Moerdijk bestemmingsplan buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
Moerdijk bestemmingsplan buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
Moerdijk bestemmingsplan buitengebied - Ruimtelijkeplannen.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Nadere uitwerking 103<br />
Omschakeling naar nieuwe hoofdtak<br />
Uitgangspunt in de gebiedsvisie is het behoud van de kenmerkende ruimtelijke kwaliteiten van<br />
het landschap. De grondgebonden landbouw is de beheerder van dit landschap en dient daarom<br />
behouden te blijven. Tabel 5.3 biedt een overzicht van mogelijkheden voor omschakeling.<br />
Overeenkomstig het streekplanbeleid is omschakeling naar bijna iedere agrarische productietak<br />
in de zone ALO mogelijk. Een uitzondering hierop vormen glastuinbouw, intensieve veehouderij<br />
en bosbouw, omdat deze agrarische productietakken een te grote nadelige invloed op de beleving<br />
van het landschap hebben. Omschakeling naar intensieve veehouderij is enkel toelaatbaar<br />
indien dit plaatsvindt op een zogenaamde duurzame locatie (zie ook nieuwvestiging). Een herziening<br />
van het <strong>bestemmingsplan</strong> is noodzakelijk om dit planologisch mogelijk te maken. Bij<br />
deze herziening zal de bouwstede (indien aanwezig) worden gewijzigd in een bouwvlak zodat<br />
duidelijkheid ontstaat vanuit welk punt stankcirkels getrokken moeten worden. In de zone AG is<br />
het beleid gericht op behoud en groei van de bestaande glastuinbouwbedrijven. Reeds aanwezige,<br />
andersoortige grondgebonden agrarische bedrijven kunnen zonder beperkingen omschakelen,<br />
echter niet naar de glastuinbouw. Om een dergelijke ontwikkeling mogelijk te maken<br />
dient eerst beschikt te worden over een inrichtingsplan voor het AG-gebied en een daarbijbehorend<br />
milieueffectrapport. Overigens is de gemeente <strong>Moerdijk</strong> van oordeel dat het wel gewenst is<br />
een dergelijke omschakeling mogelijk te maken. Niet-grondgebonden agrarische bedrijven zijn<br />
hier niet gewenst.<br />
In de zone ARWN zijn de mogelijkheden voor omschakeling beperkt, omdat de ruimtelijke gevolgen<br />
hiervan de gewenste openheid van de zone en de functie voor natuur en waterberging<br />
beperken.<br />
Agrarische neventakken<br />
Onder een agrarische neventak worden de onderdelen van het agrarisch bedrijf verstaan,<br />
waarvan de gezame<strong>nl</strong>ijke productieomvang een ondergeschikt deel (minder dan de helft) uitmaakt<br />
van de totale productieomvang van het betrokken agrarisch bedrijf. Hierbij geldt als randvoorwaarde<br />
dat de productieomvang van de agrarische neventak(ken) afzonderlijk in geen geval<br />
meer dan 70% mag bedragen van de minimale omvang van een zelfstandig volwaardig bedrijf<br />
in de desbetreffende bedrijfstak. Bij twijfel over de ondergeschiktheid van de agrarische neventak<br />
wordt advies ingewonnen bij de agrarisch deskundige.<br />
Een agrarische neventak bij een agrarisch bedrijf is in de zones ALO, AG en ARWN te allen<br />
tijde toegestaan, met uitzondering van:<br />
- bosbouw (te grote aantasting van de openheid);<br />
- glastuinbouw (op termijn alleen in zone AG mogelijk als voor dit gebied een inrichtingsplan<br />
beschikbaar is en de milieueffecten afdoende onderzocht zijn);<br />
- intensieve veehouderij (alleen op duurzame projectlocaties en op basis van een planherziening);<br />
- intensieve kwekerij in de zone AG (een te groot en permanent ruimtebeslag in de vorm van<br />
gebouwen).<br />
Voor intensieve kwekerijen als neventak geldt dat een maximaal oppervlak van 1.000 m² aan<br />
bedrijfsbebouwing is toegestaan.<br />
5.2.4. Niet-agrarische nevenfuncties bij agrarische bedrijven<br />
I<strong>nl</strong>eiding<br />
Het <strong>bestemmingsplan</strong> biedt mogelijkheden om op agrarische bedrijven een niet-agrarische nevenfunctie<br />
te ontwikkelen.<br />
Het bieden van dergelijke mogelijkheden kan leiden tot extra inkomensverwerving. Hierdoor kan<br />
de afname van het aantal bedrijfsbeëindigingen verminderen, wat bij kan dragen aan de instandhouding<br />
van het open agrarisch karakter van het <strong>buitengebied</strong>. Gelet hierop geeft tabel<br />
5.4 weer welke nevenfuncties toelaatbaar zijn.<br />
Toelaatbaarheid agrarisch verwante en niet-agrarische nevenfuncties<br />
In tabel 5.4 is weergeven welke agrarisch verwante en niet-agrarische functies als nevenactiviteit<br />
aanvaardbaar zijn. Het wel of niet toestaan van nevenactiviteiten is afhankelijk van het<br />
ruimtelijke beleid voor de zones (zie hoofdstuk 4).<br />
Adviesbureau RBOI<br />
Rotterdam / Middelburg<br />
264.10404.00