MIND magazine inleverversie
Filosofisch tijdschrift gemaakt door Lisa Schoenmaker als afstudeerproduct voor de opleiding Media, Informatie en Communicatie.
Filosofisch tijdschrift gemaakt door Lisa Schoenmaker als afstudeerproduct voor de opleiding Media, Informatie en Communicatie.
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
KENNISMAKEN MET...:
Het stoïcisme
Stoïcisme
“Toen ik het verlossende telefoontje kreeg dat ik degene
ben die iedere maand deze rubriek voor zijn rekening
mag nemen, hoefde ik niet lang na te denken welke stroming
ik als eerst wilde ontdekken: het stoïcisme. Ik kan
niet precies uitleggen waarom, maar iets aan deze naam
triggert mij en maakt me ontzettend nieuwsgierig.
Het eerste waar ik aan denk bij een stoïcijn is namelijk
iemand die zijn emoties verbergt of onderdrukt.
Toch geloof ik niet dat die twee eigenschappen deze
filosofische stroming het best omschrijven en daarom ga
ik op onderzoek uit.
“De stoïcijn is klaar
voor elke situatie.”
Na research op internet kom ik er al snel achter dat het
stoïcisme inderdaad niet om het onderdrukken van
emoties gaat, in tegendeel zelfs. Het stoïcisme kenmerkt
zich juist als een filosofie van maatschappelijke betrokkenheid
en moedigt aan tot liefde voor de hele mensheid
en de natuur. Ik ontdek dat het stoïcisme vooral
een praktische stroming is: het gaat om jou als mens in
jouw omgeving. Grofweg bestaat het stoïcisme uit twee
periodes die worden aangeduid als ‘De Oude Stoa’ en
‘De Jonge Stoa’. Wanneer mensen het tegenwoordig over
het stoïcisme hebben, bedoelen ze vrijwel altijd het stoïcisme
van de Jonge Stoa, waarin de focus op levensfilosofie
ligt en die populair werd in Rome. De belangrijkste
personen die voor de verspreiding van het stoïcisme
hebben gezorgd, zijn staatsman Seneca, slaaf Epictetus
en keizer Marcus Aurelius, zeer diverse mensen dus. Hieruit
kunnen we concluderen dat het niet uitmaakt welke
positie je in het leven hebt, het stoïcisme is toepasbaar
voor iedereen. Uit het boek ‘Hoe word je een stoïcijn?’
van Massimo Pigliucci leer ik dat het stoïcisme vier
belangrijke uitgangspunten heeft.
1 - Alles is een waarneming
Het eerste uitgangspunt luidt als volgt: “Alles is slechts
een waarneming en interpretatie.” Volgens de stoïcijnen
bestaat er geen goed of slecht, maar is alles in het
leven een waarneming. Deze waarnemingen verschillen
van persoon tot persoon. Iemand met een andere achtergrond
of houding dan jij, zal immers een andere interpretatie
van een waarneming hebben dan dat jij hebt.
Stel je voor dat je onderweg bent naar een belangrijk tentamen,
maar de trein onverwachts niet verder rijdt waardoor
je te laat komt en niet meer mag deelnemen. Is dit
goed of slecht? Je bent waarschijnlijk, net als ik, snel geneigd
om te denken dat dit slecht is. De stoïcijn zal zeggen:
“Het is niet goed en niet slecht”. Wat er gebeurt is neutraal,
maar jouw gedachten tegenover deze gebeurtenis maakt
het goed of slecht. Het missen van het tentamen kun je
als slecht bestempelen, maar je kan er ook voor kiezen
om het als iets positiefs te zien. Misschien biedt het je wel
de kans om het voor de volgende keer veel beter voor te
bereiden, waardoor je uiteindelijk meer leert en een hoger
cijfer haalt. De stoïcijn zal er altijd voor kiezen om elke
gebeurtenis als een kans te zien. Is je relatie over? Dan
biedt het je een kans om te ontdekken wat je nou écht
belangrijk vindt in een partner. Word je ontslagen? Dan
biedt het je een kans om een baan te zoeken die nog beter
bij jou past. Het zijn dus kortom de interpretaties en
waarnemingen die iets goed of slecht maken, dus waarom
zou je er niet voor kiezen om iets als een kans te zien?
2 - Controle
Een tweede belangrijke uitgangspunt van het stoïcisme
is dat we moeten erkennen dat sommige dingen wel en
andere dingen niet binnen ons bereik liggen en we daarnaar
moeten leven. Je moet dus onderscheid maken
tussen zaken waar je wel en zaken waar je geen controle
over hebt. Stel je voor dat je op Schiphol aankomt en je
hoort dat je vlucht is vertraagd. Had je hier iets aan kunnen
doen? Nee, dus waarom zou je je er druk om maken?
12