OM HET WOORD GODS EN DE GETUIGENIS ... - dewoesteweg.nl
OM HET WOORD GODS EN DE GETUIGENIS ... - dewoesteweg.nl
OM HET WOORD GODS EN DE GETUIGENIS ... - dewoesteweg.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
59<br />
lange tijd voor de canonvorming verschillende verhalen naast elkaar hebben bestaan. Deze<br />
zouden later op verschillende manieren zijn samengesteld.<br />
Andere sprekers waren de Leidse emeritus hoogleraar prof. Dr. M. J. Mulder; dr. P. B. Dirksen;<br />
prof. Dr. A. van der Kooij (Leiden) en prof. dr. N. A. van Uchelen, Amsterdam.<br />
Prof. Tov deed na afloop uit de doeken dat hij en prof. dr. A. van der Kooy (Rijkuniversiteit<br />
Leiden) een selectie maakten uit 130 oudtestamentici in Nederland en België.<br />
2. Invloed van de rabbijnen op de statenvertaling<br />
Reformatorisch dagblad 27 februari 1998 en GBS Standvastig september1998<br />
"Alle Bijbelgenootschappen en andere instellingen die de Statenbijbel zonder kanttekeningen<br />
uitgeven, zou men moeten verplichten gelden te storten in een fonds ter nadere bestudering van<br />
de wordingsgeschiedenis van deze vertaling."<br />
Deze stelling verdedigt drs. C. M. L. Verdegaal vandaag aan de Katholieke Theologische Faculteit<br />
Tilburg. Verdegaal is docent Oude Testament aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. In zijn<br />
dissertatie "De Statenbijbel en de rabbijnen" beperkt hij zich tot het boek Job.<br />
De i<strong>nl</strong>eidingen en vooral de kanttekeningen vormen zo'n weze<strong>nl</strong>ijk bestanddeel van de<br />
Statenvertaling, dat je die niet buiten beschouwing kunt laten, vindt Verdegaal. „Ze geven uitleg<br />
om de verstaanbaarheid van de vertaling te verhogen. Er wordt naar het Hebreeuws verwezen om<br />
duidelijk te stellen dat men door de – per definitie interpreterende – vertaling niet de grondtekst<br />
uit het oog moet verliezen”. Volgens Verdegaal komen in de kanttekeningen ook alternatieven<br />
voor die de waarde van de vertaling zelf willen relativeren.<br />
Verdegaal stelde vast dat rabbijnse interpretaties van fundamenteel belang zijn geweest bij het<br />
totstandkomen van de Statenbijbel. Hij onderzocht van het Bijbelboek Job de manuscripten van<br />
de vertaling en het proefdrukexemplaar, waarin revisoren de vertaling beoordeelden en van<br />
commentaar voorzagen.<br />
Op grond hiervan heeft hij het vertaalproces van de Statenvertaling wat Job betreft gereconstrueerd:<br />
de eerste versie van de vertaling is van Johannes Bogerman. Deze gaf vaak<br />
alternatieven en voegde kanttekeningen toe. Daarin haalt hij andere vertalingen, commentaren<br />
of woordenboeken aan ter ondersteuning van zijn eigen vertaling.<br />
Wilhelmus Baudartius keek vervolgens naar de tekst. Zijn wijzigingen hadden vooral betrekking<br />
op het Nederlands.<br />
De derde vertaler, Gerson Bucerus, kende weer beter Hebreeuws en was gespecialiseerd in<br />
rabbijnse bronnen.<br />
Daarna bestudeerde Bogerman de notities en eventuele alternatieven van de andere twee en<br />
kwamen ze bij elkaar om voorgestelde wijzigingen te verwerken.<br />
Vervolgens verscheen een proefdruk-exemplaar voor vertalers en revisoren (uit iedere provincie<br />
één). Deze kwamen in Leiden bijeen om de definitieve tekst vast te stellen. Uit het materiaal<br />
blijkt dat de statenvertalers tot het laatste moment wijzigingen hebben aangebracht. „Soms staan<br />
er zelfs nog fundamentele wijzigingen in de proefdruk”.<br />
Uit het onderzoek van Verdegaal blijkt, dat Bogerman, Baudartius en Bucerus in hun notities<br />
voor elkaar steeds de bronnen noemen die ze gebruikten. Dikwijls komen verwijzingen voor naar<br />
de Vulgaat, de Franse en de Engelse Bijbel, alsook de vertalingen van Piscator, Hugh Broughton,