DE TIJD AFTREKBARE BEROEPSKOSTEN Aanslagjaar 2007 ...
DE TIJD AFTREKBARE BEROEPSKOSTEN Aanslagjaar 2007 ...
DE TIJD AFTREKBARE BEROEPSKOSTEN Aanslagjaar 2007 ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
In tegenstelling tot autogebruikers moeten motorrijders geen beroep doen op een forfaitair bedrag voor<br />
hun kosten van woonwerkverkeer die ze hebben afgelegd met hun moto, maar mogen ze ook voor hun<br />
woonwerkverkeer gebruik maken van de werkelijke kostenaftrek. Bovendien geldt voor motorrijders<br />
niet de beperking van 75% die wel van toepassing is voor o.a. autobestuurders. Motorrijders moeten<br />
m.a.w. onderscheidt maken tussen kosten voor beroepsdoeleinden (zowel woonwerkverkeer als werk<br />
werkverkeer) en kosten voor privégebruik van hun moto. De kosten die betrekking hebben op hun<br />
woonwerk en werkwerkverkeer zijn voor 100% aftrekbaar als beroepskosten. Zoals hieronder verder<br />
verduidelijkt wordt zijn ook de kosten met betrekking tot specifieke motorrijderskledij aftrekbaar als<br />
beroepskosten.<br />
In de circulaire van 9 juli 2004 schreef de administratie dat de kledijkosten van motorrijders (motorpak,<br />
handschoenen, laarzen, …) niet aftrekbaar (uitgezonderd helm) zijn als beroepskosten. Het gaat immers<br />
om kledijkosten (behoudens voor specifieke beroepskledij) waarvan de aftrek in de regel uitgesloten is<br />
(art. 53, 7° WIB). Inmiddels heeft de Minister van Financiën evenwel beslist dat dit standpunt wordt<br />
herzien (Ci.RH.241/559.092 van 22 oktober 2004). Wanneer men ervan uitgaat dat de specifieke<br />
motorrijderskledij – beschermend pak, helm, schoenen – relevant is voor de veiligheid van de drager<br />
ervan, heeft het veiligheidsaspect volgens de minister voorrang op het kledingaspect. De circulaire voegt<br />
daar evenwel aan toe, dat kledij die men strikt om comfortredenen draagt, zelfs in leder of om in de<br />
mode te zijn, geen aanleiding kan geven tot een aftrek van de beroepskosten.<br />
Bovenstaand standpunt is door de belastingadministratie vastgelegd in een nieuwe circulaire van 23<br />
november 2005 (Ci.RH.241/559.092). Beschermende motorkledij zoals helm, motorbroek, laarzen,<br />
onderhoudsproducten voor motor en motorkledij, enz. (voor een gedetailleerde lijst kan u volgende<br />
website van de Belgische fiscus raadplegen www.fisconet.fgov.be) zijn aftrekbaar indien volgende<br />
bijkomende voorwaarden zijn verdaan:<br />
de beschermende motoruitrusting is in een motorspeciaalzaak aangekocht<br />
het betreft specifieke en beschermende motoruitrusting (de eigenlijke bovenkledij) of thermische<br />
onderkledij (Tshirts, pulls, kousen, … zijn uitgesloten)<br />
er is een factuur uitgereikt<br />
op de factuur is het merk, het model én een omschrijving van de aangekochte motoruitrusting vermeld.<br />
Bovendien werd er in deze nieuwe circulaire meer duidelijkheid gecreëerd omtrent de<br />
afschrijvingstermijn (degressief afschrijven is toegelaten) van een motor en bijhorende<br />
veiligheidsuitrusting. De afschrijvingsperiode is uiteraard afhankelijk van duurzaamheid van de motor<br />
en de gebruiksintensiteit. Over het algemeen mag echter worden aangenomen dat een<br />
afschrijvingsperiode van 5 jaar voor een motor en 3 jaar voor veiligheidsuitrusting redelijk is.<br />
Gelieve te noteren dat een motorrijder overeenkomsitg de bepalingen van artikel 66bis, WIB 92 ook<br />
beroep kan doen op een forfaitiare aftrek van EUR 0,15 per afgelegde kilometer voor het traject woon<br />
werk. Het in aanmerking genomen aantal kilometers voor een enkele rit woonwerk mag voor<br />
inkomstenjaar 2006 niet meer bedragen dan 100 km (zie punt C.1 hierboven). Uiteraard is dit forfaire<br />
bedrag van EUR 0,15 per afgelegde kilometer inclusief eventuele kosten voor beschermende<br />
motoruitrusting.<br />
D. Studie en documentatiekosten<br />
Het L9{inschrijvingsgeld, examengeld, handboeken en syllabi voor cursussen en lessen}, zijn als<br />
beroepskost aftrekbaar voor zover ze in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende<br />
beroepswerkzaamheid. De kosten van studies die toegang verlenen tot een nieuw beroep zijn niet<br />
16