05.09.2013 Views

OUDERE WERKNEMERS Een overzicht van maatregelen om ...

OUDERE WERKNEMERS Een overzicht van maatregelen om ...

OUDERE WERKNEMERS Een overzicht van maatregelen om ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

gemeenschappelijke ervaringen, opgedaan in de tijd waarin ze zijn opgegroeid.<br />

Op basis <strong>van</strong> de beschrijving <strong>van</strong> de ‘babybo<strong>om</strong>-generatie’, persoonlijkheids-<br />

kenmerken en overige kenmerken <strong>van</strong> psychologische veroudering zou gesteld kunnen<br />

worden dat het erop lijkt dat ouderen meer moeite dan jongeren hebben met werk dat tegen<br />

hun principes ingaat, minder auton<strong>om</strong>ie geeft en minder betekenisvol is.<br />

Dit hoofdstuk gaat vooral over de invloed <strong>van</strong> veroudering op het kunnen, de<br />

capaciteiten <strong>van</strong> oudere werknemers. Concluderend kan gesteld worden dat met het ouder<br />

worden de fysieke capaciteiten minder worden, maar dat er grote verschillen zijn tussen<br />

mensen onderling. Bovendien kan regelmatige, juiste lichaamsbeweging de nadelige gevolgen<br />

<strong>van</strong> fysieke veroudering voor een groot deel teniet doen en ervoor zorgen dat men toch<br />

optimaal in het werk blijft functioneren. Verder zijn tegenwoordig de meeste functies<br />

lichamelijk niet meer zo zwaar en hebben oudere werknemers over het algemeen voldoende<br />

reservecapaciteit <strong>om</strong> ook dit wat zwaardere werk goed te kunnen doen. Lichaamsbeweging<br />

heeft ook positieve invloed op de reactiesnelheid, het functioneren <strong>van</strong> het geheugen, het<br />

verstand, de capaciteit voor informatieverwerking en het concentratievermogen (Vis, 2000).<br />

Met betrekking tot de mentale veroudering geldt dat, zolang men in het werk geen<br />

mentale ‘topsport’ hoeft te bedrijven, deze vorm <strong>van</strong> veroudering geen invloed hoeft te<br />

hebben op het functioneren <strong>van</strong> medewerkers. Integendeel: in de vorige paragraaf over<br />

psychologische veroudering is een groot aantal positieve kenmerken naar voren gek<strong>om</strong>en die<br />

voort kunnen k<strong>om</strong>en uit de mentale groei die iemand in zijn leven doormaakt.<br />

Langzamerhand is in de psychologie de visie op ouder worden positiever en<br />

optimistischer geworden. In plaats <strong>van</strong> dat het louter over gebrek gaat, wordt er nu ook<br />

gesproken over continuïteit, flexibiliteit en plasticiteit. Onder normale <strong>om</strong>standigheden blijft<br />

het intellectueel functioneren (zeer) lange tijd op niveau (continuïteit). Verloren gegane<br />

vaardigheden kunnen opnieuw worden geleerd (flexibiliteit) en ook op latere leeftijd kunnen<br />

mensen nieuwe kennis opdoen en nieuwe vaardigheden leren (plasticiteit) (B<strong>om</strong>, 1995).<br />

Het kan niet genoeg herhaald worden dat de, in dit hoofdstuk beschreven, kenmerken<br />

zeer algemeen zijn. Ouderen verschillen onderling meer dan jongeren. Dus de mate waarin<br />

kenmerken wel of niet <strong>van</strong> toepassing zijn op een oudere werknemer moet telkens per<br />

individu bekeken worden. In dit hoofdstuk is nog geen aandacht besteed aan de invloed die<br />

onze maatschappij m<strong>om</strong>enteel heeft op het functioneren <strong>van</strong> oudere werknemers, zowel op<br />

macroniveau (de samenleving als geheel), op mesoniveau (werkgebonden) als op microniveau<br />

(de persoonlijke <strong>om</strong>geving). In het volgende hoofdstuk k<strong>om</strong>en specifieke problemen aan de<br />

orde die oudere werknemers op deze verschillende niveaus kunnen ondervinden.<br />

29

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!