07.03.2015 Views

Werken naar vermogen

Werken naar vermogen

Werken naar vermogen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

38<br />

minimumloon. Mensen met een IVA-uitkering die volledig en duurzaam<br />

arbeidsongeschikt zijn bevonden, kunnen in het geheel geen aanspraak maken<br />

op het re-integratie-instrumentarium en op ondersteuning van het UWV bij<br />

arbeidsinschakeling. Hoewel er gezien de beperkingen van deze groep geen<br />

hooggespannen verwachtingen bestaan van hun mogelijkheden tot arbeid,<br />

blijkt op het individuele niveau wel degelijk dat sommigen meer waar kunnen<br />

maken dan aanvankelijk gedacht. Hetzelfde geldt voor mensen met een WGAuitkering<br />

die volledig zij het niet duurzaam arbeidsongeschikt zijn bevonden.<br />

Ook voor hen mag het UWV evenwel niet langdurig een loonkostensubsidie of<br />

loondispensatie inzetten.<br />

Naar het oordeel van de commissie wordt een belangrijk deel van de hiervoor<br />

beschreven problemen veroorzaakt doordat onvoldoende onderscheid wordt<br />

gemaakt tussen wat relevant is voor een claimbeoordeling en wat iemand<br />

nodig heeft om weer aan de slag te komen. Er bestaat wel degelijk een principieel<br />

verschil tussen een keuring die in dienst staat van het al dan niet toekennen<br />

van een uitkering en het maken van een realistische inschatting van wat<br />

iemand in een concrete arbeidsmarktsituatie nog waar kan maken. Bij het<br />

eerste dient nagegaan te worden welke functionele beperkingen iemand door<br />

ziekte of gebrek heeft en wat de persoon nog voor werk kan doen en wat hij<br />

hiermee kan verdienen. Hierbij wordt buiten beschouwing gelaten of de<br />

persoon de arbeid daadwerkelijk kan verkrijgen. Bij inpassing in arbeid daarentegen<br />

gaat het om de concrete situatie en de feitelijke positie die iemand heeft<br />

op de arbeidsmarkt. Alleen in die concrete situatie kan worden vastgesteld in<br />

welke mate er vraag is <strong>naar</strong> de kwalificaties waarover iemand nog beschikt, wat<br />

de arbeid van iemand nog waard is en welke begeleiding en ondersteuning<br />

nodig is om deze arbeid te verrichten.<br />

3.5 WW<br />

Uitsluiting door beperkte inzetbaarheid re-integratie-instrumentarium<br />

In vergelijking met de overige uitkeringsregelingen zal van de populatie<br />

WW-gerechtigden slechts een klein deel zijn aangewezen op langdurige ondersteuning<br />

om te kunnen werken vanwege een verdiencapaciteit die lager ligt<br />

dan het wettelijk minimumloon. WW-gerechtigden hebben immers allemaal<br />

een recent arbeidsverleden, waarbij de meerderheid zonder inzet van een loonkostensubsidie<br />

of loondispensatie aan de slag was. Hierdoor is hun afstand tot<br />

de arbeidsmarkt over het algemeen niet groot. Voor de WW-gerechtigden<br />

die niet in staat zijn het wettelijk minimumloon te verdienen en die geen<br />

samenloop hebben met een Wajong-uitkering en niet in het bezit zijn van<br />

een Wsw-indicatie, geldt echter eveneens dat de instrumenten loondispensatie<br />

en loonkostensubsidie niet langdurig mogen worden ingezet. Het is dan ook<br />

waarschijnlijk dat dit deel van de WW-populatie na afloop van de tijdelijke<br />

WW-uitkering terug valt op een bijstandsuitkering, waarbij de toegenomen<br />

duur van de uitkeringsafhankelijkheid de positie op de arbeidsmarkt verder<br />

heeft verslechterd.<br />

3.6 Uitvoerders<br />

Effectiviteit UWV<br />

Wordt de wijze waarop gemeenten en het UWV worden aangestuurd vergeleken<br />

dan kan de vraag worden gesteld of de prikkels en de mogelijkheden om effectief<br />

te re-integreren niet groter zijn bij gemeenten. Zo is het niet onwaarschijnlijk<br />

dat de financiële prikkels in de WWB leiden tot een grotere gerichtheid op<br />

het boeken van resultaten dan het formuleren van prestatie-indicatoren waarover<br />

door het UWV verantwoording moet worden afgelegd. Daarnaast hebben<br />

gemeenten de vrijheid om zelf te bepalen welke re-integratie-instrumenten ze<br />

wanneer voor wie inzetten. De ruimte die het UWV heeft en zelf ervaart om<br />

maatwerk te bieden wordt daarentegen ingeperkt door de voorschriften die in<br />

wet- en regelgeving zijn opgenomen. Ook kunnen gemeenten in tegenstelling<br />

tot het UWV integraal beleid voeren door verantwoordelijkheden te verknopen<br />

op het terrein van onder meer onderwijs, zorg, welzijn, kinderopvang, schuldsanering<br />

en economie en zo inspelen op lokale en regionale behoeften en<br />

ontwikkelingen.<br />

Op grond van voornoemde theoretische overwegingen wordt momenteel door<br />

verschillende partijen bepleit om re-integratieverantwoordelijkheden van het<br />

UWV over te hevelen <strong>naar</strong> gemeenten. De commissie acht dat op z’n minst<br />

prematuur. Het beter presteren van gemeenten voor groepen met een grote<br />

afstand tot de arbeidsmarkt is in de praktijk namelijk nog zeker geen gegeven.<br />

Het succes van de WWB is tot dusver voor een belangrijk deel toe te schrijven<br />

aan het beperken van de instroom, waar bij de werknemersverzekeringen geen<br />

sprake van kan zijn, alsook aan het met voorrang re-integreren van de mensen<br />

met een korte afstand tot de arbeidsmarkt. Daarnaast geeft de terughoudend-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!