05.09.2013 Views

Gebrekkige educatie

Gebrekkige educatie

Gebrekkige educatie

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

die in Zuid-Frankrijk, zqodat ook de Donaumonarchie zich<br />

weldra onafhankelijk van dit Fransche invoerartikel zal kunnen<br />

maken.<br />

Duitsche tentoonstelling in Kiew. Naar wij in de Germania<br />

van 26 dezer lezen, kwamen voor enkele dagen de eerste uit<br />

Duitschland verzonden landbouwmachines in Kiew aan. De<br />

ministers van financiën en van landbouw der Oekrainsche<br />

republiek, zoowel als de Duitsche gezant en andere autoriteiten<br />

inspecteerden de machines, bij welke gelegenheid de minister<br />

van financiën eene rede hield, waarin hij o. a. betoogde, dat<br />

de aangekomen producten der Duitsche industrie oude bekenden<br />

' waren, aangezien de Duitsche landbouwmachines en gereedschappen<br />

reeds sedert jaren eene eerste plaats innamen bij<br />

den invoer van Oekraine. De Duitschers dankten dit aan de<br />

omstandigheid, dat zij den verbruikers nooit iets hadden opgedrongen,<br />

wat dezen niet konden gebruiken, maar integendeel<br />

eerst de plaatselijke toestanden hadden bestudeerd en zich<br />

daaraan hadden aangepast. De Oekrainsche landbouw dankte<br />

haren bloei aan de Duitsche industrie.<br />

Het kaliverbruik in 1918 De Frankfurter Zeitung publiceert<br />

een tabel betreffende het verbruik van Duitsche kali in Duitschland<br />

en in het buitenland voor en gedurende den, oorlog. De<br />

volgende cijfers zijn aan deze tabel ontleend. Het kaliverbruik<br />

bedroeg:<br />

in Duitschland in het buitenland<br />

in 1913: 6.065890 5.195.400<br />

in 1915: 6.042.700 3.942.300<br />

m 1918: 9.186.000 1.375000<br />

In het buitenland is het kaliverbruik dus gedurende den<br />

oor 1<br />

"^ met bijna 75% verminderd, in Duitschland echter is<br />

het met ruim 50% toegenomen.<br />

De grondstoffenvoorziening van Duitschland<br />

na den oorlog<br />

In de Neue Zürcher Zeitung heeft professor Dr. Kurt<br />

Wiedenfeld een interessant artikel geschreven over de voorziening<br />

van Duitschland met grondstoffen na den oorlog.<br />

Schrijver wijst er op, dat Duitschland gedurende den oorlog<br />

zijn staatshuishouding slechts in stand heeft kunnen houden,<br />

doordat het erin geslaagd is, de grondstoffen, die het vroeger<br />

uit het^ buitenland betrok, te vervangen door zijn eigen productie<br />

geweldig te verhoogen. Daarmede zijn ook voor de komende<br />

vredeshuishouding geheel nieuwe verhoudingen geschapen, en<br />

Duitschland zal niet aarzelen, daar later gebruik van te maken.<br />

_ In de eerste plaats bezit Duitschland rijke ijzerertsiagen,<br />

die een zeer groot gedeelte van zijn verbruik dekken. In de<br />

geweldige eischen, die de oorlog aan de wapen- en munitieindustrie<br />

stelt, wordt op zeer kleine hoeveelheden na in<br />

Duitschland zelf voorzien en overal liggen nog groote reservevoorraden<br />

opgeslagen. Na den oorlog zal de toestand nog beter<br />

worden, daar Zweden en Spanje, die vroeger meer dan de<br />

helft van den Duitschen ijzerinvoer leverden, er wel niet aan<br />

zullen denken, zich van hun besten afnemer te vervreemden.<br />

Een ander voorbeeld is aluminium. Deze grondstof betrok<br />

Duitschland, evenals Zwitserland, vroeger uit Zuid-Frankrijk.<br />

Het uitbreken van den oorlog maakte hieraan een einde, en<br />

Duitschland zag zich genoodzaakt, een geheele aluminiumindustrie<br />

van den grond af op te bouwen. In de landen zijner<br />

bondgenooten werden nieuwe bauxitlagen geopend en oudere<br />

intensiever geëxploiteerd, en tenslotte vond men in gewone<br />

potaarde een stof, die eveneens tot aluminium verwerkt kan<br />

worden. Deze potaarde vindt men in Duitschland in overvloed.<br />

Niet alleen heeft men daardoor aanmerkelijke hoeveelheden<br />

koper, maar ook tin kunnen vervangen.<br />

Van oudsher heeft Duitschland groote zink- en loodgroeven<br />

gehad en bovendien zijn in den loop van den oorlog groote<br />

hoeveelheden tin vervangen door de zoogenaamde lichte<br />

metalen (magnesium, barium), die in Duitschland veelvuldig<br />

voorkomen. Al zijn deze nieuwe legeeringen doorgaans niet<br />

zoo goed als de vroegere, zij voldoen toch aan de gestelde<br />

504<br />

DE TOEKOMST<br />

eischen en hun technische ontwikkeling wordt steeds hooger<br />

opgevoerd. Dat Rusland het met zijn mangaan-ertsen Duitschland<br />

mogelijk zal maken, zijn eigen mangaan lagen wederom<br />

te sparen, mag niet over het hoofd worden gezien.<br />

Een grondstof, die Duitschland niet zelf kan produceeren,<br />

is rubber. Toch heeft men tijdens den oorlog middelen en<br />

wegen gevonden, om een surrogaat voor de tropische rubber<br />

te vervaardigen. Al voldoet deze synthetische rubber ook nog<br />

niet aan alle eischen, zij heeft Duitschland toch onafhankelijk<br />

gemaakt van den aanvoer uit de tropische productie-landen.<br />

Bovendien, na den oorlog zal de scherpe concurrent e tusschen<br />

de verschillende rubbermarkten er toe leiden, dat men Duitland<br />

als afzetgebied zal trachten te heroveren.<br />

Moeilijker is natuurlijk de kwestie van de voorziening met<br />

weefstoffen. Katoen en jute kan Duitschland niet pi oduceeren;<br />

zijn schapenteelt dekt slechts een klein gedeelte van zijn wolverbruik<br />

en ook de productie van vlas en hennep is nog<br />

onvoldoende ondanks de uitbreiding van den aanbouw tijdens<br />

den oorlog. Men kan echter thans reeds beginnen met de<br />

exploitatie der Russische vlasproductie en er is geen reden<br />

om aan te nemen, dat Argentinië, vöör den oorlog op één na<br />

de grootste wolleverancier van Duitschland, deze positie later<br />

niet zou trachten te heroveren. Ook de Balkan, Voor- en<br />

Midden-Azië zullen aanmerkelijk kunnen bijdragen tot verhooging<br />

van den wol-invoer : Voorts heeft men in celstofgaren<br />

een bevredigend surrogaat gevonden voor de sterke stoffen,<br />

die vroeger van jute werden vervaardigd ; men maakt er zelfs<br />

linnengoed en kleedingstukken van. Daarenboven is de katoenteelt<br />

in Azië en Afrika nog voor ontwikkeling vatbaar en<br />

tenslotte heeft de Amerikaansche farmer belang bij een hoogen<br />

stand der katoenprijzen en hoe meer afnemers, hoe hooger<br />

de prijs zal stijgen; buitendien heeft hij dringend behoefte<br />

aan Duitsche kali om zijn productie op peil te houden.<br />

Aan huiden en leder dekte Duitschland voor den oorlog<br />

ruim de helft van zijn industrieele behoefte door invoer uit<br />

het buitenland, maar aan afgewerkte lederwaren voerde het'<br />

vrijwel evenveel uit als het aan grondstoffen importeerde. De<br />

behoefte van zijn eigen bevolking zou Duitschland dus kunnen<br />

dekken, zelfs als het na den oorlog zijn veestapel zou willen<br />

sparen. Ook zullen Rusland en enkele neutraal gebleven<br />

staten gaarne bereid zijn, Duitschland evenals' vroeger , weer<br />

leder en huiden te leveren.<br />

Professor Wiedenfeld komt tot de conclusie, dat de vooruitzichten<br />

voor de grondstoffenvoorziening van Duitschland<br />

bij lange niet zoo somber zijn als men vaak veronderstelt,<br />

ook al zou de Entente na den oorlog haar blokkade-politiek<br />

voortzetten. Daar komt nog bij, dat Duitschland tal van<br />

uitvoerartikelen — kolen, kali, chemische producten, enz. —<br />

heeft, altemaal niet te onderschatten economische verdedigingsmiddelen.<br />

Het behoeft geen betoog, dat het deze uiterst belangrijke<br />

artikelen niet aan vreemde staten zal leveren, zonder<br />

in ruil daarvoor uitvoer van grondstoffen te verlangen.<br />

Nieuwe Duitsche handelsonderneming. Dat de Duitschers<br />

zich na den oorlog niet de kaas van het brood zullen laten<br />

eten, blijkt o. a. ook uit het volgende bericht, dat wij overnemen<br />

uit het maandschrift van het Eerste Nederl. Koopmansgilde<br />

in Duitschland (Düsseldorf): . 1<br />

In Hamburg is een „Aktiengesellschaft für In- und Auslandunternehmungen"<br />

opgericht met een kapitaal van 25 millioen<br />

Mark. Alle aandeelen werden door de oprichters tegen 110 %<br />

genomen. Tot de oprichters behooren de grootste nijverheidsondernemingen<br />

van Duitschland, exporteurs, banken en scheepvaartmaatschappijen.<br />

Het doel der vennootschap is, om na<br />

den oorlog voor het doen opleven van den buitenlandschen<br />

handel te zorgen, vertegenwoordigers in overzeesche landen<br />

aan te stellen en andere maatschappijen van allerlei aard te<br />

financieren enz. In den Raad van Commissarissen zijn o.a.<br />

vertegenwoordigd de Hamburg-Amerikalijn, het Rijnsch-Westfaalsche<br />

kolensyndicaat, de Merton-metaalmaatschappij, de N.V.<br />

Hugo Stinnes, de Duitsche Cementbond, de Dresdener Bank enz.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!