Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>s^ü</strong>
De Bruin: „De meest wonder-<br />
lijke samenloop van omstandig-*<br />
heden, dien ik ooit heb meegemaakt,<br />
had plaats op den zevenden van de<br />
zevende maand, en ik woonde in<br />
eten huis no. zeven en wedde op<br />
het zevende paard van den wed-<br />
strijd."<br />
Jones: „En het paard won zeker?"<br />
De Bruin: „Dat is het juist! Het<br />
akelige beest kwam als zevende<br />
aanl"<br />
Mevrouw: „De laatste dienst-<br />
bode, die wij hadden, was een beetje<br />
te dol op politieagenten. Marie. Ik<br />
hoop, dat jij ze zooveel mogelijk<br />
uit den weg zult gaanl"<br />
Marie: „Maak U zich daar maar<br />
g'een zorg over, mevrouw. Ik kan<br />
ie niet uitstaan I Mijn vader is<br />
inbreker."<br />
„De toon van Uw radio bevalt<br />
mij heelemaal nietl"<br />
„Wij hebben heelemaal geen<br />
radio 1"<br />
„Maar ik hoor het tochl"<br />
„Ik denk, dat U onzen stofzuiger<br />
bedoelt."<br />
^^<br />
r><br />
^g2Zg><br />
de-feïJwetiT. ^ " ^^^ ^ OUd is die ****" ****<br />
»Dat hangt er heelemaal van af," meende Fritsje,<br />
„Waar van af? ■'<br />
„Of het een man of een vrouw is.'"<br />
ü verhoogt de bekoorlijkheid<br />
van Uw Teinf,<br />
wanneer U Ier verzorging van Uw huid<br />
geregeld - dag aan dag - MaÜ-Creme<br />
dal edele "471 l'-produd, gebruik!.<br />
Voor alles geeft deze klassieke Schoon-<br />
heids-crème de huid den zoo begeerden<br />
teeren glans. Waasachlig, haast onzicht-<br />
baar ligt Malf-Creme op de oppervlakte<br />
der huid - alleen de gelijkmatige pastel-<br />
tint laat haar gebruik vermoeden.<br />
Ook vóór hef poederen is hel aan te<br />
bevelen een weinig Mall-Creme op de<br />
huid aan Ie brengen.<br />
Lel op hel getal<br />
en de blauw-goudcn Firmakleurén.<br />
m-t w,. "Matt-Creme<br />
J/c h((i,s.si(>L>(> rSc/ifini>/if>!,/.
Be spreekkamers van professor<br />
Max Thurston, den beroemden<br />
criminoloog en specialist op het<br />
gebied van moreele afwijkingen, lagen<br />
aan den zeekant te Eastbourne en gaven<br />
door een reeks van groote ramen uit-<br />
zicht op den eindeloozen horizon van<br />
het blauw-groene Kanaal.<br />
De kamers van den psychiater waren<br />
met zonder luxe of zonder smaak in-<br />
gericht. Het interieur had bovendien<br />
een zeer persoonlijk karakter, waarvan<br />
het meest kenmerkende was, dat alles<br />
^n bepaalde plaatsen was gebonden<br />
1 rofessor Thurstons devies immers was<br />
zoowel in zijn wetenschappelijken arbeid<br />
als in zijn particuher leven: systema-<br />
tisch te werk gaan, alles onverbiddelijk-<br />
ogisch opbouwen! Op een bepaalde<br />
tatel bijvoorbeeld stonden eenige kistjes<br />
met sigaren van de allerbeste merken,<br />
doch ZIJ waren steeds zóó geschikt<br />
dat de zwaarste het dichtst bij den<br />
muur sconden en de lichtere dichter<br />
bij het raam. Op dezelfde tafel stond<br />
een likeurstel met drie karaffen, in<br />
u- , gell , d en van links ^ar rechts •<br />
whisky, brandewijn en rum.<br />
In den linkerhoek van de kamer be-<br />
vond zich een boekenrek met een com-<br />
plete serie Engelsche klassieken en in<br />
den rechter een dito met werken op<br />
natuurkundig gebied van Engelsche en<br />
buitcnlandsche schrijvers, en wanneer<br />
MOORDAANSLAG<br />
EEN COMPLEET VERHAAL DOOR<br />
D'ÄUZÄREZ<br />
iemand het in zijn hoofd haalde om<br />
een deel van Shakespeare of van<br />
bhelley van zijn plaats weg te nemen,<br />
dan zou dit een even opvallend hiaat<br />
vormen als een ontbrekende tand in<br />
een menschelijk gebit. Het zou on-<br />
bUlijk zijn geweest.te beweren, dat de<br />
boeken nooit gelezen waren; waarschijn-<br />
lijk was du wel het geval, doch men<br />
had. het gevoel alsof zij op hunne<br />
plaatsen waren vastgeroest.<br />
Deze onaantastbare wetenschappelijke<br />
nauwkeurigheid was niet alleen aan-<br />
wezig op de boekenrekken, beladen met<br />
lyrische gedichten en balladen en bij de<br />
tabak en de dranken, maar zij be-<br />
heerschte in nóg sterker mate het heir-<br />
leger van volbeladen planken, waarop<br />
zich de eigenlijke boekerij van den<br />
geleerden zielkundige bevond en de<br />
tafels, waarop zijn fijne en zonderlinge<br />
chemische en mechanische instrumenten<br />
geplaatst waren.<br />
Professor Thurston „ijsbeerde" in zijn<br />
ineenloopende vertrekken op en neer<br />
welke vertrekken, zooals een school-<br />
jongen zou hebben gezegd, aan de<br />
Oostzijde door het Kanaal en aan de<br />
Westzijde door de dichte rijen van<br />
zijn psychologische en criminologische<br />
bibliotheek begrensd werden. Hij droeg<br />
een pluche schildersjasje, echter zon<br />
der eenige artistieke slordigheid, zijn<br />
dik en stug haar was sterk peper- en<br />
€MS IPUZZILIE-IH€IEIKJ1E<br />
Nieuwe opgave No. 468.<br />
Op briefkaart of couvert a.u.b. duidelijk<br />
vermelden: „OnsPuzz/e-/}oe/c/eNo.468".<br />
Zij, die onze Wekelijksche Vraag en<br />
net puzzlehoekje beide wenschen op te<br />
lossen, kunnen de antwoorden tegelijk<br />
inzenden, doch men schrijve ze dan op<br />
twee aparte velletjes papier, die ieder<br />
duidelijk van volledigen naam en adres<br />
zijn voorzien.<br />
Met de letters a-a-b-b-b-d-e-e-g-i-k-k-<br />
l-I-l-m-o-o-r-r-r-r-r-s-s-t-u-v-z van buiten<br />
naar binnen woorden van de volgende<br />
be teekenis te vormen:<br />
1. waardoor men kijkt. 2. bij elkander. 3<br />
eemgszins vochtig. 4. ziet men als iets<br />
brandt. 5. muziekinstrument. 6. groot glas<br />
jenever. 7. vindt men in een bosch. 8<br />
gebruikt men wel in koffie. 9. dwergvalk<br />
10. plant vanden zandgrond. 11. waar-<br />
mede men de ramen afdroogt. 12 klei-<br />
snort. 13 uitgestrekt. 14. deel van de hand.<br />
15. voorbijgaande glans. 16. schrander.<br />
Wij verdeelen een hoofdprijs van f 2 50<br />
e " . vl Jf tr ? ost P"Jzen onder deg-enen, die<br />
voor 19 Januari (abonné's uit overzee-<br />
sehe gewesten vóór 19 Maart) aan ons<br />
adres: Red. „Het Weekblad", Galgewater<br />
£i. Leiden, goede oplossingen zenden.<br />
Oplossing van „Ons Puzzle-hoekje<br />
No. 465".<br />
De hoofdprijs werd deze week verwor-<br />
ven door mejuffrouw C. Ronchetti te<br />
Amsterdam.<br />
De troostprijzen kenden wij toe aan<br />
mejuffrouw J. Hus te 's-Gravenhage,<br />
mejuffrouw A. Fremouw te Deventer en<br />
mevrouw Risselada te 's-Gravenhage.<br />
■^.^y; ■£-''<br />
zou kleurig; zijn gezicht mager, doch<br />
vurig en vol spanning. Alles aan en<br />
rondom hem droeg een streng en ruste-<br />
loos karakter, evenals de groote wijde<br />
zee aan welker kust hij - uit zuiver<br />
hygienische overwegingen - zijn woon-<br />
plaats had gevestigd.<br />
Een gril van het noodlot deed in<br />
die keurige, aan de zee gelegen ver-<br />
trekken iemand binnentreden, die<br />
oogenschijnlijk de sterkste tegenstelling<br />
vormde met den bewoner en diens om<br />
geymg. Na een kort, doch beleefd<br />
„binnen van den professor, opende<br />
de deur zich en daar scharrelde de<br />
kamer in een vormlooze, nietige ge-<br />
stalte, die zijn hoed en paraplu al<br />
even onhandelbaar scheen te vinden als<br />
KKK J een massa ba gage zou<br />
hebben gedaan. De buitenmodel paraplu<br />
was een oud bundeltje zwarte stof-<br />
de hoed was zwart en breedgerand, en<br />
hopeloos ouderwetsch; en de man zelf<br />
een toonbeeld van eenvoud des har-<br />
ten en — hulpeloosheid.<br />
De professor keek den bezoeker met<br />
nauwverholen verbazing aan, zooals hij<br />
gedaan zou Tiebben, wanneer een of<br />
ander groot, doch volkomen onschade-<br />
lijk zeemonster in zijn kamer was komen<br />
kruipen. De bezoeker op zijn beurt staar-<br />
de naar den professor, met hartklop-<br />
£in ge ,?il n k ^ rta ^mig, niet ongelijk aan<br />
een. dikke boerin, die net kans heeft<br />
gezien zichzelf in een stampvollen auto-<br />
bus te wringen. Zijn hoed viel op den<br />
grond, zijn paraplu glipte hem tusschen<br />
de beenen door, hij bukte om den een op<br />
te rapen en greep tegelijkertijd naar de<br />
ander en ondertusschen sprak hij met<br />
een onverstoorbaren glimlach op zijn<br />
ronde gezicht ongeveer als volgt:<br />
is TS"! 1 W niet kwali J k ' mi i n naai n .<br />
is Talbot. Ik kom in verband met die<br />
geschiedenis van de MacDots. Ik heb<br />
gehoord, dat u dikw.jls menschen uit<br />
zulke moeilijkheden helpt. Excuseert u<br />
mij, als ik mij vergis."<br />
Intusschen had hij al spartelend zijn<br />
hoed opgeraapt, waarover hij zachtjes<br />
en verlegen aaide.<br />
„Ik begrijp u niet goed," antwoordde<br />
de geleerde stijf. „Ik vrees, dat u zich<br />
in het adres vergist heeft. Ik ben<br />
professor Thurston en mijn arbeid is<br />
bijna uitsluitend van litterairen en op-<br />
voedkundigen aard. Het is inderdaad<br />
juist, dat de politie mij wel eens ge-<br />
raadpleegd heeft bij zeer bijzondere en<br />
gecompliceerde gevaUen, maar..."<br />
„O dit is heel bijzonder," onderbrak<br />
hem de kleine Mr. Talbot, die inmiddels<br />
op den hem aangewezen stoel had plaats<br />
genomen. „Wel, haar moeder wilde niet<br />
in hun verloving toestemmen."<br />
Bij de laatste woorden leunde hij<br />
triomfantelijk achterover, als iemand,<br />
die vindt, dat hij het grootste gelijk<br />
van de wereld heeft. J<br />
Professor Thurston fronste de wenk-<br />
brauwen, doch daaronder schitterden<br />
zijn oogen door verstoordheid, of door-
dat hij behagen in het geval schepte.<br />
„Ik begrijp u niet goed," herhaalde hij.<br />
„De kwestie is deze, zij wilden met<br />
elkaar trouwen," verduidelijkte de be-<br />
zoeker. „Maddy MacDot en de jonge<br />
Toddington wilden een paar worden.<br />
Weet u iets belangrijkers dan dat?"<br />
De grootste triomfen op wetenschap-<br />
pelijk gebied hadden den beroemden<br />
Max Thurston een zeker gevoel voor<br />
humor niet ontnomen. Bij het laatste<br />
pleidooi van den vriendelijken ouden<br />
heer grinnikte hij zacht en toegeeflijk<br />
en zette zich in een armstoel in de<br />
houding van een consulteerend medicus.<br />
„Mijnheer Talbot," zei hij ernstig,<br />
„het. is veertien en een half jaar ge-<br />
leden, dat ik geraadpleegd werd in<br />
een zeer delicate kwestie: het betrof<br />
een poging om den Franschen President<br />
te vergiftigen op een feestmaaltijd bij<br />
den Lord Mayor. Nu gaat het, als<br />
ik u goed begrijp, om de vraag, of<br />
een kennis van u, Maddy. genaamd,<br />
een aannemelijke partij is voor een<br />
zekeren mijnheer Toddington. Best,<br />
mijnheer Talbot, ik houd van sport.<br />
Ik wil de zaak op mij nemen, ofschoon<br />
ze met tot mijn gewone métier be-<br />
f\.<br />
hoort, en zal aan d.e, familie MacDot<br />
naar mijn beste weten advies geven,<br />
evenals ik dat indertijd gedaan heb<br />
aan de Fransche Republiek en aan<br />
den Koning van Engeland. Ik heb<br />
vanmiddag toch niets anders te doen.<br />
Vertelt u mij de geschiedenis maar."<br />
De andere dankte hem allerhartelijkst<br />
en begon zijn verhaal:<br />
. „Ik zei u reeds, dat mijn naam<br />
Talbot is; ik ben geneesheer en woon<br />
in het villa'tje, dat u vermoedelijk wel<br />
eens gezien hebt buiten de wijd uiteen-<br />
liggende straten aan den Noordelijken<br />
rand der stad. In. de allerlaatste eu<br />
meest afgelegen straat, die als een<br />
zeedijk langs de kust loopt, woont een<br />
zeer fatsoenlijk, maar tegelijk zeer heet-<br />
gebakerde patiënte van mij, een zekere<br />
weduwe MacDot. Zij heeft behalve een<br />
aantal kleine kinderen een huwbare<br />
dochter en verhuurt kamers. Op dit<br />
oogenblik heeft zij slechts één com-<br />
mensaal, den jongen Toddington; maar<br />
die jongeman heeft zich blijkbaar meer<br />
om het gezin bekommerd dan de vroe-<br />
gere kamerbewoners, want hij wil met<br />
de dochter des huizes trouwen."<br />
„£n de dochter des huizes ?" vroeg<br />
FOTOSTUDDE. (Foto Godfried dt Groot)<br />
^■/^r-<br />
Vóór het<br />
inzeepen<br />
moet ge de huid<br />
goed inwrijven<br />
met een weinig<br />
PÜROL<br />
Ge scheert U don<br />
veilig en schoon,<br />
zonder vrees voer<br />
stukgaan of no-<br />
schrijnen der huid.<br />
Doos 30 en 60 et.<br />
professor Thurston met groot inwendig<br />
plezier, „wat wil zij?"<br />
„Wel, zij wil met hem trouwen,"<br />
klonk het levendig. „Dat maakt het<br />
juist zoo verschrikkelijk ingewikkeld."<br />
„Het is inderdaad een afschuwelijk<br />
probleem," beaajnde professor Thur-<br />
ston.<br />
„Die jonge Fred Toddington," ver-<br />
volgde de ander, „Is voor zoover ik<br />
hem ken een nette man, maar niemand<br />
weet overigens veel van hem. Hij is<br />
een flinke, bruingebrande, kleine kerel,<br />
beweeglijk als een aap^ gladgeschoren<br />
als een tooneelspeler en gedienstig als<br />
een geboren postbode. Hij schijnt wat<br />
geld te hebben, want niemand weet,<br />
waarmee, hij zijn brood verdient. Juf-<br />
frouw MacDot, die alles van den slech-<br />
ten kant beschouwt, is er daarom zeker<br />
van, dat het iets verschrikkelijks moet<br />
zijn en waarschijnlijk wat met dynamiet<br />
te maken heeft.<br />
Het dynamiet moet van een nieuwe<br />
en geluidlooze soort zijn, want de arme<br />
jongen sluit zich gedurende verschei-'<br />
dene uren per dag in zijn kamer op en<br />
bestudeert dan iets achter de stijf-ge-<br />
sloten deur. Hij verklaart, dat zijn af-<br />
zondering slechts van tijdelijken aard<br />
en volkomen in den haak is, en belooft<br />
vóór den trouwdag alles te zullen ver-<br />
klaren. Dit is alles, dat zeker is, doch<br />
juffrouw MacDot zal u er nog heel veel<br />
bij kunnen vertellen, waarvan zij niét<br />
zeker is.<br />
U weet, hoe de^praatjes in de wereld<br />
komen; zij groeien als gras en vooral<br />
op een bodem van onwetendheid. Er<br />
wordt beweerd, dat er in Toddingtons<br />
kamer luid gesproken is door twee per-<br />
sonen en toch was Toddingjton steeds<br />
alleen, als de deur openging.<br />
Men vertelt voorts van een myste-<br />
neuzen, langen man met een hoogen<br />
zijden hoed op, die eens uit den zee-<br />
damp te voorschijn kwam, schijnbaar<br />
uit zee, onhoorbaar stappend over de<br />
zandige velden en die door den kleinen<br />
achtertuin tegen het vallen van den<br />
avond op het huis toeliep, totdat men<br />
hem met den commensaal hoorde<br />
spreken voor diens opengeschoven ach-<br />
terraam. Het gesprek scheen in een<br />
twist te eindigen; Toddington wierp met<br />
een smak zijn raam dicht en de man<br />
met den hoogen hoed verdween weer<br />
m den mist. Dit verhaaltje wordt door<br />
de familie met een zekeren geheimzin-<br />
mgen trots opgedischt, maar ik ben<br />
er van overtuigd, dat juffrouw MacDot<br />
vasthoudt aan haar eigen lezing van het<br />
geval: dat de andere man (of wat het<br />
mag zijn) eiken avond uit de groote<br />
kist komt kruipen, die in den hoek<br />
der kamer staat en die overdag steeds<br />
gesloten is, ■<br />
„SPRINGTIME"<br />
THE KING'S own cigarette,<br />
now obtainable in Holland<br />
at 3 cent.<br />
U begrijpt, dat die als met zegels af-<br />
gesloten deur van Toddingtons kamer<br />
wordt beschouwd als de poort van al<br />
die sprookjes en monsterlijkheden uit<br />
de Duizend en een Nacht. En niettegen-<br />
staande dat alles, is onze kleine man in<br />
zijn nette, zwarte costuum, even punc-<br />
tueel en onschuldig als een spreekka-<br />
merklok. Hij betaalt prompt zijn huur;<br />
is geheelonthouder, gaat erg aardig<br />
met de jongere kinderen om en weet<br />
hen een geheelen avond gezellig bezig<br />
te houden. En — dit is de hoofdzaak<br />
— hij heeft zich eveneens geliefd weten<br />
te maken bij de oudste dochter, die<br />
bereid is morgen aan den dag met hem<br />
naar het stadhuis te gaan..."<br />
Een man als professor Thurston, die<br />
heelemaal opgaat in diepzinnige theo-<br />
rieën, is steeds geneigd om die toe te<br />
passen op de eenvoudigste dingen uit<br />
het dagelijksch leven. Hij ging gemak-<br />
kelijker in zijn stoel zitten en begon met<br />
een stem, alsof hij voorlas, een geleerde<br />
uiteenzetting:<br />
„Het ras, mijnheer Talbot, is de bron<br />
van alle groote daden uit de geschie-<br />
denis, maar ook van alle menschelijke<br />
dwaling. Er is daarvan geen overtuigen-<br />
der voorbeeld dan dat van den wilden,<br />
onvergankelijken .stam der Kelten, waar-<br />
van uw MacDots afstammelingen zijn.<br />
Bekrompen, bijgeloovig, droomerig en<br />
met opbruisend bloed in de aderen,<br />
nemen zij grif de eerste de beste bijge-<br />
loovige verklaring van de meest na-<br />
tuurlijke verschijnselen aan.<br />
U ziet niet verder dan deze juffrouw<br />
MacDot, bang geworden door het ver-<br />
telseltje over de twee stemmen en van<br />
dat lange heerschap uit de zëe. Maar<br />
voor het geestesoog van den man met<br />
wetenschappelijke verbeelding, verrijst<br />
de geheele „clan" der MacDots, ver-<br />
spreid over de geheele wereld en on-<br />
danks deze verspreiding tóch weer als<br />
een bij elkaar behoorend geheel. Hij<br />
ziet duizenden juffrouwen MacDots in<br />
duizenden kleine huisjes, terwijl zij bezig<br />
zijn haar druppeltjes van de kwaal van<br />
hun ras te schenken in de theekopjes<br />
van haar vriendinnen; hij ziet..."<br />
Vóór de geleerde zijn langdurig be-<br />
toog kon vervolgen en voleindigen, klon-<br />
ken buiten ongeduldige stemmen;<br />
iemand met mischende kleeren was<br />
haastig de gang in komen loopen en<br />
toen de deur geopend werd, stond een<br />
net gekleed meisje met verwaaide<br />
blonde haren en rood van opwinding<br />
op den drempel. Zij zou werkelijk mooi<br />
geweest zijn, als haar jukbeenderen<br />
niet, zooals bij de Schotten veel voor-<br />
komt, te sterk vooruitgestoken hadden<br />
en te hoog gekleurd waren geweest. Ze<br />
sprak op korten toon, gejaagd, als be-<br />
velend.<br />
Friedl Dotza en Fritz Hirsch als Little Dorrit en Vader Dorrit. {Foto W. Caret,'s-Gravenhage)<br />
ZU JEDEM KOMMT EINMAL DAS GLÜCK.<br />
Künnecke en Kessler, de (feestelijke vaders van bovengenoemd zangspel, waarvan Fritz Hirsch<br />
in den Haagschen Princesse-Schouwburg de wereld-premicse gaf, mogen Hirsch dankbaar zijn<br />
voor de voorbeeldige wijze, waarop hi) nun werk ten doop heeft gehouden. Het zangspel, dat<br />
vaak wat opera-achtig aandoet en vooral in het tweede bedrijf wat te gerekt is, geeft de ge-<br />
schiedenis van kleine Dora uit Dickens' roman. Wat biedt dit stuk Hirsch weer alle gelegenheid<br />
zijn befaamd geworden schilderachtige tooneeltjes naar voren te brengen! Hoe bekoorlijk is het<br />
tafereeltje, wanneer kleine Dora haar schooltje laat zingen I Friedl Dotza zag ik zelden zóó<br />
goed; hoe innig mooi was haar spel/ hoe sober en vol sentiment was o.a. het gebed voor haar<br />
vader. Hirsch maakte van den ouden Dorrit weer een kostelijke creatie; wat hij uit zoo'n rol<br />
weet te halen is bewonderenswaardig! In de kleinere rollen zagen wij Harden als Clennam, F.lly<br />
Krasser als de wraakzuchtige lady en Sallaba als John. Voor de vroolijke noot zorgden Claire<br />
Clairy en Fritz Geiger, bijgestaan door Triebel en Sussi Kramer.<br />
Vroom verzorgde weer de decors en Ziegler het muzikale gedeelte. Voor beiden lof.<br />
..Het spijt mij, dat ik u in de rede<br />
val," verontschuldigde zij zich, „maar<br />
ik had dokter Talbot direct moeten<br />
volgen; hét gaat om leven of dood."<br />
Dr. Talbot stond verschrikt op. „Wel,<br />
KON HAAR HOOFD NIET MEER<br />
DRAAIEN.<br />
Gemarteld door spierpijnen.<br />
Een ons hulp is meer waard dan een ton<br />
medelijden. Dat was het ook voor deze<br />
vrouw. Iedereen beklaagde haar. Maar één<br />
gaf haar een raad, die hielp. Na deze<br />
goede raadgeving was zij niet langer het<br />
voorwerp van medelijden. Zij schrijft: „Ik<br />
leed qan spierrheumatiek in den nek — het<br />
was een marteling. Mijn hoofd kon ik niet<br />
meer omdraaien. Iedereen had medelijden<br />
met mij. Toen was er iemand, die me raad-<br />
de Kruschen Salts te probeeren, wat ik<br />
deed. En in zes maanden was ik een an-<br />
dere vrouw. Als ik nu maar het minste<br />
vleugje van rheumatiek voel, neem ik<br />
direct een dosis van Uw wonderlijke Kru-<br />
schen Salts en het verdwijnt. Na' alles, wat<br />
ik ondervonden heb zal ik nooit nalaten<br />
ook anderen Kruschen Salts aan te raden."<br />
Mevr. S.<br />
Het zijn de opeengehoopte afvalstoffen in<br />
het lichaam, die de ondragelijke rheuma-<br />
tische pijnen doen ontstaan.<br />
Kruschen Salts nu spoort nieren en inge-<br />
wanden aan tot gezonde, geregelde werking<br />
en het gevolg is dat de schadelijke afval-<br />
stoffen op volkomen natuurlijke wijze uit<br />
het lichaam verwijderd worden. Wanneer U<br />
zich dus houdt aan de „Kleine dagelijksche<br />
dosis", zult U inwendig schoon zijn en blij-<br />
ven, en in een gezond, frisch en „schoon"<br />
gehouden lichaam is geen plaats voor het<br />
ontstaan van rheumatiek,<br />
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar<br />
bij alle apothekers en drogisten è f 0.90<br />
en ƒ1.60 per flacon. Stralende gazondheid<br />
voor één cent per dag.<br />
- 7 ~<br />
wat is er gebeurd, Maddy?" vroeg<br />
hij deelnemend<br />
„Fred is vermoord, als ik me niet<br />
vergis," antwoordde het meisje, geheel<br />
buiten adem van het harde loopen. „Die<br />
man Glas was weer bij hem; ik heb hem<br />
duidelijk door de deur hooren spreken.<br />
Er waren twee stemmen; want Fred<br />
sprak zacht en gedempt, terwijl de stem<br />
van den ander schel en beverig was."<br />
„Die man Glas ?" herhaalde de ge-<br />
neesheer met lichte verbazing.<br />
„Ik heb het door de deur gehoord.<br />
Ze hadden ruzie — over geld, denk<br />
ik — want ik hoorde Fred telkens zeg-<br />
gen, „Dat is goed, Glas," of „Neen,<br />
Glas," en dan weer „Twee en Drie,<br />
Glas."<br />
Doch wij verpraten onzen tijd; u<br />
moet direct meegaan, misschien is er<br />
nog redding. Maar veel hoop heb ik<br />
niet," vervolgde ze na een korte pauze<br />
om op adem te komen; „Ik heb ge-<br />
tracht de deur open te breken, doch<br />
tevergeefs. Daarna ben ik naar den<br />
achtertuin geloopen en ben ik in het<br />
vensterkozijn geklommen, zoodat ik in<br />
de kamer kon kijken. Alles was donker<br />
en de kamer leek verlaten, maar ik<br />
ben er zeker van, dat ik Fred als een<br />
hoop vodden in een hoek zag liggen,<br />
alsof hij neergestoken of gewurgd was."<br />
„Dit is heel ernstig," oordeelde dok-<br />
ter Talbot en naar zijn zwervenden hoed<br />
en paraplu zoekend, voegde hij er bij 1 :<br />
„ik was juist bezig de zaak aan dezen<br />
heer voor te leggen en zijn oordeel..."<br />
„Heeft zich geheel gewijzigd," vulde<br />
de geleerde ernstig aan.<br />
„Ik geloof niet, dat deze jongedame<br />
zoo Keltisch is, als ik gedacht had. Daar<br />
ik toch niets anders te doen heb, zal ik<br />
mijn hoed opzetten en met u beiden<br />
meegaan." (Vezvoli op pagina 12j<br />
E.
c=r3<br />
c^<br />
PROMENADE ARGENTINE<br />
STEPS VOOR HEER.<br />
1. step zijwaarts met den lin-<br />
kervoet<br />
Slow<br />
2. kruis den rechtervoet in 't<br />
front over den linkervoet<br />
Quick<br />
3. kleine pas zijwaarts met den<br />
linkervoet<br />
Slow<br />
4. sluit den rechtervoet aan den<br />
linkervoet .<br />
Slow<br />
_ßEGirj "Ü 2' plaatst men den voet in<br />
M 'ee Contrary Body Movement-posi-<br />
ê tie. Dit figuur wordt altijd zij-<br />
waarts in de danslijn uitgevoerd, met het gelaat naar den muur<br />
gekeerd.<br />
STEPS VOOR DAME.<br />
TANGO<br />
or<br />
^<br />
1. step zijwaarts met den rechtervoet slow<br />
2. kruis den linkervoet flink in 't front over den rechtervoet Quick<br />
3. kleine pas zijwaarts met den rechtervoet Quick<br />
4. sluit den linkervoet aan den rechtervoet SI<br />
H<br />
•Promenade argentine.<br />
- ö -<br />
8EC.m<br />
■"WIER<br />
PAS ARGENTINE<br />
PASSEN VOOR DEN<br />
HEER; DE DAME<br />
DANST CONTRA<br />
Start zie foto 1<br />
2. step voorwaarts<br />
met den rechtervoet<br />
3. step voorwaarts<br />
met den linkervoet<br />
4. step zijwaarts 3 c.M.<br />
met den rechtervoet<br />
5. step voorwaarts<br />
met den linkervoet<br />
Bij I en 3 plaatst men<br />
de voeten in Contrary<br />
Body Movement-po-<br />
sitie<br />
FILMSTERREN THUIS<br />
JOHN GILBERT<br />
JOHN GILBERT EN ZIJN ECHTGENOOTE VIRGINIA BRUCE.<br />
Toen John Gilbert de plannen vast-<br />
stelde voor zijn huis, gaf hij slechts<br />
vier wenschen te kennen en liet de<br />
rest over aan den architect. De vier voor-<br />
waarden voor een gezellig home zijn vol-<br />
gens John Gilbert: een groote huiskamer<br />
met ruimte voor vele gemakkelijke stoelen<br />
en boekenkasten, een flinke veranda met<br />
uitzicht over de omgeving, een comfortabel<br />
ingerichte badkamer met douche enzoovoort<br />
en een tennisbaan, die 's avonds verlicht<br />
kan worden. De vier wenschen van John<br />
Gilbert zijn ingewilligd en het resultaat is<br />
een der gezelligste woningen van Holly-<br />
wood geworden. Een huishoudster zorgt, dat<br />
alles steeds goed in orde is en hij zich ner-<br />
gens mee heeft te bemoeien. Het huis is<br />
tamelijk ver van den weg af gelegen, opdat<br />
de bewoner geen last zal hebben van de<br />
nieuwsgierigheid van brutale touristen.<br />
Om het te bereiken, moet men de gemak-<br />
kelijke boulevards van Hollywood verlaten<br />
en een stijlen, stoffigen, kronkelenden weg<br />
naar den top van een heuvel beklimmen,<br />
maar het uitzicht over de gebouwen van<br />
Los Angeles tot aan de kust van den Oceaan<br />
is de kHmpartij wel waard.<br />
John Gilbert houdt van huiselijke gezel-<br />
ligheid. Menschen, die hem slechts terloops<br />
kennen, komen niet „even aanloopen"; daar<br />
is hij niet op gesteld. Doch voor zijn vrien-<br />
den staat zijn huis, tennisbaan en cactussen-<br />
tuin steeds open.<br />
Johns keuken is algemeen bekend. Zijn<br />
diners zijn altijd gezellig en hij vereenigt<br />
gaarne zijn vrienden aan zijn tafel. Hij wordt<br />
beschouwd als een volmaakt gastheer. Hij<br />
weet bij instinct, hoe hij zijn gasten moet<br />
plaatsen, zoodat zijn diners altijd naar aller<br />
genoegen verloopen. Hij beweegt zich tus-<br />
schen zijn gasten met dien beroemden glim-<br />
lach, die over de geheele wereld bekend is uit<br />
,,De Groote Parade".<br />
Voor zijn ontbijt heeft hij het liefst pom-<br />
pelmoes in ijs en meloen met een beetje<br />
citroen. Hij draagt altijd effen witte overhem-<br />
den en geeft de voorkeur aan blauwe<br />
costuums. Hij rookt veel sigaretten en ver-<br />
geet steeds zijn sigarettenkoker te vullen.<br />
Hij heeft het land aan rommel, maar laat<br />
altijd zijn kranten en kleeren slingeren. Hij<br />
houdt van zijn huis, maar wil niet lastig<br />
gevallen worden met huishoudelijke kwesties.<br />
Als John werkt is zijn tijd zoo bezet, dat hij<br />
niets anders doen kan, maar tusschen twee<br />
films kan hij zich wijden aan de bezigheden,<br />
die anderen dagelijks kunnen verrichten. Dan<br />
kan hij golf, tennis of bridge spelen en<br />
zwemmen.<br />
Als hij filmt staat hij vroeg op en is reeds<br />
om zes uur op zijn tennisbaan, waar hij<br />
zich oefent. Vervolgens neemt hij een bad<br />
en ontbijt op de veranda. Vóór acht uur<br />
is hij in de studios. Als hij laat thuiskomt,<br />
brengt hij den avond door met lezen of het<br />
bestudeeren van de opnamen voor den vol-<br />
genden dag.<br />
HÖEFimSTERRER<br />
GEKLEED GAAN
, ij brengen op deze pagina de<br />
' / afbeeldingen van de hoofdperso-<br />
nen uit de groote Ufa-toonfilm<br />
„P.P. I antwoordt niet".<br />
Deze Brich Pommer-productie der Ufa is<br />
vervaardigd naar den gelijknamigen roman<br />
van Kurt Siodmak. Regie voert Karl Haïti,<br />
de hoofdrollen spelen: Hans Albers, Peter<br />
Lorre, Hermann Speelmans en Paul Wester-<br />
meier. De „Deutsche Verkehrsfliegerschüle"<br />
verleende bij de opnamen haar medewerking.<br />
We komen binnenkort op deze bijzondere<br />
film terug.<br />
1. Sybille Schmitz. 2. Hermann Speelmans.<br />
5. Paul Westermeier. 4. Hans Albers. 5. Peter<br />
Lorre. 6. Paul Hartmann.
[Veivolé van pagina 7)<br />
In enkele minuten naderde het drie-<br />
tal het naargeestige einde van de straat,<br />
waarin de MacDots woonden; de ver-<br />
spreide huisjes stonden steeds verder<br />
uit elkaar in een door stukken zandig<br />
terrein onderbroken rij langs de kbst.<br />
Het was laat in den middag en het be-<br />
gon al te schemeren; de zee was don-<br />
ker, purperkleurig en mischte onheil-<br />
spellend. In het brokje achteHuin der<br />
MacDots, dat in het zand uitliep, ston-<br />
den twee schaduwige, kale boomen als<br />
twee in verbazing opgeheven duivels-<br />
handen. Ook de oude juffrouw MacDot,<br />
die hem tegemoet holde, had, mat haar<br />
magere, uitgespreide handen en haar<br />
grimmig gezicht in het spookachtig<br />
halfduister iets weg van een heks.<br />
De professor en de dokter gaven<br />
nauwelijks antwoord op haar schelle<br />
herhalingen van het verhaal van haar<br />
dochter, aangedikt door verbijsterende<br />
toevoegingen uit haar eigen brein. Zij<br />
gingen door den nauwen toegang aan<br />
de voorzijde het huis binnen, totdat<br />
zij aan de deur van den commensaal<br />
van de achterkamer kwamen. Professor<br />
Thurston zette als een ervaren detective<br />
zijn schouder tegen bet paneel en<br />
drukte de deur in.<br />
Ze aanschouwden een zwijgend<br />
beeld van verwoesting.<br />
Niemand zou, na één oogopslag zelfs,<br />
hebben kunnen twijfelen aan het feit,<br />
dat de kamer het tooneel geweest was<br />
van een venijnige botsing tusschen twee,<br />
of misschien meer personen. Er lagen<br />
speelkaarten verspreid over de tafel<br />
en over den vloer, alsof'een spel plot-<br />
seling onderbroken was. Twee wijngla-<br />
zen stonden op een zijtafel klaar, terwijl<br />
een derde aari gruzelementen in ster-<br />
vorm op het vloerkleed lag. Ongeveer<br />
een meter daarvan verwijderd lag iets,<br />
wat uit de verte op een lang mes of<br />
op een korten dolk leek, recht, met een<br />
versierd en beschilderd gevest; het zwak<br />
blinkend lemmet ving juist een glimpje<br />
licht op van het trieste venster daar-<br />
achter, waar doorheen de donkere<br />
boomen zichtbaar waren, afstekend<br />
tegen het loodgrijze vlak der zee.<br />
In de richting van den tegenoverge-<br />
stelden hoek der kamer was een hooge<br />
zijden hoed gerold, alsof hij pas van<br />
iemands hoofd geslagen was, zoodat het<br />
haast leek, alsof hij nog bezig was te<br />
rollen. En daarachter lag Mr. James<br />
Toddington, vormloos als een zak<br />
aardappelen en stijf gebonden als<br />
een postpakket, met een das over<br />
den mond en met zes of zeven touwen<br />
om zijn ellebogen en enkels geknoopt.<br />
Zijn bruine oogen keken levendig rond.<br />
Professor Thurston bleef een oogen-<br />
blik op de deurmat staan en nam het<br />
heele schouwspel in zich op. Toen<br />
stapte hij vlug over het vloerkleed en<br />
nam den hoogen hoed op, om hem ver-<br />
volgens met kracht op het hoofd van<br />
den gebonden Toddington te drukken.<br />
De hoed was zoo wijd, dat hij ver over<br />
de ooren tot op de schouders zakte.<br />
„De hoed van den heer Glas," con-<br />
stateerde de professor. Hij bestudeerde 't<br />
buitenste met een vergrootglas. En toen<br />
begon hij zijn systematische en onver-<br />
btddehjk-logische argumentatie. „Hoe<br />
moeten wij de afwezigheid van mijnheer<br />
Glas en de aanwezigheid van diens hoed<br />
verklaren? Want de heer Glas is niet<br />
slordig op zijn kleeren. Er zit stijl in<br />
dezen hoed, die zorgvuldig geborsteld<br />
en opgestreken is, ofschoon verre van<br />
nieuw. Een oude dandy, zou ik zoo<br />
denken."<br />
XOST.<br />
Een idyllisch snapshot van Barbara Week en Richard Cromwel<br />
bekende Castle Rocks.<br />
■ .' ■ ...<br />
„Maar lieve hemel!" riep juffrouw<br />
MacDot uit, „zouden jullie nu niet<br />
liever eerst dien man losmaken ?"<br />
„Het is niet zonder reden, dat ik hem<br />
als oud kwalificeer," vervolgde de pro-<br />
fessor op onderwijzenden toon. „Het<br />
menschelijke haar valt in verschillende<br />
stadiën uit, maar steeds langzaam, en"<br />
met een vergrootglas zou ik elk dun<br />
haartje in een pas gedragen hoed zien.<br />
Ik zie er geen, dat doet mij dus ver-<br />
genomen bij de<br />
Bent U ook in<br />
Kersttijd in gewicht<br />
toegenomen \<br />
Ja, ja - het zou ook ie veel gevraagd 2ijn,<br />
al die heerlijke - maar copieuse - Kerst-<br />
gerechten te moeten laten staan, zonder ervan<br />
te genieten I U behoeft zich echter niet te<br />
ergeren. Van de overtollige kilo's kunt U<br />
gemakkelijk weer afkomen. Gebruikt Facil-<br />
Pastillesl Facil maakt U slank, langzaam maar<br />
zeker - en zonder dieet, zonder moeite of<br />
eenig gevaar van welken aard ook.<br />
Facil is verkrijgbaar in apotheken en dro-<br />
gisterijen è f 3.- per buis van 100 pastilles<br />
voor een vermageringskuur van 3 weken.<br />
moeden, dat de heer Glas kaal is. Wan-<br />
neer wij nu verder in aanmerking nemen<br />
de hooge, klagende stem, welke juf-<br />
frouw MacDot zoo levendig beschreven<br />
heeft — geduld, beste juffrouw, geduld!<br />
— en wij voegen daarbij den hoed zon-<br />
der haren, dan mogen wij daaruit met<br />
vrij groote zekerheid afleiden, dat de<br />
man gevorderd in jaren is.<br />
Toch is hij waarschijnlijk krachtig en<br />
zoo goed als zeker lang. Ik mag in dit<br />
verband wijzen op het verhaal van zijn<br />
vroegere verschijning aan het venstef<br />
als een lange man met een hoogen<br />
zijden hoed, maar ik geloof, dat ik nog<br />
een sterker aanwijzing heb. Dit wijnglas<br />
is op den grond stuk geslagen, maar<br />
een van de scherven ligt op den hoogen<br />
klamp naast den schoorsteenmantel.<br />
Zoo'n scherf zou daar nooit terecht<br />
zijn gekomen, indien het glas neerge-<br />
worpen was uit de hand van een betrek-<br />
kelijk kleinen man zooals mijnheer Tod-<br />
dington."<br />
„Alles goed en wel," merkte dokter<br />
Talbot op, „maar zou het geen aan-<br />
beveling verdienen Toddington los te<br />
maken ?"<br />
„Het lesje, dat de wijnglazen ons<br />
leeren, eindigt hiermede niet," vervolgde<br />
de hoogleeraar onverethTT&aar. „Mijn-<br />
heer Toddington is, zooals ik gehoord<br />
heb, een kalm, rustig levend man, een<br />
geheelonthouder zelfs. Deze kaarten en<br />
wijnglazen passen niet bij hem; zij zijn<br />
voor den dag gehaald voor een bezoe-<br />
ker. Maar mijnheer Toddington kan<br />
een stel wijnglazen in zijn bezit gehad<br />
hebben of niet, doch er is in elk geval<br />
gèèn bewijs, dat hij wijn gehad heeft.<br />
Er is nergens een flesch of karaf te be-<br />
speuren. Wat is er dan in de glazen ge-<br />
weest ? Misschien brandewijn of whisky<br />
uit een zakflesch van mijnheer Glas.<br />
Wij kunnen ons op deze wijze een voor-<br />
stelling maken van dezen man; hij was<br />
lang, op leeftijd, netjes, maar wat twist-<br />
ziek, stellig verzot op spel en drank,<br />
vermoedelijk zelfs daaraan verslaafd. De<br />
heer Glas is een gentleman, levend aan.<br />
den zelfkant van de groote wereld."<br />
„Hoor eens," riep ' het meisje uit,<br />
„wanneer jelui mij nu niet doorlaat om<br />
hem los te maken, dan zal ik naar<br />
buiten gaan om de politie te roepen."<br />
„Ik zou het u niet aanraden juf-<br />
frouw MacDot," zei professor Thurston<br />
ernstig, „om zoo overijld naar de politie<br />
[Vervolé op pa&na 21)<br />
Een bloemlezing van den geestigsten<br />
geïllustreerden humor uit de<br />
buitenlandsche tijdschriften.<br />
Er is zeer veel te zeggen voor die nieuwe<br />
moderne meubels, die —<br />
in den erend verdwijnen, zoodra de schatter<br />
van de belasting-en komt. (O/e ITocAe iw Bild)<br />
v^wz^-*;;^<br />
Een leelijke handicap voor den duellist.<br />
(Lustige Blaetter)<br />
De bijziende trombonist.<br />
(ZVe Gröne Post)<br />
HAjumxy~z<br />
„O, George, wat schattig van je! En je<br />
had gisteravond nog-al gezegd, dat je roy<br />
nooit meer hoopte terug- te zien!"<br />
(TVie Humorist)<br />
„Man, ik heb niks van je noodiff, zeg ik jel Als<br />
je nu niet ophoudt met mij lastig te vallen, waar-<br />
schuw ik de politie."<br />
„Schitterend, mijnheer I Wat denkt U dan van een<br />
politiefluitje? Een kwartje maarl" (Tif-Bils)<br />
Politie-agent: „Het is zeker een geval van dief-<br />
stal, manheer?"<br />
Dokter: „Eh - nee, dat niet precies, ngent. Ik had<br />
tegen hem gezegd, dat hjj onmiddellijk iets warms<br />
moest nemen en toen hij wegging, nam hij mijn<br />
overjas mee." (TVie Humorist)<br />
- 13 -<br />
CWWJ<br />
Wij hoorden dezer dagen van een<br />
circus-artist, die met zijn onbeschermde<br />
handen scherpe zwaarden en degens<br />
opvangt. — Hij heeft zich met de Kerst-<br />
dagen waarschijnlijk verdienstelijk ge-<br />
maakt met het ophangen van hulst I<br />
Een taalkundige heeft als zijn bevin-<br />
ding medegedeeld, dat er honderden<br />
woorden in de Nederlandsche taal be-<br />
staan, die absoluut overbodig zijn. —<br />
Dat zijn dan zeker de woorden, die onze<br />
buurman gebruikt, als hij „woorden"<br />
heeft met zijn vrouw.<br />
Bij een onlangs gepleegde inbraak in<br />
een kleine voorstad, hebben de dieven<br />
een fortuin aan juweelen ontvreemd en<br />
zich te goed gedaan aan thee en<br />
gebak. — Wat de bewoners van het<br />
huis het meest ergert, is, dat zij niet<br />
eens de moeite hebben genomen de<br />
kopjes af tè wasschen I<br />
„Het moet iets vreeselijks zijn, wan-<br />
neer een komisch acteur tot de ont-<br />
dekking komt, dat hij de gave om grappig<br />
te zijn, heeft verloren!" schrijft een<br />
criticus. — Het is echter nog vreese-<br />
lijker, als hij dat niet ontdektI<br />
In een huis in Norfolk (Engeland),<br />
waar het, naar men zegt, spookt, worden<br />
de deuren onhoorbaar geopend door<br />
geesten. — Wij kunnen ons levendig<br />
indenken, dat het spook verscheidene<br />
aanlokkelijke aanbiedingen krijgt om<br />
zich te associeeren met inbrekersbenden.<br />
„Hoffelijkheid wordt dikwijls een zeer<br />
kostbare kwestie voor een man," ver-<br />
klaart een schrijver. — Speciaal het<br />
voorschrift, dat een heer zijn dame op<br />
het trottoir aan den huizenkant moet<br />
laten loopen, dus waar de winkels zijn.<br />
BEZOEKT HET<br />
LUXOR<br />
PALAST<br />
TE ROTTERDAM
ALS HET LEVEN EEN MISDAAD WORDT<br />
JOHANN BUCKLER. DUITSCHLANDS POPULAIRE MOORDENAAR<br />
Er as geen land, of het heeft zijn<br />
tot een held geworden schurk ge-<br />
had, zijn spitsboef, die door het<br />
volk op een voetstuk werd geplaatst.<br />
De Engelschcn hadden hun Robin Hood<br />
en Jack Sheppard; de Franschen hun<br />
Cartouche en Vidocq; de Amerikanen<br />
hun Paul Jones en Lawson; de<br />
Italianen hun Esposito, die door de<br />
vrouwen van Rome met bloemen werd<br />
omkranst, omdat hij een buitengewoon<br />
wreeden moord had begaan... -<br />
Ook Duitschland heeft zijn „popu-<br />
lairen moordenaar en struikroover" ge-<br />
had, en wel in den persoon van „Schin-<br />
derhannes", of, zooals hij ook wel ge-<br />
noemd werd: „Johann de Vilder."<br />
Schinderhannes' ware naam was Johann<br />
Buckler. Hij werd in 1779 te Muklen in<br />
een dorpje aan de oevers van den Rijn<br />
geboren. Zijn ouders waren arm, maar<br />
mèt eerlijk, hoewel geslepen genoeg<br />
om te zorgen, dat zij uit de handen<br />
der justitie bleven. Gedurende zijn<br />
]eugd, in werkelijkheid tot zijn zestiende<br />
jaar, gebeurde er niets, wat den mis-<br />
dadigen aanleg van den jongen Buckler<br />
kon doen vermoeden. Toen viel hij<br />
echter, en zooals Cartouche begon met<br />
het stelen van kleinigheden, begon hij<br />
met het wegnemen van een gouden<br />
daalder. Spoedig volgde nu evenwel de<br />
eene diefstal op den andere, en weldra<br />
was hij zoover gekomen, dat hij alles<br />
stal wat van zijn gading was. Op een<br />
kwaden dag maakte hij zich meester<br />
van een paard, dat ergens in de weide<br />
liep — een misdaad, waarop de dood-<br />
straf stond! — sprong er op en reed<br />
welgemoed naar Barenbach om... zich<br />
daar te verhuren als helper van den<br />
stadsbeul!<br />
Het zou interessant zijn te weten,<br />
of Buckler, als hij zijn meester hielp<br />
bij het scherpen van diens zwaard, waar-<br />
mee toen de grootste misdadigers ont-<br />
hoofd werden, of wanneer hij behulp-<br />
zaam was de galg op te richten — of<br />
hij toen nooit eens heeft nagedacht over<br />
het treurig einde van hen, die het pad<br />
van den misdadiger boven een eerzaam<br />
leven verkiezen; of hij nooit eens een<br />
visioen gehad heeft van zijn eigen som-<br />
ber einde: dat men hem op een kouden<br />
wintermorgen zijn hoofdhaar afschoor<br />
en hem, als laatsten dronk, een glas<br />
brandewijn reikte, terwijl het schavot<br />
reeds op hem wachtte en het zwaard<br />
klaar gehouden wfcrd om zijn hoofd af<br />
te houwen....<br />
Indien ooit een dergelijk toekomst-<br />
beeld voor zijn geest is opgedoemd -<br />
en daar was toch alle reden voor! —<br />
dan heoft dit hem toch niet op den<br />
rechten weg kunnen brengen, want het<br />
was nog terwijl hij den dienaar der ge-<br />
rechtigheid behulpzaam was, dat hij<br />
er samen met een slager des nachts op<br />
uittrok, om het vee uit de. weiden der<br />
boeren te stelen. Hij werd echter na<br />
korten tijd gesnapt en opgesloten in de<br />
gevangenis te Kun. Het leven daar was<br />
hem evenwel zoo weinig naar den zin,<br />
dat hij uitbrak en naar het Hochwald<br />
vluchtte, waar hij in vereeniging met<br />
een tweetal andere beruchte boeven de<br />
omgeving langen tijd onveilig maakte,<br />
tot hij andermaal werd gearresteerd<br />
en... opnieuw wist uit te breken, dit-<br />
maal reeds binnen een paar uur en met<br />
geen ander hulpmiddel dan een kapot<br />
zakmes, waarmee hij kans zag de tra-<br />
lies van zijn kerker te ontwrichten.<br />
Buckler was nu de held van den dag<br />
geworden — „de man, dien men in geen<br />
enkele gevangenis houden kon"—en<br />
m heel Duitschland was er geen mis-<br />
dadiger of hij zag tegen hem op en<br />
zou hem gaarne als zijn leider hebben<br />
erkend. Toen hij dan ook besloot, een<br />
bende te vormen, beschikte hij reeds<br />
binnen weinige dagen over een groot<br />
aantal mannen, die bereid waren hem<br />
overal heen te volgen en — als het<br />
moest — hun leven voor hem te geven.<br />
Het was in dezen tijd, dat hij bekend<br />
werd als „Schinderhannes" of „Johann<br />
de VilJ 1 Y* '^ ♦ *<br />
Q l --*•« ■ ■•>■•" '<br />
V-A- \ ^&"<br />
- . .■ ■<br />
■. ? y ■■■- ■<br />
hebben de primitieve klanken der wilde<br />
volksstammen met lens en klankband vast-<br />
gelegd, evenals die der ongeschminkte mede-<br />
werkers-filmacteurs. Nijlpaarden, rhinoce-<br />
rossen, leeuwen, krokodillen, flamingo's,<br />
elanden, gorilla's, giraffen en zebra's ver-<br />
vullen alle hun rol in dit wonderlijke<br />
jungle-drama.<br />
De leden der expeditie hebben hun leven<br />
vaak op 't spel gezet, waar het gold de beste<br />
beelden en klanken vast te houden.<br />
Geec enkele mechanische arbeid van blan-<br />
ke tooneelspelers enzoovoort was noodig;<br />
het eenige werk door menschenhanden ver-<br />
richt, is het hanteeren der camera's.<br />
De oogen van de lens en de „ooren" der<br />
microfoon.... zij hebben zich niets laten :<br />
ontgaan bij de zorgvuldige opnamen, die<br />
tezamen een wonderlijk natuurfilm-epos<br />
vormen, dat den naam Congorilla draagt.
. ■ "<br />
EKËDvAMDEMtOtlGi<br />
\<br />
arner First National brengt een spannende rolprent<br />
m ons land waarin de beroemde acteur Edward<br />
. •, u - KODinson dè mannelijke, en de lieftallige Loretta<br />
I OU ^enma V n r n OUWe,iJke h00fdr01 Veriult - Rcgie voerdf wSüam<br />
Het scenario behandelt een drama in China Town de<br />
ne« to?dr jk To Van " S K ar l FrandSCO ' Waar ners tot de „Tong behooren, een geheime<br />
verschillende<br />
Chineesche<br />
E'ewovereeniging.<br />
Op zekeren dag heeft er een moord plaats en het bUfkt<br />
slthts^doofAonï 1 Van . de J T r g " was'Deze moord'K<br />
Low Gpf/FH M ^^l" den N dader gewroken worden. Wong<br />
I «
fi<br />
k V) voot- T ^ «entgen yrdrhad «Q rUg.<br />
I A toen «) ontde*V, * ac\vtet
IJ<br />
EEN MOOI GESCHENK<br />
H. HEYENBROCK<br />
DE SCHILDER VAN LICHT EN ARBEID<br />
Een album bevattendelS prachtig<br />
gekleurde platen naar het werk<br />
van dezen beroemden schilder.<br />
Elke plaat kan als fraaie'wand-<br />
versiering dienen. Het is een ge-<br />
not zoo'n prachtwerk te bezitten<br />
GLASFABRICAGE<br />
NA ONTVANGST VAN tl. 2.50 WORDT U EEN EX. TOEGEZONDEN - ZEND POSTWISSEL VAN fl 2 50 AAN HP .HM<br />
VAN HET WEEKBLAD CNEMA EN THEATER OP G.REER HET BEDRAG OP NoTsso EN TOEZEN^VOTT<br />
-20<br />
[Vervolg van pagina 12)<br />
te loopen. Dokter Talbot, ik doe een<br />
beroep op u om uw beschermelingen<br />
bij elkaar te houden — terwille van hen-<br />
zelf, niet voor mijn genoegen. —<br />
Goed, wij hebben dus een indruk van<br />
de gestalte en van de hoedanigheden<br />
van mijnheer Glas; welke belangrijke<br />
gegevens hebben wij omtrent mijnheer<br />
Toddington? In hoofdzaak drie: hij<br />
leeft zuinig en eenvoudig, bezit wat<br />
geld — en hij heeft een geheim. Nu<br />
staat het vast, dat dit de drie hoofd-<br />
kenmerken zijn van den man, die het<br />
slachtoffer van afpersing is; eveneens<br />
is het duidelijk, dat de ietwat sjofele,<br />
deftige kleeding, de ongebonden ge-<br />
woonten en de luidruchtige verbolgen-<br />
heid van den heer Glas de onmis-<br />
kenbare eigenschappen zijn van den<br />
afperser. Wij hebben de twee typische<br />
figuren van een tragedie, welks uit<br />
afpersingspogingen geboren wordt. Aan<br />
de eene zijde de respectabele man met<br />
een geheim, aan de andere zijde de<br />
Westend-roofvogel met den aangeboren<br />
speurzin voor zulke geheimen. Deze<br />
twee menschen hebben elkaar hier van-<br />
daag ontmoet, hebben twist gekregen<br />
en geweld en een wapen gebruikt."<br />
„Bent u nu van plan die touwen<br />
los te maken?" vroeg het meisje vast-<br />
beraden.<br />
Professor Thurston zetten den hoogen<br />
zijden hoed zorgvuldig op het kleine<br />
tafeltje en liep naar den geknevelden<br />
jongeman. Hij bestudeerde hem aan-<br />
dachtig, bewoog hem een weinig, keer-<br />
de hem, bij de schouders vattend, half<br />
om en gaf toen ten antwoord:<br />
„Neen. Ik denk, dat deze touwen<br />
het wel zullen uithouden totdat uw<br />
vrienden van de politie hem de hand-<br />
boeien omdoen I"<br />
Dokter Talbot keek stomverbaasd op<br />
en sprak: „Hoe bedoelt u?"<br />
De psychiater-criminaloog had het<br />
eigenaardige dolkmes van het vloer-<br />
kleed opgenomen en was bezig het aan-<br />
dachtig te bekijken, toen hij voortging-<br />
„Omdat u mijnheer Toddington ge-<br />
bonden v'ondt, maakt u allemaal direct<br />
de gevolgtrekking, dat die Glas hem<br />
gebonden moet hebben en daarna ge-<br />
vlucht is. Tegen die veronderstelling<br />
zijn vier bezwaren. Ten eerste, waarom<br />
zou een heer, die zoo op zijn kleeding<br />
gesteld is als onze vriend Glas, zijn hoed<br />
achterlaten, wanneer hij uit vrijen wil<br />
weggaat ? Ten tweede," de hoogleeraar<br />
wees naar het raam, „dit is de eenige<br />
uitgang en het is aan de binnenzijde<br />
gesloten! Ten derde kleeft er wat bloed<br />
aan dit lemmet, doch er is aan Todding-<br />
ton geen wond te bekennen. Mijnheer<br />
Glas nam de wond mee, dood of<br />
levend. Voeg bij al deze bezwaren de<br />
waarschijnlijkheid, dat het slachtoffer<br />
eerder zijn kwelgeest zou trachten te<br />
dooden, dan dat de afperser zou trach-<br />
ten de kip te slachten, die de gouden<br />
eieren voor hem legt, dan hebben wij,<br />
dunkt mij, een aardig volledig beeld, dat<br />
sluit als een bus."<br />
„Maar de touwen dan ?" vroeg de<br />
geneesheer verbaasd.■<br />
„Die touwen? Wel, juffrouw MacDot<br />
wilde zoo graag weten, waarom ik Tod-<br />
dington niet van zijn touwen bevrijdde.<br />
Goed, ik zal het haar vertellen. Ik deed<br />
dat niet, omdat mijnheer Toddington<br />
GEORGIA LIND,<br />
die in de film „Wie sag-' ich's meinem Mann" haar rol op zeer verdienstelijke wijze wist<br />
te vertolken.<br />
zichzelf elk oogenblik bevrijden kan."<br />
„Hè?" riep zijn gehoor uit één mond,<br />
maar met geheel verschillende intonaties<br />
van verbazing.<br />
„Ik heb goed naar alle knoopen ge-<br />
keken," vervolgde Thurston rustig.<br />
„Toevallig weet ik iets van knoopen<br />
af; de kennis daarvan vormt een on-<br />
derdeel der criminologische weten-<br />
schap. Elk van die knoopen heeft hij<br />
zélf gelegd en kan hij zélf losmaken;<br />
geen een is er gelegd door een aan-<br />
valler, die hem werkelijk heeft trach-<br />
ten te knevelen. Het geheele zaakje van<br />
de touwen is een handige comedie met<br />
geen ander doel dan om ons te doen<br />
gelooven, dat hij slachtoffer van de<br />
worsteling is, inplaats van dien onge-<br />
lukkigen Glas, wiens lichaam in den<br />
tuin verborgen óf in den schoorsteen<br />
gestopt kan zijn."<br />
Er viel een somber stilzwijgen; het<br />
werd steeds donkerder in de kamer en<br />
de magere takken van de boomen in<br />
den tuin schenen nog kaler en spook-<br />
achtiger dan even te voren. Het leek<br />
bijna of het zeemonsters waren, inkt-<br />
- 21 -<br />
visschcn, kronkelende polypen, die uit<br />
zee waren komen kruipen om de ont-<br />
knooping der tragedie te aanschouwen,<br />
zooals eens de „verrader" uit dit treur-<br />
spel, de verschrikkelijke man met den<br />
hoogen hoed uiit zee was opgedoketi.<br />
Want de geheele atmosfeer was bezwan-<br />
gerd met ziekelijke, benauwende ge-<br />
dachten van misdaad.<br />
Het gezicht van den geneesheer,<br />
goedmoedig als altijd, een tikje koddig,<br />
was plotseling tot een nieuwsgierigen<br />
grijns vertrokken; het was de schep-<br />
pende nieuwsgierigheid van iemand, die<br />
een ingeving krijgt.<br />
„Zegt u dat nog eens, alstublieft,"<br />
verzocht hij op zijn gewone vriendelijke<br />
manier. „Gelooft u, dat Toddington<br />
zichzelf heelemaal alleen kan binden<br />
en ook weer losmaken ?"<br />
„Ja, dat is mijn mcening!" verklaarde<br />
de professor. „Wel heb ik van mijn<br />
leven I" barstte Talbot eensklaps uit.<br />
„Ik vraag me af of het dat kan zijn!"<br />
Hij dribbelde met zijn korte beentjes<br />
door de kamer en keek onderzoakend<br />
in het gedeeltelijk bedekte gezicht van,
.<br />
JUIST I PRECIES, DAAR GAAT HET OM.<br />
HK J 0 . r Th , e ? t , e . r te »-Gravenhaïe was tot<br />
heden niet «relukkig met het herbergen zijner<br />
tooneelgreielschappen. De geboorten waren<br />
steeds voorspoedig ^och de levensduur kort DM<br />
dat W f^ gen d 1 oe i het te "»og-en constateeren,<br />
hhiirJlfUi ? »erelschap van Jin C. de Vos er<br />
./Äl.»5 r ,n ïe i l 'u'P l ls een «Parten kring belangstellenden<br />
om «ch Tieen te verramelen. "<br />
diSS* r ,eU !J? ja " r u w ? l [ < ! iD eezet met een alleraar-<br />
Mf?.in Flf^ aan I S ^ h .r b i itfsp f i in J drie bedrijven van<br />
H»r.f.,V . Vin ^ U l st ,! pr , ecies ' «•"" gaat het om",<br />
dl« 1£K i5 f VO i do V e «J 4 «« 1 ' 8 » «n verwikkelingen<br />
«Lni„ Ch S f8 e e l e ?, ,n dr,e »angrenzende en ineenloopende<br />
hotelkamers te New York. Een jong<br />
2^ ?f V k^ e . B t*7 t ? e t h " r oud eren man.<br />
J.rK ïiiiïïL" J'W ift d ? kam e" »«7 en 1913.<br />
Jaren geleden had de graaf onder ziin kennisies<br />
een filmster gehad, die 8 ?,« echter in^geenja/en<br />
mPr foi5 ,en t en .-.- • • nu 'n hetzelfde hftel, in ka-<br />
^u d« ^ut« 0mt lo gS e l en Va n"lfsprekend komen<br />
HH-I,^ Ste verwikkelingen tot stand en de moei-<br />
Itfkheden, waarin hif verward raakt, zijn zoo groot,<br />
kri»^ pr^"^ 6 "^ medelijden met het/aaOé<br />
^5 ? en ou il e ' ki PP | Xe oom (door Adolf RHkens<br />
&evr 'G ^V^ P e . en , h " ise hot elmeid (waaraan<br />
d!nl A Vos-Poolman een superieure uitbeel-<br />
Po/^! 0 !,^ 0611 «"eftffe, slimme ober (Hans van<br />
Ees maakte hiervan iets ftfnsO komen de moeilijk,<br />
heden nog vérgrooten, «"UOII«K<br />
Hl«?. ÏÜ de . Vos dro eg het stuk, en »ifn alleraar-<br />
vi?H ^P^rinsv binnen de grenzen der charge blij-<br />
A' verdient bijzondere vermelding. Uitstekend<br />
werd hij terzijde gestaan door Will? Dunielman,<br />
iiSj e iu moeil r e ro1 »ah de filmster wist te doen<br />
ffkh^iH £21 g °T ens m,st e als Alice een natmn?<br />
L.H« H„, 0e e l n1 ar vertolking in het beschaafde<br />
kader der voorstell ng goed paste. Ch. Modderman<br />
was een verdienstelijke groom<br />
De verschillende tafereelen volgden elkaar snel<br />
op; stuk en spel »ijn zeker belangstelling waard.<br />
den gevangene. Daarop keerde hij zich<br />
tnomfantelijk naar de anderen. „Ja,<br />
'dat is hetl" deelde hij opgewonden<br />
mede. „Kunt u het niet op zijn gezicht<br />
lezen? Kijk eens naar zijn oogen!"<br />
De geleerde criminoloog en het een-<br />
voudige meisje volgden beiden de rich-<br />
ting van zijn blik. En hoewel de breede<br />
zwarte das de onderste helft van Tod-<br />
dingtons gezicht volkomen bedekte,<br />
zagen zij toch met groeiende zekerheid,<br />
dat de bovenste helft zich krampachtie<br />
vertrok. "<br />
„Hij kijkt vreemd uit zijn oogen,"<br />
nep de jonge vrouw vol medelijden.<br />
„Wreedaards, dat jullie zijn; hij krimpt<br />
van pijn."<br />
„Dat is het geloof ik niet," meende<br />
professor Thurston. „Hij kijkt inderdaad<br />
vreemd uit zijn oogen, maar ik schrijf<br />
die dwarse rimpels toe aan een zekere<br />
psychische abnormaliteit "<br />
„Onzin!" viel dokter Talbot hem op-<br />
gewekt in de rede. „Kunnen jullie niet<br />
zien, dat hij lacht?"<br />
„Lachen!" herhaalde de hoogleeraar<br />
ontsteld. „Maar over wat ter wereld<br />
kan hij lachen ?"<br />
„Wel," antwoordde de ander veront-<br />
BEZOEKT HET<br />
ASTA-<br />
THEATER<br />
[TE DEN HAAG<br />
Jan TC- de Vos en Willy Dunselmar<br />
„Juist I Precies, daar graat het om.'<br />
schuldigend, „ik vrees, dat hij uuitlachi<br />
En, eerlijk gezegd, ik ben geneigd mij-<br />
zelf uit te lachen, nu ik er alles van<br />
weet."<br />
„Waarvan weet gij nu alles?" vroeg<br />
Thurston 'n beetje boos.<br />
„Van Toddingtons beroep."<br />
Talbot schuifelde de kamer rond, ter-<br />
wijl hij een blik van begrijpen van het<br />
eene voorwerp naar het andere liet<br />
dwalen om tenslotte in een schaterlach<br />
uit te barsten. Daarop wendde hij zich<br />
naar den vertoornden specialist.<br />
„Professor Thurston," riep hij enthou-<br />
siast uit, „u bent een groot dichter!<br />
U hebt uit mets een schitterende' fan-<br />
tasie gemaakt, een niet bestaand schep-<br />
sel uit het ledig te voorschijn geroepen,<br />
Van hoeveel meer beteekenis is dat dan,<br />
wanneer u alleen de naakte feiten aan het<br />
hcht had gebracht." „Die naakte feiten<br />
zijn werkelijk erg laag bij den grond."<br />
zei professor Thurston uit de hoogte.<br />
„Mijn feiten zijn alle van een onverbid-<br />
delijke logica, al zijn ze noodzakelijker-<br />
wijze onvolledig. Er mag eenige ruimte<br />
gelaten worden voor intuïtie, misschien<br />
— of voor fantasie, als gij aan dezen<br />
term de voorkeur geeft —maar uitslui-<br />
tend, omdat de correspondeerende bij-<br />
zonderheden tot nu toe niet vastgesteld<br />
kunnen worden, - door de afwezigheid<br />
van mijnheer Glas "<br />
„Juist, daar gaat het om!" viel de<br />
kleine geneesheer heftig knikkend in,<br />
„over dat punt moeten wij het eerst<br />
eens zijn — de afwezigheid van mijnheer<br />
Glas. Hij is buitengewoon afwezig. Ik<br />
geloof zelfs, dat er nog nooit iemand<br />
zóó afwezig is geweest.. Hij staat buiten<br />
de werkelijkheid, om het zoo maar eens<br />
uit te drukken."<br />
J<br />
Het nieuwe jaar is ingetreden. Dat ik je<br />
allemaal het beste toewensch sprei<br />
van zelf. Ik wilde jelui niet vervel<br />
met een schoongestelde ontboezeming. We z<br />
het er over eens, dat we elkaar wederzijds, d<br />
de lezers van dit blad, deszelfs redactie en mee<br />
werkers ter eenre zijde en Petrus Pruttelaar i<br />
andere, zooals het in officieele stukken he<br />
het beste gunnen.<br />
En ik wil jelui de ergernis besparen om la<br />
na te kaarten. Over iets, waarover we het e«<br />
zijn.<br />
Dat verklaart meteen waarom ik w?l la<br />
gedebatteerd heb met m'n lieve egade, die i<br />
2 Januari heel plechtstatig bij me kwam<br />
me vroeg:<br />
Zeg ereis Petrus, welke voornemens heb<br />
nu voor 1933?<br />
D'r doorheen te komen,'was m'n lusrt<br />
bondig antwoord. Ik kon dat zoo rustig Sggc<br />
omdat ik zeker van m'n kwaliteiten ben, daa<br />
door ook zeker van m'n post als uw aller vriei<br />
en pruttelaar, met inbegrip van de wekelijkse!<br />
betaling van mijn niet hoog genoeg te waarde<br />
ren pennevruchtcn.<br />
Da's nou net weer zoo iets voor jou, 2<br />
m'n andere helft, die men beleefdheidshalv<br />
de betere pleegt te noemen. Je weet dromme<br />
goed wat ik bedoel. Welke goede voorneme<br />
heb je?<br />
Ik bleef op de vlakte en zei met een brei<br />
gebaar: Alle Wat er echter van komi<br />
zal. Dat weet ik niet. . . .<br />
Schei je uit met dat onzalig gerook? Met<br />
twee borrels per dag? Met je liefhebberij o<br />
vier maal per jaar een nieuwen hoed te ko-<br />
pen . . . . ?<br />
Zwyg mensch, viel ik vol ergernis uit, b<br />
is de plicht van ieder man, met een vast ink<br />
men, zooals ik, om z'n geld niet te pottci<br />
de industrie, de handel, het zakenleven te stei<br />
nen, door zijn geregelde inkoopen. Ik rook e<br />
houd daardoor niet alleen mijn mond opei<br />
maar die van m'n sigarenleverancier en de lie<br />
talhge juffers, die zooals men mij verzeker<br />
heeft sigaren en sigaretten helpen maken.<br />
Natuurlijk, zei m'n vrouw, voor de meisj<br />
heb jij altijd geld over. ...<br />
Ik koop m'n dassen, omdat ik 'n ander gce<br />
das wil aandoen, ik schaf mij een hoed aai<br />
omdat ik 't in. deze hoofdzaak eens ben met (<br />
menschen, die de malaise willen bestrijden, doe<br />
net te doen alsof ze geen kennis d'r mee wille<br />
maken. ... En toen wendde ik mij vol waai<br />
digheid tot mijn vrouw en vroeg:<br />
Maar wat doe jij? Jij, die geen vast inkome<br />
hebt. .<br />
Is dat mijn schuld, heb ik je niet dikwij<br />
genoeg oiq, huishoudgeld en een geregelde to<br />
lage gevraagd, brieschte m'n vrouw.<br />
... J8 die geen vast inkomen hebt, ging 1<br />
onverstoord voort, jij dient je te bezuinigen<br />
Begrijp jelui nou, dat m'n egade woest g(<br />
ergerd weg liep?<br />
Zoo zijn de vrouwen.<br />
Ze hebben geen begrip van logica.<br />
PETRUS PRUTTELAAR<br />
„Bedoelt u, te zeggen, dat een der-<br />
gelijke persoon niet bestaat?"<br />
Nogmaals knikte dokter Talbot. „Het<br />
schijnt jammpr," ze 1 hij, „maar ik kan<br />
het niet anders inzien."<br />
Max Thurston liet een superieur<br />
lachje hooren. „Goed," antwoordde hij,<br />
„laten wij, vóór wij onze aandacht<br />
wijden aan de honderd en één andere<br />
gegevens, het eerste bewijs nemen, dat<br />
wij vonden — het eerste feit, dat wij op-<br />
merkten, toen wij in deze kamer kwa-<br />
men. Wanneer er geen mijnheer Glas<br />
is, van wien is deze hoed dan ?"<br />
„Die is van Toddington," klonk het<br />
beslist.<br />
„Maar hij past hem niet," protes-<br />
teerde Thurston ongeduldig. „Hij zou<br />
hem onmogelijk kiinnen dragen I"<br />
De geneesheer schudde onverstoor-<br />
baar zachtmoedig zijn hoofd.<br />
„Ik heb ook niet gezegd, dat hij<br />
hem zou kunnen opzetten," antwoordde<br />
hij, „ik heb alleen gezegd, dat het zijn<br />
hoed was. Of, wanneer gij het op een<br />
eenigszins andere manier uitgedrukt wilt<br />
hebben, dat die hoed van hem is."<br />
, „En met welk doel zou mijnheer<br />
Toddington een dergelijkcn veel te<br />
wijden hoed in zijn bezit hebben?" in-<br />
formeerde de geleerde laatdunkend.<br />
• „Om er konijnen uit te voorschijn te<br />
laten komen," antwoordde de genees-<br />
heer prompt.<br />
„Konijnen ?" herhaalde professor<br />
Thurston onthutst.<br />
„Ja, konijnen, linten, lekkernijen,<br />
goudvischjes, serpentines. Hebt u daar<br />
niets van begrepen, toen gij de los ge-<br />
knoopte touwen ontdekte ? Met den dolk<br />
is het al net zoo. Toddington heeft geen<br />
schrammetje op zijn huid opgeloopen,<br />
zooals gij terecht zegt, maar hij heeft<br />
van binnen een wondje gekregen. Kunt<br />
u mij volgen ?"<br />
„Denkt u, dat hij onder zijn kleeren<br />
gewond is," vroeg Maddy MacDot be-<br />
zorgd.<br />
„Neen, ik bedoel niet onder Todding-<br />
tons kleeren; ik bedoel precies wat<br />
ik zeg: onzen vriend Toddington van<br />
binnen."<br />
„Houdt u mij ten goede, dokter,"<br />
mengde de geleerde zich ^geprikkeld in<br />
de discussie, „maar ik begin langzamer-<br />
hand heusch te gelooven, dat u niet<br />
heelemaal bij uw verstand bent."'<br />
De geneesheer glimlachte genoeglijk;<br />
volstrekt niet beleedigd door dezen<br />
uitval.<br />
„Laat ik niet langer in raadselen<br />
spreken," verklaarde hij op zijn rustige,<br />
welwillende manier. „De kwestie komt<br />
hierop neer, dat onze jonge vriend daar<br />
in den hoek, bezig is zich te bekwamen<br />
Voor het schoone vak van goochelaar,<br />
jongleur, degenslikker, buikspreker en<br />
boeienkoning. De hoed is bestemd voor<br />
de goocheltoeren. Er zijn geen haren<br />
in te vinden, niet omdat de ongeboren<br />
meneer Glas kaalhoofdig is, maar om<br />
de eenvoudige reden, dat de hoed nooit<br />
door iemand is gedragen. De drie gla-<br />
Uw huid mag niet moe, onrein of gerimpeld<br />
zijn. U gevoelt U dan ook zelf mocgiusteloos<br />
en onzeker. ScherkFaceLotion relitig^dehütd<br />
tot diep in de poriën, verwijdert meeëters,<br />
prikkelt bloedsomloop en uitademing van<br />
de huid.-F.^n paar druppel» op een pro|<br />
watte druppelen, het gezicht meermol<br />
per dag, speciaal 's morgens en 's avondi<br />
licht masseerend ofwrijven en Uw huid<br />
wordt zienderoogen jeugdigeren mooier.<br />
Wie een 15 et. postzegel stuurt aan<br />
Firma S. Blindeman&Co., v. Baerlestraat 89,<br />
Amsterdam, ontvangt een proef. Verzoeke<br />
echter nauwkeurige opgave van adres.<br />
Scherk Face Lotion is slechts echt in<br />
origineele flacons met opschrift Scherk.<br />
Mystik um poeder, de beroemde<br />
Scherk poeder.<br />
SCHERF<br />
Per flacon fl. 0.75, 1.20, 2.10, 4.50<br />
zen wijzen er op, dat Toddington bezig<br />
was zich te oefenen in jongleeren, door<br />
ze in een boog op te gooien en weer op<br />
te vangen. Er zat geen spoor van vloei-<br />
stof in; dat schijnt professor Thurston<br />
ontgaan te zijn! Maar daar Toddington<br />
nog geen groote routine heeft, is er<br />
een glas tegen den muur aan scherven<br />
gevlogen. De aanwezigheid van het dolk-<br />
mes vindt zijn verklaring in het feit,<br />
dat Toddington zich tot taak had ge-<br />
steld het in te slikken. Maar, daar hij<br />
ook deze kunst nog niet volmaakt- be-<br />
heerscht, heeft hij zijn keel van binnen<br />
licht gekwetst. Vandaar de wond binnen<br />
in hem, waarover ik sprak, welke wond<br />
echter, gezien de uitdrukking in zijn<br />
oogen, niet van ernstigen aard is.<br />
Tenslotte was hij zich aan het<br />
oefenen in het boeienkoningschap en<br />
juist toen hij zich weer van zijn banden<br />
wilde bevrijden, stormden wij met z'n<br />
vieren de kamer in. De speelkaarten<br />
lagen over den vloer verspreid — na-<br />
tuurlijk het gevolg van zijn pogingen<br />
om handigheid te krijgen in de kunst<br />
ze door de lucht te laten vliegen. Het<br />
spreekt vanzelf, dat hij over zijn vak<br />
zweeg, en zich bij zijn repetities in<br />
zijn kamer opsloot, want het is voor een<br />
goochelaar een eerste vereischte, de<br />
techniek van zijn kunstgrepen geheim<br />
te houden. Het praatje over de een of<br />
andere fantastische persoonlijkheid met<br />
een hoogen hoed op, die eens door zijn<br />
achterraam zou hebben gekeken en die<br />
door hem na een twistgesprek zou zijn<br />
weggejaagd, was voldoende om ons<br />
allen op een romantisch dwaalspoor te<br />
brengen."<br />
„Maar die twee stemmen dan?" vroeg<br />
Maddy.<br />
„Heb je nooit van een buikspreker ge-<br />
hoord ?" klonk dokter Talbots weder-<br />
vraag. „Weet je niet, dat zij eerst met<br />
hun gewone stem spreken en dan zich-<br />
zelf antwoord geven met die schelle,<br />
pieperige, onnatuurlijke stem, die jij<br />
meende, dat aan een mijnheer Glas<br />
toebehoorde ?"<br />
— 25-<br />
Er volgde een lange stilte en pro-<br />
fessor Thurston beschouwde den kleinen<br />
man met een aandachtigen glimlach.<br />
„U bent inderdaad een scherpzinnig<br />
en vindingrijk man," prees hij, „ik moet<br />
eerlijk bekennen, dat een detective geen<br />
logischer en systematischer ontrafeling<br />
van het mysterie had kunnen geven.<br />
Die eer komt u ongetwijfeld toe. Maar<br />
er is nog één punt, met betrekking<br />
tot den heer Glas, dokter, dat u niét<br />
hebt opgehelderd en dat is zijn naam I<br />
Juffrouw MacDot heeft duidelijk ge-<br />
hoord, dat Toddington hem zoo<br />
noemde."<br />
Dokter Talbot toonde een kinderlijk<br />
plezier in deze vraag.<br />
„Dat is wel het gekste van deze<br />
heele dwaze geschiedenis. Als die<br />
goochelende jongeman daar de drie<br />
glazen om de beurt in de hoogte wierp,<br />
telde hij ze hardop, wanneer hij ze<br />
weer opving en gaf ook met luider<br />
stemme aan, wanneer hij er. een miste.<br />
Wat hij werkelijk zei moet dit zijn ge-<br />
weest : één, twee drie, één glas ge-<br />
mist, één, twee —• één glas gemist,<br />
enzoovoort. Maar voor wien niet be-<br />
greep, waar het over ging, kon het<br />
lijken alsof hij een mijnheer Glas toe-<br />
sprak."<br />
Opnieuw heerschte er stilte in de<br />
kamer en daarop barstte het heele ge-<br />
zelschap in een daverend lachen uit.<br />
Op hetzelfde oogenblik maakte de ge-<br />
stalte in den hoek zijn touwen los en<br />
liet ze met een smak op den grond<br />
vallen. Vervolgens met een buiging naar<br />
het midden der kamer komend, trok hij<br />
een groote, in rood en blauw bedrukte<br />
kaart uit zijn zak, waarop vermeld<br />
stond, dat „Zaladin", de grootste too-<br />
venaar, slangenmcnsch, boeienkoning,<br />
buikspreker en menschelijke kangoe-<br />
roe, dien de wereld ooit had aan-<br />
schouwd, met een geheel nieuwe pro-<br />
gramma verbijsterende attracties zou op-<br />
treden in het „Seashore Pavillon", te<br />
Eastbourne, op Maandag aanstaande,<br />
te 8 ure precies.
MIJN NEEF. JANSSEN<br />
fat zijn krant te lezen, terwijl mijn nicht,<br />
blijkbaar m een niet al te best humeur<br />
tegenover hem zat.<br />
„Ik heb nu al tweemaal wat tegen<br />
je gezegd, zonder antwoord te krijgen"<br />
zei mijn nicht boos. JO . » •<br />
Mijn neef zweeg en las verder.<br />
„Ik begrijp niet, waarom ik ooit met<br />
je ben getrouwd, terwijl er zooveel<br />
andere mannen waren, die mij aan-<br />
baden."<br />
Mijn neef keek op van zijn krant.<br />
„Benijdenswaardige, knappe kerels!"<br />
meesmuilde hij.<br />
„Ja, knapper dan jij!" zei mijn nicht<br />
boos.<br />
„Dat moeten ze zeker geweest zijn "<br />
concludeerde mijn neef. „Want zij zijn<br />
ontsnapt!"<br />
Diplomatiek — Dame: „Je bent recht<br />
van lijf en leden en je ziet er sterk<br />
genoeg uit om te kunnen werken."<br />
De slimme landlooper: „Dat weet ik,<br />
mevrouw. Maar u bent knap genoeg om<br />
een revue-ster te zjjn en u houdt' toch<br />
blijkbaar óók meer van een rustig<br />
leven."<br />
De dame (gevleid): „Nou, kom dan<br />
maar even binnen. Ik zal eens zien,<br />
of ik met nog een stukje vleesch voor<br />
je heb."<br />
Winkelende echtgenoote: „Ik weet<br />
werkelijk niet, wat ik voor een mantel<br />
moet dragen. Mijn bontmantel wordt<br />
heelemaal kaal."<br />
Zuinige man: „Ja, dat heb ik gezien.<br />
Ik zal je voor je verjaardag een haar-<br />
groei-middel geven."<br />
Meijer: „Je hebt aan Van Leeuwen<br />
verteld, dat je mij vijftig gulden hebt<br />
geleend. Waarom heb je dat niet voor<br />
jezelf gehouden ?"<br />
Leenmans: „Ik wou, dat ik het ge-<br />
daan had,—ik heb 't hard noodig."<br />
„Vader, wat zijn nu eigenlijk voor-<br />
vaderen ?"<br />
„Nou, kijk eens, ik ben bijvoorbeeld<br />
een van je voorvaderen, en je groot-<br />
vader is een van je voorvaderen..."<br />
„Maar waarom zijn de menschen dan<br />
nltijd zoo trotsrh op bun voorvaderen?"<br />
ONZE WEKELIJKSCHE<br />
PRIJSVRAAG<br />
Vraag twee honderd en zes.<br />
Wie 'was Cartwright ?<br />
Wij stellen een hoofdprijs van f 2.50<br />
en vijf fraaie troostprijzen beschikbaar,<br />
te verdeden onder hen die vóór 25<br />
Januari goede oplossingen zepden aan<br />
ons adres: Redactie „Het Weekblad",<br />
Galgewater 22, Leiden. Op briefkaart<br />
of enveloppe gelieve men duidelijk te<br />
vermelden: VraaS 206. Indische<br />
abonnes hebben tot 25 Maart gelegen-<br />
heid de oplossingen in te zenden.<br />
Vader: „Waarom wil je niet met<br />
Charlie trouwen?"<br />
Dochter: „Ik wil alleen trouwen met<br />
een man, die het leven kent en zijn<br />
zorgen kan dragen."<br />
Vader: „O, ik begrijp het al: een<br />
weduwnaar."<br />
„Ben je zoo treurig, omdat ik mor-<br />
gen wegga?"<br />
„Neen, maar ik dacht, dat je van-<br />
daag al ging!"<br />
„Mijn schoonmoeder komt maar twee<br />
maal per jaar op visite..."<br />
„Wat 'n geluksvogel ben je!"<br />
„... en zij blijft telkens vijf maan-<br />
den!<br />
De mijnheer had in het dorpsloge-<br />
ment overnacht. Toen hij 's morgens de<br />
deur van zijn kamer opende, stonden<br />
zijn schoenen daar nog ongepoetst. Op<br />
zijn woedend gebel kwam de dikke<br />
waard aanschommelen.<br />
„Gisteravond heb ik mijn schoenen<br />
voor Qe deur gezet en nu staan zij<br />
er nog!" zei de gast.<br />
„Ja mijnheer, natuurlijk! Wij zijn<br />
eerlijke menschen!"<br />
Hoffelijk boog de jongeman voor<br />
de dame: „Mag ik den laatsten dans<br />
van u hebben?"<br />
„Dien hebt u al gehad!" antwoordde<br />
zij ijzig.<br />
In de groote vacantie had mijnheer<br />
Meester, de hoofdonderwijzer, eindelijk<br />
gelegenheid om een bezoek te brengen<br />
aan het land der Grieksche helden en<br />
wijsgeeren. Toen hij ergens in de om-<br />
geving van Sparta was, stuurde hij zijn<br />
zoon, die thuis was, een prentbriefkaart<br />
met de-volgende woorden: „Mijn beste<br />
jongen. Op dit plaatje zie je de beroemde<br />
rots, waarvan de Spartanen hun ont-<br />
aarde zoons in zee wierpen. Ik wou,<br />
dat je ook hier was. Vele groeten van<br />
je vader."<br />
Mevrouw ging een poosje uit logee-<br />
ren. Toen zij in het oord barer be<br />
stemming aankwam, kwam zij tot de<br />
ontdekking, dat zij haar gouden broche<br />
miste. Zij schreef daarom een briefje<br />
aan haar dienstbode, waarin zij vroeg,<br />
of deze de broche misschien op den<br />
vloer van de eetkamer had gevonden,<br />
toen zij dien veegde. Eenige dagen'<br />
later kwam het antwoord: „Beste me-<br />
vrouw: u vroeg of ik soms wat op den<br />
vloer in de eetkamer had gevonden<br />
Alles wat ik gevonden heb is: dertig<br />
afgebrande lucifers, drie kurken en een<br />
pak speelkaarten."<br />
Den volgenden dag kwam mevrouw<br />
terug.<br />
— 24 -<br />
ef|è<br />
.Komiek: „Den laatsten keer, dat ikr<br />
in de revue optrad, was het gelach van<br />
de menschen reeds op een afstand te<br />
hooren!"<br />
Directeur: „Is 'theusch? Wat was<br />
er dan aan de hand?"<br />
Het was op een danspartijtje, dat een<br />
van de gasten plotseling een porte-<br />
feuille met honderd gulden kwijt was.<br />
Hij klom op een stoel en zei: „Dames<br />
en beeren! Ik heb mijn portefeuille met<br />
honderd gulden verloren. Ik zal den<br />
man, die haar vindt, met vijf gulden<br />
beloonen."<br />
Stem uit de achterhoede: „Ik bied<br />
zeven vijftig!"<br />
„En toen," vertelde de beklaagde,<br />
„sloeg mijn vrouw mij met een eiken-<br />
blad."<br />
„Nu, dat kan u niet veel pijn doen,"<br />
meende de kantonrechter.<br />
„Nou, en óf," verzekerde de be-<br />
klaagde. „Het was het blad van de<br />
tafel, ziet ui"<br />
Op het diner zat een dame naast<br />
een bekend medicus. Zij vond, dat zij<br />
dit gelukkig toeval meteen wel eens<br />
kon uitbuiten en er een kosteloos dok-<br />
tersadvies uit slaan.<br />
vWüt u wel gelooven, dokter," be-<br />
gon zij, „dat ik mij sonis te moe voel<br />
om 's morgens mijn boodschappen te<br />
gaan doen?! Is er iets, dat u mij kunt<br />
aanbevelen om te nemen?"<br />
„Ja zeker," antwoordde de dokter<br />
droog. „Een taxi."<br />
De gescheiden dame eischte vanhaar<br />
vroegeren echtgenoot een bepaalde som<br />
voor levensonderhoud. Nadat beide par-<br />
tijen gehoord waren, richtte de rechter<br />
zich aldus tot den man:<br />
„Wij hebben besloten, uw vrouw een<br />
bedrag van twintig gulden per week<br />
toe te staan."<br />
De echtgenoot glimlachte stralend en<br />
z
DE DEQDE riUZEÓT^^^<br />
EEN PREMIÈRE DOOR HET<br />
AMATEUR TOONEEl J<br />
„Een liddei kwam voorbV".<br />
Jan Fabricius' comedie heeft de<br />
Nederlandsche première beleefd<br />
bij... dilettanten! Het Jong Too-<br />
neel te 's-Gravenhage, onder de be-<br />
kwame leiding van Drs. T. J. C. Gerrit-<br />
sen en Dr. J. J. Fock, heeft hiermede<br />
een goede daad gedaan, want met be-<br />
langstelling werd toch uitgezien naar<br />
het meuwste product van onzen popu-<br />
lairen tooneelschrijver. In Engeland be-<br />
leefde het reeds lang geleden de eerste<br />
opvoering, eerst thans maakten wij er<br />
kennis mede.<br />
Het hoofdmotief is de bekende drie-<br />
hoeksverhouding van man, vrouw en<br />
vriend, doch het is geheel nieuw en<br />
verrassend uitgewerkt. Het is andere<br />
dan wij m stukken van Fabricius ge-<br />
woon zijn, en toch herkennen wij in den<br />
dialoog meer dan eens den auteur.<br />
Het Jong Tooneel, met deze comedie<br />
i uitkomende voor onzen Wisselbeker-<br />
wedstnjd, heeft er een zeer goede op-<br />
voering van gegeven, maar... toch is<br />
de keuze te zwaar geweest, want zelfs<br />
onze bekwaamste acteurs zouden er<br />
handen vol werk mede hebben. Dat<br />
de opvoering toch op een hoog peil<br />
stond, zal zeker voor een groot gedeelte<br />
te danken zijn aan den regisseur Dr<br />
J. J. fock.<br />
Het stuk telt slechts vijf rollen, waar-<br />
van twee, die van Trientje — alleraar-<br />
digst vertolkt door Fietje Saarloos —<br />
en van Jan, een reizend muzikant (Co<br />
Lodewijks), kleine' roUen zijn. Heel goed<br />
was de onschuld en het dialect van<br />
Trientje, haar loopen echter was wat<br />
te „grootsteedsch". Co Lodewijks was<br />
de verliefde muzikant, zonder opsmuk<br />
en natuurlijk.<br />
Dan komt de zware rol van Liesje,<br />
die door mejuffrouw Letje Offerman<br />
werd gebracht. Haar natuurlijk spel was<br />
verrassend, het beste spel gaf zij in het<br />
derde bedrijf. Hoe goed wist zij toen<br />
met de beide mannen te spelen. Nog<br />
wat meer charme zou de geheele ver-<br />
tolking nog hebben doen winnen.<br />
Herman Heynderickx als Peter, haar<br />
man, was niet zoo natuurlijk als zijn<br />
tegenspelers, toch wist ook hij zich<br />
kranig door deze moeilijke rol heen<br />
te slaan. Soms was het overdreven<br />
pathos wel eens hinderlijk en hield hij<br />
zijn „tipsy-zijn" niet altijd voldoende<br />
vol Deed hij het wél, dan was het uit-<br />
stekend. Niettegenstaande zijn mooi ge-<br />
luid, was hij soms moeilijk verstaanbaar<br />
De vreemdeling was Gerard Schild<br />
toevertrouwd. Ook deze dilettant heeft<br />
niervan een uitstekende vertolking ge-<br />
geven Wat heerlijk los, wat goed van<br />
dictie! Dat was geen rol „opzeggen",<br />
hij wist terdege „wat" hij zei!<br />
Het geheel een hoogst beschaafde<br />
opvoering, een rolkennis, die klonk als<br />
een klok — even in II was de vreem-<br />
dehng er uit! — Ook grime en klee-<br />
dmg waren goed verzorgd, eveneens<br />
de tooheelaankleeding.<br />
Een stampvolle Seinpostzaal met vele<br />
bekende „beroepspremière-bezoekers"<br />
heeft het meuwe werk van Fabricius<br />
evenals het hoogst verdienstelijk spel<br />
^der vertolkers, met enthousiasme ont-<br />
vangen.<br />
Met deze opvoering werd, zooals ge-<br />
zegd, deelgenomen aan onzen Wissel-<br />
bekerwedstrijd. De jury bestond uit<br />
mevrouw Marie van Eysden Vink, (de<br />
heer J. J. Vurtheim was door ziekte ver-<br />
hinderd) den heer D. J. Visser en<br />
HENRI A, VAN EYSDEN Jr.<br />
TOONEEE-EFFECTEIV<br />
(Geluiden)<br />
Wij hebben er reeds dikwijls op<br />
gewezen, dat spel alléén niet<br />
voldoende is voor het volledige<br />
succes van een uitvoering; vooral ook<br />
de sfeer moet in den juisten toon zijn<br />
en het hare bijdragen. Verschillende<br />
tooneel-effecten en -geluiden zijn hierbij<br />
van groot belang, de minste afwijking<br />
hierm kan een scène volkomen be-<br />
derven.<br />
Wanneer ik u thans, waarde lezer,<br />
ga vertellen, hoe verschillende tooneel-<br />
effecten en geluiden verkregen worden<br />
dan geschiedt dit hoofdzakelijk, omdat<br />
in verreweg de meeste gevallen de tech-<br />
nische inrichting der tooneelen, waar<br />
onze amateurs spelen, van een zeer<br />
onvoldoend gehalte is, zoodat dus de<br />
vindingrijke geest van den regisseur dit<br />
moet overwinnen. Ons doel is hem hier-<br />
bij terzijde te staan.<br />
Laat ons beginnen met het imitee-<br />
ren van eenige „natuur-elementen".<br />
De regen.<br />
De beste nabootsing verkrijgt men<br />
met een houten bus in cylindervorm,<br />
ongeveer 1.75 m lang en 15 cm in<br />
doorsnee. Span van binnen onbuigzame<br />
staaldraden met niet meer tusschen-<br />
ruimte dan 5 cm naast en 7 ä 8 cm<br />
onder elkaar. De bus wordt dan voor<br />
een vierde gedeelte gevuld met ronde,<br />
gedroogde erwten. Draait men de bus<br />
nu m de lengte om, dan vallen de<br />
erwten via de staaldraden naar beneden.<br />
Het geluid, veroorzaakt door het raken<br />
dezer draden en vervolgens het vallen<br />
der erwten op het hout van de bus,<br />
geeft een zeer natuurlijke imitatie van<br />
regenval.<br />
De wind.<br />
Het geluid van wind en storm wordt<br />
geïmiteerd door den zoogenaamden<br />
windmolen. Deze is nog al moeilijk te<br />
vervaardigen. Hij bestaat uit twee wielen<br />
en een stuk alpaca. Naar mate<br />
men harder of zachter (ook met plotselinge<br />
rukken) draait, geeft het<br />
schuren van het alpaca over het hout<br />
een gierenden wind weer. Elk tooneel,<br />
hoe primitief ook ingericht, behoort<br />
dit apparaat te bezitten: is dit niet<br />
het geval, dan zal men het gemakkelijk<br />
kunnen huren.<br />
(Wordt vervolgd)<br />
- 26 -<br />
Joseph von Sternberg, de beroemde repsseur, is<br />
uit Amerika teruggekeerd en zal er voorloopijf niet<br />
meer heengaan. Waar htf wel rerie zal voeren, staat<br />
nog niet vast. Op dit punt is hif zeer greheimzinnig.<br />
De filmactrice Elinor<br />
rair behaalde verleden<br />
week ook een record.Zif<br />
huwde den vlieger Da-<br />
niels en liet zich na drie<br />
uur weder scheiden.<br />
Jack Pickford, een broer<br />
van Mary Pickford, is op<br />
ifi-jarigen leeftyd te Pe-<br />
rils gestorven. Hij filmde<br />
sinds ztfn veertiendejaar,<br />
heeft echter niet veel<br />
succes mogen oogsten.<br />
Hij zal te Hollywood be-<br />
graven worden.<br />
Sylvain Poons viert 17 Januari in de operette „Vic<br />
ton " en haar huzaar" zijn 20-jarig tooneel<br />
jubileum.<br />
rik« n iS« r «Ä b I evInd i lic !! reed8 0 P W «K "•« Arne<br />
nka. Den 6den Januari scheepte zij zich te Bremer<br />
^^^^^ hafen op de „Europa in.<br />
EEN PRAATJE MET BEKENDE ONBEKENDEN<br />
CLAIRE CLAIRY EN RICHARD SALLABA VERTELLEN<br />
Zu jedem kommt einmal das Glück"..<br />
om met vet gredrukte letters op een<br />
affiche aangekondigd te worden? On-<br />
willekeurig dacht ik hieraan, toen de kleed-<br />
kamerdeur van den jongen tenor Richard<br />
Sallaba, die mij een en ander had verteld,<br />
achter mij dichtviel.<br />
Fritz Hirsch, die na een tournee van ze-<br />
ven maanden door Duitschland weer in de<br />
residentie is teruggekeerd en zijn rentree<br />
maakte met „Die Blume von Hawai" en<br />
met een wereldpremière van de operette<br />
„Zu jedem kommt einmal das Glück",<br />
bracht ons behalve zijn trouwe schare van<br />
medewerkers, twee nieuwe krachten, die<br />
voortaan een voorname plaats iA het ta-<br />
bleau de la troupe zullen innemen.<br />
De uitstekende indruk, dien beide nieuwe<br />
begaafde krachten achterlieten bij hun eer-<br />
ste optreden, deed mij besluiten eens nader<br />
met hen kennis te gaan maken, ten einde<br />
iets uit hun, nog jonge, leven te vernemen.<br />
Het was pauze. Achter hangt niet die ge-<br />
zellige sfeer — het kenmerk der Hirsch-<br />
opvoeringen — als in de zaal. Brandwachten<br />
loopen dobr de smalle gangen, de orkest-<br />
leden verdringen zich in de kleine ruimte,<br />
waar gerookt mag worden. Het is rustig,<br />
alleen uit de kleedkamers klinken stemmen<br />
en daar worden de stembanden geoefend.<br />
Boven liggen de heerenkleedkamers. • Op<br />
de derde deur lees ik de namen: May —<br />
Sallaba. Een tikje op de deur en weldra<br />
bevind ik mij met Albert May en Richard<br />
Sallaba in de, niet direct voor drie perso-<br />
nen gebouwde, kleedkamer.<br />
jj De nieuwe tenor is een vriendelijke jon-<br />
geman, die door niemand minder dan door<br />
Alexander Moissi werd opgemerkt. Ge-<br />
boortig uit Weenen kwam hij reeds op jeug-<br />
digen leeftijd aan 't tooneel en ging eerst la-<br />
ter over naar de lichtere muze, de operette.<br />
„Mijn grootste succes beleefde ik in<br />
„Wenn die kleinen Veilchen blühen"/' ver-<br />
telt Sallaba. „De operette trok mij steeds 't<br />
meest aan, doch ik heb aan mijn tooneel tijd<br />
zeker mooie herinneringen, vooral aan den<br />
tijd, toen ik aan de Reinhardt Bühne was<br />
verbonden. Ik gasteerde in Oostenrijk en<br />
zelfs in Tschecho-Slowakije. Als tegenspe-<br />
lers had ik niemand minder dan Albert<br />
Basserman en den, ook bij u bekenden f ilm-<br />
speler, Hans Albers."<br />
„Hoe bent u zoo bij Hirsch gekomen?"<br />
.(„Dat heb ik aan Moissi te danken. Toen<br />
Juj een paar maanden in Holland optrad,<br />
had hij den directeur hier op mij opmerk-<br />
zaam gemaakt. In Weenen staan plotseling<br />
de impresario en Robert Stolz des avonds<br />
in hef theater voor mij en de eerste biedt<br />
mij een engagement apn, dat ik gaarne ac-<br />
cepteerde, hoewel ik van Holland weinig<br />
afwist en ik voor de Hollanders geheel<br />
vreemd ben.... of zij moesten zich mijn<br />
stem herinneren van de radio, want ik heb<br />
veel gezongen voor Radio-Wien."<br />
Het bekende' schellet je waarschuwt — de<br />
jonge tenor moest zich nog een weinig ver-<br />
kleiden en ik haast mij dus het bescheiden<br />
vertrekje te verlaten.<br />
Beneden tref ik de nog even jeugdige<br />
soubrette Claire Clairy aan. Zelfs het vrien-<br />
RICHARD SALLABA<br />
delijkste gezicht van den interviewer kan<br />
haar niet vermurwen, hem even te woord te<br />
staan. Zij is te vermoeid. Dagelijks Probe!<br />
Probe! en des avonds een zware rol vertol-<br />
ken. Ik beloof haar terug te komen.<br />
Doch ook een volgende maal dreigt het<br />
gewenschte vraaggesprek te mislukken, tot<br />
ik eindelijk gedurende de voorstelling; in<br />
haar kleedkamer word toegelaten. Daar<br />
vertelt zij mij vriendelijk, doch in 'n race-<br />
tempo, omdat de tijd van wederoptreden<br />
spoedig daar is:<br />
„Ik ben geboren in Nürnberg en studeer-<br />
de muziek,, daar ik pianiste wilde worden.<br />
Ik veranderde echter van idee en ging mij<br />
in den zang oefenen. Ik zong zoodoende<br />
eenige malen op concerten en ook in „Tief-<br />
land'. Het beviel mij echter op den duur<br />
niet, het komische, het groteske genre trok<br />
mij meer aan. Een engagement aan de ope-<br />
rette was 't gevolg. Ik debuteerde in Stutt-<br />
gart. Elberfeld en Wien volgden. In Weenen<br />
zong ik 200 maal Hannele in Schuberts<br />
„Dreimädlerhaus". Vervolgens ging ik naar<br />
Karlsruhe. Toen brak weldra de Berlijnsche<br />
tnd aan. Ik kreeg een engagement bij Erik<br />
Charell en speelde in het Grosse Schau-<br />
spielhaus „De drie Musketiers". Een aller-<br />
leukste tijd volgde bij de Halier Revue in<br />
het Admiralpalast en bij de Bender-Revue<br />
in het Metropol Theater. Ook aan het sa-<br />
menspel met Siegfried Arno in het Theater<br />
a/Kurfürstendamm heb ik prettige herinne-<br />
ringen. In Stuttgart had ik een engagement<br />
voor drie maanden, tot mij dezen zomer<br />
een verbintenis aan het Hirschgezelschap<br />
aangeboden werd;''<br />
„Bevalt het u hier?"<br />
„Ik heb nog maar weinig van uw mooie<br />
stad kunnen zien, want het is voortdurend<br />
werken. Dit geeft echter niets, als ik nu<br />
maar in den smaak val van het Hollandsche<br />
publiek. Ik mag tot heden niet ontevreden<br />
zijn, want de pers was unaniem vol lof.."<br />
„ en het publiek eveneens," voltooi<br />
ik. — „Trök de film u niet aan?"<br />
„Ja, eerst wel; ik ben zelfs in twee films<br />
opgetreden. Het voldeed mij op den duur<br />
echter niet, daar het directe contact met<br />
het publiek ontbreekt. En dat betreur ik."<br />
„Fräulein Clairy. Es ist Zeit!" zegt iemand<br />
om den hoek der deur......<br />
Twee minuten later staat zij weer op de<br />
Bühne en zingt en danst met een Schwung<br />
en charme, die een ieder bekoren móét.<br />
Het potlood wordt opgeborgen, de bloc-<br />
note verdwijnt. De ijzeren deur valt dicht.<br />
Het Haagsche Bosch ligt verlaten, de ster-<br />
ren fonkelen aan den hemel, de maan<br />
werpt haar heldere licht op den Princesse<br />
Schouwburg. Aan den gevel prijkt een af-<br />
fiche „Zu jedem kommt einmal das<br />
Glück!" Henri A. van Eijsden Jr.
m<br />
»^><br />
*»*»'<br />
^•ï<br />
^<br />
tfff<br />
■ moê v*<br />
HEATHER ANGEL, FERNAND GRAVEY, KÄTHE VON NAGY EN WILLY F^r^<br />
die de hoofdrollen verölt». ^ J. F - T^ .. , ^ ^^^J l i^iN Wli^Y rlxJll^Crl<br />
i *<br />
Nu was het Mary, die de oog-en opsloeg,<br />
onmiskenbaar verbaasd door zijn vraag.<br />
Hij deed, alsof hij haar verbazing niet<br />
opmerkte. „Of heeft ze iets van u gestolen<br />
en is ze daarom de deur uitgegooid?''<br />
„Ja," gaf Mary met tegenzin toe; „ze<br />
heeft gestolen. Ze...."<br />
„Ze deed wat zoo'n boel meisjes doen,"<br />
viel Addie in. „Ze heeft kleeren wegge-<br />
nomen — een rok van mij."<br />
„En van u, miss Haskell?"<br />
„Van mij niets." Met een geforceerd<br />
lachje wendde ze haar gezicht af. „Ik ge-<br />
loof, dat mijn kleeren niet naar haar smaak<br />
waren."<br />
Hij liet het onderwerp verder rusten. Hij<br />
had ze opnieuw getoond, hoe geraffineerd<br />
hij pijnigen kon; ze opnieuw er aan her-<br />
innerd, dat er geen hoop voor hen bestond<br />
ook maar iets voor zijn bestendige waak-<br />
zaamheid verborgen te houden. Ze waren<br />
overtuigd, dat hij van de gestolen revolver<br />
wist<br />
Addie was zichtbaar uit haar humeur en<br />
verliet de kamer. George Darden liep de<br />
kamer door, tot vlak bij Mary en ging zoo<br />
zitten, dat hij haar in het gezicht kon zien.<br />
De schemering van den somberen herfst-<br />
dag verspreidde zich door het vertrek,<br />
maar bij het venster was het nog vrij licht<br />
in den gouden gloed van den avondhemel.<br />
Geheel tegen haar gewoonte, opende het<br />
jonge meisje het gesprek.<br />
„Gelooft u niet. Mr. Darden," vroeg ze,<br />
zonder moeite te doen om haar ergernis<br />
te verbergen, „dat u ons geduld nu vol-<br />
doende op de proef hebt gesteld en ons<br />
zonder resultaat genoeg gekweld en ver-<br />
volgd hebt, om langzamerhand tot het in-<br />
zicht te komen, dat wij u niets kunnen ver-<br />
tellen?"<br />
Hij -tuurde eenige oogenblikken peinzend<br />
voor zich uit, eer hij antwoord gaf.<br />
„Ik dacht juist toen ik hier kwam," klonk<br />
het toen, „of u mij zoudt begrijpen, wan-<br />
neer ik u geluk wenschte met de wijze,<br />
waarop u.... wel.... waarop u de ge-<br />
negenheid van senator Buckner hebt ge-<br />
wonnen."<br />
Daarop zweeg hij weer en het zware<br />
gaan van haar gejaagde ademhaling was<br />
het eenige geluid in de halfdonkere kamer.<br />
„Miss Colvin vertelde mij," sprak hij na<br />
esn lange pauze verder, „dat mevrouw<br />
Buckner, zijn moeder, u morgen een be-<br />
zoek komt brengen."<br />
Hij wachtte nogmaals, maar geen woord<br />
kwam over haar lippen.<br />
„Wat ik bedoel, miss Haskell," vervolg-<br />
de hij, „is, dat ik u bewonder; dat ik uw<br />
moed bewonder!" Hij boog zich dichter<br />
naar haar toe en er kwam een overreden-<br />
de klank in zijn stem. „Begrijpt u mij dan<br />
niet — wilt u mij dan niet gelooven, wan-<br />
neer ik u verzeker, dat ik groote sympa-<br />
thie voor u voel, dat uw ellende mij diep<br />
medelijden inboezemt?"<br />
Ze had de belachelijke gewaarwording<br />
— ze drong zichzelf de overtuiging op, dat<br />
het belachelijk was — dat hij werkelijk<br />
medegevoel voor haar koesterde. Het<br />
straalde ui* zijn melancholieke oogen, hst<br />
trilde in zijn zachte, klankvolle stem. Maar<br />
ze wilde niet toegeven aan die meening.<br />
Dit laatste bleek dan ook maar al te<br />
goed uit haar bescheid.<br />
„Ik geloof," zei ze, „dat u uitstekend de<br />
kunst verstaat medegevoel te huichelen —<br />
u bent in het algemeen een meester in het<br />
comediespelen."<br />
Hij protesteerde met een nadrukkelijke<br />
beweging.<br />
„Ik verklaar u nogmaals, miss Haskell,<br />
dat ik u begrijp en medelijden met u heb!<br />
Ik verzeker u, dat als u mij uw vertrouwen<br />
zoudt willen schenken...."<br />
„'t Idee!" viel ze hem schamper in de<br />
rede. „Denkt u, dat ik gek geworden ben?"<br />
Maar hij negeerde haar uitval en liet<br />
zich niet uit het veld slaan. Er was een<br />
plechtige, haast gevoelvolle ernst in zijn<br />
toon, dien Mary nog niet kende.<br />
„U wilt geen gevoel, geen sympathie<br />
van mijn kant erkennen. Maar ik herhaal,<br />
dat ik u zou kunnen helpen — hoe groot<br />
uw aandeel in deze tragedie ook mag zijn<br />
— omdat ik u begrijp. Ik weet wat liefde<br />
is, ik weet wat het zeggen wil, wanneer<br />
liefde met algeheele vernietiging bedreigd<br />
wordt."<br />
Hij was in elk geval zoo ver, dat hij<br />
haar belangstelling, zoo niet meer, gewekt<br />
had. Zij leunde achterover in haar stoel<br />
3AMES HAY<br />
en het stervende daglicht was nog sterk<br />
genoeg om de toenemende verwarring te<br />
toonen, die zich op haar gezicht aftee-<br />
kende.<br />
„Ik begrijp," ging hij onverstoorbaar<br />
voort, „hoe een meisje, half een kind nog,<br />
in verzoeking kan raken. En dan zie ik<br />
verder, hoe dat meisje, tot de rijpheid en<br />
waardigheid van een jonge vrouw geko-<br />
men, iedere herinnering aan een zwak<br />
oogenblik uit haar ziel wil bannen — zoo<br />
op de manier, waarop men een blad uit<br />
een boek scheurt; hoe zij zich door bran-<br />
dend berouw volkomen boven het verleden<br />
verheft. Ik kan me ook...."<br />
„Maar waarom zegt u dat in vredes-<br />
naam allemaal?" viel ze hem gesmoord in<br />
de rede; „waarom wilt u....?"<br />
Hij nam geen notitie van haar onder-<br />
breking.<br />
„Een oogenblikje nog, alstublieft! Ik kan<br />
me ook levendig indenken, hoe die jonge<br />
vrouw met de heele kracht van haar wezen<br />
naar liefde hunkert. Ik ken het geluk, de<br />
onuitsprekelijke zaligheid van het moment,<br />
dat de liefde haar intrede in ons leven<br />
doet. Ik hoor in gedachten hoe die jonge<br />
vrouw vol blijde hoop bij zichzelf zegt:<br />
„Nu begint een nieuw leven; nu is het<br />
verleden voor goed uitgewischt!" Ik kan<br />
mij dan ook volkomen verplaatsen in haar<br />
ontzetting, in haar vertwijfelden haat, wan-<br />
neer de man, die haar, eer ze nog vol-<br />
Een scène uit de nieuwste Hal Roach film van Charley Chase. Het meisje, dat Charley<br />
beschermt, Is Dorothy Layton; de schaduw onder de camera is van James Parrott,<br />
den regisseur,<br />
- 29 -<br />
WlMIIIMimiiliiirm<br />
wassen was,, tot haar diep betreurden mis-<br />
stap heeft bedreven, plotseling weer op<br />
het tooneel verschijnt — juist op 't oogen-<br />
blik, dat die groote, mooie liefde in haar<br />
leven komt, dat ze den beker van het ge-<br />
luk aan de lippen meent te zetten. Deze<br />
jonge vrouw, miss Haskell, had ongetwij-<br />
feld gelijk, wanneer zij veel op het spel<br />
zette om haar geluk te redden, om de ver-<br />
nederende aanraking van dien ander te<br />
ontgaan."<br />
Met schuwen twijfel keek ze naar hem.<br />
Ze werd heen en weer geslingerd tusschen<br />
vertrouwen en wantrouwen. Geruimen tijd<br />
bleef het stil in de kamer.<br />
„U hebt ook eens liefgehad, nietwaar?"<br />
fluisterde het meisje ten laatste.<br />
„Ja," was het droefgeestig klinkende<br />
antwoord.<br />
Het was nu zóó donker, dat ze eikaars<br />
gelaatstrekken niet meer duidelijk konden<br />
onderscheiden — anders had Mary haar<br />
laatste vraag waarschijnlijk niet durven<br />
stellen. En nog steeds vroeg ze zich met<br />
kwellende onzekerheid af, of dit pathe-<br />
tisch vertoon van medegevoel en begrijpen<br />
niet een nieuwe kunstgreep was om haar<br />
waakzaamheid te verschalken. George Dar-<br />
den was immers detective — het was zijn<br />
plicht, ieder die iets te maken had met<br />
den moord op Revis, aan de bevoegde<br />
autoriteiten over te leveren! Als ze hem<br />
vertelde wat ze<br />
Hij hoorde den diepen zucht, waarmee<br />
ze naar voren op haar stoel gleed en toen<br />
opsprong, alsof ze met een heftige be-<br />
weging den indruk van zijn woorden van<br />
zich wilde afwerpen. Ook hij stond op —<br />
wachtte tot zij de kamer half doorgeloopen<br />
was, maar zij draaide het licht aan eer hij<br />
haar volgde.<br />
Hij zag de uitdrukking van intense ver-<br />
moeidheid op haar gezicht en wist hoe-<br />
veel strijd het haar verstand kostte om<br />
haar te beletten zich gewonnen te geven.<br />
Hij waagde nog één poging.<br />
„Ik kan mij ook zoo goed de diepe ont-<br />
goocheling, de bittere smart van die jonge<br />
vrouw voorstellen, wanneer de man, dien<br />
zij liefheeft, ten slotte haar motief om<br />
haar vroegeren misstap te verheimelijken,<br />
heelemaal niet blijkt te begrijpen, haar<br />
verlangen om hem verdriet te besparen,<br />
niet weet te waardeeren. Er is iets werke-<br />
lijk tragisch in, zware offers te brengen,<br />
groote gevaren te riskeeren, omdat men<br />
de liefde heilig en ongerept wil houden,<br />
en op stuk van zaken te bemerken, dat de<br />
ander ons absoluut niet begrijpt, geen<br />
greintje besef heeft van wat we...."<br />
„Houdt u alstublieft op!" riep ze smee-<br />
kend.<br />
Wankelend stond ze voor hem en staar- '<br />
de hem ann met de deerniswekkende hul-<br />
peloosheid vnn een angstig kind.<br />
Willem en ik<br />
zijn nu ('■*<br />
geëngageerd, v^<br />
Piepat<br />
MIJN PIEPA<br />
„Waarom wilt u toch niet, dat ik u<br />
help?" drong hij aan. „Waarom verzet u<br />
zich zoo met alle geweld tegen mij?"<br />
Ze schrok op alsof ze een scherpen<br />
steek kreeg en heete tranen sprongen haar<br />
in de oogen. Vóór hij echter nog iets<br />
zeggen kon, wendde ze zich plotseling van<br />
hem af en ging, met de handen voor het<br />
gezicht, de kamer uit. Bij de deur geko-<br />
men, botste ze als een blinde tegen het<br />
kozijn.<br />
■Als ik iemand anders geweest was, over-<br />
woog Darden, niet tot de politie behoor-<br />
de, zou ze me gebeden en gesmeekt heb-<br />
ben haar te helpen!<br />
Toen hij overtuigd was, dat hij niet op<br />
haar terugkomst hoefde te rekenen, ver-<br />
liet hij de woning.<br />
Hij was juist den breeden hoofdcorridor<br />
overgestoken en wilde naar de trap aan<br />
de andere zijde van de lift gaan, toen hij<br />
zacht zijn naam hoorde roepen. Addie Col-<br />
vin was hem gevolgd en sloot de deur van<br />
de flat achter zich....<br />
XVIII. MISS COLVIN VERSTREKT<br />
INLICHTINGEN.<br />
Op alle étages van het flatgebouw be-<br />
vond zich aan het einde van den hoofd-<br />
corridor een kleine, vierkante, door zware<br />
gordijnen van de gang afgescheiden ruim-<br />
te, die door de bewoners als spreekkamer<br />
gebruikt kon worden. Miss Colvin liep zóó<br />
haastig, dat zij het vertrekje eerder be-<br />
reikte dan de detective. Toen hij 't binnen-<br />
trad, zag hij oogenblikkelijk, dat zij over<br />
haar heele lichaam trilde; haar gezicht,<br />
met vuurroode plekjes van opwinding, ver-<br />
trok krampachtig, haar fletse oogen waren<br />
star — kortom, ze verkeerde in een toe-<br />
stand van wilde geagiteerdheid en deed<br />
blijkbaar geen enkele poging om het te<br />
verbergen.<br />
Het was niet twijfelachtig, meende Dar-<br />
den, waaraan' deze hevige emotie moest<br />
worden toegeschreven. Eén blik was vol-<br />
doende om hem te overtuigen, dat ze een<br />
vertwijfeld besluit had genomen. Eindelijk<br />
was ze op het punt om datgene te doen,<br />
waarop al zijn hopen en streven gericht<br />
was geweest: te capituleeren — het on-<br />
ontkoombare gevolg van de folterende on-<br />
zekerheid, waarin hij haar dagenlang had<br />
laten leven. Nu zou hij dan den sleutel<br />
tot het heele mysterie in handen krijgen..<br />
Zonder den gespannen blik ook maar<br />
één' seconde van hem af te wenden, greep<br />
ze de leuning van een stoel, om dezen<br />
naar den verstverwijderden wand van het<br />
spreekkamertje te schuiven. Haar heele<br />
wezen drukte namelooze ontsteltenis uit.<br />
Ten laatste dwong ze zichzelf tot spreken.<br />
„Waarom doet u — wanrom doet u geen<br />
Zool En heeft hij je op<br />
zijn knieën gevraagd?<br />
beslissenden stap, iets, wat aan die ellen-<br />
de hier een einde maakt?"<br />
Haar woorden klonken als 'n heesch ge-<br />
fluister. De detective nam een anderen<br />
stoel en ging tegenover haar zitten — zijn<br />
hoogopgetrokken wenkbrauwen toonden<br />
zijn begrijpelijke verbazing.<br />
„Wat kan ik doen, miss Colvin?"<br />
Hij stelde zich de vraag wat haar tot<br />
het plotselinge besluit kon hebben ge-<br />
bracht, hem vertrouwen te schenken. Haar<br />
onbeheerschte nervositeit verried hem,<br />
dat ze een dwingend, onweerstaanbaar mo-<br />
tief moest hebben, wellicht meer dan één.<br />
Hij voelde, dat haar ontdekking van het<br />
feit, dat hij van de gestolen revolver wist<br />
— de revolver die Lizzy, het ontslagen<br />
dienstmeisje, hem in handen had gespeeld<br />
— miss Colvin hevig had geschokt. Ook<br />
stond het voor hem vast, dat ze zijn drin-<br />
gend verzoek aan Mary Haskell om hem<br />
niet als vijand, maar als vriend te be-<br />
schouwen, had afgeluisterd. Deze dubbele<br />
stormaanval op haar geestkracht had haar<br />
weerstand ten slotte gebroken, redeneerde<br />
hij, en haar tot haar veranderde houding<br />
gebracht.<br />
„Wat u kunt doen," klonk haar weder-<br />
vraag. „Vraagt u dat nog? U kunt han-<br />
delen — u kunt vanavond iemand in hech-<br />
tenis nemen.''<br />
Er was een zenuwachtig trekken om<br />
haar mond toen ze dit zei.<br />
„Maar waarom juist vanavond?"<br />
„Waarom, mijnheer Dardei>? Is u dat<br />
dan niet duidelijk? Wel, om Mary te be-<br />
hoeden voor krankzinnig worden — ze is<br />
aan den rand van den waanzin. Ze lijdt<br />
onbeschrijfelijk, dat tergende, afmattende<br />
afwachten maakt haar kapot! Ik kan niet<br />
vaststellen, wat ze precies weet, maar hoe-<br />
veel of weinig het ook is, het is beter, dat<br />
ze gedwongen wordt alles te vertellen, dan<br />
dat het op deze manier doorgaat."<br />
„Maar wat kan ik doen?" vroeg hij nog-<br />
maals.<br />
„Dat heb ik u toch gezegd — den dader<br />
arresteeren."<br />
„Den dader — waarvan?"<br />
„Van de beide misdrijven — van den<br />
diefstal en van den moord."<br />
Hij boog zich dichter naar haar toe.<br />
„Wie — wie is de schuldige?"<br />
„Dat weet u immers net zoo goed als<br />
ik! U weet toch ook wel, dal het Tom<br />
Malloy is!"<br />
(Wordt vervolgd).<br />
m-7. 24-8.<br />
24—7. Lief kindermanteltje van laken, waarvan<br />
de ingezette zijpandjes van onderen zakjes<br />
vormen, die evenals het omgeslagen kraagje en<br />
de manchetjes met een smal randje bont worden<br />
afgezet. Ceintuur van lakleder. Benoodigd: (leef-<br />
tijd 6 j.) 1.90 M. laken van 1 M. breedte.<br />
24—8. Kindermanteltje van grof geribde wollen<br />
stof roet raglan-mouwtjes en opstaand kraagje.<br />
Langs manchetjes en boordje een randje licht<br />
bont. Benoodigd: (leeftijd 4j.) 0.80M. stof van<br />
1.40 M. breedte.<br />
Van »lie modefiguren, die In HET<br />
RIJK DER VROUW voorkomen,<br />
zijn GEKNIPTE PATRONEN tegen<br />
slecht«<br />
1772 Cent<br />
per patroon te verkrijgen.<br />
AAN ALLE NEDERLANDSCHE VROUWEN<br />
Juist in deze tijden, waarin van iedere vrouw gevraagd wordt om er voor te<br />
zorgen, dat zij meewerkt aan verstandige bezuiniging, is het van het<br />
grootste belang, dat u kennis maakt met het aanbod, dat u hierbij wordt<br />
gedaan. Wij vestigen uw aandacht op een weekblad, samengesteld en uitgegeven<br />
voorde Nederlandsche vrouwen, jong en oud, voor de moeders van gezinnen zoowel<br />
als voor de vrouw, die alleen voor zichzelve heeft te zorgen.<br />
24—6. Gekleede donker<br />
fluweelen meisjesmantel<br />
met garneering,bestaande<br />
uit opgestikte smalle ban-<br />
den van licht en donker<br />
satijn. Los belegje met<br />
twee knoopen opgeknoopt<br />
in plaats van ceintuur.<br />
Benoodigd: (leeftijd 10 j.)<br />
2.50 M. fluweel van 1 M.<br />
breedte.<br />
HET RIJK DER VROUW b 'edt aan haar lezeressen groote voor-<br />
deelen. Het is niet een MODEBLAD<br />
alleen, het is een ECHT VROUWEN-<br />
BLAD. De redactie stelt zich als taak<br />
niet alleen de voorlichtster, maar ook de<br />
raadgeefster van haar lezeressen te zijn.<br />
HEERENTRUIEN<br />
OM VOOR DEN WINTER TE<br />
BREIEN.<br />
WAT<br />
HET RIJK DER VROUW<br />
BIEDT:<br />
Een schat van practlsche en in alle<br />
opzichten bruikbare modeteeke-<br />
ningen, voor dames van eiken leef-<br />
tijd en ook voor kinderen. —<br />
Modellen voor handwerken. — Aan-<br />
wijzingen om allerlei nuttige en<br />
aangename zaken zelf te maken. —<br />
Boeiende novellen. — Interessante<br />
romans, die als boeken kunnen<br />
worden bewaard. — Een vragen-<br />
bus. — Wenken voor de huishou-<br />
ding en de keuken. — Artikelen<br />
over en voor kinderen.— Premies en<br />
prijsvragen. — Gratis advertenties.<br />
De prijs van HET RIJK DER VROUW<br />
is slechts f 2.60 per halfjaar,<br />
10 CENTS PER WEEK<br />
I<br />
Geen voordeeliger uitgave<br />
ELK<br />
No. 24 PAG.<br />
10 cents<br />
per week<br />
Per<br />
Halfjaar f2.60<br />
dan deze<br />
uitgave<br />
Een blad, dat voor elke vrouw in elk nummer<br />
meer waarde brengt, dan een heele jaargang kost.<br />
De ondergeteekende<br />
verlangt tot wederopzeggens toe een abonnement op hei weekblad<br />
HET RIJK DER VROUW (f 2.60 per halfjaar, 10 cent per week)<br />
Handteekening<br />
Af te geven aan onzen «gent of te zenden aan de Administratie<br />
van HET RIJK DER VROUW. Galgewater 22. Lelden.<br />
*';;
ami<br />
■<br />
Woorden van Annie de Hoog-Nooy<br />
!IJ DEN DÖKTEM, Muziek van Henri C. van Praag<br />
P^N PPPiË ^<br />
Vriend Jan-sen voel- de zich nietgoed. Had pij- een o - ver -V I<br />
dacht<br />
r .<br />
.-..'^Ga<br />
Cr<br />
klopt eens hier en lui- stert déér. Zet 'n erg bezorgd oe - zichi En S "J? 3 T* ^<br />
o- ver-mor-gen eens te - run 'Ie R«> \**L "^ ior y a ö 6 " zicnt ' E,n zegt: „Mijn di - ag-<br />
* eens te- rug, kae^han-del u dan weer. En o? Wat U mi^<br />
SMSéMliassss<br />
! lennn-non anfo r»i^ 22 '-I I • 'IM<br />
;P^<br />
tei<br />
IX<br />
m<br />
aan. En't duurt niet lang of de - ze zal Hem on - der-zl<br />
lang. Maar ifc alV a«^ - £ J £ f. If „^ f ret/^ f^ ^<br />
keidl^Geea klei - „i9-beid. vet. ^ „,«, ^„. J. ^am ter^t £ -^ ^<br />
É ^8 ^<br />
i=i<br />
j=^#<br />
1J5<br />
^<br />
^<br />
^<br />
jN^=É<br />
i<br />
^<br />
1^-<br />
tijd!" Vriend<br />
s<br />
3.<br />
iglj I ■ I I I I I I ■ I—I—^ i . f Langzamer<br />
'^ i ' ' n M '' J| f r f i'i' L J ||' r f i'' ' i 1 'M i j ji MI<br />
Jansen telt tien aulden neer. En zinnend on «»