CHRISTUS DE PLANT VAN NAAM 5 PREKEN Preek over Hooglied ...
CHRISTUS DE PLANT VAN NAAM 5 PREKEN Preek over Hooglied ...
CHRISTUS DE PLANT VAN NAAM 5 PREKEN Preek over Hooglied ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
7<br />
voor hem geweest is. En dan laat God hem ook zien wat hij geweest is tegen<strong>over</strong> God.<br />
En dan valt hij neer. En dan valt hij zo neer onder de goedertierenheid van God en dan<br />
zegt hij: o dat eeuwige wonder dat ik nog op de bodem van de wereld lig. Zie mensen<br />
dan leeft u de doodstaat in! Daar brengt de donder van de wet u niet.<br />
Maar weet, dat God u de werken van de wet af gaat nemen. Hij brengt ons de spiegel<br />
van de wet voor. O, mensen, ik zal eens een trek doen, dan geloof ik dat Gods volk daar<br />
meer van inleeft. Dat ze gaan leren kennen wat God is. O, toen God hun ogen opende,<br />
gevoelden ze: ik heb niet anders gedaan, dan wat kwaad was in Zijn ogen. En dat het<br />
een wonder zal zijn, dat ik nog een druppeltje water mag hebben, en dat hij nog een<br />
stukje brood mag hebben, en dat het nog niet voor eeuwig verloren is. En dan die<br />
goedertierenheden Gods, mensen. En wat krijgt hij dan? Dan krijgt hij een bijzondere<br />
betrekking op God. En die betrekking op God, heeft de bruid ook leren kennen, eer ze<br />
betrekking op Christus kreeg. Want we moeten onderscheid maken. Als God de zondaar<br />
bekeert, dan krijgt hij betrekking op dat Wezen Gods, maar die heeft geen<br />
onderscheiden Persoonskennis. Maar die krijgt toch zulk een liefde tot die God, dat hij<br />
zegt: voor die God wil ik leven, al zou ik ook voor eeuwig verloren gaan. Is het niet<br />
waar volk? Anders dan weet ik het niet. Maar zo is de grondslag. Dat is de eerste<br />
ontdekking. Nu blijft dat volk daar niet bij. - neem me niet kwalijk ik moet er zo<br />
afstappen - ze blijven daar niet bij. Welnee. God die gaat met die ziel wel door. Maar<br />
neem me niet kwalijk, we zullen daar straks mee verder gaan.<br />
Er staat zo: de dudaïm geven reuk. Dat wil zeggen, mensen, zulke zielen geven een reuk<br />
van zich. Ik heb het misschien wel eens gezegd, toen ik dat van mezelf niet kon<br />
geloven, kwam ik eens op een gezelschap van het volk van God. Toen zeiden ze tegen<br />
me, - ik was een jongeman van 21 jaar - toen zeiden ze: toe jongeman, vertel het maar<br />
eens een beetje. Maar dat kon ik niet, dat durfde ik niet. Maar toen ging ik toch aan het<br />
vertellen. O, die zonde en dan die diepe verootmoediging! O, dat vrezen van te doen wat<br />
kwaad was in Gods ogen. Want weet u wat zo'n oude pelgrim zei: ik had er genoegen<br />
aan. Zulk een leeft tot eer van God op de wereld. Dat kon ik niet geloven. Maar later<br />
heb ik wel gedacht, dat is waar. Dan geven ze reuk van zich. Dan gaan ze gebogen <strong>over</strong><br />
de wereld. Nee, dan gaan zulken niet meer op het voetbalveld. Dan zult u ze niet meer<br />
vinden in gezelschappen van: laat ons eten en drinken en vrolijk zijn. Dan kunt u ze<br />
vinden in een kelder. Dan kunt u ze vinden op een hoek van het veld: hoe raak ik tot<br />
God. Bekeerd? Hoe raakt mijn arme ziel gered? Dat zijn de vruchten. Och, dan zegt de<br />
familie van die bekeerden, zoals in de Christenreis van Bunyan, de vrouw en de<br />
kinderen tegen Christen zeiden: wat doe je toch? Ga eens naar bed, ga slapen! En toen<br />
hij 's morgens wakker werd, zeiden ze tegen Christen: en hoe is iet gegaan? En hij<br />
antwoordde: het is nog veel erger! En zo vluchtte hij stad Verderf uit.<br />
En zie geliefden, zo gaat het nu met die ziel ook. En dan geeft ze een reuk van zich.<br />
Want allen die ze zien, zullen bekennen, dat het een zaad is wat God gezegend heeft.<br />
En dan krijgen we een andere vrucht, ik stip het maar even aan: de dudaïm geven reuk,<br />
Nu gaat dat volk aan het werk. Natuurlijk hè? Bekeerd moeten ze worden, zalig worden.<br />
Zeven schoft werken op een dag. Wat kan het slapen baten? Niets! Overeind zitten in<br />
bed, 's nachts. Spreken met Gods volk, en praten met des Heeren Sion. En praten tegen<br />
God; hun schuld bewenen. Daar zitten ze, met diep ingevallen ogen door te weinig<br />
slaap. Och, die dudaïm geven reuk.