16.07.2015 Views

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

VITRUVIUS NUMMER 6 JANUARI 2009hout van zeer verschillende oorsprong deNederlandse markten te bereiken. Een deelvan deze aanvoer werd ook naar het buite<strong>nl</strong>andverhandeld, waaronder Spanje.Duits houtDe houtaanvoer vanuit het Duitse gebiednaar de Nederlanden kent een lange geschiedenisdie in de 2de eeuw met de Romeinenbegon. 17 Tijdens de Middeleeuwen speeldende Rijn, Maas, Waal, Eems en IJssel eenbelangrijke rol voor het vervoer van houtvanuit de Duitse regio naar Nederlandsegebieden. Naast eikenhout werd ook naaldhoutaangevoerd. Uit dendrochronologischonderzoek van naaldhout in een aantalgebouwen in Utrecht en Deventer blijkt datin de 13de en 14de eeuw dennenhout (Abiesalba) uit de Alpen en het zuiden vanDuitsland gebruik werd. 18 Het hout werdvoornamelijk als vlot over rivieren naarstapelmarkten of zeehavens vervoerd. Ditwas een goedkope manier en vaak ook deenige mogelijke wijze van transport. Eenbetrekkelijk kleine hoeveelheid hout werdmet schepen vervoerd. 19Een Duitse stad als Pforzheim, gelegen aande noordelijke rand van het Zwarte Woudontwikkelde zich in de 14de eeuw tot eenhandelscentrum voor gevlot naaldhout (ziefiguur 2). Het hout kwam naar Pforzheimover de rivieren Würm, Nagold en Enz, waarnahet via Neckar en Rijn naar deNederlanden ging. 20 Eenmaal in Nederlandging het hout richting de stapelmarkt vanDordrecht. Het stapelrecht van 1299 gaf dezestad het privilege om al het hout dat via Rijnen Maas aangevoerd werd te verhandelen. 21Hoewel dit recht in de 15e eeuw aan belangverloor (onder meer door de gevolgen van deSint-Elisabethsvloed in 1421), laten de tolregistersen verschillende verbeteringen in destedelijke infrastructuur zien dat in de 17deen 18de eeuwen nog aanzie<strong>nl</strong>ijke hoeveelhedenDuits hout via Dordrecht naar met namede Zaanstreek, Amsterdam en Rotterdamwerden vervoerd. 22 In het begin van de 18deeeuw werd langs de Rijn een aantalHolländer Holz-Floss-compagnieën gevestigd.In die tijd waren rijnvlotten met ee<strong>nl</strong>engte van meer dan 320 m, een breedte van50 m en een diepte van 2,20 m heel gebruikelijk.23In de Lage Landen werd Duits hout graaggebruikt als constructiehout voor huizen enschepen en in mindere mate ook voor meubilairof kunstobjecten, omdat voor deze laatsteDendrochronologie en herkomst van het houtDendrochronologie houdtzich als wetenschap bezigmet onderzoek van jaarringenin het hout. Bij daterenddendrochronologischonderzoek moeten eerstreferentiekalenders (chronologieën)voor een bepaaldgebied opgebouwd worden.In een gematigd klimaatvormt een boom elk jaar netonder de schors een nieuwegroeiring. Die is breder ineen (klimatologisch) gunstigjaar en smaller in eenongunstiger. De variatie inde breedte van jaarringengeeft een groeipatroon weer.Het principe van dendrochronologieis dat bomenvan dezelfde houtsoort diein hetzelfde gebied groeien,hetzelfde groeipatroon vertonen.Deze kunnen in eenzogenaamde ‘referentiekalender’gemiddeld worden.Door jaarringpatronen va<strong>nl</strong>evende bomen te overlappenmet die van historisch,archeologisch, en subfossielhout, kan een referentiekalenderterug in tijd wordenverlengd. De belangrijksteresultaten hiervan voor decultuurhistorische wetenschappenzijn exacte dateringenvan houten voorwerpen(bijvoorbeeld schilderijenen beelden), schepen,gebouwen, archeologischevondsten en resten vanvoormalige vegetatie. InNoord- en Midden-Europahebben de resultaten uithet onderzoek van levendebomen, monumentalegebouwen, kunsthistorischeobjecten, archeologischehoutresten en resten vansubfossiele bomen de afgelopendecennia geleid tot deontwikkeling van referentiekalendersvoor onderandere eik (Quercus sp.),grove den (Pinus sylvestris),zilverspar (Abies alba) enfijnspar (Picea abies). Ditnetwerk van referentiekalendersheeft inmiddels eennieuwe tak van jaarringonderzoekmogelijk gemaakt:de zogeheten ‘dendroprovenancing’.Deze richtinghoudt zich bezig met deherkomst van historischhout. Om de oorsprong vanhet hout te kunnen bepalen,worden lokale referentiekalendersuit bepaalde gebiedengebruikt. De meestelange historische referentiekalendersvoor Centraal- enNoord-Europa zijn echtergemaakt voor ‘dateringsdoeleinden’.Ze kwamen totstand door de middelingvan jaarringen van monstersafkomstig uit een grootgebied. Dit betekent dat zeheel goed bruikbaar zijnvoor datering, maar niet omde herkomst van hout meevast te stellen. Deze chronologieënzouden uitgesplitstmoeten worden om ze daarnaopnieuw samen te voegenvolgens hun oorsprong.Bovendien is er gebrek aanhistorische referentiekalendersvoor anderegebieden, zoals voorbijvoorbeeld het IberischSchiereiland aan de enekant van Europa en Wit-Rusland en Oekraïne aan deandere kant. In deze landenzijn de historische archievende enige bron van informatieover houthandel. Voormeer informatie overdendrochronologie zie dewebsite van Stichting Ring:www.archis.<strong>nl</strong>/RINGnieuw5 HET OPBOUWEN VAN REFERENTIEKALENDERS.(FOTO: ECKSTEIN EN WROBEL, 2008)het Baltische eikenhout favoriet was. 24 15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!