Lijn 1
Lijn 1
Lijn 1
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
• Gericht voorschrijfgedrag: het voorschrijven van middelen<br />
die betrekking hebben op duidelijk omschreven diagnoses,<br />
passend in een actief screeningsbeleid en veelal anticiperend<br />
voorgeschreven ter voorkoming van ernstige organische<br />
aandoeningen (bloedsuiker- en bloeddrukverlagende<br />
middelen, cardiaca, diuretica, vaatverwijders).<br />
• Aspecifiek voorschrijfgedrag: het voorschrijven van middelen<br />
die een breed indicatiegebied bestrijken, in de regel<br />
betrekking hebben op niet ernstige ziekten; bij onduidelijke,<br />
onzekere diagnoses, in de regel niet onmisbaar, en vaak<br />
gebruikt als symptomatische aanpak bij psychosociale<br />
problematiek (zoal pijnstillers, hoestdempers, tranquillizers,<br />
slaapmiddelen, antibiotica). Deze dimensie in het voorschrijfgedrag<br />
is gebruikt bij de indeling in werkstijlen<br />
Uit de observatiegegevens werden volgende variabelen geconstrueerd:<br />
• Patiënt- en doelgericht werken, dwz. een goede arts-patient<br />
relatie/communicatie, een duidelijke opbouw in de hulpverlening<br />
en aandacht voor psychosociale aspecten waar nodig.<br />
• Adequaat medisch handelen, te onderscheiden in twee subscores:<br />
de mate waarin de huisarts de handelingen verricht,<br />
die in het protocol worden aanbevolen en de mate waarin de<br />
huisarts niet-aanbevolen (overbodige) handelingen achterwege<br />
laat.<br />
Het medisch handelen werd beoordeeld op basis van de zogeheten<br />
Nijmeegse protocollen, de voorloper van de nationale<br />
NHG-standaarden.<br />
Indeling in werkstijlen<br />
De gecombineerde analyse leidde tot een indeling van<br />
werkstijlen, zoal schematisch weergegeven in figuur 1. De<br />
basisvraag is of er sprake is van patiënt- en doelgericht werken.<br />
Huisartsen die hierop bovenmodaal scoorden, bleken namelijk<br />
Persoonskenmerken zijn leidend voor de manier waarop we<br />
in het leven staan. Dat werkstijlen van huisartsen persoongebonden<br />
zijn, liet Henk ons duidelijk zien. Je kan leren en<br />
trainen wat je wilt maar de manier waarop je leeft en je werk<br />
doet vinden hun grondslag in hoe je in deze wereld staat en<br />
die kan je zelfs door onderwijs niet helemaal veranderen. Je<br />
kan je er wel van bewust worden (gemaakt) en juist dat moet<br />
je in het onderwijs doen. Zelfreflectie en kritische analyse<br />
van de manier waarop de huisarts zijn/haar werk doet en een<br />
verband zoeken met persoonskenmerken dat doen we nog<br />
steeds. Denk maar aan de Nijmeegse training Persoon en<br />
Beroep. Maar het zou weer een mooi proefschrift opleveren<br />
als we anno 2013, met een frisse kijk en nieuwe methodieken,<br />
het onderzoek van Henk konden herhalen. Het zou een vermogen<br />
aan besparingen opleveren in deze crisistijd. Subsidie<br />
krijgen hoeft dan toch geen probleem te zijn?<br />
Theo Voorn<br />
Figuur 1 - Is huisarts patiënt- en doelgericht?<br />
geneigd veel te doen<br />
nee<br />
ja<br />
ja<br />
nee<br />
geïntegreerde werkstijl<br />
werkstijl ‘doener’<br />
minimumwerkstijl<br />
in hoge mate de aanbevolen handelingen en weinig overbodige<br />
handelingen te verrichten. Daarnaast hadden deze artsen een<br />
terughoudend verwijs- en aspecifiek voorschrijfgedrag. Deze<br />
combinatie hebben we de geïntegreerde werkstijl genoemd.<br />
Als er geen sprake was van patiënt- en doelgericht werken, dan<br />
betrof de tweede dimensie het antwoord op de vraag of ‘een<br />
huisarts de neiging heeft om veel te doen’. Zo ja, dan ging dat<br />
samen met veel aanbevolen, maar ook veel overbodig medisch<br />
handelen en een hoog verwijs- en/of aspecifie voorschrijfgedrag,<br />
naast weinig patiënt- en doelgericht werken. Deze combinatie<br />
hebben we de werkstijl van de doener genoemd.<br />
Betrof het een huisarts die de neiging had om weinig zelf te<br />
doen en niet patiënt- en doelgericht te handelen, dan ging dat<br />
samen met weinig aanbevolen en weinig overbodig medisch<br />
handelen maar wel met een hoog verwijs- en/of aspecifiek<br />
voorschrijfgedrag. Deze combinatie noemden we de minimumwerkstijl.<br />
Resultaten<br />
De meeste huisartsen waren goed in te delen bij één van de<br />
drie onderscheiden werkstijlen. De werkstijlen correspondeerden<br />
duidelijk met relevante attitudes: met name doeners<br />
hadden moeite met omgaan met onzekerheid, en met openheid<br />
over hun handelen naar patiënten, collega-huisartsen of<br />
specialisten. Ook bleek het gemiddeld consult van de doeners<br />
drie minuten langer en bij de minimumwerkstijl drie minuten<br />
korter te duren dan het consult van de huisartsen met een geïntegreerde<br />
werkstijl. Doeners registreerden het meest uitgebreid,<br />
maar maakten in vervolgconsulten het minst gebruik van de<br />
geregistreerde informatie…<br />
En verder…<br />
De geïntegreerde werkstijl is, in tegenstelling tot de andere<br />
twee werkstijlen, gericht op de preventie van somatische fixatie.<br />
Critici stelden: allemaal leuk en aardig, patiënten mogen<br />
dan wel minder afhankelijk worden van het medisch circuit,<br />
maar gaat een terughoudend verwijsgedrag en minder aspecifiek<br />
voorschrijfgedrag niet ten koste van de gezondheid van<br />
patiënten? Het antwoord op die vraag komt in een volgende<br />
<strong>Lijn</strong>1-bijdrage aan de orde!<br />
LIJN 1 jaargang 11 | nr. 2 | juli 2013 21