DE HISTORICITEIT VAN HET OUDE TESTAMENT - Groniek
DE HISTORICITEIT VAN HET OUDE TESTAMENT - Groniek
DE HISTORICITEIT VAN HET OUDE TESTAMENT - Groniek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Benbadad I?<br />
David-inscriptie<br />
Met een bewonderingswaardige snelheid volgt dan de publicatie van het eerste<br />
fragment door de opgraver Avraham Biran in samenwerking met de Israëlische<br />
epigraaf Joseph Naveh. 4 De bewaard gebleven tekst is nogal beperkt in<br />
omvang, maar dat is voor de auteurs geen onoverkomelijk bezwaar. In het<br />
tekstfragment leest men de namen Hadad (de nationale god van Aram-Damascus)<br />
en Israël. Ook wordt er melding gemaakt van militaire activiteiten. De taal<br />
van de inscriptie is bovendien niet Hebreeuws, maar lijkt nog het meest op<br />
Oud-Aramees. Het gaat dus om krijgshandelingen, waarbij een waarschijnlijk<br />
Aramese koning een centrale rol speelt. .<br />
Welnu, in de Hebreeuwse Bijbel is een passage waarin zowel Dan wordt<br />
genoemd als een Aramese koning: 1 Koningen 15:16-22. Het gedeelte gaat over<br />
oorlogen tussen de Israëlitische koning Basa (regeerde ca. 903-882 v.d.g.j. [=<br />
vóór de gewone jaartelling]) en zijn Judese ambtsgenoot Asa (regeerde ca. 906<br />
878 v.d.g.j.). Asa voelde zich zo door Basa bedreigd dat hij de hulp inriep van<br />
koning Benhadad I van Damascus (regeerde begin negende eeuw v.d.g.j.). Dan<br />
staat er in vers 20: "En Benhadad hoorde naar koning Asa en zond de legeroversten<br />
die hij had, tegen de steden van Israël; en hij sloeg Ijjon en Dan en<br />
Abel Bet-Maäka, en het gehele Kinneret, bovendien het gehele land Naftali."<br />
Hier lezen wij dus over een verwoesting van Dan door koning Benhadad I van<br />
Damascus. Nu komt de naam Benhadad in de inscriptie niet voor, maar dat<br />
leek geen bezwaar. Voor Biran en Naveh was de cirkel reeds rond: het brokstuk<br />
is de rest van een inscriptie ter gelegenheid van de Aramese verovering van<br />
Dan omstreeks 885 v.d.g.j. Voor de fragmentarische staat van de tekst hadden<br />
zij ook een verklaring: bij de herovering van Dan door Israël zou de inscriptie<br />
kapot zijn geslagen. Hoewel hiervoor geen bijbeltekst beschikbaar was, schreven<br />
zij deze activiteiten (zowel de herovering als het stukslaan) toe aan de Israëliti<br />
sche koning Achab (regeerde ca. 868-854 v.d.g.j.).<br />
Door het gebruikte schrifttype ook in de negende eeuw te dateren sloot<br />
mén de bewijsvoering af en leek een interpretatie van het eerste teruggevonden<br />
tekstfragment in het licht van 1 Koningen 15 voor de hand te liggen. De vroege<br />
paleografische datering door Naveh bleek achteraf echter niet dwingend: op<br />
grond van de vorm van de letters kan men de inscriptie ook later dateren, mogelijk<br />
in de achtste eeuw, zo'n honderd jaar later. s<br />
4 A. Biran en J. Naveh, 'An Aramaic stele fragment from Tel Dan', lsrae/ exploration<br />
jouma/ 43 (1993) 81-98.<br />
S Vgl. EH. Cryer, 'On the recently-discovered House of David Inscription', Scandinavian<br />
jouma/ of(he Old Testament [SJOT] 8 (1994) 3-19, Lh.b. 6-9.<br />
391