12.07.2015 Views

Ontwerpen-praktijkgericht-curriculum

Ontwerpen-praktijkgericht-curriculum

Ontwerpen-praktijkgericht-curriculum

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Als we er vanuit gaan dat een werkproces bestaat uit een voorbereidend, een uitvoerend en eenafrondend deel, dan kunnen we ieder werkproces in drie activiteiten verdelen. Onze ervaring isdat niet ieder werkproces altijd op deze manier is opgebouwd. Hierdoor kan in de praktijk ooksprake zijn van minder of meer activiteiten per werkproces.Vervolgens bekijken we met behulp van de prestatie-indicatoren van het werkproces welk resultaat(prestaties) de student moet leveren tijdens of na de uitvoering van de activiteit. We illustrerendit met een voorbeeld.Zie ook tabel 2.1Een student van de kwalificatie (Junior) accountmanager (zie bijlage 2) moetverkooptrajecten en -gesprekken kunnen voorbereiden (werkproces 2.1). Alsonderdeel daarvan leert hij klantgegevens te verzamelen en analyseren. Wenoemen dit een activiteit (activiteit 2.1A). Hij moet de voorbereiding zodanig uitvoerendat hij weet welke zakelijke kansen er bij deze klant voor zijn bedrijf liggen(competentie X, ondernemend en commercieel handelen) en wat een passendevervolgstap is in het traject met de account (competentie M, analyseren).Hierna gaan we over tot de inhoudsanalyse. Daarin is steeds de vraag: ‘Welke vaardigheden,kennis en attituden zijn voorwaardelijk voor het uitvoeren van deze activiteit?’ Hierdoor wordtduidelijk aan welk deel van de beroepsuitoefening de inhoudselementen gekoppeld zijn of kunnenworden. In de analyse onderscheiden we zowel de beroepsspecifieke of vakmatige vaardighedenen kennis als de vereiste vaardigheden en kennis op de gebieden Nederlands, modernevreemde talen (MVT) en rekenen/wiskunde. Daarnaast kijken we naar de vereiste attituden eneventuele psychomotorische vaardigheden en kennis die essentieel zijn voor het uitvoeren van deactiviteit. Bij de talen (dus ook voor de MVT) en bij rekenen/wiskunde houden we in de tabel hetreferentiekader taal en rekenen van Meijerink 21 aan, zowel qua naam als qua nummering (1.1Gesprekken, 1.2 Luisteren, 1.3 Spreken, etc.). Het voordeel hiervan is dat we later ook preciezerkunnen bepalen welk taal- en rekenniveau voor de beginnende beroepsbeoefenaar vereist is.Bij de analyse starten we altijd met de praktijk, dus de vaardigheden. Daaraan wordt de vereistefeitelijke en begripsmatige kennis gekoppeld. Op basis van het kwalificatiedossier kan ECABO inredelijke mate de vereiste vaardigheden in kaart brengen. Voor de kenniscomponenten is dat lastiger.Deze reiken immers verder dan we op basis van het kwalificatiedossier kunnen analyseren.We kunnen een voorzet doen, maar inbreng vanuit het onderwijs is zeker voor de kennis en deelsook voor de vaardigheden noodzakelijk om tot een goede beschrijving te komen van de minimaalvereiste set aan vaardigheden en kennis. Hier trekken we dan ook de grens tussen analyse21 Referentiekader taal en rekenen definitief (www.steunpunttaalenrekenenmbo.nl) (Commissie Meijerink, 2009)29

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!