NATUURGERICHTE INTELLIGENTIE Kees BothHoward Gardner, de vader van de theorie van de meervoudigeintellig<strong>en</strong>tie (MI), onderscheidt sinds 1997 ook e<strong>en</strong> ‘naturalisticintellig<strong>en</strong>ce’. Dat is hier vertaald als ‘natuurgerichteintellig<strong>en</strong>tie’. Gardner werd hiertoe geïnspireerd door grot<strong>en</strong>atuuronderzoekers, natuurbeschermers, e.a., die e<strong>en</strong> grotebetrokk<strong>en</strong>heid bij de natuur par<strong>en</strong> aan de bekwaamheid totscherp waarnem<strong>en</strong>, het herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> ord<strong>en</strong><strong>en</strong> van de groteverscheid<strong>en</strong>heid in vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>de wez<strong>en</strong>s in de natuur<strong>en</strong> het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van patron<strong>en</strong> <strong>en</strong> process<strong>en</strong> in d<strong>en</strong>atuur. Bij kinder<strong>en</strong> is dit tal<strong>en</strong>t ook waar te nem<strong>en</strong>.Binn<strong>en</strong> de J<strong>en</strong>aplantraditie is dit niet echt nieuw <strong>en</strong> kan er geput word<strong>en</strong> uit eig<strong>en</strong> beschikbare bronn<strong>en</strong> (Both,2004a <strong>en</strong> b). Het werk<strong>en</strong> met MI kan wel e<strong>en</strong> nieuwe impuls gev<strong>en</strong> aan natuuroriëntatie in J<strong>en</strong>aplanschol<strong>en</strong>.Vraag het de ding<strong>en</strong> zelf maarWe kunn<strong>en</strong> in Nederland putt<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> rijke traditie aannatuurvorsers (Van Berkel, 1998). Zowel van heel lang geled<strong>en</strong>– zoals Jan Swammerdam <strong>en</strong> Antoni van Leeuw<strong>en</strong>hoek,de beroemde 17e eeuwse pioniers van de microscopie <strong>en</strong> deev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s 17e eeuwse schilderes Maria Sybilla Merian, dielev<strong>en</strong>de insect<strong>en</strong> schilderde <strong>en</strong> daarbij belangrijke ding<strong>en</strong> ontdekteover de gedaanteverwisseling, die de wet<strong>en</strong>schappersnog niet gezi<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> (zie het jeugdboek over haar: Snoep,2008). Rec<strong>en</strong>ter bijvoorbeeld de onderwijzers Eli Heimans <strong>en</strong>Jac. P. Thijsse die rond 1900 e<strong>en</strong> nieuwe impuls gav<strong>en</strong> aannatuurstudie, natuurbescherming <strong>en</strong> het natuuronderwijs inons land <strong>en</strong> nog rec<strong>en</strong>ter de onderzoeker van diergedrag <strong>en</strong>Nobelprijswinnaar Niko Tinberg<strong>en</strong>. Tinberg<strong>en</strong> was ook zeergeïnteresseerd in opvoeding <strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> de ontwikkelingvan kinder<strong>en</strong>. Hij schreef ooit:‘Ik kan het niet nalat<strong>en</strong> hier e<strong>en</strong> kleinvoorval te vermeld<strong>en</strong>, dat, hoewelm<strong>en</strong> dat nauwelijks zou verwacht<strong>en</strong>,op grond van de literatuurover de ontwikkeling van kinder<strong>en</strong>,in mijn ervaring repres<strong>en</strong>tatiefis. E<strong>en</strong> jongetje van twaalf maand<strong>en</strong>,in gezelschap van zijn tante<strong>en</strong> grootmoeder, werd door mijgeobserveerd terwijl hij rondkroopover e<strong>en</strong>, op wat geïsoleerdejacobskruiskruidplant<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><strong>en</strong>kele distel na, kale zandhelling.Na over e<strong>en</strong> groot aantal kruiskruidplantjeste zijn he<strong>en</strong>gekrop<strong>en</strong> zondererop te reager<strong>en</strong>, kwam hij toevalligop e<strong>en</strong> distel terecht, waarvande stekelige blader<strong>en</strong> in zijn voetprikt<strong>en</strong>. Hij schrok nauwelijks merkbaarev<strong>en</strong> op, kroop eerst door, maar stopte e<strong>en</strong> seconde of watlater <strong>en</strong> keek om over zijn schouder. Vervolg<strong>en</strong>s kroop hij weerterug <strong>en</strong> wreef met zijn voet nog e<strong>en</strong> keertje over de distelplant.Daarna draaide hij zich naar de plant toe, keek er zeergeconc<strong>en</strong>treerd naar <strong>en</strong> streek er met zijn hand over he<strong>en</strong> <strong>en</strong>weer. Dit werd gevolgd door e<strong>en</strong> volmaakt controle-experim<strong>en</strong>t:hij keek rond, koos e<strong>en</strong> kruiskruidplant <strong>en</strong> raakte dezeop dezelfde manier aan. Daarna betastte hij de distel nog e<strong>en</strong>s<strong>en</strong> pas to<strong>en</strong> vervolgde hij zijn weg.Voor etholog<strong>en</strong> (biolog<strong>en</strong>/gedragsonderzoekers) is dit slechtséén van de vele voorbeeld<strong>en</strong> van het daadwerkelijk experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>van e<strong>en</strong> preverbaal kind, van e<strong>en</strong> zeer verfijndeexploratie. Toch moet het alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die kinder<strong>en</strong> observer<strong>en</strong>opvall<strong>en</strong> hoe gauw hun belangstelling voor exploratieverdwijnt wanneer ze e<strong>en</strong>maal naar school gaan.’ (Tinberg<strong>en</strong>1976, p. 197/198).In opvoeding <strong>en</strong> onderwijs met betrekking tot natuur ging hetvolg<strong>en</strong>s hem om zelf kijk<strong>en</strong>, nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> <strong>en</strong>, vooralook, vrag<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> brief schreef hij daarover: ‘Kort nade oorlog nam ik e<strong>en</strong>s Kees Boeke met e<strong>en</strong> vijftigtal kinder<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong>kele van zijn stafled<strong>en</strong> mee op e<strong>en</strong> wandelingop de Boschplaat op Terschelling. We liep<strong>en</strong> metlaagwater over het ebstrand aan de wadd<strong>en</strong>kant.Eén kind vroeg me: “Professor, komt het waterhier ook wel e<strong>en</strong>s?” (<strong>en</strong> dat terwijl we op nattestrandribbels liep<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vloedlijnhogerop duidelijk zichtbaar was).Voordat ik kon zegg<strong>en</strong> “Nou, watd<strong>en</strong>k je, kijk e<strong>en</strong>s goed om je he<strong>en</strong>?”begon e<strong>en</strong> van de lerar<strong>en</strong>, nota b<strong>en</strong>evan de Kees Boekeschool, het precies uitte legg<strong>en</strong>! Boeke <strong>en</strong> ik grinnikt<strong>en</strong> e<strong>en</strong>beetje bedroefd teg<strong>en</strong> elkaar’ (briefaan Kees Both, d.d. 1 juli 1975).Het j<strong>en</strong>aplanprincipe van ‘Vraag hetde ding<strong>en</strong> zelf maar’ is hier in hetgeding, al zull<strong>en</strong> er g<strong>en</strong>oeg kinder<strong>en</strong>zijn die je moet ondersteun<strong>en</strong> bij hetstell<strong>en</strong> van vruchtbare vrag<strong>en</strong>.NaamgevingIn het Engels wordt ‘natuurknap’ b<strong>en</strong>oemd als ‘naturalisticintellig<strong>en</strong>ce’. Het bijvoeglijk naamwoord ‘naturalistic’ isafgeleid van het zelfstandig naamwoord ‘naturalist’ (Tinberg<strong>en</strong>,1974; Beebe, 1988). E<strong>en</strong> ‘naturalist’ is e<strong>en</strong> natuurvorser24M E N S E N K I N D E R E N 114 november 2008
<strong>en</strong> dat kunn<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn die beroepsmatig bezig zijn metnatuuronderzoek, natuurbescherming, natuurbeheer, tuinier<strong>en</strong>,dier<strong>en</strong> verzorg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwante beroep<strong>en</strong>. Maar er zijn ookste<strong>en</strong>goede hobbyist<strong>en</strong> op deze gebied<strong>en</strong>. In ons taalgebiedzoud<strong>en</strong> deze natuurvorsers raar opkijk<strong>en</strong> als zij ‘naturalist’g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>!‘Naturalistisch’ is bij ons afgeleid van ‘naturalisme’, e<strong>en</strong> stromingin de kunst, bijvoorbeeld de literatuur, waarbij m<strong>en</strong> probeerdehet werkelijke lev<strong>en</strong> (van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>) zo exact mogelijk tebeschrijv<strong>en</strong>. Daarbij heeft m<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sombere visieop de maatschappij. Ook in de filosofie is er e<strong>en</strong> stroming die‘naturalisme’ g<strong>en</strong>oemd wordt <strong>en</strong> waarbij m<strong>en</strong> ervan uitgaat datalles verklaard kan word<strong>en</strong> in term<strong>en</strong> van natuurlijke oorzak<strong>en</strong>.Ongelukkig g<strong>en</strong>oeg is ‘naturalistic intellig<strong>en</strong>ce’ letterlijk vertaaldals ‘naturalistische intellig<strong>en</strong>tie’ (te beginn<strong>en</strong> in het boekvan Kagan <strong>en</strong> Kagan, 2000), wat verwarr<strong>en</strong>d is. Bij de vertalingvan het Amerikaanse boek ‘Last child in the woods’(Louv, 2007) is uit verschill<strong>en</strong>de alternatiev<strong>en</strong> voor de vertalingvan‘naturalistic intellig<strong>en</strong>ce’ gekoz<strong>en</strong> voor ‘natuurgerichteintellig<strong>en</strong>tie’.Aangebor<strong>en</strong>Onderzoekers gaan er teg<strong>en</strong>woordig van uit dat de meestekinder<strong>en</strong> al als baby van <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong>dehouding hebb<strong>en</strong>. Op grond van verfijnde waarneming<strong>en</strong> metbehulp van video <strong>en</strong> hers<strong>en</strong>scans werd opgemerkt dat dezezeer jonge kinder<strong>en</strong> heel nieuwsgierig zijn <strong>en</strong> al op zoek gaannaar regelmatighed<strong>en</strong>, c.q. patron<strong>en</strong> in hun omgeving (Gopnik,e.a., 2001). Deze onderzoek<strong>en</strong>de houding blijft alle<strong>en</strong>bewaard <strong>en</strong> kan zich verder ontwikkel<strong>en</strong> als ze gevoed wordtdoor de volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>.Veel onderzoekers gaan ook uit van e<strong>en</strong> aangebor<strong>en</strong> affiniteitvoor de natuur (‘biophilia’ = liefde voor het lev<strong>en</strong>) bij demeerderheid van de kinder<strong>en</strong> (zie Both, 2004b, p. 14/15), e<strong>en</strong>pot<strong>en</strong>tie die ook steeds gevoed moet word<strong>en</strong>.Het will<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong> van de natuur komt dus bij heel veelkinder<strong>en</strong> voor. Maar bij sommige kinder<strong>en</strong> is dit tal<strong>en</strong>t meerontwikkeld dan bij ander<strong>en</strong>. Deze laatst<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over‘natuurgerichte intellig<strong>en</strong>tie’.Heel lang geled<strong>en</strong> werd in M<strong>en</strong>s<strong>en</strong>kinder<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> overe<strong>en</strong> schoolleider, die elk kind wilde stimuler<strong>en</strong> e<strong>en</strong> specialismete ontwikkel<strong>en</strong>. Zulks ook ter verrijking van de stamgroep alsleergeme<strong>en</strong>schap. De keuzecursus is daarvoor e<strong>en</strong> hanteerbarewerkwijze. Kinder<strong>en</strong> die ‘natuurknap’ zijn kunn<strong>en</strong> viakeuzecursuss<strong>en</strong> dit tal<strong>en</strong>t verder ontwikkel<strong>en</strong>.Verscheid<strong>en</strong>heid – relaties - veranderingNatuurgerichte intellig<strong>en</strong>tie richt zich op verscheid<strong>en</strong>heid in d<strong>en</strong>atuur. Dat kan slaan op de lev<strong>en</strong>de natuur (‘biodiversiteit’),maar ook op bijvoorbeeld wolk<strong>en</strong>, bodems, metal<strong>en</strong>. Die verscheid<strong>en</strong>heidvraagt om ord<strong>en</strong><strong>en</strong>, herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong>van verschill<strong>en</strong>de ding<strong>en</strong> (met name ‘soort<strong>en</strong>’). Dat laatst<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> biolog<strong>en</strong> ‘determiner<strong>en</strong>’.Maar ook relaties zijn belangrijk, zoals het netwerk van et<strong>en</strong><strong>en</strong> geget<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sloot of de relatie tuss<strong>en</strong> de vormvan iets <strong>en</strong> het gebruik – bijvoorbeeld snavels <strong>en</strong> pot<strong>en</strong> vanvogels. En t<strong>en</strong>slotte veranderingsprocess<strong>en</strong> in de natuur, vande jaargetijd<strong>en</strong>, de lev<strong>en</strong>scyclus van plant<strong>en</strong> <strong>en</strong> dier<strong>en</strong>, etc.Verhal<strong>en</strong>Het eig<strong>en</strong> onderzoek van de ding<strong>en</strong> door de kinder<strong>en</strong> kan aangevuldword<strong>en</strong> door verhal<strong>en</strong> over hoe onderzoekers – zowelberoeps als hobbyist – onderzoek do<strong>en</strong>, aan de hand van e<strong>en</strong>mooi voorbeeld (Both, 1991). Zulke verhal<strong>en</strong> voor kinder<strong>en</strong>moet<strong>en</strong> nog ontwikkeld word<strong>en</strong>. Het basismateriaal daarvooris voorhand<strong>en</strong>.Nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over ‘natuurgerichte intellig<strong>en</strong>tie’ in deeig<strong>en</strong> schoolOnze J<strong>en</strong>aplanschool <strong>en</strong> de natuur: stelling<strong>en</strong>1. Het onderzoek<strong>en</strong> van de ding<strong>en</strong> zelf (‘vraag het deding<strong>en</strong> zelf maar’), dus aan de hand van de primairebronn<strong>en</strong>, is bij ons goed ontwikkeld, ook <strong>en</strong> zeker metbetrekking tot plant<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> <strong>en</strong> natuurverschijnsel<strong>en</strong>.2. Onderzoek<strong>en</strong> van de ding<strong>en</strong> zelf vindt vooral plaats inde natuurlijke context <strong>en</strong> dat is voor ‘natuur’ buit<strong>en</strong>:veldwerk/ex-cursies in de schoolomgeving, naar park<strong>en</strong>,natuurgebied<strong>en</strong>, etc.3. We hal<strong>en</strong> regelmatig ding<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong> in de school omdie meer gericht te kunn<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong>.4. De observatiekring is bij de studie van natuur e<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>tgebruikte ontmoetingsvorm <strong>en</strong> alle teamled<strong>en</strong>zijn hiermee vertrouwd. Observer<strong>en</strong> <strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> over deobservatie zijn regelmatig aan elkaar gekoppeld.5. Kleine huisdier<strong>en</strong> <strong>en</strong> gekweekte plant<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong>vaste plek in onze school <strong>en</strong> zijn ook voorwerp vangerichte zorg <strong>en</strong> observatie door de kinder<strong>en</strong>.6. Ervaring<strong>en</strong> met plant<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> <strong>en</strong> natuurverschijnsel<strong>en</strong>zijn bij ons e<strong>en</strong> belangrijke bron van kunstzinnige vorming,inclusief het spel<strong>en</strong> <strong>en</strong> werk<strong>en</strong> met natuurmaterial<strong>en</strong><strong>en</strong> de natuurlijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.M E N S E N K I N D E R E N 114 november 200825