MAANDBLAD
MAANDBLAD
MAANDBLAD
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
212<br />
berichten en geruchten, zoowel in de buitenlandsche als in<br />
de binnenlandsche pers. Die tegenspraak zal echter juist<br />
dienen te zijn, in dezen zin, dat een bericht niet wordt<br />
tegengesproken op grond van een formeele of bijkomstige<br />
onjuistheid, maar omdat het in hoofdzaak en wezen onjuist is.<br />
IV. De ervaring, met het Bureau voor Mededeelingen inzake<br />
de Voedselvoorziening opgedaan, is, naar het algemeen oordeel,<br />
niet bevredigend. Als instituut voor inlichting van pers en<br />
publiek is dit Bureau mislukt, aangezien het, in stede van<br />
een zoodanig orgaan te zijn, meer en meer is geworden een<br />
instituut tot verdediging van het regeerings-beleid, wat tot<br />
polemiek met de pers en onjuiste tegenspraken aanleiding gaf.<br />
' Terwijl zoodoende eenerzijds dit Bureau als informatie-lichaam<br />
niet aan bescheiden verwachtingen voldeed, werd anderzijds<br />
in zijn bestaan reden gevonden om het zelfstandig zoeken<br />
van inlichtingen door de pers te bemoeilijken en tegen te<br />
gaan, getuige de circulaire van minister Posthuma aan de<br />
leiders der distributie-kantoren, waarin hun verboden werd<br />
inlichtingen te verstrekken. Het Bestuur kan dus over het<br />
Bureau niet gunstig oordeelen. Het acht het echter beter<br />
geen concreet advies over het al of niet voortbestaan van<br />
het Bureau uit te brengen: de Regeering moet zelf weten,<br />
of zij een regeeringsbureau voor de pers wil inrichten, doch<br />
dit zal er nooit toe mogen leiden, om den zelfstandigen arbeid<br />
der pers te bemoeilijken.<br />
V. In overeenstemming met het vorenstaande vraagt het<br />
Bestuur intrekking van de bedoelde circulaire van Minister<br />
Posthuma. Tevens kan worden ingetrokken de circulaire van<br />
30 Juli 1914, houdende verbod tot het vermelden van<br />
troepenbewegingen.<br />
VI. Wat de militaire aangelegenheden betreft, dringt het<br />
Bestuur ook speciaal aan op zoo groot mogelijke publiciteit.<br />
Dit is in het belang van leger en volk. Het is bereid den<br />
bladen in overweging te geven met het opnemen van<br />
militaire klachten zoo sober mogelijk te zijn en ze eventueel<br />
door te zenden naar het speciale bureau dat aan het<br />
Departement van Oorlog bestaat, mits het er zeker van kan<br />
zijn, dat de klachten grondig worden onderzocht. Het is niet<br />
overtuigd, dat dit laatste ten allen tijde geschiedt. Toch zou<br />
alleen onder die voorwaarde en met die zekerheid de pers<br />
van eventueele directe publicatie kunnen afzien. Daarom<br />
blijft het recht voorbehouden, om de klachten te openbaren,<br />
wanneer blijkt dat ze niet of niet voldoende worden nagegaan.<br />
VII. Overigens vindt het Bestuur geen aanleiding om<br />
wijziging van den bestaanden toestand in overweging te<br />
geven. Het hangt van de Regeering af, of het stelsel van<br />
gezonde openbaarheid, een der beste factoren voor een<br />
goeden volksgeest, tot zijn recht zal komen.<br />
Zaak-Krop. — Behandeld wordt een aangelegenheid<br />
inzake dr. F. J. KROP, predikant te Rotterdam, waaromtrent<br />
men hier achter nadere mededeelingen vindt.<br />
Ongevallenverzekering. — Indertijd heeft minister LELY<br />
persoonlijk aan den vice-voorzitter van den Kring toegezegd,<br />
dat de journalisten zouden worden opgenomen in de<br />
Ongevallenwet: een ontwerp tot wijziging dier wet was in<br />
bewerking. Besloten wordt thans, aangezien dit ontwerp nog<br />
niet is ingediend, een audiëntie aan te vragen bij den minister<br />
van Arbeid, mr. AALBERSE, teneinde de belangen der journalisten<br />
te bepleiten.<br />
Ledenlijst. — De ledenlijst wordt samengesteld ingevolge<br />
de bepalingen der nieuwe Statuten. (Zie volgend nummer.)<br />
Koninklijke goedkeuring. — Besloten wordt dat het Dag.<br />
Bestuur zich naar het Departement van Justitie zal begeven,<br />
met het oog op een spoedige goedkeuring der nieuwe<br />
Statuten.<br />
De vergadering wordt gesloten.<br />
Het Dagelijksch Bestuur van den Kring heeft overleg gepleegd<br />
met het Dagelijksch Bestuur van de Haagsche<br />
Journalisten-Vereeniging, aangezien Minister RUYS ook —<br />
voordat de Kring bij hem op audiëntie kwam — aan de<br />
H. J. V. een advies had verzocht speciaal over het Bureau<br />
voor Mededeelingen. Daarom werd, na gehouden overleg, aan<br />
punt IV van het advies het volgende toegevoegd:<br />
Mocht de Regeering de meening zijn toegedaan, dat het<br />
Bureau vooralsnog niet kan worden opgeheven, dan zouden<br />
ter verbetering van de werkwijze van dit Bureau de volgende<br />
punten overweging verdienen:<br />
a. zooveel mogelijk moet naar kortheid en bondigheid<br />
worden gestreefd. De hoofdzaken dienen op duidelijke wijze<br />
voorop gesteld te worden, desnoods in een afzonderlijke,<br />
voorafgaande mededeeling;<br />
M A A N D B L A D<br />
b. de mededeelingen moeten uitsluitend door beroepsjournalisten<br />
geredigeerd worden;<br />
c. deze journalisten bepalen vrij en zelfstandig, in welken<br />
vorm de gegevens, hun verstrekt, aan publiek en pers<br />
zullen worden medegedeeld;<br />
d. zooveel mogelijk dient elk polemisch karakter vermeden<br />
te worden;<br />
e. steeds worde naar een zoo goed mogelijke actualiteit<br />
gestreefd;<br />
ƒ. den ambtenaren, die het Bureau van voorlichting dienen,<br />
worde van regeeringswege de wenk gegeven, alle geheimzinnigheid<br />
en achterhoudendheid te vermijden.<br />
Onze salarisactie.<br />
De door ons Bestuur met het Bestuur der Vereeniging<br />
„De Nederlandsche Dagbladpers" aangevraagde conferentie<br />
ter bespreking van eene eventueel mogelijke samenwerking<br />
ter zake van eene algemeene verbetering van de dagbladschrijvers-salarissen,<br />
heeft Zaterdag 30 November 1.1. te<br />
Amsterdam plaats gehad.<br />
Aanwezig waren de heeren A. G. BOISSEVAIN, voorzitter,<br />
F. WIERDELS, secretaris en J. W. REESE, penningmeester van<br />
de Vereeniging „De Ned. Dagbladpers", J. B. VESTERS, voorzitter<br />
en C. ALEVEN, secretaris van de R. K. Journalisten-<br />
Vereeniging, L. SCHUTTING, bestuurslid en G. G. VAN AS,<br />
secretaris van den Ned. journalisten-Kring.<br />
Onze vice-voorzitter, collega D. HANS, die de conferentie<br />
zou bijwonen, was den avond te voren ongesteld geworden.<br />
De heeren van de R. K. Journalisten-Vereeniging waren<br />
aanwezig tengevolge van een hunnerzijds gedaan voorstel tot<br />
samenwerking in deze, waartegen noch door het Bestuur van<br />
den Kring, noch door dat van „De Ned. Dagbladpers" eenig<br />
bezwaar werd gemaakt, doch dat integendeel door ons gaarne<br />
werd aanvaard.<br />
Namens ons Bestuur werd door den Secretaris een woord<br />
van dank gesproken tot het Bestuur van „De Ned. Dagbladpers"<br />
voor zijne medewerking in deze; vervolgens werd door<br />
hem uiteengezet, dat deze actie niet is een gevolg der kortelings<br />
ondernomen wijziging van de Kringstatuten, maar van<br />
het feit dat het einde van den oorlog de dagblad-directies<br />
voor vragen van exploitatie en tarief stelt, waarbij, naar ons<br />
gevoelen, ook met de geldelijke belangen der dagbladschrijvers<br />
behoort te worden gerekend.<br />
Van de zijde des Bestuurs van „De Ned. Dagbladpers"<br />
werd opgemerkt, dat, voorzoover dit aan Voorzitter en Secretaris<br />
mogelijk was, in dezen geest reeds werd gewerkt, o.a.<br />
door artikelen van den heer WIERDELS in het orgaan. Meer<br />
dan moreele pressie oefenen zou echter, meenden zij, niet<br />
mogelijk blijken, waarbij het hun dan bovendien hoogst<br />
gewenscht voorkwam, zekere normen voor salariëering voor<br />
bepaalde function aan te geven, normen die uiteraard minime<br />
zouden zijn, waarbeneden met het oog op de bestaansvoorwaarden<br />
van den dagbladschrijver niet zonder schade waar<br />
af te dalen.<br />
Na langdurigen, in zeer vriendschappelijken geest gevoerde<br />
besprekingen werd overeengekomen, dat de besturen der<br />
Journ.Vereenigingen zich zullen wenden tot de Vereeniging<br />
„De Ned. Dagbladpers" met verzoek om medewerking tot<br />
het benoemen eener gemengde Commissie, welke zich het<br />
ontwerpen eener zoodanige schaal van minima zou ten doel<br />
stellen. Voor zoover het Dagelijksch Bestuur van „De Ned.<br />
Dagbladpers" aanging, verklaarde het zich bereid deze poging<br />
in de algemeene vergadering te steunen, overtuigd als het<br />
bleek, dat hiermede een gezonde dagbladexploitatie niet zou<br />
worden geschaad maar gebaat.<br />
Collega VAN AS had daarna een conferentie met onzen<br />
vice-voorzitter te diens huize.<br />
Dientengevolge is onder dagteekening van 2 December<br />
aan het Bestuur der Vereeniging „De Ned. Dagbladpers" het<br />
navolgende schrijven gezonden:<br />
'S-GRAVENHAGE, 2 Dec. 1918.<br />
Aan het Bestuur van de<br />
Vereeniging De Ned. Dagbladpers<br />
Amsterdam-<br />
Mijne Heeren,<br />
De Besturen van den Ned. Journ. Kring en van de Roomsch-<br />
Kath. Journalisten-Vereeniging hebben de eer, als gevolg van<br />
een conferentie met het Dag. Bestuur uwer vereeniging, aan<br />
uwé algemeene vergadering medewerking te vragen voor eene<br />
samenwerking van uwe vereeniging met de in aanhef genoemde,<br />
ten einde te geraken tot eene, voor de meeste jour-