overeenkomst boiler plate Ab01 - Utrecht.nl - Gemeente Utrecht

delen. Hieronder verstaan partijen dat de Gemeente de wettelijke beslistermijnen
in acht neemt en streeft ernaar te handelen en zonodig te besluiten binnen de
wettelijke beslistermijnen die een fataal karakter hebben. De Gemeente neemt
eveneens de wettelijke termijnen van orde zoals in de wet genoemd, op een wijze
zoals door de wetgever bedoeld, in acht. Voor zover daarvoor tevens de medewerking
van andere overheidslichamen is vereist, zal de Gemeente zoveel
mogelijk bevorderen dat bedoelde medewerking zo voortvarend mogelijk wordt
verleend, zoveel mogelijk met inachtneming van de wettelijke beslistermijnen.
3.7. Onder de voorwaarde dat HC bij de aanvraag van een vrijstelling ex artikel 19
WRO voor de Deelprojecten SO Vastgoed, Voorzetgebouw en Radboud c.a. uitgaat
van een aanduiding van de functies die in overeenstemming is met de aanduiding
van de functies in het desbetreffende Erfpachtrecht, als bepaald in deze
Overeenkomst en de Erfpachtvoorwaarden HC, zal de Gemeente zich maximaal
inspannen om te bewerkstelligen dat de desbetreffende functie-aanduidingen in
het vrijstellingsbesluit ex artikel 19 WRO worden toegestaan.
3.8. De in deze Overeenkomst weergegeven verplichtingen van de Gemeente die
zien op de vereiste uitoefening van publiekrechtelijke bevoegdheden, zoals het
nemen van beschikkingen (waaronder begrepen maar niet beperkt tot het verlenen
van bouwvergunningen, vrijstellingen, ontheffingen, goedkeuringen enz.),
dienen voor wat betreft de uitkomsten van de procedures te worden aangemerkt
als inspanningsverplichtingen. Dienaangaande verstrekt de Gemeente geen garanties.
Bij de besluitvorming uit hoofde van dit artikel 3 zal de Gemeente alle
betrokken belangen zorgvuldig dienen af te wegen, onder de gehoudenheid om
HC ter zake voorafgaand aan de besluitvorming te informeren op de voet van het
bepaalde in artikel 3.12.
3.9. Indien en voor zover mocht blijken dat de in artikel 3.5 bedoelde vergunningen,
ontheffingen, vrijstellingen en/of goedkeuringen niet verleend kunnen worden,
dan wel niet onherroepelijk kunnen worden, zijn partijen gehouden tot een zodanige
aanpassing van de door hen ingediende aanvragen, dat bedoelde vergunningen,
ontheffingen, vrijstellingen en/of goedkeuringen alsnog verleend respectievelijk
onherroepelijk kunnen worden. Deze aanpassing geschiedt binnen de
kaders van de Overeenkomst.
3.10. Indien en zodra partijen vaststellen dat één of meer vertragingen optreden ten
opzichte van de APS Planning omdat vergunningen, ontheffingen, vrijstellingen
en/of goedkeuringen niet tijdig onherroepelijk worden/zijn, zullen partijen in onderling
overleg welwillend beschouwen of er mogelijkheden zijn om tegen aanvaardbare
risico’s (een deel van) de vertraging in te lopen door te starten met re-
Versie 14, 4 januari 2008 18/120