23.11.2013 Views

nr. 2 februari - Publicaties Nederlandse Politieke Partijen

nr. 2 februari - Publicaties Nederlandse Politieke Partijen

nr. 2 februari - Publicaties Nederlandse Politieke Partijen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

THEUN DE VRIES<br />

DICHTERS ACHTER GLAS<br />

"Boeren, bultig in hun boezeroenen,<br />

vechten stom en wreevlig met de wind:<br />

knokig door vijandige seizoenen;<br />

krom door God, den korzeligen vrind ....<br />

Molens, meiden, melkvee: visioenen,<br />

dromen, jeugd .... die men niet wedervindt."<br />

Het verlamde in deze verzen, het opkomend verzet, dat zich weer in<br />

dergelijke conclusie's bij de machteloosheid van den mens neerlegt,<br />

zijn kenmerkend voor Den Brabander's laatste gedichten. Het is<br />

hetzelfde stadium van stilstand, dat wij in een ander geval geen stilstand<br />

zouden noemen, waneer Den Brabander bij vroegere gelegenheden<br />

ook niet getoond had, de strijdvaardige beweging te kunnen<br />

maken, die hem uit de ban van een burgerlijke sexe- en wanhoopsbelijdenis<br />

zou bevrijden.<br />

In één opzicht zijn deze verzen "sociaal", hoewel het duidelijk is,<br />

dat de dichter ze niet als zodanig heeft bedoeld. Wij doelen b.v. op<br />

het vers "The husband" (De echtgenoot), met deze aanhef:<br />

"Ben ik hond nu? Ben ik aan het touw?<br />

Ben ik braafjes aan je hiel gezeten?"<br />

104<br />

Over dit vers laten zich vele dingen zeggen, zoals trouwens over<br />

elk vers afzonderlijk van Den Brabander, hetgeen er reeds op wijst,<br />

dat deze dichter een geheel complex van gevoelens en gedachten<br />

in weinig woorden weet te ballen, een pleidooi voor het hoog gehalte<br />

van zijn dichterschap. In de eerste plaats is er die Engelse<br />

titel, The husband; we geloven niet te ver te gaan, als we het "band"<br />

in deze titel beschouwen als onmiddellijk gesuggereerd door het<br />

"gebonden" gevoel, dat deze dichter inzake de huwelijksmoraal van<br />

de burgerlijke maatschappij gevoeld; in de klanken "echtgenoot"<br />

vindt men immers een dergelijke suggestie niet. In de tweede plaats<br />

en dat is belangrijker, verheft het hele vers zich als een schreeuw<br />

tegen de gehele instelling van het huwelijk, dat sexuële gebondenheid<br />

en sexuële ontoereikendheid met zich sleept; de vergelijking<br />

van de hond aan het touw, die niet begrijpt, wat er "in een vrouwe··<br />

brein" omgaat, en de verzekering, dat hij "haar hielen trouw zal<br />

blijven", zijn de directe uitingen van het psychisch onheil en de<br />

wanhoop der zinnen, die de kapitalistische "huwelijkstrouw" den<br />

overgevoeligen, den onbevredigden mens aandoet, en veroordeelt<br />

in wezen de gehele geslachtelijke opvoeding, zoals die in de<br />

burgerlijke maatschappij den mens (mis)vormt. -<br />

Kunnen wij dus zeggen, dat Den Brabander ongewild getuigt van<br />

het totale wanbegrip der kapitalistische samenleving tegenover de<br />

vrije ontplooiing van den enkeling, - zoals men steeds achter de<br />

individuële klacht en wrok van den enkeling het "getuigenis" kan<br />

afluisteren - als vooruitstrevende poëzie kunnen wij moeilijk meer

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!