05.09.2013 Views

Download als pdf - Dr. Ernest Maes

Download als pdf - Dr. Ernest Maes

Download als pdf - Dr. Ernest Maes

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

naar voren: Alkimus, een bloedzuivere afstammeling van Aäron uit het hogepriesterlijke geslacht<br />

van Sadok. 4 Om hun favoriet Alkimus te pousseren aarzelden deze antimakkabese joden zelfs niet<br />

de hulp in te roepen van de Hellenistische generaal Nikanor. Dat wil zeggen dat er ging gevochten<br />

worden. En de godvruchtige lezers van de bijbel, (even<strong>als</strong> de joodse kinderen in het godsdienst- en<br />

geschiedenisonderricht) worden dan verder vergast op de horrorfilm van wat er gebeurde met<br />

Nikanor, de veldheer die de euvele moed gehad had Alkimus’ aanspraak op het hogepriesterschap<br />

te steunen: “Terwijl het leger van Nikanor onder trompetgeschal en krijgsgezang aanrukte,<br />

stormden de soldaten van Judas op de vijand af, terwijl ze smekend God aanriepen. Strijdend met<br />

de handen baden ze in hun hart tot God. Zo sloegen ze niet minder dan vijfendertigduizend man<br />

neer, ten zeerste verheugd over de zichtbare hulp van God. Toen de strijd ten einde was en ze zich<br />

vol vreugde terugtrokken, vonden ze Nikanor in volle wapenuitrusting dood op de grond liggen. Na<br />

het geschreeuw en gejoel dat toen losbarstte, hieven ze in hun moedertaal een loflied aan voor de<br />

Heer. De man die zich geheel en al, met hart en ziel had ingezet voor de verdediging van zijn<br />

medeburgers en die de toewijding voor zijn volksgenoten van zijn jeugd af onverminderd had<br />

bewaard (= Judas), gaf bevel Nikanor het hoofd en de rechterarm af te slaan en ze naar Jeruzalem<br />

te brengen. In Jeruzalem gekomen riep hij zijn volksgenoten bijeen en liet de priesters voor het<br />

brandofferaltaar plaats nemen. Daarna ontbood hij de bezetting van de burcht en toonde hun het<br />

hoofd van de smerige Nikanor en de hand die de godslasteraar brutaal tegen de heilige woning van<br />

de Almachtige had uitgestoken. Daarna liet hij de tong van de goddeloze Nikanor uitsnijden en in<br />

stukjes aan de vogels voeren; <strong>als</strong> loon voor zijn dwaasheid hing hij zijn afgehouwen rechterhand<br />

tegenover de tempel op. Allen zonden hun dank ten hemel en prezen de Heer die hen zo zichtbaar<br />

geholpen had, met de woorden: geloofd zij hij die zijn heiligdom ongerept heeft bewaard! Het hoofd<br />

van Nikanor bevestigde Judas aan de muur van de burcht <strong>als</strong> een zichtbaar en duidelijk bewijs dat<br />

de Heer hen geholpen had.” (2 Makk. 15, 23-35)<br />

Zo had Judas “zichtbaar en duidelijk geholpen door de Heer” de overwinning behaald op de snode<br />

veldheer Nikanor en de v<strong>als</strong>e hogepriester Alkimus. Spijtig genoeg voor Judas vergat de Heer zijn<br />

dienaar een volgende maal opnieuw te helpen: Judas sneuvelde in 160 vóór Christus. Intussen<br />

hogepriesterde Alkimus er lustig op los tot verontwaardiging van de Makkabeeën: o.a. “In de<br />

tweede maand van het jaar honderddrieënvijftig gaf hij bevel de muur van de binnenste voorhof van<br />

de tempel af te breken. Zo wilde hij het werk van de profeten vernietigen. Reeds was men met de<br />

afbraak begonnen toen Alkimus door een beroerte werd getroffen. Daardoor kon hij geen werk<br />

meer verrichten en verloor hij ook de spraak. Hij was verlamd en kon geen woord meer uiten en<br />

zijn huis niet meer beheren. Onder die omstandigheden vond Alkimus, ten prooi aan hevige pijn, de<br />

dood.” (1 Makk. 9, 54-56) 5<br />

Na de dood van Alkimus in 158, bleef de hogepriesterlijke functie zeven jaar vacant. En dan in 152<br />

op het Loofhuttenfeest (waar gans Israël naar toestroomde), “bekleedde Jonathan zich met de<br />

heilige gewaden.” (1 Makk. 10, 21) Zo had de broer van Judas finaal zijn slag thuisgehaald. Maar<br />

de reacties van allerhande aard bleven niet uit, met het gevolg dat Jonathan in 142 vóór Christus,<br />

verraderlijk werd vermoord (1 Makk. 12, 48) en dat de laatste overlevende Makkabeeër, Simeon,<br />

voor de opvolging moest instaan.<br />

De Laatste…maar niet: “un homme fini”. Integendeel, Simeon wilde zijn familie bestendigen in<br />

haar gezag over Israël. Hij benoemde zich niet alleen tot hogepriester, maar tevens tot ethnarch en<br />

4

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!