U gelooft in een Kristallen Paleis - Soren Kierkegaard
U gelooft in een Kristallen Paleis - Soren Kierkegaard
U gelooft in een Kristallen Paleis - Soren Kierkegaard
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
vertwijfeld van zichzelf af willen raken, is de formule voor alle<br />
vertwijfel<strong>in</strong>g.” 118 Daar<strong>in</strong> bestaan dan de vorm „vertwijfeld niet zichzelf willen<br />
zijn‟ en „vertwijfeld zichzelf willen zijn‟. Deze twee zijn tot elkaar te herleiden,<br />
want ook het zelf dat vertwijfeld zichzelf wil zijn, wil <strong>in</strong> feite iets anders zijn<br />
dan hij is, namelijk zichzelf. Hij is, daarmee <strong>in</strong> schril contrast, vertwijfeld<br />
zichzelf. Deze twee vormen noemt <strong>Kierkegaard</strong> later de vrouwelijke en<br />
mannelijke vertwijfel<strong>in</strong>g. De eerste is vertwijfel<strong>in</strong>g van zwakheid, de laatste<br />
die van opstandigheid. De ondergrondse man heeft wezenlijk elementen van<br />
beide.<br />
De vertwijfel<strong>in</strong>g van zwakheid, het niet zichzelf willen zijn, komen we<br />
expliciet tegen <strong>in</strong> de tekst van Dostoievski. De ondergrondse man kan uit de<br />
voeten met noch zijn lijfelijke, noch zijn psychische situatie. Hij verklaart de<br />
lezer “plechtig dat ik vaak <strong>een</strong> <strong>in</strong>sect heb willen worden” 119 om vervolgens toe<br />
te voegen dat teveel begrijpen “<strong>een</strong> heuse ziekte” is. Hij lijdt aan die ziekte, dat<br />
staat <strong>in</strong>middels vast. Hij is van men<strong>in</strong>g dat de gemiddelde, „normale‟ mens<br />
hier niet aan lijdt, deze mist immers zijn verhevigde bewustzijn? Hij wil dus<br />
van zichzelf af. Over de normale mens zegt hij: “zo iemand benijd ik dermate<br />
dat de gal mij overloopt. Hij is dom, […] maar misschien moet <strong>een</strong> normaal<br />
mens wel dom zijn.” 120 Van hem zou <strong>Kierkegaard</strong> zeggen dat hij vertwijfelt.<br />
“En zijn vertwijfel<strong>in</strong>g is: niet zichzelf te willen zijn.” 121 Goed, hij wil niet<br />
zichzelf zijn, maar evenzeer wil hij niet iemand anders zijn. Hij wil anders zijn,<br />
maar niet <strong>een</strong> andere persoon.<br />
Maar hij wil, paradoxaal genoeg, zijn leed wel. Hij pretendeert namens de<br />
mens te spreken, maar spreekt zich op zijn m<strong>in</strong>st voor zichzelf uit wanneer hij<br />
zegt dat hij ervan overtuigd is “dat de mens nooit afstand zal doen van het<br />
echte lijden […]. Lijden – dat is immers de enige oorzaak van het bewustzijn.<br />
Ik heb weliswaar vooropgesteld dat bewustzijn het grootste ongeluk is voor de<br />
mens, maar toch weet ik dat de mens het liefheeft.” 122 Zie hier nogmaals de<br />
parallel met de schrijver van de diapsalmata, die van zijn leed zegt “wat de<br />
Engelsman zegt van zijn huis: mijn leed is my castle.” 123 Dit geeft te denken of<br />
118 Idem. p. 32<br />
119 Dostoievski, F. (2010) Aanteken<strong>in</strong>gen uit het ondergrondse. p. 15<br />
120 Idem. p. 19<br />
121 <strong>Kierkegaard</strong>, S. (2010) De ziekte tot de dood. p. 70<br />
122 Dostoievski, F. (2010) Aanteken<strong>in</strong>gen uit het ondergrondse. p. 52<br />
123 <strong>Kierkegaard</strong>, S. (2007) Of/of. p. 48<br />
~ 44 ~