1nIh9JI

3.1.1 SterktesEr is een groeiende interesse bij een ruim publiek voor eetcultuur, koken en (gezonde) voeding.Eetcultuur en het erfgoed van eten en drinken spreken veel mensen aan.Er is enorm veel erfgoed bewaard dat de geschiedenis van eten en drinken vertelt. Dehonderdduizenden objecten zitten verspreid over tientallen grote en kleine collecties in Vlaanderenen Brussel, van de Westhoek tot de Maasvallei. De passie en verzamelijver van de verzamelaars heeftveel erfgoed van de schroothoop gered.De bewaarde objecten zijn zeer verscheiden. Ze belichten een brede waaier aan thema’s, van witloofwassen en honing maken, over het bakken van koekjes en het snijden van wortels, over het verkopenvan kaas tot het drinken van bier.De collectiebeheerders bewaren niet alleen relatief oude objecten waarvan het merendeel dateertuit de periode 1918-1950. Een kleine groep collecties voert een actieve acquisitiepolitiek en verwerftook objecten van recente datum, zoals bijvoorbeeld het Openluchtmuseum Bachte de Kupe inAlveringem en het Bardelaeremuseum in Lembeke. Het gaat wel vooral om kleine voorwerpen.Het culinaire erfgoed wordt met heel wat passie bejegend. Professionele medewerkers en een grotegroep vrijwilligers zorgen als een “goede huisvader” voor hun collectie of verzameling.De collectiebeheerders willen hun kennis en expertise graag delen met andere verzamelaars,erfgoedzorgers en belangstellenden. Ze bezitten doorgaans een ruime technische kennis over hunobjecten. Ze kunnen veelal de functionaliteit ervan duidelijk uitleggen en in sommige gevallen zelfsde werking aan de bezoeker tonen.Er is een zekere dynamiek te zien in dit erfgoedveld. Zo zijn er heel wat relatief jonge publiektoegankelijke collecties die focussen op een welbepaald thema zoals bijv. het Frietmuseum teBrugge.Er is een groeiende interesse bij een ruim publiek voor eetcultuur, koken en (gezonde) voeding. Ookhet erfgoed en de erfgoedcollecties profiteren van deze toenemende aandacht. De musea vanbepaalde thema’s (bijv. frieten, chocolade, bier, etc.) ontvangen heel wat bezoekers, ook uit hetbuitenland.3.1.2 ZwaktesDe erfgoedcollecties voeding bezitten heel veel objecten, maar het gaat dikwijls om dezelfde ofgelijkaardige stukken. Chocolade- en banketvormen, keukengerei, detailverpakkingen (zoalsbierflesjes, papieren zakjes) en drinkgerei komen zo in grote aantallen voor in diverse collecties. Deperiode 1900-1950 is duidelijk het sterkst vertegenwoordigd (behalve wat betreft de categorieën‘nabewerking’ en ‘consumptie’, die een grote groep objecten uit de jongste decennia bevatten).Bij de meer recente objecten gaat het vooral om keukengerei en detailverpakking (bierflesjes); hetzijn doorgaans kleine objecten en werktuigen. Andere onderwerpen komen nauwelijks of niet aanbod. Er zijn relatief weinig objecten in de bezochte collecties die dateren uit de achttiende en eerstehelft van de negentiende eeuw. Deze objecten kunnen in andere musea zitten. Zo bezit bijvoorbeeldhet Zilvermuseum Sterckshof te Deurne zilverwerk van de 16 de eeuw tot heden. De beperkte100