Review of the Research Institute for History and - Universiteit Utrecht

Joosten, J.H.T., ‘Speurwerk vanaf het ziekbed of: waarom Willem Termeer zijn vrouw niet vermoordde. Een
nieuwe hypothese over Emants’ Een nagelaten bekentenis’. In: Nederlandse letterkunde, 5 (2000) nr. 4,
pp. 333-341.
Joosten, J.H.T., [Recensie van:] Heynders, O. Langzaam Leren Lezen: Paul Rodenko en de poëzie. In: Tijdschrift
voor Nederlandse taal- en letterkunde, 116. (2000) nr. 4 pp. 374-376.
Joosten, J.H.T., ‘Van kern naar lijnen: een voorstel voor eigentijdse poëzieinterpretatie geillustreerd aan de
poëzie van Peter Holvoet-Hanssen’. In: Nederlandse letterkunde, 7 (2002) nr. 4, pp. 302-321.
Joosten, J.H.T., ‘Academische hoogstandjes en artistiekerige prietpraat’. [Recensie van:] Benders, R. &
Smulders, W. Apollo in Brasserie Lipp. & Heynders, O. Omwikkel mij met uw verstand. In: Literatuur : tijdschrift
over Nederlandse letterkunde, 19. (2002) nr. 2 pp. 108-111.
Jordão, A.P., ‘A Costa dos Murmurios: Uma ambiguidade Inesperada.’. In: Portuguese Literary & Cultural
Studies(1999) nr. 2 spring, pp. 49-59.
Kattenbelt, M.J., ‘De autonomie van de (zwijgende) fi lmkunst: een wankel evenwicht tussen drama, proza en
poëzie’. In: TvL : tijdschrift voor literatuurwetenschap(1997) nr. 2, pp. 126-147.
Kattenbelt, M.J., ‘Theater als Artefakt, ästhetisches Objekt und szenische Kunst’. In: Forum modernes Theater,
1997 (1997) pp. 132-159.
Kloek, J.J., ‘‘Niet als een bepaald vak van onderwijs’. Het schoolonderwijs in de Nederlandse letterkunde
vóór het schoolonderwijs in de Nederlandse letterkunde’. In: Nederlandse letterkunde(1998) pp. 214-
224.
Knaap, E.W. van der, ‘‘Die Strasse dringt ins Haus der Psyche’. Ernst Meisters neue dadaistische Sachlichkeit’.
In: Literatur für Leser, 1997 (1997) pp. 182-195.
Knaap, E.W. van der, ‘De gedragsregels van Serners tijgerin’. In: Armada: tijdschrift voor wereldliteratuur, 11
(1998) pp. 106-112.
Knaap, E.W. van der, ‘De zondeval van de vertaler. Over Nico Rost en Alfred Doblin’. In: Filter, tijdschrift voor
vertalen en vertaalwetenschap, 2 (1998) pp. 47-53.
Knaap, E.W. van der, ‘Musils fi lmischer Blick. Notsignale auf dem ‘Fliegenpapier’’. In: Poetica, 1-2 (1998)
pp. 187-203.
Knaap, E.W. van der, ‘Kommentar zu Paul Celans “Die Niemandrose”’. [Recensie van:] Lehman, J. &
Ivanovic, C. Boekbespreking. Heidelberg, Winter, 1998. In: Deutsche Bücher, 28,3. (1998) pp. 217-218.
Knaap, E.W. van der, [Recensie van:] Speier, H.M. Celan Jahrbuch 7. Heidelberg, 1999. & Bodenheimer, A.
[en van] Sandbank, S. Poetik der Transformation. Paul Celan - Übersetzer und übersetzt. Tübingen, 1999. &
Lehmann, J. [en van] Ivanovi, S. Stationen. Kontinuität und Entwicklung in Paul Celans Übersetzungswerk.
Heidelberg, Winter, 1997. In: Deutsche Bücher, 30. (2000) nr. 2-3 pp. 162-164.
Koffeman-Bijman, M.N., ‘André Gide et l’évolution de la première NRF, ou la stratégie des satellites’. In:
Bulletin des Amis d’André Gide, XXIX (2001) nr. 131/132, pp. 437-445.
Konijn, E.A., ‘A task-emotion theory on acting’. In: Performance research(1998)
Konijn, E.A., ‘Spotlight on spectators; emotions in the theater’. In: Discourse Processes(1998)
Konijn, E.A., ‘Spotlight on spectators: emotions in the theater’. In: Discourse Processes, 28 (1999) nr. 2,
pp. 169-194.
Konijn, E.A., ‘Ik ben mezelf niet (ook al die jaren niet geweest). Zelfconcept, identiteit en emotie’. [Recensie
van:] Breewsma, G. Acteren en Emoties. In: De Psycholoog(1999) pp. 33-35.
Konijn, E.A. & Hoorn, J.F., ‘Goed en kwaad op het witte doek, voorpublicatie van het PEFiC-model,
interview met K. Kraaijeveld’. In: Psychologie Magazine, 19 (2000) nr. 1, pp. 54-59.
Koster, C., [Recensie van:] Hulpach, V. & Lamb, C&M Alle vertellingen naar Shakespeare (met illustraties van K.
Toman; vertld. uit het Tsjechisch door L. van Grootel, onder red. van K. Steenbergh en uit Eng. door C. Neelissen
e.a. In: Folio, 8. (2001) nr. 2 pp. 42-45.
Koster, C., [Recensie van:] Venuti, L. The Translation Studies Reader. In: Target, 14. (2002) nr. 1
Koster, C., ‘21 juni 1878: de Ilias-vertaling van Mr. Carel Vosmaer verschijnt’. In: Filter, 10 (2003) nr. 1,
pp. 57-63.
Koster, C., ‘Iconen van de allesverzengende liefde: Een anachronistische Romeo en Julia voor de jeugd’.
In: Filter, 10 (2003) nr. 4, pp. 67-74.
OGC Literary Studies
208