Hyperbare Zuurstoftherapie: Rapid Assessment - KCE
Hyperbare Zuurstoftherapie: Rapid Assessment - KCE
Hyperbare Zuurstoftherapie: Rapid Assessment - KCE
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>KCE</strong> Reports 74A <strong>Hyperbare</strong> <strong>Zuurstoftherapie</strong> iii<br />
Bij de behandeling van diabetische voetwonden kan adjuvante HBOT op middellange<br />
termijn grote amputaties helpen vermijden vergeleken met standaard therapie zonder<br />
HBOT. Bij acute doofheid gaf adjuvante HBOT een iets beter herstel wanneer de<br />
therapie vroeg genoeg werd toegepast, hoewel de klinische relevantie van de behaalde<br />
verbetering onzeker is. Ten slotte kan HBOT de heling verbeteren in bepaalde gevallen<br />
van weefselschade na radiotherapie. Voor deze drie indicaties moeten we echter<br />
wachten op grotere en correct uitgevoerde RCT’s om de wetenschappelijke<br />
bewijskracht te vergroten.<br />
Verder is er wetenschappelijk bewijs van lage kwaliteit en afkomstig van kleine en erg<br />
heterogene trials dat HBOT niet effectief is om de lange termijn neurologische gevolgen<br />
van koolstofmonoxidevergiftiging te vermijden vergeleken met normobare<br />
zuurstoftherapie. Voor de korte termijn therapeutische effectiviteit bij<br />
koolstofmonoxidevergiftiging zijn er geen RCT’s voorhanden. Het huidig gebruik van<br />
HBOT is gebaseerd op in-vitro en dierproeven en op theoretische beschouwingen.<br />
Gezien de brede consensus over de efficiëntie bij deze indicatie in hyperbare kringen<br />
zijn grote en correct uitgevoerde RCT’s vereist om voor deze indicatie tot definitieve<br />
wetenschappelijke conclusies te komen.<br />
Voor de andere vermelde indicaties ten slotte is er enkel wetenschappelijke<br />
bewijskracht van zeer lage kwaliteit of zelfs helemaal geen evidence voor de efficiëntie<br />
van adjuvante HBOT. Ondersteuning voor deze indicaties door wetenschappelijke<br />
genootschappen en zorgverzekeraars is hoofdzakelijk door consensus en alleen grotere<br />
en correct uitgevoerde RCT’s kunnen de effectiviteit van HBOT bevestigen of<br />
weerleggen.<br />
ECONOMISCHE EVALUATIE<br />
We maakten een systematisch literatuuroverzicht van de economische evaluaties van<br />
HBOT. Doel was te bepalen of adjuvante HBOT voor een aantal indicaties een<br />
doelmatige (kosten-effectieve) therapie is vergeleken met standaard therapie. Zeven<br />
volwaardige economische evaluaties behandelden vier verschillende indicaties, nl.<br />
diabetische voetwonden, necroserende weke deleninfecties, osteoradionecrose, en nietdiabetische<br />
wonden.<br />
Alle studies vertoonden ernstige tekortkomingen voor zowel de incrementele kosten<br />
als voor de berekeningen van de behaalde winst. Daarom kunnen zij hooguit worden<br />
beschouwd als een indicatie dat HBOT een doelmatige behandeling zou kunnen zijn<br />
onder heel specifieke aannames van effecten en kosten. Ze leveren geen voldoende<br />
bewijs dat HBOT ook echt doelmatig is. De mogelijkheid dat HBOT voor bepaalde<br />
indicaties klinisch effectief kan zijn, de kwaliteit van leven (Ouality of Life, QoL) kan<br />
verbeteren, en de kosten voor verzorging zou kunnen verminderen onderstreept de<br />
nood aan groot multicenter gerandomiseerd onderzoek om uit te maken of dit zo is.<br />
Naast gegevens over effectiviteit moeten ook kostengegevens van betere kwaliteit<br />
worden verzameld, want zonder adequate effectiviteits- en kostengegevens kunnen geen<br />
behoorlijke economische evaluaties worden uitgevoerd.<br />
BELGISCHE SITUATIE<br />
De Belgische ziekteverzekering betaalt de eerste en tweede dag HBOT terug. Op 1<br />
januari 2008 werd het HBOT tarief vastgesteld op €64.63 en €48.47 voor<br />
respectievelijk de eerste en tweede behandeldag. Het terugbetalingsniveau is 100%. De<br />
nomenclatuur beperkt HBOT niet uitdrukkelijk tot specifieke indicaties, maar in theorie<br />
mag HBOT alleen worden aangerekend als de patiënt zich in een levensbedreigende<br />
situatie bevindt. In de praktijk is dit voor brede interpretatie vatbaar. De uitgaven voor<br />
HBOT door de nationale ziekteverzekering zijn beperkt. In 2006 werd €83 000 betaald<br />
voor ongeveer 1 400 sessies, een gevolg van de bestaande beperkte terugbetaling. Naar<br />
schatting werden in dat jaar minder dan 9% van alle HBOT sessies terugbetaald.