september 2011 - Nederlandse Liga tegen Epilepsie
september 2011 - Nederlandse Liga tegen Epilepsie
september 2011 - Nederlandse Liga tegen Epilepsie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Door: Boudewijn Gunning, neurologie, Kempenhaeghe Heeze en Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen en<br />
Nienke Verbeek, afdeling Medische Genetica, Universitair Medisch Centrum Utrecht.<br />
Een jongen met Wolf-Hirschhorn<br />
syndroom en een SCN1A-mutatie<br />
De casus gaat over een jongen met het Wolf-Hirschhorn syndroom. De epilepsie laat bij dit syndroom overeenkomsten<br />
zien met het Dravet syndroom, maar de prognose van de epilepsie bij Wolf-Hirschhorn is gunstiger. Bij deze<br />
jongen is het de vraag wat de mogelijke invloed van een ‘stille’ SCN1A-mutatie is op het verloop van zijn epilepsie.<br />
De moeder van Paul maakte een ongecompliceerde<br />
zwangerschap en bevalling door. Vanaf de geboorte had<br />
hij sondevoeding nodig vanwege voedingsproblemen. Een<br />
lage spierspanning, ver onder de curve verlopende groei,<br />
vanaf het begin achterblijvende ontwikkeling, abnormale<br />
vorm van het gelaat (met wijd uiteen staande ogen) en abnormale<br />
uitmonding van de plasbuis was reden voor verwijzing<br />
naar de klinisch geneticus, die de diagnose Wolf-<br />
Hirschhorn syndroom stelde. Chromosomenonderzoek<br />
bevestigde de diagnose: er werd een deletie gevonden van<br />
de korte arm van chromosoom 4 (het Wolf-Hirschhorn<br />
syndroom heet ook wel 4p-syndroom). Zoals bij de meeste<br />
kinderen met dit syndroom het geval is, bleek het om een<br />
sporadische afwijking te gaan, niet overgeërfd van één van<br />
de ouders.<br />
Anamnese<br />
Op de leeftijd van veertien maanden had Paul typische<br />
koortsstuipen. Op de leeftijd van 20 maanden werd de<br />
diagnose epilepsie gesteld aan de hand van aanvalletjes<br />
die achteraf bezien vanaf de leeftijd van negen maanden<br />
bestonden: myoclone aanvalletjes waarbij hij de armen<br />
een paar keer omhoog schokt en afwezig is, en incidenten<br />
waarbij hij tien seconden met zijn hoofd schudt en daarbij<br />
afwezig is. Een routine EEG liet regelmatig korturend<br />
bilateraal synchrone (poly)piekjes zien, met een maximum<br />
mesiofrontaal. Een aantal malen gingen deze gepaard met<br />
schokken van het hele lijfje. Er werd gestart met valproaat.<br />
De myoclonieën verdwenen direct, soms had Paul nog wel<br />
afwezigheden. Hij werd alert en vrolijk, dronk zijn fles<br />
helemaal leeg en had geen sonde meer nodig. Een maand<br />
later ontwikkelde hij complex partiële aanvallen waarbij<br />
hij smakte, staarde, de ogen wegdraaide naar links boven<br />
en huilde, en kreeg hij (met stijgende hoge koorts) een<br />
eerste gegeneraliseerde tonisch-clonische aanval. Nieuwe<br />
tonisch-clonische aanvallen volgden en op de leeftijd van<br />
twee jaar en vier maanden (2;4 jaar) maakte hij voor<br />
het eerst een status epilepticus door. Steeds was ziekte de<br />
aanleiding. Al bij een temperatuursverhoging van 38.5° C<br />
Figuur 1 Paul als peuter. Zijn wijd uit elkaar staande ogen (hypertelorisme)<br />
en brede neusbrug zijn faciale kenmerken van het Wolf-<br />
Hirschhorn syndroom. Andere faciale kenmerken van Wolf-<br />
Hirschhorn syndroom, zoals een korte afstand tussen neus en<br />
mond (kort philtrum) en prominerende ogen, zijn bij Paul minder<br />
duidelijk aanwezig.<br />
traden aanvallen op. Met iedere aanval werden lippen,<br />
handjes en voeten flink blauw (cyanose). Iedere keer was<br />
noodmedicatie nodig. Paul is op dit moment acht jaar<br />
oud en was bijna twee jaar aanvalsvrij. Hij heeft in die<br />
tijd vijf keer hoge koorts doorstaan zonder een aanval<br />
te krijgen. Echter, op de leeftijd van zeven jaar en negen<br />
maanden (7;9 jaar) kreeg hij tijdens hoge koorts opnieuw<br />
een aanval tijdens slaap met niet-reactief staren,<br />
terwijl hij over zijn hele lichaam trilde. De ouders werden<br />
gealarmeerd door de bewakingsmonitor en volgens<br />
protocol werd meteen noodmedicatie gegeven. De familieanamnese<br />
is positief voor epilepsie: moeder heeft de<br />
26 Periodiek voor professionals 09 | nr 3 | <strong>2011</strong> Genetica en epilepsie