de toestemming van partijen bij het huwelijk. - VU-DARE Home
de toestemming van partijen bij het huwelijk. - VU-DARE Home
de toestemming van partijen bij het huwelijk. - VU-DARE Home
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
147<br />
gesteld en <strong>de</strong> Rechtbank, met <strong>het</strong> oog daarop, dat<br />
in <strong>het</strong> laatste geval <strong>de</strong> wettigheid <strong>de</strong>s <strong>huwelijk</strong>s<br />
behalve door bloedverwanten en <strong>de</strong>n curator, zelfs<br />
door <strong>het</strong> Openbaar Ministerie als een zaak <strong>van</strong><br />
pubheke or<strong>de</strong> kan wer<strong>de</strong>n betwist, meent bovengestel<strong>de</strong><br />
vraag ontkennend te moeten beantwoor<strong>de</strong>n<br />
en dus art. 143 evenmin als art. 116^" B. W. <strong>van</strong><br />
toepassing acht op <strong>het</strong> <strong>huwelijk</strong> <strong>van</strong> hem, die op<br />
eigen verzoek, wegens zwakheid <strong>van</strong> vermogens,<br />
is on<strong>de</strong>r curateele gesteld.<br />
Dit vonnis werd bevestigd <strong>de</strong>er <strong>de</strong>n Hoogen<br />
Raad <strong>bij</strong> arrest <strong>van</strong> 11 Dec. 1903 W. 8003 in<br />
evereenstemming met <strong>de</strong> conclusie <strong>van</strong> <strong>de</strong>n<br />
Proc-Qen. ^]<br />
De H. R. overwoog:<br />
dat noch <strong>de</strong> taal noch <strong>de</strong> bedoeling noch <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />
<strong>de</strong>r wet <strong>de</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bepahng<br />
gedoogt op hem, die wegens zwakheid <strong>van</strong> vermogens<br />
ep eigen verzoek on<strong>de</strong>r curateele gesteld is;<br />
dat taalkundig zwakheid <strong>van</strong> vermogens iets geheel<br />
an<strong>de</strong>rs beteekent dan gebrek aan verstan<strong>de</strong>lijke<br />
vermogens;<br />
dat toch zwakheid <strong>van</strong> vermogens <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong><br />
die vermogens, maar gebrek aan verstan<strong>de</strong>lijke<br />
vermogens <strong>het</strong> niet bestaan <strong>van</strong> die vermogens<br />
veron<strong>de</strong>rstelt;<br />
dat <strong>de</strong> wetgever dan eek dit verschil en <strong>de</strong> gevolgen<br />
daar<strong>van</strong> erkend heeft daar in <strong>het</strong> eerste<br />
'] Het beroep in cassatie was gericht tegen een arrest <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
Hof te Amsterdam <strong>van</strong> 31 Januari 1903, conform <strong>het</strong> vonnis <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> Utrechtsche rechtbank.