Jurisprudentietijdschrift
StAB Jurisprudentietijdschrift 2004, 4
StAB Jurisprudentietijdschrift 2004, 4
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
14<br />
Milieu<br />
04-124<br />
ABRvS 30 juni 2004, nr. 200307286/1 (GS Utrecht)<br />
Wet milieubeheer, artikel 18.2, eerste lid, onder<br />
a<br />
Wet milieubeheer, artikel 20.8<br />
1. Procesverloop<br />
Casus<br />
Last onder dwangsom wegens het in werking houden<br />
van een composteerinrichting zonder in werking<br />
zijnde milieuvergunning. Voor een deel van de<br />
inrichting dient nog een bouwvergunning te worden<br />
verleend waardoor – gelet op artikel 20.8 Wet<br />
milieubeheer – volgens verweerder de milieuvergunning<br />
niet in werking is getreden. Appellante betoogt<br />
dat de benodigde bouwvergunning slechts<br />
betrekking heeft op een relatief klein deel van de<br />
hoofdactiviteiten van de inrichting.<br />
Rechtsvraag<br />
Treedt bij het ontbreken van een bouwvergunning<br />
voor een gedeelte van de inrichting de milieuvergunning<br />
in het geheel niet in werking?<br />
Uitspraak<br />
De Afdeling overweegt dat, gelet op het algemeen<br />
belang dat gediend is met handhaving, in geval van<br />
overtreding van een wettelijk voorschrift het bestuursorgaan<br />
dat bevoegd is om met bestuursdwang<br />
of een last onder dwangsom op te treden, in<br />
de regel van deze bevoegdheid gebruik zal moeten<br />
maken. Slechts onder bijzondere omstandigheden<br />
mag van het bestuursorgaan worden gevergd dit<br />
niet te doen. Dit kan zich voordoen indien concreet<br />
uitzicht op legalisatie bestaat. Voorts kan handhavend<br />
optreden zodanig onevenredig zijn in verhouding<br />
tot de daarmee te dienen belangen, dat van<br />
optreden in die concrete situatie dient te worden<br />
afgezien. Uit artikel 20.8 Wm volgt dat, indien een<br />
vergunning betrekking heeft op het oprichten van<br />
een inrichting dat tevens is aan te merken als bouwen<br />
in de zin van de Woningwet en voor dat gedeelte<br />
nog geen bouwvergunning is verleend, de<br />
milieuvergunning in zijn geheel niet in werking<br />
treedt. De Afdeling ziet in de tekst van de wet noch<br />
anderszins aanknopingspunten voor een andersluidend<br />
oordeel. Voorts staat vast dat de benodigde<br />
bouwvergunning nog niet was verleend en evenmin<br />
legalisatie op korte termijn viel te verwachten.<br />
Volgt ongegrond verklaring van het beroep.<br />
Bij besluit van 10 januari 2003 heeft verweerder<br />
aan appellante een last onder dwangsom als geregeld<br />
in artikel 5:32, eerste lid, van de Algemene wet<br />
bestuursrecht opgelegd. De dwangsom is vastgesteld<br />
op € 10.000,00 per week dat artikel 8.1, eerste<br />
lid, van de Wet milieubeheer wordt overtreden<br />
op het perceel (x). Het maximum waarboven geen<br />
dwangsom meer wordt verbeurd is vastgesteld op<br />
€ 80.000,00. Aan dit besluit is een begunstigingstermijn<br />
verbonden van drie weken.<br />
Bij besluit van 16 september 2003 heeft verweerder<br />
het hiertegen gemaakte bezwaar ongegrond<br />
verklaard.<br />
2. Relevante overwegingen<br />
2.1. Bij besluit van 18 juni 1996 is door verweerder<br />
krachtens de Wet milieubeheer aan appellante een<br />
oprichtingsvergunning verleend voor het verkleinen<br />
en composteren van groenafval op het perceel (x)<br />
Bij uitspraak van 9 november 1999, no. E03.<br />
96.1110, heeft de Afdeling dit besluit vernietigd.<br />
Bij besluit van 3 maart 1998 is door het college<br />
van burgemeester en wethouders van Houten krachtens<br />
de Wet milieubeheer een oprichtingsvergunning<br />
verleend voor het op- en overslaan van 20.000<br />
m 3 zand en 10.000 m 3 grond op het perceel (x).<br />
Bij besluit van 18 maart 2003 heeft verweerder<br />
krachtens de Wet milieubeheer een oprichtingsvergunning<br />
verleend voor de op- en overslag en het<br />
composteren van groenafval, de op- en overslag en<br />
bewerking van houtachtige materialen, bouw- en<br />
sloopafval en bulkgoederen en de op- en overslag<br />
van incidenteel in afval aangetroffen KCA/KGA en<br />
asbesthoudende materialen op het perceel<br />
(x).Tegen dit besluit heeft het college van burgemeester<br />
en wethouders van Houten beroep ingesteld.<br />
2.2. Krachtens artikel 5:32, eerste lid, van de Algemene<br />
wet bestuursrecht kan een bestuursorgaan dat<br />
bevoegd is bestuursdwang toe te passen, in plaats<br />
StAB 4 / 2004