Lijn 1
Lijn 1
Lijn 1
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
o n d e r z o e k<br />
We observeerden huisartsen tijdens het spreekuur, namen<br />
interviews af bij ervaren huisartsen en we ontwikkelden<br />
een meetinstrument om deze preventieve vaardigheden<br />
te meten. Bij de eerste observaties viel het op dat elke<br />
huisarts sterk ‘patroonmatig’ handelde, ongeacht de patiënt<br />
die hem consulteerde. Dit leidde tot de veronderstelling dat<br />
er mogelijk meerdere werkstijlen te onderscheiden zijn en<br />
dat sommige mogelijk meer zijn toegesneden op preventie<br />
van somatische fixatie, terwijl andere juist processen<br />
van somatische fixatie in de hand werken. De indeling<br />
in werkstijlen is ontwikkeld op basis van twee onderling<br />
onafhankelijke onderzoeksmethoden: het analyseren van<br />
observatiegegevens van 57 huisartsen gedurende twee<br />
ochtendspreekuren, en het bestuderen van het voorschrijfen<br />
verwijsgegevens van deze huisartsen.<br />
Verwijsgegevens<br />
Analyses van de verwijsgegevens lieten grote verschillen<br />
zien tussen huisartsen in het jaarlijks aantal verwijzingen.<br />
Maar wat vooral opviel was het feit dat deze verschillen<br />
nauwelijks samenhingen met de leeftijds- en geslachts-<br />
20 LIJN 1 jaargang 11 | nr. 2 | juli 2013<br />
De doeners en de geïntegreerden…<br />
Werkstijlen van<br />
huisartsen<br />
In het kerstnummer 2012 van <strong>Lijn</strong> 1 schreef Theo Voorn een kort<br />
verslag van mijn afscheid in oktober 2012. Hij memoreerde aan<br />
de woorden die Anton Smits daarbij sprak over mijn proefschrift<br />
en de indeling in werkstijlen van huisartsen die ik daarin<br />
beschreef. ‘Deze indeling is nog steeds actueel en mogelijk is<br />
het de moeite waard om hieraan nog eens aandacht te besteden<br />
in <strong>Lijn</strong> 1’, zo constateerde Theo. De redactie van <strong>Lijn</strong> 1 was het<br />
hiermee eens. Graag wil ik op deze uitnodiging ingaan.<br />
Door: Henk Mokkink<br />
Somatische fixatie<br />
De werkstijlen komen voort uit het onderzoeksproject Preventie van somatische fixatie, dat eind jaren ‘70 begin ’80 werd uitgevoerd<br />
op het toenmalige Nijmeegs Universitair Huisartsen Instituut (NUHI). Somatische fixatie werd gedefinieerd als het proces van<br />
voortdurend inadequaat, d.w.z. exclusief somatisch omgaan met en reageren op ziekte, onlustgevoelens, klachten of problemen, niet<br />
alleen door patiënten of hun sociale omgeving maar ook door (huis)artsen. Door deze exclusief somatische benadering worden patiënten<br />
meer dan nodig afhankelijk gemaakt van (medische) hulpverlening. Huisartsen kunnen in positieve of negatieve zin invloed<br />
hebben op processen van somatische fixatie. Grote vraag daarbij was: ‘In welke handelen uit zich deze invloed?’<br />
opbouw van de praktijkpopulaties. Aangezien morbiditeit<br />
sterk samenhangt met leeftijd en geslacht duidde dit erop<br />
dat de verschillen in verwijsgedrag niet toe te schrijven<br />
waren aan verschillen in aard en ernst van de morbiditeit.<br />
Deze verklaring werd bevestigd door analyses op basis<br />
van gegeven uit het Nijmeegs registratienetwerk CMR.<br />
Registrerende huisartsen die in het algemeen relatief veel<br />
verwezen, verwezen twee maal zoveel patiënten als<br />
huisartsen die relatief weinig verwezen. Echter, als het<br />
ernstige levensbedreigende morbiditeit betrof, waren de<br />
verwijscijfers vrijwel gelijk, bij matig ernstige morbiditeit<br />
was de verhouding 1 : 2 en bij de niet ernstige self limiting<br />
aandoeningen was de verhouding 1 : 3,5. Conclusie:<br />
huisartsen die veel verwijzen, verwijzen vooral meer niet<br />
ernstige aandoeningen. Bij de indeling in werkstijlen is gebruik<br />
gemaakt van het verwijscijfer over alle specialismen<br />
uit het jaar van observatie.<br />
Tweeledige analyse<br />
Bij de analyse van de data over het voorschrijfgedrag<br />
vonden we twee onafhankelijke dimensies: