EGW Notities 2e kw 2008 - A4 model (PDF) - agp internet
EGW Notities 2e kw 2008 - A4 model (PDF) - agp internet
EGW Notities 2e kw 2008 - A4 model (PDF) - agp internet
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Maandag 9/6: (Het verhaal van de wederopstanding – 2; Lukas 24: 36-39)<br />
De twee discipelen hadden gedacht dat zij vermoeid waren, maar nu is hun kracht vernieuwd. De<br />
ontgoocheling is voorbij. Zij stoppen niet voor eten, evenmin hebben zij er behoefte aan, maar haasten zich<br />
om terug te keren op hun voetstappen op het ruwe pad die zij zo pas met Jezus hebben bewandeld.<br />
Zij hebben een boodschap van vreugde te verkondigen aan hun treurende broeders. Zij hebben Jezus<br />
gezien en met Hem gesproken. Hij is uit de dood opgestaan. Hun harten zijn een en al licht en vreugde en<br />
vrede.<br />
Zij spoeden zich op hun weg door de verduisterde straten en klimmen naar het bovenvertrek. Binnen is<br />
het stil maar na herhaaldelijk kloppen horen zij de grendel schuiven. De deur wordt voorzichtig geopend en<br />
zorgvuldig weer achter hen vergrendeld. Nauwelijks hebben zij het fantastische verhaal van hun wandeling<br />
naar Emmaüs tegen de ongelovige volgelingen verteld, als zij tot hun verbazing een andere in hun midden<br />
zien. Het is Jezus. De grendels en bouten zijn niet teruggetrokken. Zij hebben geen voetstappen gehoord en<br />
zijn doodsbang. Hun verbazing wordt groter als zij Zijn stem horen zeggen: “Vrede zij met u” en verder gaat<br />
met het geruststellen van de doodsbange discipelen: “Waarom zijt gij ontsteld en waarom komen er<br />
overwegingen op in uw hart? Ziet mijn handen en mijn voeten, dat Ik het zelf ben; betast Mij en ziet, dat<br />
een geest geen vlees en beenderen heeft, zoals gij ziet, dat Ik heb.” “En toen zij het van blijdschap nog niet<br />
geloofden en zich verwonderden, zeide Hij tot hen: Hebt gij hier iets te eten? En zij gaven Hem een stuk van<br />
een gebraden vis, en van honigraten. En Hij nam het en at het voor hun ogen. Hij zeide tot hen: Dit zijn<br />
mijn woorden, die Ik tot u sprak, toen Ik nog bij u was, dat alles wat over Mij geschreven staat in de wet<br />
van Mozes en de profeten en de psalmen moet vervuld worden. Toen opende Hij hun verstand, zodat zij de<br />
Schriften begrepen.” ( Lucas 24: 41-48 ev).....<br />
Wij hebben een groot werk te doen om getuigen te zijn van de vervulling van Gods woord. En “altijd<br />
bereid tot verantwoording aan al wie u rekenschap vraagt van de hoop, die in u is.” Het is noodzakelijk dat<br />
wij in deze tijden van vrede bekend raken met de profetieën die de gebeurtenissen voorspellen die in onze<br />
tijd zullen plaatsvinden; dat, net zoals bij de discipelen onze gedachten alleen nog verfrist om bemoedigd te<br />
worden en dat dezelfde beproeving die ons schijnbaar verwart, juist een toren van kracht wordt en een<br />
getuigenis dat God het ware woord der profetie aan het volbrengen is.<br />
=ST Jan 20, 1888, al. 12-13,16; 3SP 216-219; DA 802-805<br />
Dinsdag 10/6: (Het gaf kracht aan een beweging; Handelingen 3:14-16)<br />
Toen Jezus stierf, dachten de priesters dat er geen wonderen meer verricht zouden worden, dat de<br />
opwinding zou uitsterven en dat de mensen weer naar de menselijke tradities zouden terugkeren. Maar zie<br />
daar! Midden onder hen waren de discipelen wonderen aan het verrichten en de mensen waren vol<br />
verwondering.<br />
Jezus was gekruisigd en zij vroegen zich af waar Zijn volgelingen deze kracht vandaan hadden. Toen Hij<br />
in leven was, dachten zij dat Hij hen kracht gaf, maar toen Hij gestorven was hadden ze verwacht dat de<br />
wonderen zouden ophouden.<br />
Petrus begreep hun verwarring en zei tot hen: “Mannen van Israël, wat verwondert gij u hierover, of wat<br />
staart gij ons aan, alsof wij door eigen kracht of godsvrucht deze hadden doen lopen? De God van Abraham<br />
en Isaak en Jakob, de God onzer vaderen, heeft zijn knecht Jezus verheerlijkt, die gij hebt overgeleverd en<br />
verloochend ten overstaan van Pilatus, ofschoon deze oordeelde, dat men Hem moest loslaten. Doch gij hebt<br />
de Heilige en Rechtvaardige verloochend.” ( Handelingen 3:12-16 ev).<br />
De hogepriesters en ouderlingen konden deze woorden niet verdragen en in hun opdracht werden Petrus<br />
en Johannes gearresteerd en in de gevangenis gezet. Maar duizenden hadden zich bekeerd en geloofden in<br />
de wederopstanding en verrijzenis van Christus door enkel naar een van de toespraken van de discipelen te<br />
luisteren. De priesters en ouderlingen waren bezorgd. Ze hadden Jezus gedood zodat de gedachten van het<br />
volk naar hen zou terugkeren, maar de situatie was erger dan voorheen. Ze zijn openlijk beschuldigd door<br />
de discipelen van het vermoorden van de Zoon van God en ze konden niet vaststellen tot hoever deze<br />
dingen zouden kunnen uitgroeien of hoe zij zelf zouden worden gezien door het volk. Ze hadden al te graag<br />
Petrus en Johannes willen doden, maar durfden dat niet uit angst voor het volk.<br />
De volgende dag werden de discipelen voor de raad gebracht. Dezelfde mannen die vol enthousiasme het<br />
bloed van de Rechtvaardige hadden geëist, waren aanwezig. Ze hadden Petrus Jezus horen verloochenen<br />
met verwensingen en vloeken toen hij beschuldigd werd één van zijn discipelen te zijn en zij hoopten hem<br />
weer te kunnen intimideren. Maar Petrus was bekeerd en hij zag nu een kans om de smet van die<br />
onbezonnen, laffe ontkenning te verwijderen en de naam die hij onteerd had te verhogen. Met heilige<br />
schaamteloosheid en in de kracht van de Geest, verklaarde hij onverschrokken tot hen: “dat door de naam<br />
van Jezus Christus, de Nazoreeër, die gij gekruisigd hebt, maar die God heeft opgewekt uit de doden, dat<br />
door die naam deze hier gezond voor u staat.” (Handelingen 4:10-12 ev.)<br />
= EW 192-193; YI 10-4-00, 10-11-00; RH 4-22-90, 1-24-99; BTS 10-1-16; ST 5-12-98, 8-9-05; AA 57-61;<br />
UL 78<br />
41