Eindrapport Veldwerk/Denkwerk - Centrum Agrarische Geschiedenis
Eindrapport Veldwerk/Denkwerk - Centrum Agrarische Geschiedenis
Eindrapport Veldwerk/Denkwerk - Centrum Agrarische Geschiedenis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
verricht om een sluitende verklaring te vinden. Wellicht speelde het belang dat werd<br />
gehecht aan deze teelten of bewerkingen mee een rol.<br />
In hoeverre de agrarische collecties de evolutie in de landbouw en voedselverwerking<br />
hebben gevolgd, is ten dele eenduidig te antwoorden. Sommige krachtlijnen zijn<br />
duidelijk te onderscheiden, andere minder. De toenemende mechanisering is bv. een<br />
element dat zeer duidelijk aan bod komt, over de verschillende sectoren heen. De<br />
vermindering van de voedselverwerkende activiteiten op de boerderij zelf na de<br />
Tweede Wereldoorlog heeft logischerwijze minder bewaarde werktuigen en machines<br />
tot gevolg. De opkomst van tuinbouw, veeteelt, fruitteelt en sierteelt na de crisis in<br />
1880 uit zich inderdaad in een bredere focus. Vooral vanaf het interbellum steekt die<br />
diversiteit de kop op. Minder duidelijk zijn de regionale verschillen die zich niet altijd in<br />
de collecties weerspiegelen. Ofwel legt de eigenaar geen geografische grenzen op<br />
ofwel is de ontwikkeling van de collectie eerder toevallig en minder gestuurd gebeurd.<br />
De kleinere regionale collecties of de themacollecties zijn meestal wel meer een<br />
exponent van de lokale landbouw.<br />
Niet toevallig zijn in het laatste decennium enkele collecties ontstaan die zich richten<br />
op het levend erfgoed. Ietwat atypisch hebben zij hun weg moeten zoeken in het<br />
agrarisch erfgoedveld, maar gezien de evolutie van de projecten lijkt dit meer dan<br />
goed te zitten. Anders is het gesteld met het immateriële erfgoed waar slechts karige<br />
informatie over bestaat. Zelden wordt dit ingepast in een agarische erfgoedcollectie.<br />
De hoogste tijd?<br />
Het agrarisch erfgoed mag dan wel relatief goed in volume zijn bewaard, de<br />
contextuele en technische kennis ervan verdwijnt schrikbarend snel. Omdat hoe<br />
langer hoe minder mensen persoonlijk betrokken zijn bij de landbouw zal dit<br />
probleem in de toekomst nog toenemen. Maar eerst is het zaak de functionele kennis<br />
van de nog levende oudere generatie aan te spreken en te valoriseren. In feite<br />
behoort dit tot de basiswerking van elke collectie, instelling of museum. Hier dient<br />
echter nog een lange weg te worden afgelegd. De toegenomen<br />
informaticamogelijkheden kunnen hier natuurlijk een grote stimulerende rol spelen.<br />
Een ander aspect dat de hoogste prioriteit verdient is de manier waarop de<br />
werktuigen en machines zijn bewaard. Nogal wat locaties zijn absoluut niet geschikt<br />
voor bewaring op lange termijn. Vochtproblemen, grote temperatuurverschillen, open<br />
gaanderijen of loodsen zijn niet bepaald ideale omstandigheden. Plaatsgebrek noopt<br />
de eigenaars en instelling bovendien tot het werkelijk opstapelen van de collectie. De<br />
geringe financiële mogelijkheden laten evenwel weinig verbetering toe op dit vlak.<br />
Maar niet alleen de huisvesting geeft aanleiding tot bezorgdheid, nog moeilijker ligt<br />
de conservering van het erfgoed op zich. Houtworm, roestvorming, slijtage, verrotting<br />
zijn evenzovele bedreigingen waar men mee wordt geconfronteerd. Inspanningen<br />
worden zeker geleverd om de aftakeling tegen te gaan. Indien men nog een stap<br />
verder gaat, gebeurt de ‘restauratie’ – met alle goede bedoelingen en met de nodige<br />
financiële offers – vaak zonder voldoende gedocumenteerd en gecontextualiseerd te<br />
zijn. Soms staan schrijnende voorbeelden van overijverige restauratievlijt hand in<br />
hand met pareltjes van conservatieve deskundigheid. Het geeft maar aan dat op dit<br />
vlak nog een hele weg valt af te leggen.