Transformatie Natuurlijke Taal Object Georiënteerd Analyse ...
Transformatie Natuurlijke Taal Object Georiënteerd Analyse ...
Transformatie Natuurlijke Taal Object Georiënteerd Analyse ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
werkwoordelijk gezegde<br />
In het algemeen kan worden gezegd dat het werkwoordelijk gezegde een werking aanduidt. Het begrip werking<br />
moet dan ruim worden genomen. Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoordelijke vormen die in<br />
een enkelvoudige zin aanwezig zijn. In samengestelde zinnen hebben zowel hoofdzin als bijzin(nen) een gezegde.<br />
Naast de werkwoordelijke vormen kunnen ook niet werkwoordelijke vormen in een werkwoordelijk<br />
gezegde optreden. Dit is het geval bij het voorzetsel te bij infinitieven (hele werkwoord, bijv. te lopen), bij wederkerende<br />
voornaamwoorden, bij verplicht wederkerende werkwoorden (zich vergissen) en bij werkwoordelijke<br />
uitdrukkingen (de plaat poetsen).<br />
naamwoordelijk gezegde In het algemeen kan worden gezegd dat het naamwoordelijk gezegde een toestand<br />
aanduidt: een hoedanigheid, eigenschap functie e.d. Het naamwoordelijk gezegde bestaat uit een werkwoordelijk<br />
en een naamwoordelijk deel.<br />
Het werkwoordelijk deel bevat alle werkwoordelijke vormen en bevat in ieder geval een koppelwerkwoord.<br />
Bestaat het werkwoordelijk deel uit meer dan een werkwoord, dan vervult het koppelwerkwoord syntactisch<br />
dezelfde functie als een zelfstandig werkwoord; de andere werkwoorden zijn dan hulpwerkwoorden.<br />
Het naamwoordelijk deel kan gezien worden als een soort aanvulling op het werkwoordelijk deel. Het naamwoordelijk<br />
deel kan bestaan uit een bijvoeglijk naamwoord(groep), tegenwoordig deelwoord, zelfstandig<br />
naamwoord(groep), voornaamwoord(groep), bijwoord(groep), infinitiefconstructie, voorzetselconstituent of een<br />
bijzin.<br />
3.4.2 Onderwerp<br />
Het onderwerp is het zinsdeel dat de zelfstandigheid noemt waaraan wordt toegeschreven wat in het gezegde<br />
wordt uitgedrukt: wie of wat de handeling uitvoert. De meeste zinnen bevatten een onderwerp, echter soms kan<br />
het onderwerp worden weggelaten. Dit is het geval bij bijvoorbeeld antwoorden op vragen (onvolledige zinnen)<br />
of bevelende zinnen. Als onderwerp kunnen voorkomen een zelfstandig naamwoord(groep), een voornaamwoord(groep),<br />
het plaatsonderwerp er, het loos onderwerp het, een infinitief(constructie) of een bijzin. Verder<br />
bestaat er nog een herhaald onderwerp en een voorlopig onderwerp. Van een herhaald onderwerp is sprake als<br />
een onderwerp tweemaal in dezelfde zin wordt uitgedrukt en het de tweede keer kan worden weggelaten.<br />
Congruentie<br />
De congruentie tussen onderwerp en persoonsvorm houdt in dat het onderwerp en de persoonsvorm in persoon<br />
en getal met elkaar overeenstemmen.<br />
ik: 1e persoon enkelvoud, ben: 1e persoon enkelvoud => ik ben<br />
jij: 2e persoon enkelvoud, bent : 2e persoon enkelvoud => jij bent<br />
wij : 1e persoon meervoud, ben : 1e persoon enkelvoud => wij ben <br />
De congruentie tussen onderwerp en naamwoordelijk deel van het gezegde houdt in dat het onderwerp en het<br />
naamwoordelijk deel in de vorm van een substantief(groep) of voornaamwoord(groep) overstemmen in getal.<br />
3.4.3 Voorwerpen<br />
In een zin kunnen de volgende voorwerpen worden onderscheiden.<br />
• Lijdend Voorwerp<br />
• Meewerkend Voorwerp<br />
• Voorzetsel Voorwerp<br />
• Ondervindend Voorwerp<br />
• Oorzakelijk Voorwerp<br />
Geen enkele van deze voorwerpen is per definitie verplicht aanwezig in een zin. Afhankelijk van de werkwoorden<br />
die worden gebruikt komen een of meer van deze voorwerpen voor in de zin.<br />
3.4.3.1 Lijdend Voorwerp<br />
Het lijdend voorwerp is een zinsdeel dat bij bepaalde werkwoordelijke gezegdes kan of moet voorkomen en de<br />
zelfstandigheid aanduidt waarop de door het gezegde uitgedrukte handeling gericht is. Als lijdend voorwerp<br />
© KISS b.v. 34