Staatsblad Moniteur - CUY
Staatsblad Moniteur - CUY
Staatsblad Moniteur - CUY
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
38774 MONITEUR BELGE — 18.07.2007 — BELGISCH STAATSBLAD<br />
Art. 2. Pour l’application de la présente convention collective de<br />
travail, on entend par :<br />
1. ″la CCT″ : la convention collective de travail;<br />
2. ″ONSS″ :l’Office national de Sécurité sociale;<br />
3. ″ASBL″ : association sans but lucratif;<br />
4. ″les ouvriers″ : les ouvriers et ouvrières;<br />
5. la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique<br />
et électrique délègue ses pouvoirs à la section paritaire régionale des<br />
ouvriers des fabrications métalliques de la province du Hainaut.<br />
CHAPITRE II. — Cotisation au profit d’initiatives de formation<br />
et d’emploi au niveau provincial<br />
Art. 3. A partir du 1 er janvier 2005 et pour une durée indéterminée,<br />
les entreprises, auxquelles la présente CCT s’applique, verseront<br />
trimestriellement une cotisation égale à 0,1 p.c. du total des rémunérations<br />
brutes déclarées (à 100 p.c.) à l’ONSS, au profit d’initiatives de<br />
formation et d’emploi organisées au niveau provincial.<br />
Cette cotisation sera perçue par le ″Fonds de sécurité d’existence des<br />
fabrications métalliques″.<br />
Le produit de cette cotisation sera destiné à l’ASBL dénommée<br />
″Institut de Formation du Métal - Hainaut-Namur″,enabrégé ″IFMHN″,<br />
et sera utilisé par celle-ci conformément à ses buts sociaux.<br />
Cette association est gérée par un conseil d’administration paritaire.<br />
Art. 4. Cette ASBL a principalement pour but de définir la politique<br />
en matière de formation professionnelle dans le secteur des constructions<br />
métallique, mécanique et électrique de la province du Hainaut<br />
et de Namur; de déterminer les moyens disponibles par convention ou<br />
l’utilisation des réserves, à la mise en œuvre de cette politique; de<br />
définir la nature des relations avec les autres organismes de formation,<br />
de fixer l’utilisation des ressources provinciales destinées à l’application<br />
de la politique de formation; de donner des compléments de formation<br />
à des jeunes travailleurs qualifiés, demandeurs d’emploi, dans des<br />
disciplines intéressant les entreprises, éventuellement avec l’appui du<br />
FOREm, de l’enseignement de promotion sociale et celui des entreprises<br />
disposant de moyens de formation adéquats ainsi que de tous<br />
organismes poursuivant un objet similaire; d’apporter sa collaboration,<br />
si elle est souhaitée, à des projets pédagogiques élaborés par les divers<br />
réseaux d’enseignement dans l’hypothèse où ces projets peuvent<br />
intéresser les entreprises du secteur.<br />
CHAPITRE III. — Exceptions<br />
Art. 5. Les entreprises reconnues par le Ministre de l’Emploi comme<br />
étant en difficulté ou en restructuration seront dispensées du versement<br />
de la cotisation de 0,1 p.c. pendant la période de reconnaissance.<br />
CHAPITRE IV. — Durée de la convention<br />
Art. 6. La présente convention collective de travail est conclue pour<br />
une durée indéterminée et entre en vigueur le 1 er janvier 2005.<br />
Elle peut être dénoncée par une des parties, moyennant un préavis<br />
de six mois notifié par lettre recommandée adressée à Monsieur le<br />
président de la section paritaire régionale du Hainaut de la Commission<br />
paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique.<br />
Vu pour être annexé àl’arrêté royal du 13 juin 2007.<br />
Le Ministre de l’Emploi,<br />
P. VANVELTHOVEN<br />
Art. 2. Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst<br />
wordt verstaan onder :<br />
1. ″de CAO″ : de collectieve arbeidsovereenkomst;<br />
2. ″RSZ″ : de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;<br />
3. ″VZW″ : vereniging zonder winstoogmerk;<br />
4. ″de werklieden″ : de werklieden en werksters;<br />
5. het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw<br />
draagt haar bevoegdheden over aan de gewestelijke paritaire sectie van<br />
de werklieden van de metaalfabrikaten van de provincie Henegouwen.<br />
HOOFDSTUK II. — Bijdrage ten gunste van vormingsen<br />
tewerkstellingsinitiatieven op provinciaal niveau<br />
Art. 3. Vanaf 1 januari 2005 en voor onbepaalde duur zullen de<br />
ondernemingen waarop deze CAO van toepassing is per kwartaal een<br />
bijdrage storten die gelijk is aan 0,1 pct. van het totaal van de<br />
brutolonen die aangegeven zijn (aan 100 pct.) bij de RSZ, ten gunste van<br />
vormings- en tewerkstellingsinitiatieven die op provinciaal niveau<br />
worden georganiseerd.<br />
Deze bijdrage zal geïnd worden door het ″Fonds voor bestaanszekerheid<br />
van de metaalfabrikaten″.<br />
De som van deze bijdrage zal bestemd zijn voor de VZW, genoemd<br />
″Institut de Formation du Métal - Hainaut-Namur″, afgekort IFMHN,<br />
en zal door haar gebruikt worden overeenkomstig haar sociale<br />
doelstellingen.<br />
Deze organisatie zal beheerd worden door een paritaire raad van<br />
beheer.<br />
Art. 4. Deze VZW heeft hoofdzakelijk tot doel het beleid te bepalen,<br />
inzake beroepsopleiding in de sector van de metaal-, machine- en<br />
elektrische bouw van de provincies Henegouwen en Namen; de<br />
middelen te bepalen die beschikbaar zijn bij overeenkomst of het<br />
gebruik van de reserves, voor de tenuitvoerlegging van dit beleid; de<br />
aard van de betrekkingen met de andere opleidingsinstituten te<br />
bepalen, het gebruik vast te leggen van de provinciale middelen die<br />
bestemd zin voor de toepassing van het opleidingsbeleid; aanvullende<br />
opleiding te geven aan jonge geschoolde werknemers, werkzoekenden,<br />
in disciplines die de ondernemingen interesseren, eventueel met de<br />
steun van de « FOREm » van het onderwijs voor sociale promotie en<br />
van de ondernemingen die over gepaste opleidingsmiddelen beschikken<br />
alsook van alle instellingen die een gelijkaardige doelstelling<br />
nastreven; haar medewerking te verlenen, indien deze gewenst is, aan<br />
pedagogische projecten die worden uitgewerkt door de verschillende<br />
onderwijsnetten in de veronderstelling dat deze projecten de ondernemingen<br />
van de sector kunnen interesseren.<br />
HOOFDSTUK III. — Uitzonderingen<br />
Art. 5. De ondernemingen die door het Minister van Werk erkend<br />
worden als in moeilijkheden of in herstructurering zullen vrijgesteld<br />
worden van de storting van de bijdrage van 0,1 pct. tijdens de<br />
erkenningsperiode.<br />
HOOFDSTUK IV. — Duur van de overeenkomst<br />
Art. 6. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor<br />
onbepaalde duur en wordt van kracht op 1 januari 2005.<br />
Zij kan worden opgezegd door één van de partijen, mits een<br />
opzeggingstermijn van zes maanden wordt betekend per aangetekende<br />
brief, gericht aan de heer voorzitter van de gewestelijke paritaire sectie<br />
Henegouwen van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en<br />
elektrische bouw.<br />
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van<br />
13 juni 2007.<br />
De Minister van Werk,<br />
P. VANVELTHOVEN