18.10.2014 Views

Scan 3, juni 2002 - UMC Utrecht

Scan 3, juni 2002 - UMC Utrecht

Scan 3, juni 2002 - UMC Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Aan zijn promotieonderzoek bij het <strong>UMC</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

werkten gedurende een half jaar driehonderd<br />

patiënten en tweeënveertig huisartsen mee, verspreid<br />

over heel Nederland. Vergouwen bekeek<br />

een paar. Waarom blijven mensen roken?<br />

Waarom blijven ze te hard rijden en te vet eten?<br />

Iedereen weet toch dat je daaraan dood kunt<br />

gaan? Therapieontrouw is een probleem dat je<br />

of het programma Optimind tot<br />

een trouwer slikgedrag zou leiden.<br />

Dit Optimindprogramma<br />

>> Ontrouw kost gigantisch veel geld<br />

bestaat uit een meer regelmatig contact van de<br />

patiënt met de huisarts en betere informatie en<br />

oefeningen om de therapietrouw te bevorderen.<br />

Voorlichting is erg belangrijk, want volgens<br />

Vergouwen doen over antidepressiva nogal wat<br />

indianenverhalen de ronde. “Je zou er snel aan<br />

verslaafd raken, de pillen zouden je persoonlijkheid<br />

veranderen, dat soort ideeën.” Daarnaast<br />

voelen veel depressieve mensen zich schuldig<br />

over hun toestand en vinden ze dat ze hun problemen<br />

zelf moeten oplossen. In hun ogen moet<br />

dat zonder medicijnen. “En vrienden of familieleden<br />

die zeggen: ‘Moet je pillen slikken? Dan<br />

ben je écht ver heen’, helpen ook niet echt.”<br />

Meer nog dan bij kuren voor fysieke aandoeningen<br />

moet de huisarts zijn best doen om zijn<br />

depressieve patiënt te overtuigen van het nut<br />

van de medicamenten. Want het effect van antidepressiva<br />

laat meestal een paar weken op zich<br />

wachten, terwijl de bijwerkingen wél snel optreden.<br />

Die zijn soms niet mals: dikker worden,<br />

misselijkheid en hoofdpijn. “De verleiding om<br />

snel te stoppen is dan groot”, zegt Vergouwen.<br />

“Bovendien moet je na genezing nog vier tot<br />

zes maanden doorslikken om terugval te voorkomen.”<br />

nooit helemaal kunt oplossen. Dat kun je de<br />

patiënt ook nauwelijks kwalijk nemen; geen<br />

pijn, geen pil, dat is zó logisch.”<br />

Ontrouw vaststellen valt niet mee. Ten eerste<br />

overschatten bijna alle artsen de therapietrouw<br />

van hun patiënten. Ernaar vragen levert niet<br />

altijd een eerlijk antwoord op. De patiënt lege<br />

pilstrips laten meenemen naar een consult zegt<br />

ook niet alles. Een ‘markertje’ in medicijnen<br />

doen zodat je aan de bloedspiegel kunt meten<br />

of er consequent geslikt wordt, is volgens<br />

Vergouwen ook niet erg betrouwbaar. “Je hebt<br />

zelfs potjes met een microchip die registreert<br />

wanneer de deksel erop en eraf gaat. Maar dan<br />

nóg weet je niet of de patiënt de pillen ook echt<br />

inneemt. Zelfs als een verpleegkundige er met<br />

de neus bovenop staat kan een patiënt nog<br />

doen alsof.”<br />

Trouw stimuleren kan wel. Uit het onderzoek<br />

van Vergouwen blijkt dat meer aandacht en<br />

regelmatig contact tussen patiënt en huisarts<br />

of psychiater tot consequenter slikgedrag leidt.<br />

Uitgebreid en herhaaldelijk voorlichten, niet te<br />

veel tegelijk voorschrijven, na elk consult een<br />

nieuwe afspraak maken, praktische tips geven<br />

en bij elk contact vragen naar de therapietrouw:<br />

dat werkt. Het zit ‘m wel in de combinatie.<br />

Te hard rijden<br />

Waarom gooien mensen het bijltje erbij neer,<br />

terwijl ze weten wat voor nare gevolgen dat kan<br />

hebben? Vergouwen: “Ja, zo ken ik er ook nog<br />

Alleen een fraaie folder meegeven is niet<br />

genoeg. Vergouwen zou in de toekomst graag<br />

zien dat de arts de ernst van een depressie op<br />

een bepaald tijdstip registreert en de medicatie<br />

>> Ontrouw komt in alle medicijnfamilies voor<br />

Volgens een recent onderzoek van Pharmo, het farmaco-epidemiologisch instituut in<br />

<strong>Utrecht</strong>, stopt meer dan de helft van de patiënten binnen een jaar met hun – preventieve –<br />

medicijnen. Behalve antidepressiva zijn dat bijvoorbeeld anti-Parkinsonmiddelen, bloeddrukverlagers,<br />

anti-bloedstollingsmiddelen en glaucoommiddelen.<br />

Mensen met astma liggen aan kop: meer dan vijfentachtig procent houdt na verloop van<br />

tijd op met het preventief inhaleren van astma-ontstekingsremmers (corticosteroïden).<br />

Cholesterolverlagers om de kans op hart- en vaatziekten te verminderen, vinden nog de<br />

meeste aftrek. Volgens Pharmo stopt ‘slechts’ dertig procent van de patiënten binnen een<br />

jaar met deze statines.<br />

en doses daaraan aanpast. Want hoewel het<br />

volgens Vergouwen aanlokkelijk is om behandelingen<br />

te standaardiseren, heeft een individueel<br />

afgestelde (pillen)therapie veel meer kans van<br />

slagen.<br />

Vergouwen: “We hebben een paar van de huisartsen<br />

achteraf gevraagd waarom ze tijd en<br />

ruimte maakten om aan ons onderzoek mee te<br />

doen. Ze vonden het allemaal de investering<br />

waard omdat ze uit ervaring weten dat ze hun<br />

depressieve patiënten na een mislukte behandeling<br />

nog vaker terugzien. En dan met allerlei<br />

andere kwaaltjes. Dát kost uiteindelijk nog meer<br />

tijd en aandacht.”<br />

Tot één tellen<br />

Ook de farmaceutische industrie kan een steentje<br />

bijdragen door haar koopwaar patiëntvriendelijker<br />

te maken. Bijvoorbeeld door bijwerkingen<br />

tot een minimum te beperken en<br />

doseringen zo samen te stellen dat een patiënt<br />

per dag maar één pil hoeft slikken in plaats van<br />

drie. Als hij maar tot één hoeft te tellen heeft<br />

een therapie al meer kans van slagen.<br />

Teveel slikken is trouwens ook een vorm van<br />

therapieontrouw, hoewel die veel minder vaak<br />

voorkomt. Volgens Vergouwen zie je dat vooral<br />

bij kalmerende middelen. “Bij antidepressiva<br />

werkt een dubbele of driedubbele dosis eerder<br />

averechts. Daar ga je je niet sneller beter door<br />

voelen, terwijl de kans op bijwerkingen wel groter<br />

is. Van de meeste moderne antidepressiva ga<br />

je bij een overdosis niet dood. Maar een huisarts<br />

of psychiater moet uiteraard kunnen beoordelen<br />

of een depressieve patiënt suïcidaal is en dan<br />

bepaalde middelen dus níet voorschrijven.”<br />

Therapietrouw bevorderen is nadrukkelijk een<br />

middel en geen doel. De kans op een goede<br />

uitkomst staat of valt met de acceptatie van de<br />

patiënt. Als hij zijn depressie niet als een ziekte<br />

wil of kan zien, is een behandeling gedoemd te<br />

mislukken. “Daar gaat het soms al fout”, zegt<br />

Vergouwen. “De arts schrijft een recept uit<br />

terwijl de patiënt niet beseft – of accepteert –<br />

dat hij ziek is.” Hij laat een cartoon van<br />

Kamagurka zien die hij soms in voorlichtingsmateriaal<br />

gebruikt. Een diepfronsende arts zit<br />

achter zijn bureau. Hij spreekt de van oor tot<br />

oor grijnzende patiënt tegenover hem streng<br />

toe: ‘Ja ja, lacht u maar; het is wél een depressie<br />

hoor!’<br />

nr 3 <strong>juni</strong> <strong>2002</strong> 19

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!