16.07.2015 Views

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

Download PDF - vakbladvitruvius.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

MVITRUVIUS NUMMER 6 JANUARI 2009van de interieurarchitect en meubelmakerNapoleon Le Grand (1857-1932), directeurvan ’t Modelhuis, wellicht in samenwerkingmet zijn zoons Henri (1903-1989), die toenjuist zijn opleiding tot architect aan deAcadémie des Beaux Arts te Parijs had voltooid,en Simon (1902-1986) die de zaak vanzijn vader zou overnemen.De invoelbaarheid van de Joodse aspectenvan de geschiedenis zijn belangrijke toegevoegdewaarden waar het zonder de kennisvan de achtergrond van de bewoners ‘slechts’een voorbeeld zou zijn van de warme sfeervan het wonen in de jaren ’20, zoals die ineen rijke bankiersfamilie gebruikelijk was. 12De waardebepaling van interieurs staat inNederland nog in de kinderschoenen, zekervan de jongere bouwkunst. Dit heeft deels temaken met achterstanden in de beschikbarekennis waardoor het soms lastig is om dewaarde van individuele voorbeelden te vergelijkenen te plaatsen in de context van nogbestaande soortgenoten. Deels is het eengebied waar intensief wordt nagedacht overde methodiek en de waarderingscriteria,hoewel het monumentale veld daar andersmee om gaat dan het museale veld. Hetinterieur wordt al jaren op basis van demonumentencriteria gewaardeerd bij bouwenarchitectuurhistorische onderzoeken ende cultuurhistorische waardestellingen dieten behoeve van verbouwingen en restauratiesgedaan worden. Bij het ICN worden de esthetische,stilistisch-kunsthistorische aspectenzwaarder meegewogen en ook nader gespecificeerdzoals bijvoorbeeld de plek van hetobject in het oeuvre van een kunstenaar. Bijmusea worden interieuronderdelen vooralbeoordeeld tegen de achtergrond van hetmuseale beleidsprofiel van de instelling inkwestie.In het kader van het project HistorischeInterieurs in Amsterdam Zuid is vooral devertaalslag van belang van professioneelbegrippenapparaat naar verstaanbare taal.Vernieuwend is daarbij dat niet alleen naarde monumentencriteria gekeken wordt(mooi, gaaf, zeldzaam, belang voor de wetenschap),maar dat de criteria die voor bewonersvan belang zijn (bijvoorbeeld gevoelswaarde,ambachtelijkheid) nader in kaartzullen worden gebracht en geanalyseerd.Tegenwoordig nemen overigens ook deskundigensteeds vaker populaire termen als‘belevingswaarde’ in de mond als het ommonumentale waarden gaat, maar de inhoudvan het begrip verdient nadere definiëring,want nu kan er van alles onder vallen: decharme van het slijtpatina, de levendigheidvan een oude vloer, maar ook het sprekendeaspect van de patronen. 13Het ligt voor de hand om bij een behoudstrategiedie uit gaat van de particulierebereidwilligheid om het interieur te behouden,andere instrumenten te bedenken dande traditionele, i.e. bescherming door hetaanwijzen van monumenten. De instrumentendie de stichting ontwikkelt worden danook in het bijzonder gericht op de doelgroepen:bewoners, gebruikers en eigenaren.Het betreft een pandspecifieke benadering incombinatie met een algemeen informatieveaanpak. Per individueel pand kunnen waardeadviezenworden opgesteld en bouwdossiersaangelegd. 14 Verder bracht de stichting afgelopenjaar een voorlichtingsbrochure 15 uitdie bedoeld is om eigenaren van bijzonderewoonhuizen te informeren over de waarde enbetekenis van historische interieurs en interieuronderdelen.Lezers wordt gewezen opde gevolgen van verbouwingen en krijgenpraktisch advies over aanpassingen en onderhouden de gevolgen van onoordeelkundigeomgang voor het verlies aan historischewaarden, onder het motto: weet wat u in huisheeft en zorg er goed voor.Ook stimuleert de voorlichtingsbrochurebewoners tot het aa<strong>nl</strong>eggen van het genoemdebouwdossier, documentatie waarin kennisover het gebouw en interieur wordt vastgelegden bijeengehouden. Zo’n dossier kanbestaan uit oude en nieuwe foto's, maar ookuit bouwtekeningen of kopieën daarvan,documentatie over verbouwingen, grootonderhoud en restauraties. Uiteraard kunnenoude verkoopcontracten, die vroeger inAmsterdam verplicht met het huis moestenworden mee verkocht, in het bouwdossiereen plaats krijgen. Ook voor de overigedocumenten is overdracht aan de volgendeeigenaren essentieel, omdat er zo geenkennisverlies over het huis op treedt. Hetidee van het bouwdossier komt voort uit defilosofie: mensen die van hun huis houdennemen er graag verantwoordelijkheid vooren willen die erfenis graag doorgeven aantoekomstige generaties bewoners.Samenvattend: de ambitievan de stichtingDe ambitie van de stichting HistorischeInterieurs in Amsterdam heeft twee speerpunten.Ten eerste het onderzoek, dus hetvergaren en vastleggen en ontwikkelen vankennis zodat de vondsten in de juiste contextkunnen worden beoordeeld en gewaardeerd.Ten tweede het ontwikkelen van een strategievoor behoud waarbij niet alleen argumenten,maar ook instrumenten worden aangedragenwaarmee eigenaars en bewoners uit de voetenkunnen.Nadat tijdens het inventarisatietraject debasisgegevens zijn verzameld en vastgelegdzal nader onderzoek worden verricht naar demakers en bewoners van de panden. Over ditonderdeel zal in 2009 een boekje verschijnenmet veel aandacht voor ‘human interest’ engericht op een breed publiek.5DE JOODSE INTERIEURARCHITECT ENDIRECTEUR VAN ‘T MODELHUIS NAPOLEONLE GRAND (1857-1932) IS CIRCA 1920GEFOTOGRAFEERD IN HET VONDELPARK(TWEEDE VAN RECHTS BOVENSTE RIJ) SAMENMET ZIJN VROUW BE LE GRAND PINKHOF(LINKS ONDER), HUN ZOON HENRI (LINKSBOVEN), DOCHTER BETSY (RECHTS ONDER)EN ANDERE FAMILIELEDEN.Het contextuele onderzoek zal resulteren ineen omvangrijker boek waarin de vondstenin hun context worden geplaatst en beoordeeldop hun cultuurhistorische waarden.Er zal aandacht worden gegeven aan deargumenten voor behoud, mede op basis vancriteria die voor bewoners van belang zijn.Ook zullen de opzet en de methodieken vanhet project worden beoordeeld op hun30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!