amsterdam.

C 3*8 . >het rijden van den Postwagen van Amfterdam op denHage en vice verfa, tusfehen de voormaalige Regeering,van beide Plaatlen, ih dato 18 en 26 Augustus 177a,en Ampliatie in dato 10 en 27 Februarij 1786, vastgefteld, nog niet is ingetrokken, en voords, dat hetrijden van drie keeren in de week, in plaats van alledagen, is gefchied met confent van voornoemde Municipaliteiten, op inftantelijk verzoek van den Postmeester,nadat alvoorenswasgebleeken , dat het ruïneusVoor den Postmeester zoude geweest zijn, indien menhem hadde willen noodzaaken, den Postwagen alledagente laaten rijden, en kunnende zulks te meerder wordengeaccordeerd,terwijl 'er buiten dien, desgerequireerdwordende , altijd Rijdtuigen, ter dispofitie der Reizenden,aan het Posthuis te vinden waren.Eu het is om alle deze redenen, dat wij van oordeelaijn, dat de Burger D.C.van Lennep, niet kan geconüdereerdworden , een particulier Stalhouder te2ijn, maar wel dégelijk als Geöctroijeerde tot hec rijdenvan den Postwagen, met alle de voordeden daaraangeattacheerd.Hiermede vermeenen wij aan uwlieder intentie'tehebben voldaan, en zijn, nd. toewenfehing van Heil,en aanbod van Broederfchap!Het Committé van Algemeen Welzijn,Ter Ordonnantie van hetzelve:H. HUIJGHENS.Amfterdam, 20 Junij 1799.Het vijfde Jaar der Bataaffche Vrijheid.En heeft de Vergadering beflooten, zig met hetzelveRapport te conformeeren, en, dien overëenkomftig,aan den Agent voornoemd, te berichten.De Vergadering is geëindigd, des natniddags tentwee uuren , en geadjourneerd tot Maandag namiddagten half één uur.VER-