07.04.2014 Views

CURSUS WISKUNDE TSO - Ondernemersschool

CURSUS WISKUNDE TSO - Ondernemersschool

CURSUS WISKUNDE TSO - Ondernemersschool

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

1.3. Exponentiële functies<br />

1.3.1 Lineaire groei<br />

Een lineaire toename (of afname) is een functie van de eerste graad. Er is sprake van een<br />

lineaire groei als er per tijdseenheid steeds eenzelfde toename is. Deze toename noemen<br />

we het groeiverschil en krijgt het symbool v.<br />

Het functievoorschrift is van de vorm f(x) = b + v.x, met b de beginwaarde op tijdstip nul, v<br />

het groeiverschil en x de tijdsvariabele.<br />

Een kind dat elke week 5 euro in zijn spaarpot steekt is een eenvoudig voorbeeld van<br />

lineaire groei. Elke week zal er 5 euro bijkomen in de spaarpot. Stel dat er per 1 januari al<br />

200 euro in de spaarpot zit dan schrijf je het bedrag in de spaarpot met de volgende<br />

functiewaarde: f(x) = 200 + 5x. De beginwaarde is 200 euro en per week komt er 5 euro bij.<br />

De x die je invult, moet dus in weken zijn. Het bedrag in de spaarpot na een aantal weken<br />

kan eenvoudig gevonden worden door x te vervangen door het aantal weken. Bijvoorbeeld<br />

na 6 weken zit er 230 euro in de spaarpot, want 200 + 5.6 = 230.<br />

Aangezien een lineaire groei geschreven wordt als een functie van de eerste graad is de<br />

grafische voorstelling van een lineaire groei een rechte. De rechte snijdt de y-as bij de<br />

beginwaarde en steeds wanneer we één tijdseenheid naar rechts opschuiven, zal de grafiek<br />

met v toenemen.<br />

20

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!