, 372-378.97


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Peer JE & W T<strong>en</strong>hula (2010). Assessm<strong>en</strong>t of vocational functioning in serious m<strong>en</strong>tal illness: A review of situational assessm<strong>en</strong>t and performance based measures. Journalof Vocational Rehabilitation 32, 175–189.5Resnick & Bond (2001). The Indiana Job Satisfaction Scale: job satisfaction in vocational rehabilitation for people with severe m<strong>en</strong>tal illness. Psychiatric RehabilitationJournal 25, 1.Roberts & Pratt (2010). A construct validity study of employm<strong>en</strong>t readiness in persons with severe m<strong>en</strong>tal illness. American Journal of Psychiatric Rehabilitation 13, 1.10Tan & Hawkins (1999). Job satisfaction and int<strong>en</strong>t to continue working among individuals with serious m<strong>en</strong>tal illness. Psychological Reports, 85, 8-1-8-7Tan & Hawkins (2000). The factor structure of the Minnesota satisfaction questionnaire and participants of vocational rehabilitation. Psychological Reports, 87, 34-36.15Niet geselecteerde artikel<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieRed<strong>en</strong> afwijzingAbraham & Stein, 2009Mausbach BT e.a. 2009Onvoldo<strong>en</strong>de bruikbaar. Beperkt zich tot attitude van casemanagersOnvoldo<strong>en</strong>de bruikbaar. Studie richt zich op functioneel herstel in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> nauwelijks oparbeidsfunctioner<strong>en</strong>MacDonald-Wilson K e.a. , 2001Cook & Picket, 1994Harvey e.a., 2007Beschrijv<strong>en</strong>de review, bevat ge<strong>en</strong> informatie over reviewmethodeBevat ge<strong>en</strong> specifieke informatie over assessm<strong>en</strong>t. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is informatie gedateerd.Beschrijv<strong>en</strong>de review. Bevat paragraaf over arbeidsvaardighed<strong>en</strong>, maar daarin wordt slechts één systeembesprok<strong>en</strong> (waar niet over gepubliceerd is).98


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Schultheis & Bond, 1993Artikel gaat niet in op de bruikbaarheid van het instrum<strong>en</strong>t. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is hun instrum<strong>en</strong>t ook opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inde review van Peer & T<strong>en</strong>hula.MacDonald-Wilson K e.a. (2001). Unique issues in assessing work function among individuals with psychiatric disabilities. Journal of Occupational Rehabilitation 11, 3.5Mausbach BT e.a. (2009). A review of instrum<strong>en</strong>ts for measuring functional recovery in those diagnosed with psychosis. Schizophr<strong>en</strong>ia Bulletin 35, 2.Nog aanvull<strong>en</strong>99


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Evid<strong>en</strong>cetabel H6 <strong>Werk</strong>zame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tiesRefer<strong>en</strong>tieMateStudieOmvanCliënt<strong>en</strong>Predictor<strong>en</strong> /Uitkomst-K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Overigevantypegk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Onafhankelijkemat<strong>en</strong>studie(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijstudievariabel<strong>en</strong>sCatty e.a.A2RCTN=312Person<strong>en</strong>-DemografischeVerkrijg<strong>en</strong> vanFollow-up- E<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t arbeids-Verkrijg<strong>en</strong> van werk:Studie is van(2008)met e<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>betaald werk6, 12 <strong>en</strong>verled<strong>en</strong> verdubbelt- Arbeidsverled<strong>en</strong>voldo<strong>en</strong>deMulti-side<strong>Werk</strong>bepsychotische(leeftijd, geslacht,18de kans op betaaldOR=2.42, p=0.001kwaliteit.Predictors ofstudy-houd:stoornis diewoonsituatie,Behoud<strong>en</strong> vanmaand<strong>en</strong>werk. Ook- Sociale behoeft<strong>en</strong>employm<strong>en</strong>tN=122deelnem<strong>en</strong>immigratie status,betaald werkvermindering vanOR=0.99, p=0.038Redelijkefor peopleEuropaaan IPS/ARopleiding)Multivariat(sociale) behoeft<strong>en</strong>,- Remissiesample <strong>en</strong> inwith severe(zes-Klinische k<strong>en</strong>mer-ee<strong>en</strong> stabiele periodeOR=1.83, p=0.058zesm<strong>en</strong>tal illness:land<strong>en</strong>)k<strong>en</strong> (diagnose, op-logistische<strong>en</strong> type interv<strong>en</strong>tie- Interv<strong>en</strong>tieEuropeseresults of anames, symptom<strong>en</strong>regressie(IPS) vergrot<strong>en</strong> deOR=2.57, p=0.018land<strong>en</strong>internationalremissie)analysekans op betaalduitgevoerdsix-c<strong>en</strong>tre-Sociaal functione-werk.Behoud<strong>en</strong> van werkrandomizedr<strong>en</strong>, kwaliteit van- Type interv<strong>en</strong>tie- Type interv<strong>en</strong>tiecontrolledlev<strong>en</strong>, zorgbehoef-vergroot het behoudRegr.coëff=0.65trial.t<strong>en</strong>, zelfwaarderingvan werk(0.0254), p=0.010-Interv<strong>en</strong>tiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Becker e.a.BCross-26 SE-Person<strong>en</strong>-Focus op SEBereikGe<strong>en</strong>Financiering voor SEBereik:Studie is van(2006)sectioneellocatiesmet e<strong>en</strong>-Financiering/aantalprogrammafollow-up(in de vorm van-FinancieringredelijkeonderzoeklangdurigeSE begeleidersaantal SEcorr=0.90, p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Employm<strong>en</strong>taando<strong>en</strong>ing-Programmaduur(perc<strong>en</strong>tageanalysevoorspeller voor-Focus op SEaantalprogram-Stabiliteit/deelnemersbereik vancorr=0.15, p=0.66instelling<strong>en</strong>,outcomes?continuïteitdat betaaldprogramma.cross-medewerkers.werk krijgt)Effici<strong>en</strong>cy:sectioneel-Achtergrond-Modelgetrouw-Relatie <strong>GGZ</strong>-ARdus ge<strong>en</strong>variabel<strong>en</strong> (gebied,werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> decorr=0.08, p=0.47follow-uparbeidsmarkt, ov)regionale-Modeltrouwarbeidsmarkt zijn decorr=0.51, p=0.05belangrijkste-Programmaduurvoorspellers voorcorr=0.43, p=0.63effici<strong>en</strong>cy van-Medewerkersprogrammacorr=-0.08, p=0.43-Arbeidsmarktcorr=-0.57, p=0.03Jones e.a.BCohortondN=186Person<strong>en</strong>Elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vanBetaald werkGe<strong>en</strong>De hoeveelheid tijd-Reistijd B=.649Studie is van(2001)erzoek1met e<strong>en</strong>begeleiding:follow-updie begeleiders-Niet werkgebond<strong>en</strong>matige totlangdurige-Reistijdbested<strong>en</strong> aanondersteuningredelijkeN=106ernstige-Niet werkgebon-Informatiereiz<strong>en</strong>/vervoerB=.204kwaliteit7 wel<strong>psychische</strong>d<strong>en</strong> ondersteuning,is(sam<strong>en</strong> met cliënt of-Training B=.394betaaldaando<strong>en</strong>ing-Trainingafkomstignaar werkplek cliënt)-<strong>Werk</strong>gebond<strong>en</strong>Grotewerkdie-<strong>Werk</strong>gerelateerdeuithangt het meestondersteuningsample,deelnem<strong>en</strong>ondersteuningmaandelijksam<strong>en</strong> met de kansB=.233echter het isN=794aan SE-Profilering <strong>en</strong>seop betaald werk door-Evaluatie B=.193niet mogelijkge<strong>en</strong>evaluatietijdschrijf-cliënt<strong>en</strong>. Ook de-Programma-om causalebetaald-Programma-formulierehoeveelheid tijd dieontwikkeling B=.041relaties vastwerkontwikkeling.n vanbegeleiders bested<strong>en</strong>te stell<strong>en</strong>.begeleideraan niet werk-Onduidelijkesgerelateerdebeschrijvingondersteuning <strong>en</strong>analyse.101


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Discriminatraining hang<strong>en</strong>ntiesam<strong>en</strong> met de kansanalyseop betaald werk.Kukla & BondA2 RCT N=91Person<strong>en</strong>-Sam<strong>en</strong>werkings-Aantal dag<strong>en</strong>Follow-upUit de studie blijktAantal dag<strong>en</strong> betaaldStudie is van(2009)met e<strong>en</strong>relatie (cliënt-betaald werk24dat de veronder-werkvoldo<strong>en</strong>deN=45langdurigebegeleider)maand<strong>en</strong>stelling dat e<strong>en</strong>-kwaliteit.ARernstigeGemiddeldegoede sam<strong>en</strong>wer-Sam<strong>en</strong>werkingsrelatiN=46<strong>psychische</strong>-Arbeidsbegeleidingduur baanSecundairekingsrelatie tuss<strong>en</strong>eSEaando<strong>en</strong>ingprogrammaanalysecliënt <strong>en</strong> werkbege-B=-.12, t=-1.16,die-Arbeidsverled<strong>en</strong>van dataleider tot beterep=.25deelnem<strong>en</strong>cliëntuit e<strong>en</strong>arbeidsuitkomst<strong>en</strong> bijaan SE of ARRCTde cliënt leidt, nietGemiddelde duurwordt bevestigd. Er isbaanMultiplege<strong>en</strong> relatie-regressiegevond<strong>en</strong> met hetSam<strong>en</strong>werkingsrelatianalyseaantal dag<strong>en</strong> betaalde(stepwise)werk noch met deB=-.23, t=-1.74,gemiddelde duur vanp=.09de baan.-Sam<strong>en</strong>werkingsrelatie x AR programmaB=.071, t=.55,p=.59fer<strong>en</strong>tieMatevanStudietypeSteekproefCliënt<strong>en</strong>k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tieControle/vergelijkingL<strong>en</strong>gtefollow-upUitkomstmat<strong>en</strong> Resultat<strong>en</strong> Overigeopmerking<strong>en</strong>bewijsgrootteCook et al. A2 RCT N = Person<strong>en</strong> Supported Op vier 24 1) % cliënt<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> Geïntegreerde Studie is van102


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>(2005)1273 met e<strong>en</strong>employm<strong>en</strong>t (SE)locaties:maand<strong>en</strong>reguliere baanwerkwijze: meer danvoldo<strong>en</strong>deMaar 2 vanlangdurigestandard-zorghebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>2x zo vaak e<strong>en</strong>kwaliteit.Integration ofde controleernstige(N = 648)reguliere baan danpsychiatriccondities<strong>psychische</strong>Op twee2) % 40 of meer uurzonder geïntegreerdeOnderscheidand vocationalword<strong>en</strong>aando<strong>en</strong>inglocaties:per maand werkwerkwijze (58% vsgemaakt vanservices: ahier alsafgezwakte21%, R=2.37,veel vs.multisite'veel- Leeftijd >vorm van dep


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Comparingonderzoekernstigeservicesgeïntegreerde servicekwaliteit:employm<strong>en</strong>t<strong>psychische</strong>groep<strong>en</strong> zijnoutcomes forPre-postaando<strong>en</strong>ing37% vs 17%niettwo vocationaldesignsuccesvolgerandomi-services:werkbehoud, kost<strong>en</strong>seerd, maarIndividualE1.800 vs E12.136,welplacem<strong>en</strong>t andtevred<strong>en</strong>heid 33%vergelijkbaarsupport andgaf aan hulp te.non-integratedhebb<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong>, vspre-vocational16 % in nietservices in thegeïntegreerde zorg,UK.12 vs 19% had ditwel gewild.Tremblay e.a.BQuasi-N=Person<strong>en</strong>FinanciëleAR/SE Looptijd 4Inkomst<strong>en</strong>To<strong>en</strong>ame inStudie is van(2006)expe-1092met ernstigeondersteuningjaarinkomst<strong>en</strong>verschilmatige totrim<strong>en</strong>teel<strong>psychische</strong>(b<strong>en</strong>efit counseling)tuss<strong>en</strong>redelijkeEffect ofonderzoekN=364aando<strong>en</strong>ingetoegevoegd aan(2 jaarinterv<strong>en</strong>tiegroep <strong>en</strong>kwaliteit:b<strong>en</strong>efitsinn met e<strong>en</strong>AR/SEvoor <strong>en</strong> 2huidigegroep<strong>en</strong> zijncounselingMatchingiederearbeidsonge-jaar nadeelnemersgroepnietservices onvangroepschiktheids-start(concurr<strong>en</strong>tgerandomi-employm<strong>en</strong>tdeelnemeruitkeringinterv<strong>en</strong>tieparticipants) is 1,256seerd, maaroutcomes forsontvang<strong>en</strong>)dollar per persoonwelpeople withAnalyse:per jaar. To<strong>en</strong>ame invergelijkbaarpsychiatric-Mixed-inkomst<strong>en</strong>verschil.disabilitieseffecttuss<strong>en</strong>lineaireinterv<strong>en</strong>tiegroep <strong>en</strong>modell<strong>en</strong>deelnemers in het- Analyseverled<strong>en</strong> (pastvan pre-participants) is 1,272104


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>postdollar per persooninterv<strong>en</strong>tieper jaar.verschill<strong>en</strong>-Groep-bijtijdinteractieeffect<strong>en</strong>Mueser e.a.A2RCTN=204 Person<strong>en</strong>Match tuss<strong>en</strong>Ge<strong>en</strong> match24<strong>Werk</strong>behoud (aantalCliënt<strong>en</strong> in IPS-De studie is(2001)met e<strong>en</strong>arbeidsw<strong>en</strong>s <strong>en</strong>tuss<strong>en</strong>maand<strong>en</strong>wek<strong>en</strong> betaald werk)programma's dievanSettings:langdurigebetaald werkarbeidsw<strong>en</strong>swerk vind<strong>en</strong> datvoldo<strong>en</strong>deSupported- IPSernstige<strong>en</strong> betaaldaansluit bij hunkwaliteit: eremploym<strong>en</strong>t,- arbeids-ernstigewerkw<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, behoud<strong>en</strong>isjobrehabilitati<strong>psychische</strong>significant langer hungerandomiseprefer<strong>en</strong>ces,e (buit<strong>en</strong>aando<strong>en</strong>ingbaan dan IPS-erd al is nietjob t<strong>en</strong>ure andGGz)cliënt<strong>en</strong> bij wie hetpreciessatisfaction-werk niet aansluit bijduidelijkstandaardhun w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>hoe.zorg (SE in(gem=28.94 vsGGz, maar15.12 wek<strong>en</strong>,nietSD=35.0 vs 20.6,geïntegre<strong>en</strong>=31, 17)rd in team)De relatie tuss<strong>en</strong>matching <strong>en</strong>baanbehoud is nietsignificant bij cliënt<strong>en</strong>in de standaardzorg(gem=31.92 vs28,46 wek<strong>en</strong>,105


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>SD=33.17 vs 36.94,n=25, 13).Bij de derde groep(AR) war<strong>en</strong> er teweinig m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mete<strong>en</strong> mismatch om deanalyse te kunn<strong>en</strong>uitvoer<strong>en</strong>.Refer<strong>en</strong>ties5Becker DR, Xie H, McHugo GJ, Halliday J, Martinez RA. (2006). What Predicts Supported Employm<strong>en</strong>t Program Outcomes? Community M<strong>en</strong>tal Health Journal; 42(3):303-313.Catty, J, P Lissouba, S White, T Becker, RE Drake e.a. (2008). Predictors of employm<strong>en</strong>t for people with severe m<strong>en</strong>tal illness: results of a international six-c<strong>en</strong>tre10randomized controlled trial. British Journal of Psychiatry, 192, 224-231.Cook JA, Lehman AF, Drake R, McFarlane WR, Gold PB, Leff HS et al. Integration of psychiatric and vocational services: a multisite randomized, controlled trial of supportedemploym<strong>en</strong>t. Am J Psychiatry 2005; 162(10):1948-1956.15Jones CJ, Perkins DV, Born DL. (2001). Predicting work outcomes and service use in supported employm<strong>en</strong>t services for persons with psychiatric disabilities. PsychiatrRehabil J 2001; 25(1):53-59.Kukla M, Bond GR. The working alliance and employm<strong>en</strong>t outcomes for people with severe m<strong>en</strong>tal illness <strong>en</strong>rolled in vocational programs. Rehabilitation Psychology 2009;54(2):157-163.106


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Mueser KT, Becker DR, Wolfe R. (2001). Supported employm<strong>en</strong>t, job prefer<strong>en</strong>ces, job t<strong>en</strong>ure and satisfaction. Journal of M<strong>en</strong>tal Health, 10(4):411-417.Rinaldi M, Perkins R. (2007). Comparing employm<strong>en</strong>t outcomes for two vocational services: Individual placem<strong>en</strong>t and support and non-integrated pre-vocational services in5the UK. Journal of Vocational Rehabilitation 27(1):21-27.Tremblay T, Smith J, Xie H, Drake RE (2006). Effect of b<strong>en</strong>efits counseling services on employm<strong>en</strong>t outcomes for people with psychiatric disabilities. Psychiatric Services,57(6): 816-821.107


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>H7 Sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(sControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevanProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>)conditiefollow-(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootteup(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)Cook e.a.A Multisite RCT N=1273<strong>Werk</strong>loz<strong>en</strong>Hoge mateLage24Kans op <strong>Werk</strong>- Na integratie van werk <strong>en</strong>OR=1,01 kans opStudie is van(2005)7 sitesmet e<strong>en</strong>vanmatemaand(competitief<strong>psychische</strong> services 1,5>40u per maandvoldo<strong>en</strong>deUSAernstigeIntegratievan<strong>en</strong>voor meer dankeer zo veel kans op werk(p


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(sControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevanProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>)conditiefollow-(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootteup(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)non-integratedpre-vocationalservices in theUK.Becker e.a.,CKwalitatiefN=77 projectIPS ofwelNVT NVT Implem<strong>en</strong>tatie5 succesvolleStudie is van(2007)onderzoekprojectleleidersevid<strong>en</strong>cestrategieënimplem<strong>en</strong>tatie strategieën:voldo<strong>en</strong>deCase studyidersregio'sbasedvoor-verbeter<strong>en</strong> administratievekwaliteit,Criticalapproach:regio'sM<strong>en</strong>talsupportedsam<strong>en</strong>werkingpraktijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicatiemaar destrategies forinterviewsbinn<strong>en</strong>healthemploym<strong>en</strong>tvan actor<strong>en</strong> intuss<strong>en</strong> werk/ ggz-steekproefgroimplem<strong>en</strong>tingUSA <strong>en</strong>Programmahet behoud vaninstellingg<strong>en</strong>otte is klein.supportedCanadaUSA <strong>en</strong>gezondheid <strong>en</strong>-ondersteuning aanpakemploym<strong>en</strong>tCanadawerk voordoor media verschill<strong>en</strong>dewaarinm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mettrainingsstrategie<strong>en</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>ernstige-verbeterde toegang totpsych<strong>psychische</strong>'b<strong>en</strong>efit counseling'beperkingebeperking<strong>en</strong>-training in uitkomst<strong>en</strong>n naar werkgerichte supervisiewerd<strong>en</strong>-bouw capaciteit voorbegeleid.betrouwbare evaluatieBoeltzig e.a.,CKwalitatiefN=15 BestNVT NVT 8 <strong>en</strong>SuccesvolleSuccesvolleStudie is van(2008)onderzoekpractice12sam<strong>en</strong>werkingssam<strong>en</strong>werkingsstrategie<strong>en</strong>voldo<strong>en</strong>deMultiple casesites voorjaar-strategie<strong>en</strong>bestaan uit (1)kwaliteit <strong>en</strong>Maximizingstudym<strong>en</strong>s<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong>br<strong>en</strong>gt109


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(sControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevanProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>)conditiefollow-(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootteup(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)pot<strong>en</strong>tial:design:met<strong>en</strong> –teams, (2) training vansam<strong>en</strong>werkinInnovativesemistruct<strong>psychische</strong>personeel in <strong>psychische</strong> -gsstrategie<strong>en</strong>collaborativeinterviews,beperking<strong>en</strong> werkonderwerp<strong>en</strong>, (3)in kaart,strategiesdocum<strong>en</strong>tdie werkbetrokk<strong>en</strong>heid pati<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opbetreft alle<strong>en</strong>betwe<strong>en</strong> one-reviews,zoek<strong>en</strong>elk niveau vanhet zoek<strong>en</strong>stops andnaturalisticin USAsam<strong>en</strong>werkingnaar werk,m<strong>en</strong>tal healthinquiry data<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>systems of care.analysewerkbehoud.Drake e.a.CKwalitatiefN=143,DeelnemersIntegratieGebrekWaarom1) Grotere kans succes opKwalitatief(2003)onderzoek152,aanvanaanservicevind<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoud van baanonderzoekexperim<strong>en</strong>tel204supportedwerkspecialiintegratiintegratie hetbij geïntegreerde servicesmet beperkteA processe studiesemploym<strong>en</strong>st<strong>en</strong> mete.vind<strong>en</strong> van2) Communicatiekwaliteit.analysis of(kwantitatieft programsmultidisciplinwerk <strong>en</strong>3) Filosofie effectintegrated and,etnografischUSAaire ofwerkbehoudbehandelingnon-integrated, interviews)klinischebevordert4) <strong>Werk</strong>plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> klinischapproaches toprofessionalsbegripsupportedemploym<strong>en</strong>t.Lal & MercierCKwalitatief6PsychiatrIntersectoral21Uitdaging<strong>en</strong> inUitdaging<strong>en</strong> zijn 1)NVT(2009)onderzoekstakeholziek<strong>en</strong>huis,emaandsam<strong>en</strong>werkingerolambiguïteit <strong>en</strong>Case studydersorglokaalsam<strong>en</strong>werki<strong>en</strong>n <strong>en</strong>onzekerheid,2) verschill<strong>en</strong>Intersectoralmethodologianisatiesuitz<strong>en</strong>dbur,ngstrategieën omin doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong>action to employe (semi-ge-Canadesgespechier mee om te3) onverwachte impact110


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tieMateStudie typeSteekCliënt<strong>en</strong>Interv<strong>en</strong>tie(sControleL<strong>en</strong>gteUitkomstmat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>Resultat<strong>en</strong>OverigevanProefk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>)conditiefollow-(beschrijving)(in getall<strong>en</strong>)opmerking<strong>en</strong>bewijsgrootteup(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11)individuals withstructureerde gebieduitz<strong>en</strong>dbur,gaanpartnership.m<strong>en</strong>tal illness:interviews,met lagegeme<strong>en</strong>te,Implem<strong>en</strong>tatiestrategie<strong>en</strong>lessons learnedparticipatievSESbouwbedrijfzijn: sociopolitiekefrom a locale observatie,rondgem. org.afsprak<strong>en</strong>,developm<strong>en</strong>tdatastadsgelokale ontcommunicatielijn<strong>en</strong>,initiative.verzameling)bied.wikkelingtraining, evaluatieGies<strong>en</strong> e.a.CImplem<strong>en</strong>tat31674% manImplem<strong>en</strong>tat2 jaar Modeltrouw,Modeltrouw steeg op alleModeltrouwscore(2007)ie-onderzoekpati<strong>en</strong>te84% NL,ie IPS,uitval, baan,locaties. Grote uitval(4.33 maximum)D<strong>en</strong> bij 458% woontgemet<strong>en</strong> ahvbelemmer<strong>en</strong>depati<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Modeltrouw hingnulmeting 1.8 (1.1-implem<strong>en</strong>tatieproefloczelfstan-schaal<strong>en</strong>sam<strong>en</strong> met succes% vind<strong>en</strong>2.2), tuss<strong>en</strong>metingvan Individualatiesdig. 83%modeltrouwbevorder<strong>en</strong>debaan. Belemmer<strong>en</strong>dejaar 3.6 (3.5-4.0),Placem<strong>en</strong>t anduitkering.(IPS-fidelity)factor<strong>en</strong>.factor<strong>en</strong>: uitval,eindmeting 4.1 (3.6-Support inGem leeftijdfinanciering, slechte4.3), naar 39%Nederland.35 jaar,sam<strong>en</strong>werking organisaties.cliënt<strong>en</strong> viel uit, 18%gem duurBevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>:vond baan.Van Erp e.a.contactvaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> draagvlak(2007)ggz 8 jaar.projectleiders <strong>en</strong>A multisidetrajectbegeleiders.study ofimplem<strong>en</strong>tingSupportedEmploym<strong>en</strong>t inthe Netherlands111


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>ties5Becker DR, Baker SR, Carlson L, Flint L, Howell R, Lindsay S et al. Critical strategies for implem<strong>en</strong>ting supported employm<strong>en</strong>t. Journal of Vocational Rehabilitation 2007;27(1):13-20.Boeltzig H, Timmons JC, Marrone J. Maximizing pot<strong>en</strong>tial: Innovative collaborative strategies betwe<strong>en</strong> one-stops and m<strong>en</strong>tal health systems of care. Work: Journal of10Prev<strong>en</strong>tion, Assessm<strong>en</strong>t & Rehabilitation 2008; 31(2):181-193.Cook JA, Lehman AF, Drake R, McFarlane WR, Gold PB, Leff HS et al. Integration of psychiatric and vocational services: a multisite randomized, controlled trial of supportedemploym<strong>en</strong>t. Am J Psychiatry 2005; 162(10):1948-1956.15Drake RE, Becker DR, Bond GR, Mueser KT. A process analysis of integrated and non-integrated approaches to supported employm<strong>en</strong>t. Journal of Vocational Rehabilitation2003; 18(1):51-58.Erp NHJv, FBM Gies<strong>en</strong>, Jv Weeghel, H Kroon, HWC Michon, D Becker, GJ McHugo, RE Drake (2007). A multiside study of implem<strong>en</strong>ting Supported Employm<strong>en</strong>t in theNetherlands. Psychiatric Services, 58, 11, 1421-1426.20Gies<strong>en</strong> F, van Erp N, van weeghel J, Michon H, Kroon H. De implem<strong>en</strong>tatie van Individual Placem<strong>en</strong>t and Support in Nederland. Tijdschrift voor psychiatrie. 49(2007)9, 611-621.Lal S, Mercier C. Intersectoral action to employ individuals with m<strong>en</strong>tal illness: lessons learned from a local developm<strong>en</strong>t initiative. Work 2009; 33(4):427-437.25Rinaldi M, Perkins R. Comparing employm<strong>en</strong>t outcomes for two vocational services: Individual placem<strong>en</strong>t and support and non-integrated pre-vocational services in the UK.Journal of Vocational Rehabilitation 2007; 27(1):21-27.Niet geselecteerde artikel<strong>en</strong>112


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Refer<strong>en</strong>tie Studietype Interv<strong>en</strong>tie(s) Red<strong>en</strong> afwijzingBecker (2006) RCT Supported employm<strong>en</strong>t UV5Burns (2007) RCT Supported employm<strong>en</strong>t Resultat<strong>en</strong> verwerkt in review IPS van Bond(2008) die wel geselecteerd isCook (2006)Beschrijving van barrières <strong>en</strong> huidige Barrieres om volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> Ge<strong>en</strong> onderzoek, e<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>d artikel.k<strong>en</strong>nisproblematiek aan het werk te krijg<strong>en</strong>Katz (1990) Survey NVT Onvoldo<strong>en</strong>de kwaliteitMurphy (2005) Beschrijving extraNVTGe<strong>en</strong> onderzoek, e<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>d artikel.interv<strong>en</strong>tiecompon<strong>en</strong>t voor IPSNeuchterlein (2003) RCT IPS uitbreiding, Behandelt alle<strong>en</strong> werk- <strong>en</strong>scholingshervatting ipv behoudTaylor (2008)Beschrijving interv<strong>en</strong>tiecompon<strong>en</strong>tvoor verslaafd<strong>en</strong><strong>Werk</strong>gerichte compon<strong>en</strong>t binn<strong>en</strong> bestaand therapeutischprogrammaTwijfelachtige kwaliteit <strong>en</strong> behandelt alle<strong>en</strong>verslaving.Tsang (2010) RCT Integrated supported employm<strong>en</strong>t (IPS <strong>en</strong> social skillstraining)IPS al g<strong>en</strong>oeg aan bod geweestBecker DR, Drake RE. Supported employm<strong>en</strong>t interv<strong>en</strong>tions are effective for people with severe m<strong>en</strong>tal illness. Evid<strong>en</strong>ce-Based M<strong>en</strong>tal Health 2006; 9(1):22.5Burns T, Catty J, Becker T, Drake RE, Fioritti A, Knapp M et al. The effectiv<strong>en</strong>ess of supported employm<strong>en</strong>t for people with severe m<strong>en</strong>tal illness: a randomised controlledtrial. Lancet 2007; 370(9593):1146-1152.Cook JA. Employm<strong>en</strong>t barriers for persons with psychiatric disabilities: update of a report for the Presid<strong>en</strong>t's Commission. Psychiatr Serv 2006; 57(10):1391-1405.Katz LJ, Geckle M, Goldstein G, Eich<strong>en</strong>muller A. A survey of perceptions and practice: Interag<strong>en</strong>cy collaboration and rehabilitation of persons with long-term m<strong>en</strong>tal illness.113


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>Rehabilitation Counseling Bulletin 1990; 33(4):290-300.Murphy AA, Mull<strong>en</strong> MG, Spagnolo AB. Enhancing Individual Placem<strong>en</strong>t and Support: Promoting Job T<strong>en</strong>ure by Integrating Natural Supports and Supported Education.5American Journal of Psychiatric Rehabilitation 2005; 8(1):37-61.Nuechterlein KH, Subotnik KL, Turner LR, V<strong>en</strong>tura J, Becker DR, Drake RE. Individual placem<strong>en</strong>t and support for individuals with rec<strong>en</strong>t-onset schizophr<strong>en</strong>ia: integratingsupported education and supported employm<strong>en</strong>t. Psychiatr Rehabil J 2008; 31(4):340-349.10Taylor S. Integrating vocational services within therapeutic community treatm<strong>en</strong>t. Therapeutic Communities 2008; 29(1):76-82.Tsang HWH, Fung KMT, Leung AY, Li SMY, Cheung WM. Three year follow-up study of an integrated supported employm<strong>en</strong>t for individuals with severe m<strong>en</strong>tal illness.Australian & New Zealand Journal of Psychiatry 2010; 44(1):49-58.114


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>BIJLAGE 2510152025Verslag focusgroep<strong>en</strong>Doel <strong>en</strong> opzetDoel van de focusgroep<strong>en</strong> is om meer inzicht te krijg<strong>en</strong> in de visie <strong>en</strong> standpunt<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong>/werknemers, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> re-integratieprofessionals. De focusgroep<strong>en</strong> zijngehoud<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> 4-stapp<strong>en</strong> plan. De 4 stapp<strong>en</strong> zijn: exploratie, verdieping,verbinding & dialoog, <strong>en</strong> integratie. Hieronder zull<strong>en</strong> de 4 stapp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegelicht.1. Exploratie: Dit houdt de exploratie van knelpunt<strong>en</strong> onder cliënt<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong>professionals in brede zin in. Aan h<strong>en</strong> is gevraagd e<strong>en</strong> waardering te gev<strong>en</strong> aan deknelpunt<strong>en</strong> die zij zelf naar vor<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> alsmede de uitgangsvrag<strong>en</strong> die algeformuleerd zijn. Dit di<strong>en</strong>t ter validatie van de reeds geformuleerde uitgangsvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong>kan aanvull<strong>en</strong>de informatie oplever<strong>en</strong>, die meer inzicht geeft in de perspectiev<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals.2. Verdieping: Tijd<strong>en</strong>s deze stap is dieper ingegaan op de belangrijkste onderwerp<strong>en</strong>die uit de exploratiefase naar vor<strong>en</strong> zijn gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn de uitgangsvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong>knelpunt<strong>en</strong> verder uitgediept. Hierdoor is inzicht verkreg<strong>en</strong> in de perspectiev<strong>en</strong> vancliënt<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals met betrekking tot specifieke aandachtspunt<strong>en</strong>.3. Verbinding <strong>en</strong> dialoog: Hierin zijn cliënt<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals met elkaarin dialoog gegaan om inzicht in elkaars perspectief te krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong>verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> deze perspectiev<strong>en</strong> zichtbaar te mak<strong>en</strong>.4. Integratie met richtlijn: Cliënt<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals hebb<strong>en</strong> de uitkomst<strong>en</strong>van de dialoog besprok<strong>en</strong>. Ook is aan de orde gekom<strong>en</strong> hoe de resultat<strong>en</strong> van defocusgroep<strong>en</strong> in de richtlijn geïntegreerd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn overige overweging<strong>en</strong>geformuleerd.3035Stapp<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 2 (exploratie <strong>en</strong> verdieping) hebb<strong>en</strong> in de beginfase van derichtlijnontwikkeling plaatsgevond<strong>en</strong>. Er zijn vier bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> georganiseerd: éénmet cliënt<strong>en</strong>/werknemers, één met ervaringsdeskundig<strong>en</strong>, één met familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> éénmet professionals. In het eerste deel van de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> stond de exploratiec<strong>en</strong>traal, in het tweede deel is ingegaan op de verdieping van uitgangsvrag<strong>en</strong>. Fase 3<strong>en</strong> 4 (dialoog <strong>en</strong> integratie) hebb<strong>en</strong> later in het proces van richtlijnontwikkelingplaatsgevond<strong>en</strong>. In dit kader is e<strong>en</strong> dialoogbije<strong>en</strong>komst georganiseerd, waarbijcliënt<strong>en</strong>/werknemers, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals ideeën <strong>en</strong> opvatting<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>uitgewisseld <strong>en</strong> overige overweging<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geformuleerd. Vaniedere bije<strong>en</strong>komst is verslag gedaan naar de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de kerngroep.4045Resultat<strong>en</strong> focusgroep met cliënt<strong>en</strong>/werknemersDe focusgroep begon met e<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing waarin acht cliënt<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gevraagd naar deknelpunt<strong>en</strong> op het gebied van werk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing. Inonderstaande tekstbox wordt e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van de knelpunt<strong>en</strong> die door decliënt<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> zijn gebracht.<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> moeheid, gebrek aan rustperiod<strong>en</strong>, druk te hoog, belemmering<strong>en</strong> in115


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>werkaanpak, conc<strong>en</strong>tratie, niet uitdag<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>oeg, moeite afbak<strong>en</strong>ing tak<strong>en</strong>,weinig begrip <strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>, sociale interactie, onthoud<strong>en</strong>, angst, schakel<strong>en</strong>5Vervolg<strong>en</strong>s gav<strong>en</strong> de cliënt<strong>en</strong> aan welke knelpunt<strong>en</strong> zij het meest belangrijk vond<strong>en</strong>.Deze knelpunt<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gevat in drie thema’s, die in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ing verderverdiept werd<strong>en</strong>. Hieronder volgt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de drie thema’s <strong>en</strong> detoelichting daarop.10Omgaan met beperking<strong>en</strong> in het werkDoordat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing veel last hebb<strong>en</strong> van stress,prikkels, slaapgebrek <strong>en</strong> soms de gevolg<strong>en</strong> van middel<strong>en</strong>misbruik, kunn<strong>en</strong> ze niet‘normaal’ functioner<strong>en</strong>. Dit leidt vaak tot onbegrip van de omgeving, overbelasting,afsluiting <strong>en</strong> passiviteit. Mogelijke oplossing<strong>en</strong> die door cliënt<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangedrag<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> betrekking op medicijntrouw, activiteit<strong>en</strong> ter ontspanning, gepaste woon- <strong>en</strong>werkomgeving <strong>en</strong> het bied<strong>en</strong> van structuur.1520Onvoldo<strong>en</strong>de afstemming werk op persoonDe cliënt<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> aan dat aanpassing<strong>en</strong> op de werkplek vaak ontbrek<strong>en</strong>. Daarnaasthebb<strong>en</strong> zij het idee dat werkgevers vaak niet wet<strong>en</strong> wat er nodig is <strong>en</strong> weinig zichthebb<strong>en</strong> op het dagelijks functioner<strong>en</strong> van de werknemer. Door het gebrek aanafstemming van werk op de persoon kunn<strong>en</strong> verkeerde inschatting<strong>en</strong> gemaakt word<strong>en</strong>van de mogelijkhed<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> werknemer <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zij onder- of overbelast rak<strong>en</strong>,waardoor klacht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vererger<strong>en</strong>. Oplossing<strong>en</strong> die de deelnemers aandroeg<strong>en</strong>,hadd<strong>en</strong> betrekking op de mogelijkheid voor e<strong>en</strong> time-out, contact met de jobcoach<strong>en</strong>/of behandelaar, het aanpass<strong>en</strong> van arbeidstijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> rustkamer op de werkplek.253035Ge<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> voor ontwikkeling <strong>en</strong> ontplooiingCliënt<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> dat er nauwelijks mogelijkhed<strong>en</strong> zijn voor ontwikkeling <strong>en</strong> ontplooiing inhet werk. Dit komt deels doordat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> vaake<strong>en</strong> andere werkaanpak hebb<strong>en</strong>, die niet door de werkgever geaccepteerd wordt.Daarnaast zijn de tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> van deze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vaak niet bek<strong>en</strong>d bij dewerkgever. Volg<strong>en</strong>s de deelnemers van de focusgroep heeft dit te mak<strong>en</strong> met het etiketdat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>; dit weegt zwaarder dan hun compet<strong>en</strong>ties. De gevolg<strong>en</strong> van hetgebrek aan mogelijkhed<strong>en</strong> voor ontwikkeling <strong>en</strong> ontplooiing zijn e<strong>en</strong> verlies vanarbeidsvreugde <strong>en</strong> motivatie <strong>en</strong> economisch verlies. Mogelijke oplossing<strong>en</strong> war<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s de cliënt<strong>en</strong>: ruimte gev<strong>en</strong>, goede werkbegeleiding <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiesinv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van de cliënt<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verdeeld over het nut van het aldan niet bek<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van hun problematiek op het werk.40Resultat<strong>en</strong> focusgroep met ervaringsdeskundig<strong>en</strong>De focusgroep begon met e<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing waarin ti<strong>en</strong> ervaringsdeskundig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>gevraagd naar de knelpunt<strong>en</strong> op het gebied van werk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing. In onderstaande tekstbox wordt e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van de knelpunt<strong>en</strong>die door de ervaringsdeskundig<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> zijn gebracht.financiën, geloofwaardigheid, als anders gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, stigma, beeldvorming,116


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>opstart nieuwe baan, onvoldo<strong>en</strong>de begeleiding <strong>en</strong> coaching, draagkracht,werktijd<strong>en</strong>, gat in CV, continuïteit moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>, uitval, gebrek aanruimte <strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>, onbek<strong>en</strong>dheid psychiatrie werkgever5Vervolg<strong>en</strong>s gav<strong>en</strong> de deelnemers aan welke knelpunt<strong>en</strong> zij het meest belangrijkvond<strong>en</strong>. Deze knelpunt<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gevat in drie thema’s, die in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ingverder verdiept werd<strong>en</strong>. Hieronder volgt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de drie thema’s <strong>en</strong> detoelichting daarop.1015Beeldvorming <strong>en</strong> stigmaDe ervaringsdeskundig<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> aan dat veel problem<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> rondom debeeldvorming bij ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Zij d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat er sprake is vannegatieve beeldvorm<strong>en</strong> door vooroordel<strong>en</strong>, angst <strong>en</strong> onzekerheid, negatieve ervaring<strong>en</strong>,gemakzucht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gebrek aan k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> kunde. Als gevolg hiervan ligt de nadruk bijm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> vooral op hun beperking<strong>en</strong> in plaats vanhun capaciteit<strong>en</strong>. Als oplossing<strong>en</strong> rad<strong>en</strong> ervaringsdeskundig<strong>en</strong> aan de focus te legg<strong>en</strong>op de capaciteit<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong>, voorlichting <strong>en</strong> scholing te gev<strong>en</strong> over <strong>psychische</strong>problematiek <strong>en</strong> ervaringsdeskundig<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> helikoptervisie in te zett<strong>en</strong>. Daarbij ishet belangrijk dat empowerm<strong>en</strong>t van cliënt<strong>en</strong> plaatsvindt <strong>en</strong> dat gekek<strong>en</strong> wordt naarbest-practices op dit gebied.2025303540Gebrek aan werkaanpassing<strong>en</strong>M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gebrek aan aanpassing<strong>en</strong>op het werk. De ervaringsdeskundig<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan dat dit onder andere komt door d<strong>en</strong>egatieve beeldvorming rondom de psychiatrie. Daarnaast is er e<strong>en</strong> slechte toegang totvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> is er onbek<strong>en</strong>dheid bij zowel werkgever als werknemer over demogelijkhed<strong>en</strong> voor werkaanpassing<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> weet m<strong>en</strong> vaak niet welkeaanpassing<strong>en</strong> nodig zijn. Als oorzaak hiervan word<strong>en</strong> de onzichtbaarheid <strong>en</strong>onvoorspelbaarheid van de beperking<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> het gebrek aan zelfacceptatie <strong>en</strong>ziekte-inzicht bij cliënt<strong>en</strong>. Oplossing<strong>en</strong> die door de ervaringsdeskundig<strong>en</strong> word<strong>en</strong>aangedrag<strong>en</strong> zijn integraal werk<strong>en</strong> (sam<strong>en</strong>werking), bevorder<strong>en</strong> zelfregie <strong>en</strong>empowerm<strong>en</strong>t <strong>en</strong> anti-stigmabeleid.Problem<strong>en</strong> rond uitkering(sinstanties)Ervaringsdeskundig<strong>en</strong> signaler<strong>en</strong> veel knelpunt<strong>en</strong> rondom uitkering<strong>en</strong> <strong>en</strong>uitkeringsinstanties. T<strong>en</strong> eerste gev<strong>en</strong> zij aan dat deze instanties niet naar depersoonlijke kwaliteit<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> komt dit door ondeskundigheidvan het personeel, stigma <strong>en</strong> het niet vraaggericht werk<strong>en</strong> van instanties. Deproblem<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> zijn daarbij het uitgangspunt in plaats van de mogelijkhed<strong>en</strong>.Hierdoor word<strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong> in de patiënt<strong>en</strong>rol geduwd <strong>en</strong> word<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> ontnom<strong>en</strong>.Daarnaast gev<strong>en</strong> ervaringsdeskundig<strong>en</strong> aan dat er vaak te hoge verwachting<strong>en</strong> zijn vancliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zorgt het verplichte karakter van het traject voor veel stress <strong>en</strong> extrabelasting. Dit kan ertoe leid<strong>en</strong> dat de klacht<strong>en</strong> vererger<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>gedemotiveerd rak<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> wordt het re-integratietraject vaak te vroeg ingezetvolg<strong>en</strong>s de ervaringsdeskundig<strong>en</strong>. Verder is er vooral sprake van onduidelijkheid <strong>en</strong>miscommunicatie door te veel instanties, ingewikkelde formulier<strong>en</strong>, gat tuss<strong>en</strong> wet- <strong>en</strong>117


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510regelgeving, slecht afgestemde wett<strong>en</strong>, gebrek aan sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> slechtecommunicatie binn<strong>en</strong> organisaties. Mogelijke oplossing<strong>en</strong> die voor dit probleemg<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>, zijn: scholing, nadruk op het behoud van werk <strong>en</strong> de inzet vanervaringsdeskundig<strong>en</strong> bij de betrokk<strong>en</strong> organisaties.Resultat<strong>en</strong> focusgroep met familieled<strong>en</strong>/naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>De focusgroep begon met e<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing waarin neg<strong>en</strong> naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong>gevraagd naar de knelpunt<strong>en</strong> op het gebied van werk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing. In onderstaande tekstbox wordt e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van de knelpunt<strong>en</strong>die door de naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gebracht.<strong>Werk</strong>druk/stress, spanning/lawaai/drukte, <strong>en</strong>ergieverdeling, spanning op dewerkvloer, onvoldo<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>nis van problematiek, begeleiding op afstand, ge<strong>en</strong>werkaanpassing<strong>en</strong>, onvoldo<strong>en</strong>de training/gew<strong>en</strong>tijd, slecht klimaat binn<strong>en</strong> bedrijf,ruzie tuss<strong>en</strong> werknemers, gebrek aan goede werkplekk<strong>en</strong>, werk b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> stand,problem<strong>en</strong> met conc<strong>en</strong>tratie, ge<strong>en</strong> vast contract, moeite met op tijd kom<strong>en</strong>,stemm<strong>en</strong>, weinig communicatie15Vervolg<strong>en</strong>s gav<strong>en</strong> de naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> aan welke knelpunt<strong>en</strong> zij het meest belangrijkvond<strong>en</strong>. Deze knelpunt<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gevat in drie thema’s, die in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ingverder verdiept werd<strong>en</strong>. Hieronder volgt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de drie thema’s <strong>en</strong> detoelichting daarop.202530Rol naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>De rol van de naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> is problematisch doordat er veel tijd <strong>en</strong> inzet van h<strong>en</strong>gevraagd wordt. Zij wijt<strong>en</strong> dit aan het gebrek aan maatschappelijke ondersteuning, hetontbrek<strong>en</strong> van daginvulling voor de cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ingewikkelde wetgeving. Daarnaastervar<strong>en</strong> zij misbruik van privacy. Door deze problem<strong>en</strong> bestaat het gevaar datnaastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> overbelast rak<strong>en</strong> <strong>en</strong> afhak<strong>en</strong>. Zij kunn<strong>en</strong> zich hierdoor slachtoffer vande situatie voel<strong>en</strong>. Soms levert h<strong>en</strong> dit echter ook positieve ervaring<strong>en</strong> op. D<strong>en</strong>aastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> rad<strong>en</strong> aan om als naastbetrokk<strong>en</strong>e het zorgplan van de cliënt<strong>en</strong> op teeis<strong>en</strong> <strong>en</strong> het traject te volg<strong>en</strong>. Ook d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> zij dat het koppel<strong>en</strong> van het PGB(persoonsgebond<strong>en</strong> budget) aan werk, problem<strong>en</strong> kan oploss<strong>en</strong>. Daarnaast rad<strong>en</strong> zijaan proeftuin<strong>en</strong> op te zett<strong>en</strong> met kleinschalige werkvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> voor cliënt<strong>en</strong> onderbegeleiding van naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte rad<strong>en</strong> naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> aan deTriadekaart van Ypsilon te gebruik<strong>en</strong>.3540GGz-hulpverl<strong>en</strong>ersNaastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> soms moeite met de bejeg<strong>en</strong>ing van GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers naarcliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>. Daarnaast vind<strong>en</strong> naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> dat GGzhulpverl<strong>en</strong>ersweinig aandacht hebb<strong>en</strong> voor werkgerelateerde aspect<strong>en</strong>. Dit komt omdater binn<strong>en</strong> de GGz weinig aandacht is voor het gezonde gedeelte van e<strong>en</strong> individu <strong>en</strong> d<strong>en</strong>adruk ligt op ‘pill<strong>en</strong> <strong>en</strong> prat<strong>en</strong>’. Verder vind<strong>en</strong> naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> dat niet goed wordtsam<strong>en</strong>gewerkt tuss<strong>en</strong> de hulpverl<strong>en</strong>ers, waarbij verantwoordelijkhed<strong>en</strong> vaak word<strong>en</strong>verschov<strong>en</strong>. De gevolg<strong>en</strong> van de problem<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> slechte relatie van de hulpverl<strong>en</strong>ermet de cliënt, gebrek aan zichtbare resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> nadruk op de beperking<strong>en</strong> van118


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>cliënt<strong>en</strong>. Als mogelijke oplossing<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> de naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>: luister<strong>en</strong> naarcliënt<strong>en</strong> (door hulpverl<strong>en</strong>ers) <strong>en</strong> nadruk op het gezonde gedeelte van e<strong>en</strong> cliënt.510Cliëntgerichte aanpakNaastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> het als e<strong>en</strong> knelpunt dat er op de werkplek ge<strong>en</strong>cliëntgerichte aanpak is. Zij vind<strong>en</strong> dat er weinig aandacht is voor de behoeft<strong>en</strong> van decliënt<strong>en</strong>, zoals e<strong>en</strong> rustige werkplek, moeite met op tijd kom<strong>en</strong>, pass<strong>en</strong>d werk <strong>en</strong>flexibiliteit. Volg<strong>en</strong>s de deelnemers komt dit door angst voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die ‘anders’ zijn <strong>en</strong>ondeskundigheid. Doordat er ge<strong>en</strong> cliëntgerichte aanpak is, ontstaat er bij cliënt<strong>en</strong>frustratie, stress <strong>en</strong> onzekerheid. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zij hierdoor extra geconfronteerdmet hun beperking<strong>en</strong>. Naastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat mogelijke oplossing<strong>en</strong> zijn dat demogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat voorlichtingwordt gegev<strong>en</strong> op de werkplek.1520Resultat<strong>en</strong> focusgroep met professionalsDe focusgroep begon met e<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing waarin zev<strong>en</strong> professionals (GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers<strong>en</strong> re-integratieprofessionals) werd<strong>en</strong> gevraagd naar de knelpunt<strong>en</strong> op het gebied vanwerk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing. In onderstaande tekstbox wordt e<strong>en</strong>overzicht gegev<strong>en</strong> van de knelpunt<strong>en</strong> die door de professionals naar vor<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>gebracht.disclosure, weinig inzicht in aando<strong>en</strong>ing, gebrek aan ondersteuning, financieringvan de ondersteuning, nieuwe rol cliënt, lange duur behandeltraject<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong>comp<strong>en</strong>satie van beperking<strong>en</strong>, discontinuïteit begeleiding, weinig informatie vanbehandelaars, onvoldo<strong>en</strong>de hulp voor werkgevers25Vervolg<strong>en</strong>s gav<strong>en</strong> de professionals aan welke knelpunt<strong>en</strong> zij het meest belangrijkvond<strong>en</strong>. Deze knelpunt<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gevat in drie thema’s, die in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ingverder verdiept werd<strong>en</strong>. Hieronder volgt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de drie thema’s <strong>en</strong> detoelichting daarop.303540Ondersteuning bij werkProfessionals id<strong>en</strong>tificeerd<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> zowel rond het vrag<strong>en</strong> als het bied<strong>en</strong> vanondersteuning aan cliënt<strong>en</strong> bij werk. Soms is ondersteuning niet beschikbaar door e<strong>en</strong>gebrek aan financiering. In andere gevall<strong>en</strong> is niet bek<strong>en</strong>d dat ondersteuning mogelijkis door e<strong>en</strong> gebrek aan k<strong>en</strong>nis. Daarnaast komt het voor dat ondersteuning nietgew<strong>en</strong>st is, hoewel dit mogelijk wel nodig is. E<strong>en</strong> red<strong>en</strong> hiervoor is de angstgestigmatiseerd te word<strong>en</strong>, waardoor de cliënt zijn problematiek niet bij zijn werkgeverbek<strong>en</strong>d wil mak<strong>en</strong>. Andere red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> gebrek aan ziekteinzicht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gebrek aank<strong>en</strong>nis. Doordat ondersteuning niet gebod<strong>en</strong> of gevraagd wordt, mak<strong>en</strong> cliënt<strong>en</strong> mindergebruik van voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> is er minder goede aansluiting bij de behandeling. Ookkan dit leid<strong>en</strong> tot baanverlies. Oplossing<strong>en</strong> die door de professionals werd<strong>en</strong>aangedrag<strong>en</strong> zijn: meer informatie over mogelijkhed<strong>en</strong> voor ondersteuning, goedefinanciering, cliëntvolg<strong>en</strong>d budget (integraal <strong>en</strong> fasevolg<strong>en</strong>d) <strong>en</strong> goede sam<strong>en</strong>werkingtuss<strong>en</strong> alle betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong>.119


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510152025DisclosureDe professionals gav<strong>en</strong> aan dat er problem<strong>en</strong> zijn rondom disclosure (op<strong>en</strong>heid over deaando<strong>en</strong>ing). Dit houdt in dat cliënt<strong>en</strong> hun problematiek vaak niet bek<strong>en</strong>d will<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>aan de werkgever uit angst gestigmatiseerd te word<strong>en</strong>. Als gevolg hiervan, krijgt decliënt vaak ge<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt hij tekort gedaan. Daarnaast wekt ditverkeerde verwachting<strong>en</strong> op de werkplek wat leidt tot teleurstelling bij beide partij<strong>en</strong>.Professionals d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat de acceptatie van beperking<strong>en</strong> kan help<strong>en</strong> bij het oploss<strong>en</strong>van het disclosure probleem. Daarnaast d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> zij het kan help<strong>en</strong> om de nadruk opcompet<strong>en</strong>ties te legg<strong>en</strong> in plaats van beperking<strong>en</strong>.Sam<strong>en</strong>werking professionalsDe deelnemers van de focusgroep gav<strong>en</strong> aan dat er knelpunt<strong>en</strong> zijn rondom desam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> professionals. De sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> de bedrijfsarts <strong>en</strong> <strong>GGZ</strong>hulpverl<strong>en</strong>erswerd hier als voorbeeld aangehoud<strong>en</strong>. Het probleem in dezesam<strong>en</strong>werking is dat <strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers weinig informatie over de cliënt verstrekk<strong>en</strong>aan de bedrijfsarts. Daarnaast laat informatie vaak lang op zich wacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> is dit injargon geschrev<strong>en</strong>. Professionals d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat dit is om de privacy van de cliëntbescherm<strong>en</strong>. Daarnaast veronderstelt m<strong>en</strong> dat <strong>GGZ</strong>-hulpverl<strong>en</strong>ers werk vaak niet in hetbelang van de cliënt acht<strong>en</strong>.Resultat<strong>en</strong> dialoogbije<strong>en</strong>komstBij deze bije<strong>en</strong>komst zijn van elke focusgroep drie a vier m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aanwezig omverschill<strong>en</strong>de ideeën vanuit de diverse groep<strong>en</strong> te hor<strong>en</strong> <strong>en</strong> te besprek<strong>en</strong>. In totaal zijn14 deelnemers aanwezig. In de dialoogbije<strong>en</strong>komst werd<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> van deeerdere vier focusgroep<strong>en</strong> gepres<strong>en</strong>teerd aan de hand van de vijf uitgangsvrag<strong>en</strong> vande richtlijn. Bij elke uitgangsvraag was er geleg<strong>en</strong>heid om aanvulling<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>.Hieronder wordt e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van de aanvulling<strong>en</strong> per uitgangsvraag.30354045Zelfmanagem<strong>en</strong>t cliëntDe aanwezig<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan dat het niet alle<strong>en</strong> belangrijk is om je gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong>k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, maar deze ook bij te houd<strong>en</strong> omdat gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> in de loop van de tijd kunn<strong>en</strong>verschuiv<strong>en</strong>. Wat betreft de begeleiding bij zelfmanagem<strong>en</strong>t is het belangrijk dat ervaste begeleiding is. Door wisseling<strong>en</strong> in begeleiding is er minder overzicht inverandering<strong>en</strong> in zelfmanagem<strong>en</strong>t bij de cliënt. Als het niet ‘klikt’ met de begeleiderdi<strong>en</strong>t er ruimte te zijn om te wissel<strong>en</strong> van begeleider. Bij zelfmanagem<strong>en</strong>t is hetbelangrijk dat er aandacht is voor het organiser<strong>en</strong> van het werk in de rest van hetlev<strong>en</strong>; werk heeft grote invloed op het privélev<strong>en</strong> <strong>en</strong> andersom. Dit betek<strong>en</strong>t dat decliënt begeleiding moet krijg<strong>en</strong> bij zowel de m<strong>en</strong>tale, materiële als financiële organisatieom goed te kunn<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong> op het werk. Verder is het belangrijk dat er regelmatige<strong>en</strong> evaluatie met cliënt<strong>en</strong> plaatsvindt, waarbij di<strong>en</strong>s sterke <strong>en</strong> zwakke punt<strong>en</strong> in kaartword<strong>en</strong> gebracht. Cliënt<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zelf e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> om ervoor te zorg<strong>en</strong> dat zegeëvalueerd word<strong>en</strong>. Ook di<strong>en</strong>t bij zelfmanagem<strong>en</strong>t aandacht besteed te word<strong>en</strong> aanhet vergot<strong>en</strong> van de intrinsieke <strong>en</strong> extrinsieke motivatie. Bevestiging van ander<strong>en</strong> kanhierbij help<strong>en</strong>. Het helpt ook om zelf te bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wat je motiveert <strong>en</strong> om e<strong>en</strong>toekomstvisie of planning te hebb<strong>en</strong>. Sommige aanwezig<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan liever e<strong>en</strong>planning voor de korte termijn te hebb<strong>en</strong> dan voor de lange termijn.120


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510Beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> baanbehoudHet is voor cliënt<strong>en</strong> belangrijk om e<strong>en</strong> rolmodel te hebb<strong>en</strong>; iemand die hetzelfde meeheeft gemaakt <strong>en</strong> waar ze zich aan kunn<strong>en</strong> optrekk<strong>en</strong>. Dit kan bijvoorbeeld door contactmet ervaringsdeskundig<strong>en</strong> of via voorbeeld<strong>en</strong> in de media. Dit kan bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> help<strong>en</strong> bijhet doorbrek<strong>en</strong> van stigma. Wat betreft de media-aandacht gev<strong>en</strong> de aanwezig<strong>en</strong>echter aan dat dit stigma ook kan bevorder<strong>en</strong>. Naast dat er naar de draagkracht moetword<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong>, moet er ook specifiek gekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> naar de draaglast van e<strong>en</strong>cliënt; cliënt<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> niet overvraagd word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede balans tuss<strong>en</strong> draagkracht<strong>en</strong> draaglast is belangrijk. Hierbij moet<strong>en</strong> de verwachting<strong>en</strong> van beide kant<strong>en</strong>(werkgever <strong>en</strong> werknemer) duidelijk gemaakt word<strong>en</strong>. Verder vind<strong>en</strong> de aanwezig<strong>en</strong>dat werk financieel iets moet oplever<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat uitkering<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> langere termijngegarandeerd zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zijn.152025303540Inschatt<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties (assessm<strong>en</strong>t)Voor het inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties vind<strong>en</strong> aanwezig<strong>en</strong> vooral betrokk<strong>en</strong>heid vandirecte werkbegeleiders <strong>en</strong> collega’s op de werkvloer belangrijk. Dit geldt overig<strong>en</strong>s nietvoor iedere<strong>en</strong>; m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met autisme werk<strong>en</strong> vaak liever alle<strong>en</strong>. Bedrijfsarts<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>e<strong>en</strong> monitor<strong>en</strong>de rol spel<strong>en</strong> door regelmatig gesprekk<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> met cliënt<strong>en</strong>. Hierbijkunn<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> periodiek in kaart gebracht word<strong>en</strong>.Arbeidsdeskundig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hier ook e<strong>en</strong> rol in spel<strong>en</strong>, maar zijn soms moeilijk vind<strong>en</strong>.De aanwezig<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan dat WSW-bedrijfsart<strong>en</strong> (wet sociale werkvoorzi<strong>en</strong>ing) vaakweinig inzicht hebb<strong>en</strong> in <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>; zij lijk<strong>en</strong> vaak vooral aan hetbedrijfsbelang te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> minder aan de cliënt. Vaak zijn jobcoaches toegankelijkervoor cliënt<strong>en</strong> dan het UWV <strong>en</strong> bedrijfsarts<strong>en</strong>. Er wordt opgemerkt dat het vaak goed isom e<strong>en</strong> cliënt eerst op proef erg<strong>en</strong>s te plaats<strong>en</strong> om te kijk<strong>en</strong> hoe dit gaat. Verder moetbij het inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties gelet word<strong>en</strong> op de interesses <strong>en</strong> ambities van e<strong>en</strong>individu. Dit betek<strong>en</strong>t dat niet alle<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong> wordt wat iemand kan, maar ook wat hijof zij leuk vindt.Sam<strong>en</strong>werking actor<strong>en</strong>Het valt de aanwezig<strong>en</strong> op dat behandelar<strong>en</strong> erg terughoud<strong>en</strong>d zijn in het uitwissel<strong>en</strong>van informatie onder het mom van privacy regels. Zelfs als de cliënt toestemminghiervoor heeft gegev<strong>en</strong>, blijft de informatie-uitwisseling moeilijk. Sam<strong>en</strong>werking kane<strong>en</strong> belangrijke rol spel<strong>en</strong> bij terugval of uitval. Dit kan e<strong>en</strong> cliënt help<strong>en</strong> om op e<strong>en</strong>goede manier terug te kom<strong>en</strong>. De aanwezig<strong>en</strong> pleit<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> betere bereikbaarheidvan instanties <strong>en</strong> van <strong>GGZ</strong>-instelling<strong>en</strong>. Het zou help<strong>en</strong> wanneer zij ook in deavondur<strong>en</strong> <strong>en</strong> in week<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bereikbaar zijn voor dring<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> acute problem<strong>en</strong>.Verder wordt aangegev<strong>en</strong> dat cliënt<strong>en</strong> regelmatig teg<strong>en</strong>strijdige adviez<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> vanverschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat er verschill<strong>en</strong>de visies zijn op werkhervatting. Dit is ergverwarr<strong>en</strong>d voor cliënt<strong>en</strong>.45<strong>Werk</strong>zame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> re-integratieDe aanwezig<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> meer ruimte will<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> voor innovatieve therapieën, zoalsneurofeedback (therapie om geheug<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>). Hier zou meer budget voorbeschikbaar moet<strong>en</strong> zijn, bijvoorbeeld door e<strong>en</strong> ruimer PGB (persoonsgebond<strong>en</strong>121


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015202530budget) of via verzekeraars. Verder is het bij re-integratie belangrijk om naar desam<strong>en</strong>hang te kijk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> alle lev<strong>en</strong>sterrein<strong>en</strong>. Andere belangrijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van reintegratiezijn werkaanpassing<strong>en</strong> (bijv. rustruimte) <strong>en</strong> het creër<strong>en</strong> van ban<strong>en</strong> doorwerkgevers.Overige overweging<strong>en</strong> voor richtlijnOp basis van de resultat<strong>en</strong> van de vier focusgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> de dialoogbije<strong>en</strong>komst zijn deoverige overweging<strong>en</strong> van de richtlijn geformuleerd. Hieronder volgt e<strong>en</strong> overzicht vande overige overweging<strong>en</strong> per uitgangsvraag.Wat zijn effectieve zelfmanagem<strong>en</strong>t interv<strong>en</strong>ties voor het behoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> baan?Uit de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> kwam naar vor<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> diverse zelfmanagem<strong>en</strong>t strategieën toepass<strong>en</strong>. Op het werk prober<strong>en</strong> zijhun <strong>en</strong>ergie op e<strong>en</strong> efficiënte manier te verdel<strong>en</strong>, hun werktijd<strong>en</strong> aan te pass<strong>en</strong> <strong>en</strong>rustmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te bouw<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> het werk kunn<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hun gedrag aanpass<strong>en</strong>door gezond te lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> medicatie (tijdig) in te nem<strong>en</strong>. Daarnaast helpt het omzelfdiscipline te hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Het is belangrijk om dezegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> bij te houd<strong>en</strong> omdat ze in de loop van de tijd kunn<strong>en</strong> verschuiv<strong>en</strong>. Verderkunn<strong>en</strong> inzicht in <strong>en</strong> acceptatie van de problematiek zelfmanagem<strong>en</strong>t bevorder<strong>en</strong>. Ookhelpt het h<strong>en</strong> om te bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wat h<strong>en</strong> motiveert, waar ze voldo<strong>en</strong>ing uithal<strong>en</strong> <strong>en</strong> ome<strong>en</strong> toekomstvisie of -planning te hebb<strong>en</strong>. Dit helpt om werk aan te lat<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> bijindividuele behoeftes <strong>en</strong> interesses. T<strong>en</strong>slotte is het belangrijk om zelf initiatief t<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, door e<strong>en</strong> goede voorbereiding op gesprekk<strong>en</strong> (met bijvoorbeeld uwv) <strong>en</strong> doormet eig<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> ideeën te kom<strong>en</strong>.B<strong>en</strong>adrukt wordt dat zelfmanagem<strong>en</strong>tstrategieën eerst geleerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast. Deskundigheid <strong>en</strong> continuïteit in de begeleiding isbelangrijk: bij wisseling<strong>en</strong> in de begeleiding is er minder overzicht in vordering<strong>en</strong> inzelfmanagem<strong>en</strong>t bij de cliënt. Als het niet klikt met de begeleider di<strong>en</strong>t er ruimte te zijnom te wissel<strong>en</strong> van begeleider. In de begeleiding moet er aandacht zijn voor hetorganiser<strong>en</strong> van het werk <strong>en</strong> het privélev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wisselwerking tuss<strong>en</strong> beide. Verder ishet belangrijk dat er regelmatig e<strong>en</strong> evaluatie plaatsvindt, waarbij sterke <strong>en</strong> zwakkepunt<strong>en</strong> van de cliënt in kaart word<strong>en</strong> gebracht. Cliënt<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> er zelf mede op toezi<strong>en</strong>dat ze regelmatig geëvalueerd word<strong>en</strong>.354045Wat zijn beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> voor baanbehoud?In de eerste plaats kwam<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> als gevolg van de <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing naarvor<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met name last van conc<strong>en</strong>tratieproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> vermoeidheid.Daarnaast hebb<strong>en</strong> zij snel last van spanning<strong>en</strong>, drukte op de werkvloer <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogewerkdruk. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> het vaak moeilijk hun eig<strong>en</strong> draagkracht <strong>en</strong> draaglast in teschatt<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede balans tuss<strong>en</strong> beide is belangrijk. Hierbij moet<strong>en</strong> de verwachting<strong>en</strong>van beide kant<strong>en</strong> (werkgever <strong>en</strong> werknemer) duidelijk word<strong>en</strong> gemaakt.Daarnaast zijn er belemmering<strong>en</strong> in de werksituatie. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> nieuwebaan vaak moeite met opstart<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> behoefte aan extra training of e<strong>en</strong>gew<strong>en</strong>tijd. Op de werkvloer zijn vaak ge<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> wat betreftaangepaste werktijd<strong>en</strong> of het instell<strong>en</strong> van rustperiod<strong>en</strong>. Ook is er e<strong>en</strong> gebrek aangoede werkplekk<strong>en</strong>, waardoor het werk niet uitdag<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>oeg of b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> hun niveau122


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510is. Verder is de beeldvorming over <strong>psychische</strong> problematiek e<strong>en</strong> probleem: m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>ervar<strong>en</strong> soms weinig begrip bij collega's <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> het gevoel datze minder serieus word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.Op<strong>en</strong>heid van de cliënt naar de werkgever (disclosure) kan e<strong>en</strong> positieve invloedhebb<strong>en</strong> op baanbehoud. Door meer k<strong>en</strong>nis over de stoornis kan meer begrip gekweektword<strong>en</strong>. Het gaat hierbij vooral om meer k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> op<strong>en</strong>heid over de stoornis <strong>en</strong>/ofbijbehor<strong>en</strong>de beperking<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet specifiek over e<strong>en</strong> bepaald individu.Ook e<strong>en</strong> rolmodel zoals e<strong>en</strong> ervaringsdeskundige kan help<strong>en</strong> bij het doorbrek<strong>en</strong> vanstigma. Verder is voldo<strong>en</strong>de begeleiding op de werkplek cruciaal, ev<strong>en</strong>als e<strong>en</strong> goedeafstemming <strong>en</strong> informatie-uitwisseling tuss<strong>en</strong> werkgever, behandelaar <strong>en</strong> jobcoach.15202530Wat zijn ‘best practices’ voor het inschatt<strong>en</strong> van vaardighed<strong>en</strong> in het vind<strong>en</strong> <strong>en</strong>behoud<strong>en</strong> van werk?Uit de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> kwam naar vor<strong>en</strong> dat compet<strong>en</strong>ties soms niet goed word<strong>en</strong>ingeschat, waardoor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werk hebb<strong>en</strong> dat niet aansluit bij hun mogelijkhed<strong>en</strong>. Bijhet inschatt<strong>en</strong> van compet<strong>en</strong>ties di<strong>en</strong>t gelet te word<strong>en</strong> op de interesses <strong>en</strong> ambities vane<strong>en</strong> individu. Ook kan iemand gestimuleerd word<strong>en</strong> om zelf initiatiev<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>.Arbeidsbegeleiders <strong>en</strong> collega's kunn<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij het inschatt<strong>en</strong> vancompet<strong>en</strong>ties, omdat zij vaak e<strong>en</strong> goed beeld hebb<strong>en</strong> van iemands functioner<strong>en</strong>.Wanneer iemand lang niet gewerkt heeft, kan e<strong>en</strong> proefplaatsing zinvol zijn om tekijk<strong>en</strong> hoe het gaat. Stigma rondom de beperking<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aando<strong>en</strong>ing kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong>belemmering in het inschattingsproces vorm<strong>en</strong>, doordat hierdoor niet altijd op<strong>en</strong>gesprok<strong>en</strong> wordt over beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties. Bij de inschatting moet<strong>en</strong> decompet<strong>en</strong>ties belangrijker zijn dan de diagnose.Bij de inschatting van compet<strong>en</strong>ties spel<strong>en</strong> jobcoaches <strong>en</strong> trajectbegeleiders e<strong>en</strong>belangrijke rol: zij zijn vaak toegankelijker voor cliënt<strong>en</strong> dan bedrijfsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong>arbeidsdeskundig<strong>en</strong>. Bedrijfsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> arbeidsdeskundig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> monitor<strong>en</strong>de rolspel<strong>en</strong> door regelmatig gesprekk<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> met cliënt<strong>en</strong>, waarbij beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong>mogelijkhed<strong>en</strong> periodiek in kaart gebracht word<strong>en</strong>. Belangrijke aandachtspunt<strong>en</strong> in hetinschattingsproces zijn e<strong>en</strong> individuele b<strong>en</strong>adering (maatwerk) <strong>en</strong> continuïteit in debegeleiding.354045Wat zijn ‘best practices’ in de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong> om te kom<strong>en</strong> totwerkbehoud?Uit de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> blijkt dat er vaak gebrek is aan deskundige begeleiding, dat debegeleiding teveel op afstand is <strong>en</strong> dat er communicatieproblem<strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong> reintegratieprofessionals<strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers. Omdat de opvatting<strong>en</strong> overwerkhervatting verschill<strong>en</strong>, krijg<strong>en</strong> zij regelmatig teg<strong>en</strong>strijdige adviez<strong>en</strong> vanverschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong>. Dit schept verwarring <strong>en</strong> ondermijnt het vertrouw<strong>en</strong> in debegeleiding. E<strong>en</strong> zorgvuldigere afstemming tuss<strong>en</strong> de bedrijfsarts <strong>en</strong> de <strong>GGZ</strong>hulpverl<strong>en</strong>ersis noodzakelijk. Hulpverl<strong>en</strong>ers verstrekk<strong>en</strong> vaak weinig informatie overcliënt<strong>en</strong>, informatie laat vaak lang op zich wacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> is in jargon geschrev<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong>verbetering in de afstemming is het belangrijk dat bedrijfsarts<strong>en</strong> gerichte <strong>en</strong> specifiekevrag<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> aan hulpverl<strong>en</strong>ers <strong>en</strong> dat hulpverl<strong>en</strong>ers zorg<strong>en</strong> voor snelle <strong>en</strong> duidelijkeantwoord<strong>en</strong>. Daarnaast laat de sam<strong>en</strong>werking op het gebied van financiën (uitkering)soms te w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over.123


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510Verder di<strong>en</strong>t er meer aandacht uit te gaan naar cliënt<strong>en</strong> voor wie de re-integrati<strong>en</strong>aar werk het moeilijkst is. Het idee bestaat dat begeleiders meer aandacht bested<strong>en</strong>aan gemakkelijk plaatsbare cliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> minder moeite do<strong>en</strong> voor moeilijk plaatsbarecliënt<strong>en</strong>. Verder pleit<strong>en</strong> de deelnemers voor e<strong>en</strong> betere bereikbaarheid van instanties,met name de <strong>GGZ</strong>. Het zou help<strong>en</strong> wanneer zij ook in de avondur<strong>en</strong> <strong>en</strong> in week<strong>en</strong>d<strong>en</strong>bereikbaar zijn voor dring<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> acute problem<strong>en</strong>.Ook kan de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> professionals <strong>en</strong> familieled<strong>en</strong> (ofnaastbetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>) verbeterd word<strong>en</strong>. Familieled<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> rondom debejeg<strong>en</strong>ing door professionals <strong>en</strong> zijn van m<strong>en</strong>ing dat er te weinig aandacht is voor hunrol in het re-integratieproces. Ook vind<strong>en</strong> zij dat er weinig k<strong>en</strong>nis is van individuelecliënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat er binn<strong>en</strong> de behandeling te weinig aandacht is voor werkgerelateerdeaspect<strong>en</strong>.15202530Wat zijn werkzame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor arbeidsbegeleiding?E<strong>en</strong> goede coach is e<strong>en</strong> belangrijk elem<strong>en</strong>t van e<strong>en</strong> succesvolle interv<strong>en</strong>tie. Dit houdt indat er begrip voor de problematiek is <strong>en</strong> dat cliënt<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte ervar<strong>en</strong>.Binn<strong>en</strong> de interv<strong>en</strong>tie moet<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> van de cliënt in kaartword<strong>en</strong> gebracht, zodat het werk daarop kan word<strong>en</strong> afgestemd <strong>en</strong> zo nodigmaatregel<strong>en</strong> op de werkvloer kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong>. Te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> valt aan het creër<strong>en</strong>van e<strong>en</strong> rustige werkplek, e<strong>en</strong> terugtrekplek, het bied<strong>en</strong> van training of gew<strong>en</strong>tijd <strong>en</strong>het afstemm<strong>en</strong> van de werkdruk. Verder di<strong>en</strong>t bekek<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> hoe iemand om kangaan met spanning<strong>en</strong> op de werkvloer <strong>en</strong> het klimaat binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bedrijf. Binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong>succesvolle interv<strong>en</strong>tie wordt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s gewerkt aan empowerm<strong>en</strong>t, autonomie,zelfontplooiing <strong>en</strong> zelfmanagem<strong>en</strong>t van het individu. Wat betreft de omgeving di<strong>en</strong>t deinterv<strong>en</strong>tie zich onder andere te richt<strong>en</strong> op de financiële aspect<strong>en</strong> van werk <strong>en</strong> opmanier<strong>en</strong> om begrip bij de omgeving te creër<strong>en</strong> voor de situatie van e<strong>en</strong> cliënt,bijvoorbeeld door het gev<strong>en</strong> van uitleg hierover. Daarnaast di<strong>en</strong><strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong>verwachting<strong>en</strong> van de werkgever inzichtelijk te word<strong>en</strong> gemaakt bij de cliënt <strong>en</strong>omgekeerd, zodat afsprak<strong>en</strong> hierop kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgestemd. Ook zou er meer(financiële) ruimte moet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor innovatieve therapieën (zoals neurofeedback),die kunn<strong>en</strong> help<strong>en</strong> om het arbeidsfunctioner<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slottezoud<strong>en</strong> werkgevers zoud<strong>en</strong> meer verleid moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om ban<strong>en</strong> te creër<strong>en</strong> voordeze doelgroep.3540124


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>BIJLAGE 3Verslag casusstudies5101520Opzet casusstudiesEr zijn acht casusstudies uitgevoerd om het re-integratieproces van werknemers mete<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing in kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Hierin word<strong>en</strong> de ervaring<strong>en</strong>beschrev<strong>en</strong> van de werknemers <strong>en</strong> de actor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol vervull<strong>en</strong> of rec<strong>en</strong>telijkvervuld hebb<strong>en</strong> in het re-integratieproces. Per casus zijn drie actor<strong>en</strong> geïnterviewd: dewerknemer, de re-integratieprofessional (bv jobcoach of bedrijfsarts), <strong>en</strong> dewerkgever/leidinggev<strong>en</strong>de.Voor de casusstudies zijn werknemers geselecteerd die behor<strong>en</strong> tot de doelgroepm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ernstige <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing, nu of rec<strong>en</strong>t deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>aan e<strong>en</strong> re-integratietraject, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> betaalde baan hebb<strong>en</strong>. Verder is gezocht naarvariatie binn<strong>en</strong> de casuss<strong>en</strong> wat betreft de duur van de huidige baan (onlangs met e<strong>en</strong>baan begonn<strong>en</strong> versus al langere tijd e<strong>en</strong> baan hebb<strong>en</strong>), de aard van het traject (bvniet alle<strong>en</strong> IPS maar ook andere individuele traject<strong>en</strong>) <strong>en</strong> ervaring met uitval (bv rec<strong>en</strong>tgeruime tijd arbeidsongeschikt geweest versus al langere tijd niet arbeidsongeschiktgeweest vanwege <strong>psychische</strong> klacht<strong>en</strong>). Tev<strong>en</strong>s is gestreefd naar e<strong>en</strong> mix van jong <strong>en</strong>oud, man <strong>en</strong> vrouw, uitkeringsachtergrond <strong>en</strong> afkomst (Nederlands-buit<strong>en</strong>lands).Geschikte casuss<strong>en</strong> zijn gezocht via re-integratiebedrijv<strong>en</strong>, jobcoachorganisaties,casemanagem<strong>en</strong>t teams <strong>en</strong> arbodi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>.2530Per casus is e<strong>en</strong> gevalsbeschrijving opgesteld, die is voorgelegd aan led<strong>en</strong> van dekerngroep. Zij hebb<strong>en</strong> de casuss<strong>en</strong> beoordeeld op volledigheid <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>devrag<strong>en</strong> geformuleerd die in het kader van de richtlijn van belang zijn. Deze vrag<strong>en</strong> zijnmeeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de tweede interviewronde, die e<strong>en</strong> half jaar later heeft plaatsgevond<strong>en</strong>.In dit kader zijn de werknemer <strong>en</strong> de professional opnieuw b<strong>en</strong>aderd voor e<strong>en</strong>interview. In dit interview (met werknemer <strong>en</strong> professional sam<strong>en</strong>) is tev<strong>en</strong>steruggeblikt op ontwikkeling<strong>en</strong> die het afgelop<strong>en</strong> half jaar hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>. Deresultat<strong>en</strong> van de eerste <strong>en</strong> tweede ronde zijn beschrev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geïntegreerd verslag<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> de basis voor de in de richtlijn geformuleerde overige overweging<strong>en</strong>.3540In dit verslag wordt eerst e<strong>en</strong> korte beschrijving gegev<strong>en</strong> van de casuss<strong>en</strong>, om e<strong>en</strong>beeld te krijg<strong>en</strong> van de werknemers die hebb<strong>en</strong> deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan de studie. Vervolg<strong>en</strong>sword<strong>en</strong> per uitgangsvraag van de richtlijn de belangrijkste bevinding<strong>en</strong> uit de casuss<strong>en</strong>beschrev<strong>en</strong>. Per uitgangvraag word<strong>en</strong> één of meer overige overweging<strong>en</strong> geformuleerdvoor de richtlijn.Achtergrond werknemers45In deze paragraaf word<strong>en</strong> in het kort de achtergrond<strong>en</strong> van de werknemers beschrev<strong>en</strong>die aan de casusstudie hebb<strong>en</strong> deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.Casus 1: D is e<strong>en</strong> 21-jarige ongehuwde jong<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>landse afkomst. Hij werktparttime als vulploeg medewerker. Hij heeft e<strong>en</strong> psychose gehad <strong>en</strong> is daarvooropg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> geweest.125


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>51015Casus 2. N is e<strong>en</strong> 37-jarige ongehuwde vrouw van Nederlandse afkomst. Zij werkt(met e<strong>en</strong> tijdelijk contract) als activiteit<strong>en</strong>begeleider. N heeft e<strong>en</strong> persoonlijkheidsstoornis(borderline) <strong>en</strong> is hiervoor jar<strong>en</strong>lang bij de GGz in zorg geweest.Casus 3. R is e<strong>en</strong> 49-jarige getrouwde man met vier kinder<strong>en</strong>. Hij is in di<strong>en</strong>st alsservice monteur. R is meerdere mal<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> psychose terechtgekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> isdepressief.Casus 4. M is e<strong>en</strong> 44-jarige vrouw, gehuwd <strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> kind. Ze werkt parttime alsservicemedewerkster. M heeft e<strong>en</strong> psychose doorgemaakt <strong>en</strong> is depressief.Casus 5: I is e<strong>en</strong> 34-jarige ongehuwde vrouw van Nederlandse afkomst. Ze iswerkzaam als managem<strong>en</strong>t assist<strong>en</strong>t. I is vanwege e<strong>en</strong> persoonlijkheidsstoornis(borderline) opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> geweest.Casus 6. T is e<strong>en</strong> man van 33 jaar, ongehuwd <strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>landse afkomst. Hijwerkt als orderpikker in e<strong>en</strong> magazijn. T is voor zijn psychos<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> geweest.Casus 7: M. is e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>staande vrouw van 27 jaar van Nederlandse afkomst. Zewerkt in e<strong>en</strong> boekhandel. M. heeft e<strong>en</strong> stoornis in het autistisch spectrum <strong>en</strong> isdepressief. Hiervoor is ze e<strong>en</strong> tijd opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> geweest.Casus 8: S. is e<strong>en</strong> vrouw van 23 jaar van Nederlandse afkomst. Ze is werkzaam alskamermeisje in e<strong>en</strong> hotel. S. heeft e<strong>en</strong> eetstoornis (anorexia).20253035Zelfmanagem<strong>en</strong>tBij de meeste werknemers vorm<strong>en</strong> de <strong>psychische</strong> problem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belemmering voor hetarbeidsfunctioner<strong>en</strong>. De meest g<strong>en</strong>oemde klacht<strong>en</strong> zijn moeheid/<strong>en</strong>ergiegebrek, angst<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratieproblem<strong>en</strong>. Om met de klacht<strong>en</strong> om te gaan <strong>en</strong> terugval te voorkom<strong>en</strong>,nem<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> aantal (voorzorgs)maatregel<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het werkrustmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te bouw<strong>en</strong> of rust<strong>en</strong> direct na thuiskomst van het werk. Anderevorm<strong>en</strong> van zelfmanagem<strong>en</strong>t die g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> zijn: signal<strong>en</strong> van terugval ler<strong>en</strong>herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, ontspanning zoek<strong>en</strong> in de thuissituatie, e<strong>en</strong> vast dagritme aanhoud<strong>en</strong>,steun zoek<strong>en</strong> bij ander<strong>en</strong>, soms e<strong>en</strong> dag vrij nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> dagboek bijhoud<strong>en</strong> metgedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s over de privé- <strong>en</strong> werksituatie.Overige overweging:Uit de casusstudies komt naar vor<strong>en</strong> dat werknemers terugval prober<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>door tijd<strong>en</strong>s het werk voldo<strong>en</strong>de rustmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te bouw<strong>en</strong> of direct na thuiskomst tegaan rust<strong>en</strong>. Andere vorm<strong>en</strong> van zelfmanagem<strong>en</strong>t die g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> zijn: signal<strong>en</strong>van terugval ler<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, ontspanning zoek<strong>en</strong> in de thuissituatie, e<strong>en</strong> vastdagritme aanhoud<strong>en</strong>, steun zoek<strong>en</strong> bij ander<strong>en</strong>, soms e<strong>en</strong> dag vrij nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>dagboek bijhoud<strong>en</strong> met gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s over de privé- <strong>en</strong> werksituatie.4045Beïnvloed<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong><strong>Werk</strong>nemers, jobcoaches/trajectbegeleiders <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> diversefactor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> belemmering vorm<strong>en</strong> voor baanbehoud. In de eerste plaats factor<strong>en</strong>die te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met de werknemer. Hierbij gaat het vooral om <strong>psychische</strong>klacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daaruit voortkom<strong>en</strong>de beperking<strong>en</strong>, bijwerking<strong>en</strong> van medicatie <strong>en</strong>wisseling<strong>en</strong> in de medicatie. Daarnaast word<strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong> in de werksituatieg<strong>en</strong>oemd, zoals onregelmatige di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, deadlines <strong>en</strong> stress, ontevred<strong>en</strong>heid met hetwerk, onduidelijkheid over werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> onzekerheid over de toekomst. Deze126


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>belemmering<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s ook voor 'gewone' werknemers, maar sterker nogvoor deze doelgroep. Andere g<strong>en</strong>oemde belemmering<strong>en</strong> zijn: wet- <strong>en</strong> regelgeving (lategoedkeuring van het uwv, financiële achteruitgang), <strong>en</strong> problem<strong>en</strong> in de thuissituatie.51015202530Bevorder<strong>en</strong>d voor werkbehoud zijn vooral factor<strong>en</strong> die te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met dewerkomgeving, aanpassing<strong>en</strong> in het werk <strong>en</strong> ondersteuning. In de werksituatie gaat hetvooral om e<strong>en</strong> goede werksfeer, structuur in het werk, prettige collega's <strong>en</strong> e<strong>en</strong>ondersteun<strong>en</strong>de leidinggev<strong>en</strong>de. Daarnaast zijn werkaanpassing<strong>en</strong> zinvol om het werk<strong>en</strong> de werksituatie beter op de werknemer af te stemm<strong>en</strong>. Als aanpassing<strong>en</strong> word<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemd: maatregel<strong>en</strong> om de werkdruk te verminder<strong>en</strong>, extra pauzes, aanpassing<strong>en</strong> inde werkzaamhed<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> rustige werkomgeving, ge<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, aanpassingvan de werktijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> parttime werk<strong>en</strong>. Ook goede begeleiding <strong>en</strong> ondersteuning zijncruciale factor<strong>en</strong> voor werkbehoud. Het helpt wanneer e<strong>en</strong> werknemer inzicht heeft inde eig<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> accepteert dat hij/zij soms hulp nodig heeft.De re-integratieprofessional (met name trajectbegeleider, jobcoach of bedrijfsarts)speelt vaak e<strong>en</strong> belangrijke rol in de begeleiding, niet alle<strong>en</strong> in het ondersteun<strong>en</strong> van dewerknemer, maar ook bij het realiser<strong>en</strong> van werkaanpassing<strong>en</strong> <strong>en</strong> door leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong><strong>en</strong> collega's op de werkplek te informer<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>. Het helpt wanneer er e<strong>en</strong>vertrouw<strong>en</strong>sband is tuss<strong>en</strong> werknemer <strong>en</strong> re-integratieprofessional, als de werknemerop<strong>en</strong> is over zijn/haar beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> wanneer er e<strong>en</strong> goede afstemming is tuss<strong>en</strong>arbeidsbegeleiding <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ing.In de casuss<strong>en</strong> heeft de leidinggev<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> cruciale rol in de begeleiding, zowel inpositieve als in negatieve zin. Goede leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> slag<strong>en</strong> erin e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wicht tevind<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds de werknemer te behandel<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> 'gewoon' personeelslid, <strong>en</strong>anderzijds rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met iemands mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong>. Dezeleidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn bereid om –wanneer iemand e<strong>en</strong> terugval krijgt of onzeker isextraaandacht te bested<strong>en</strong> aan de werknemer <strong>en</strong> hem of haar vertrouw<strong>en</strong> te gev<strong>en</strong>.Wanneer e<strong>en</strong> werknemer uitvalt, houd<strong>en</strong> zij regelmatig contact met de werknemerzonder hierbij druk uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Daar staat teg<strong>en</strong>over dat leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> die nietbereid zijn om rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met de mogelijkhed<strong>en</strong> van de werknemer, juistbelemmer<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> voor werkbehoud. T<strong>en</strong> slotte kunn<strong>en</strong> ook familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong>maatjes op de werkvloer (collega's) e<strong>en</strong> bron van ondersteuning zijn.3540Overige overweging<strong>en</strong>:Uit de casuss<strong>en</strong> komt naar vor<strong>en</strong> dat werkbehoud belemmerd wordt door factor<strong>en</strong> bij dewerknemer (<strong>psychische</strong> klacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperking<strong>en</strong>, bijwerking<strong>en</strong> van medicatie <strong>en</strong>wisseling<strong>en</strong> in de medicatie), in de werksituatie (onregelmatige di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, deadlines <strong>en</strong>stress, ontevred<strong>en</strong>heid met het werk, onduidelijkheid over werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong>onzekerheid over de toekomst), door wet- <strong>en</strong> regelgeving (late goedkeuring van hetuwv, financiële achteruitgang) <strong>en</strong> problem<strong>en</strong> in de thuissituatie.45Uit de casusstudies blijkt dat werkbehoud bevorderd wordt door factor<strong>en</strong> in dewerkomgeving (goede werksfeer, structuur in het werk, prettige collega's <strong>en</strong>leidinggev<strong>en</strong>de), aanpassing<strong>en</strong> in het werk (maatregel<strong>en</strong> om de werkdruk teverminder<strong>en</strong>, extra pauzes, aanpassing<strong>en</strong> in de werkzaamhed<strong>en</strong> of werktijd<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>rustige werkomgeving, ge<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, parttime werk) <strong>en</strong> ondersteuning127


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>door re-integratieprofessionals, leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatjes op dewerkvloer.51015202530Inschatt<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiesUit de casusstudies blijkt dat re-integratieprofessionals de arbeidsvaardighed<strong>en</strong>- ofcompet<strong>en</strong>ties vooral inschatt<strong>en</strong> door middel van gesprekk<strong>en</strong> met de werknemer.Aandachtspunt<strong>en</strong> in de gesprekk<strong>en</strong> zijn het arbeidsverled<strong>en</strong>, de opleiding, de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong>interesses van de werknemer. Daarnaast word<strong>en</strong> soms specifieke vrag<strong>en</strong> gesteld oversociale vaardighed<strong>en</strong>, geheug<strong>en</strong> <strong>en</strong> het b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> van problem<strong>en</strong>. Ookwordt gekek<strong>en</strong> hoe iemand in het gesprek overkomt: is iemand sociaal vaardig,verleg<strong>en</strong> etc. Sommige professionals mak<strong>en</strong> hierbij gebruik van e<strong>en</strong> methodiek, zoalsIndividuele Plaatsing <strong>en</strong> Steun, Begeleid <strong>Werk</strong><strong>en</strong> of de Individueel VraaggerichteB<strong>en</strong>adering. Soms word<strong>en</strong> ook gesprekk<strong>en</strong> gevoerd met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in de omgeving van dewerknemer (ouders, naast<strong>en</strong>), waarin gevraagd wordt naar de kwaliteit<strong>en</strong> van dewerknemer.De inschatting van de belastbaarheid is e<strong>en</strong> proces, omdat de belastbaarheid in detijd sterk kan wissel<strong>en</strong>. De re-integratieprofessional voert gesprekk<strong>en</strong> met dewerknemer, waarin vooral gekek<strong>en</strong> wordt naar de huidige belasting, stressfactor<strong>en</strong> inhet werk, beschikbare steun, vroegere werkzaamhed<strong>en</strong>, werktempo <strong>en</strong> –functioner<strong>en</strong>,<strong>en</strong> belangrijke randvoorwaard<strong>en</strong> voor het werk. Behalve gesprekk<strong>en</strong> met de cliënt gaansommige professionals ook op de werkvloer kijk<strong>en</strong> hoe iemand functioneert <strong>en</strong> word<strong>en</strong>gesprekk<strong>en</strong> gevoerd met de leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> collega's om e<strong>en</strong> volledig beeld tekrijg<strong>en</strong> van de werknemer. Ook wordt soms gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> beroepskeuzetestof proefplaatsing om e<strong>en</strong> beeld te krijg<strong>en</strong> van wat iemand wel <strong>en</strong> niet kan.Overige overweging<strong>en</strong>:Uit de casusstudies blijkt dat re-integratieprofessionals de arbeidsvaardighed<strong>en</strong>- ofcompet<strong>en</strong>ties inschatt<strong>en</strong> door middel van gesprekk<strong>en</strong> met de werknemer.Aandachtspunt<strong>en</strong> zijn het arbeidsverled<strong>en</strong>, de opleiding, de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> interesses vande werknemer, <strong>en</strong> daarnaast de sociale vaardighed<strong>en</strong>, het geheug<strong>en</strong> <strong>en</strong>probleemanalyse. Ook wordt gekek<strong>en</strong> hoe iemand in het gesprek overkomt <strong>en</strong> wordtaan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in de omgeving (ouders, naast<strong>en</strong>) gevraagd naar de kwaliteit<strong>en</strong> van dewerknemer.3540Uit de casusstudies komt naar vor<strong>en</strong> dat de inschatting van de belastbaarheid e<strong>en</strong>proces is, omdat de belastbaarheid in de tijd sterk kan variër<strong>en</strong>. In gesprekk<strong>en</strong> met dewerknemer wordt vooral gekek<strong>en</strong> naar de huidige belasting, stressfactor<strong>en</strong> in het werk,beschikbare steun, vroegere werkzaamhed<strong>en</strong>, werktempo <strong>en</strong> –functioner<strong>en</strong>, <strong>en</strong> derandvoorwaard<strong>en</strong> voor het werk. Ook gaat m<strong>en</strong> soms op de werkvloer kijk<strong>en</strong> hoeiemand functioneert <strong>en</strong> wordt gesprok<strong>en</strong> met de leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> collega's, of wordtgebruik gemaakt van e<strong>en</strong> beroepskeuzetest of proefplaatsing.45Sam<strong>en</strong>werking actor<strong>en</strong>Uit de casuss<strong>en</strong> komt naar vor<strong>en</strong> dat werknemers met ernstige <strong>psychische</strong>aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> contact hebb<strong>en</strong> met tal van professionals: één of meer GGzhulpverl<strong>en</strong>ers(psychiater, SPV'er, casemanager, woonbegeleider), één of meer re-128


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510152025303540integratieprofessionals (jobcoach, trajectbegeleider <strong>en</strong>/of bedrijfsarts) <strong>en</strong> met e<strong>en</strong>verzekeringsarts of arbeidsdeskundige. De re-integratieprofessional is meestal de spinin het web, die contact onderhoudt met de andere professionals, met leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong><strong>en</strong> collega's op de werkvloer, <strong>en</strong> soms met familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> naast<strong>en</strong>. Jobcoaches <strong>en</strong>trajectbegeleiders die deel uitmak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> behandelteam, meld<strong>en</strong> dat de lijn<strong>en</strong> metGGz-hulpverl<strong>en</strong>ers kort zijn <strong>en</strong> dat er overe<strong>en</strong>stemming is over de behandeling.Wanneer de hulpverl<strong>en</strong>ers wel in dezelfde instelling maar niet in hetzelfde team werk<strong>en</strong>,zijn er meestal ook contact<strong>en</strong> maar minder frequ<strong>en</strong>t. Met hulpverl<strong>en</strong>ers van e<strong>en</strong> andereinstelling of vrijgevestigde hulpverl<strong>en</strong>ers is vaak weinig contact. Afstemming tuss<strong>en</strong>arbeidsbegeleiding <strong>en</strong> GGz-hulpverl<strong>en</strong>ing vind<strong>en</strong> de geïnterviewd<strong>en</strong> met name zinvol omte zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige aanpak naar de werknemer, om te overlegg<strong>en</strong> over demedicatie (met name over bijwerking<strong>en</strong> <strong>en</strong> wisseling<strong>en</strong> in medicatie), <strong>en</strong> wanneer dewerknemer e<strong>en</strong> terugval krijgt. Bedrijfsarts<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> soms contact op met debehandelaar van de werknemer, maar niet altijd. Soms vindt e<strong>en</strong> bedrijfsarts het nietnodig of heeft e<strong>en</strong> jobcoach al contact met de behandelaar.De sam<strong>en</strong>werking van re-integratieprofessionals met verzekeringsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong>arbeidsdeskundig<strong>en</strong> verloopt wissel<strong>en</strong>d. Sommige professionals gev<strong>en</strong> aan datarbeidsdeskundig<strong>en</strong> moeilijk bereikbaar zijn <strong>en</strong> dat er weinig overleg plaatsvindt. Zo iser bijvoorbeeld onduidelijkheid over herkeuring<strong>en</strong> <strong>en</strong> over beoordeling<strong>en</strong> in het kadervan e<strong>en</strong> Wajong-uitkering. In andere gevall<strong>en</strong> verloopt de sam<strong>en</strong>werking wel naartevred<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> vindt er regelmatig face-to-face contact plaats.Re-integratieprofessionals hebb<strong>en</strong> regelmatig contact met de leidinggev<strong>en</strong>de van decliënt. In de gesprekk<strong>en</strong> komt het functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> de belastbaarheid van de werknemeraan de orde, de aanpak bij werkhervatting, de werkbelasting <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuelewerkaanpassing<strong>en</strong>. In sommige gevall<strong>en</strong> informeert de professionals de leidinggev<strong>en</strong>de<strong>en</strong>/of collega's over de problem<strong>en</strong> van de werknemer <strong>en</strong> hoe zij hier het beste mee omkunn<strong>en</strong> gaan. De sam<strong>en</strong>werking verloopt meestal goed, e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer was eron<strong>en</strong>igheid tuss<strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> trajectbegeleider over het tempo vanwerkhervatting.Overige overweging:Uit de casuss<strong>en</strong> kwam naar vor<strong>en</strong> dat de re-integratieprofessional contact<strong>en</strong> onderhoudtmet andere professionals (GGz-hulpverl<strong>en</strong>ers, verzekeringsarts<strong>en</strong>,arbeidsdeskundig<strong>en</strong>), met leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> collega's op de werkvloer, <strong>en</strong> soms metfamilieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> naast<strong>en</strong>. Dit is van belang om te zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige aanpaknaar de werknemer, voor de continuïteit in de begeleiding <strong>en</strong> om te overlegg<strong>en</strong> over debegeleiding <strong>en</strong> behandeling. Korte lijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> regelmatig face-to-face contactvergemakkelijk<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>werking van re-integratieprofessionals met GGzhulpverl<strong>en</strong>ers<strong>en</strong> met verzekeringsarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> arbeidsdeskundig<strong>en</strong>. Verder is van belangdat er regelmatig contact is met de leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel de collega's van dewerknemer, met name wanneer e<strong>en</strong> werknemer (tijdelijk) minder goed functioneert.45<strong>Werk</strong>zame elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> arbeidsbegeleidingUit de casuss<strong>en</strong> blijkt dat e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>sband tuss<strong>en</strong> werknemer <strong>en</strong> reintegratieprofessionalbelangrijk is binn<strong>en</strong> de begeleiding: de werknemer moetgemotiveerd zijn om te werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> bereid zijn om hulp te accepter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de professional129


Conceptrichtlijn <strong>Werk</strong> <strong>en</strong> <strong>Ernstige</strong> <strong>psychische</strong> aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>510moet vertrouw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in de mogelijkhed<strong>en</strong> van de werknemer. Wanneer het tijdelijkslechter gaat met e<strong>en</strong> werknemer is het belangrijk dat de re-integratieprofessional snelreageert <strong>en</strong> de begeleiding int<strong>en</strong>siveert om uitval van het werk te voorkom<strong>en</strong>. Ooktijd<strong>en</strong>s de ziekte van de werknemer is int<strong>en</strong>sief contact tuss<strong>en</strong> werknemer,leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> professional noodzakelijk, om de werknemer te ondersteun<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekijk<strong>en</strong> welke randvoorwaard<strong>en</strong> nodig zijn om het werk te hervatt<strong>en</strong>. <strong>Werk</strong>hervattingvindt vaak geleidelijk plaats, waarbij de ur<strong>en</strong> langzaamaan word<strong>en</strong> opgebouwd. Ookword<strong>en</strong> (tijdelijke) werkaanpassing<strong>en</strong> gebruikt om de terugkeer naar werk tevergemakkelijk<strong>en</strong>, zoals beginn<strong>en</strong> met overzichtelijke <strong>en</strong> niet belast<strong>en</strong>dewerkzaamhed<strong>en</strong> of in e<strong>en</strong> rustige werkomgeving, of vaste in plaats van wissel<strong>en</strong>deroosters. Tijd<strong>en</strong>s de werkhervatting is e<strong>en</strong> nauwe afstemming tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiding<strong>en</strong> behandeling van belang, omdat verandering<strong>en</strong> in medicatie hun weerslag kunn<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> op het arbeidsfunctioner<strong>en</strong> van de werknemer.152025Overige overweging:Uit de casuss<strong>en</strong> blijkt dat e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>sband tuss<strong>en</strong> werknemer <strong>en</strong> re-integratieprofessionaless<strong>en</strong>tieel is in de begeleiding. Bij dreig<strong>en</strong>de uitval is het belangrijk dat dere-integratieprofessional snel reageert <strong>en</strong> de begeleiding int<strong>en</strong>siveert om uitval tevoorkom<strong>en</strong>. Ook tijd<strong>en</strong>s de ziekte van de werknemer is int<strong>en</strong>sief contact tuss<strong>en</strong>werknemer, leidinggev<strong>en</strong>de <strong>en</strong> professional noodzakelijk. Bij werkhervatting zijn devolg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van belang: e<strong>en</strong> geleidelijke opbouw van ur<strong>en</strong>, (tijdelijke)werkaanpassing<strong>en</strong> (bv start<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>voudige werkzaamhed<strong>en</strong> of in e<strong>en</strong> rustigewerkomgeving), <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nauwe afstemming tuss<strong>en</strong> arbeidsbegeleiding <strong>en</strong> behandeling(bv over bijwerking<strong>en</strong> medicatie).130

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!