Competentiewoordenboek van de federale overheid ... - Fedweb

Informatie begrijpenOmgaan met informatieGestion de l'informationComprendre l'informationBegrijpen van elementaire zaken, kunnen omgaan met onduidelijke informatie en Comprendre des informations élémentaires, pouvoir travailler avec decorrect inschatten van de eigen kennis.l'information floue et estimer correctement ses connaissances.# Basisinformatie begrijpen: begrijpen van instructies, teksten en basisideeën. # Comprendre l'information de base: comprendre les instructions, lestextes et les idées de base.o Omgaan met onduidelijke informatie: kunnen werken in een omgeving waar geen o Travailler avec des informations non-univoques: pouvoir travailler dansduidelijke of onvolledige informatie aanwezig is.un environnement où l'information n'est ni claire, ni complète.x Eigen kennis correct inschatten: eigen kennis en vaardigheden inschatten en x Évaluer correctement ses connaissances: estimer ses propresgrenzen kennen.connaissances et capacités, et connaître ses limites.Lijst met gedragsindicatoren:Liste des indicateurs de comportement:# Begrijpt snel de instructies van een opdracht. # Comprend rapidement les instructions relatives à une tâche.# Vat snel de betekenis van basisbegrippen. # Saisit rapidement la signification de notions de base.# Heeft basisideeën snel door. # Comprend rapidement les idées de base.# Begrijpt eenvoudige teksten die verband houden met de functie. # Comprend des textes simples relatifs à la fonction.# Vat de kernideeën van een betoog samen. # Récapitule les idées essentielles d'une argumentation.o Voert zijn/haar werk uit, ook al is niet alle informatie voorhanden.o Effectue son travail, même si toutes les informations ne sont pasdisponibles.o Werkt verder, ook wanneer de beschikbare informatie onduidelijk is.o Poursuit son travail même lorsque les informations disponibles ne sontpas claires.o Kan werken met informatie die niet eenduidig is.o Peut travailler avec des informations qui ne sont pas univoques.o Voert zijn/haar taken uit, ook als niet alle uitleg gegeven is.o Exécute ses tâches, même lorsque toutes les explications n'ont pas étédonnées.o Gaat doeltreffend om met tegenstrijdige gegevens.o Traite des données contradictoires de manière efficace.x Weet wanneer hij/zij aan anderen meer informatie moet vragen.x Sait lorsqu’il est nécessaire de demander de plus amples informationsà d'autres personnes.x Weet wat hij/zij goed kan en wat hij/zij minder goed kan.x Sait ce qu'il/elle sait bien faire et ce qu'il/elle sait moins bien faire.x Schat correct in of hij/zij de gekregen instructies goed begrepen heeft.x Evalue correctement s'il/ si elle a bien compris les instructions reçues.x Erkent de grenzen van zijn/haar kennis en vaardigheden.x Maakt een kritische inschatting van het eigen kunnen.x Reconnaît les limites de ses connaissances et capacités.x Situe de manière critique le niveau de ses connaissances et capacités.Gedragsindicatoren voor niveau D: Indicateurs de comportement pour le niveau D:# Begrijpt snel de instructies van een opdracht. # Comprend rapidement les instructions relatives à une tâche.# Vat snel de betekenis van basisbegrippen. # Saisit rapidement la signification de notions de base.o Voert zijn/haar werk uit, ook al is niet alle informatie voorhanden.o Effectue son travail, même si toutes les informations ne sont pasdisponibles.o Werkt verder, ook wanneer de beschikbare informatie onduidelijk is.o Poursuit son travail même lorsque les informations disponibles ne sontpas claires.x Weet wanneer hij/zij aan anderen meer informatie moet vragen.x Sait lorsqu’il est nécessaire de demander de plus amples informationsà d'autres personnes.x Weet wat hij/zij goed kan en wat hij/zij minder goed kan.x Sait ce qu'il/elle sait bien faire et ce qu'il/elle sait moins bien faire.Gedragsindicatoren voor niveau C: Indicateurs de comportement pour le niveau C:# Begrijpt eenvoudige teksten die verband houden met de functie. # Comprend des textes simples relatifs à la fonction.# Vat de kernideeën van een betoog samen. # Récapitule les idées essentielles d'une argumentation.o Kan werken met informatie die niet eenduidig is.o Peut travailler avec des informations qui ne sont pas univoques.o Gaat doeltreffend om met tegenstrijdige gegevens.o Traite des données contradictoires de manière efficace.x Erkent de grenzen van zijn/haar kennis en vaardigheden.x Reconnaît les limites de ses connaissances et capacités.x Maakt een kritische inschatting van het eigen kunnen.x Situe de manière critique le niveau de ses connaissances et capacités.Up to date jan. 2010Competentiewoordenboek van de federale overheid - versie met indicatorenDictionnaire des compétences de l'Administration fédérale - version avec indicateurs 1/8