Scan 2, april 2001 - UMC Utrecht
Scan 2, april 2001 - UMC Utrecht
Scan 2, april 2001 - UMC Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
niet-relevante informatie wordt ‘sensory gating’<br />
genoemd.”<br />
Irritant piepje<br />
Dat proces verloopt helemaal buiten het bewustzijn<br />
om. Een piepje in de buitenwereld worden<br />
we pas bewust, horen we pas, na 150 tot 200<br />
milliseconden. Voor die tijd hebben de hersenen<br />
via selectie aan de poort dus al beslist of het van<br />
belang is of niet. Het proces treedt aan het licht<br />
als je na het stilvallen van een gesprek ineens<br />
het getik van een klok hoort. Dat getik was er<br />
voordien ook al en werd door de hersenen ook<br />
gesignaleerd. Maar ze gaven aan andere geluiden<br />
(het gesprek) voorrang.<br />
Bij patiënten met schizofrenie functioneert het<br />
proces van zintuiglijke selectie aan de poort over<br />
het algemeen veel slechter. Het tweede, derde<br />
of vierde piepje eist bij hen net zo veel aandacht<br />
op als het eerste. Het blijft irritant piepen.<br />
Oranje: “De hogere hersendelen worden dan<br />
constant overspoeld met veel irrelevante informatie.<br />
Op een druk feestje worden mensen<br />
zonder ‘sensory gating’ overspoeld door geluid,<br />
kunnen ze voor- en achtergrond moeilijk onderscheiden<br />
en is een gesprek voeren dus erg moeilijk<br />
voor ze. Het kan ook een verklaring zijn voor<br />
het ontstaan van wanen en hallucinaties. Als<br />
alles even hard binnenkomt, als belangrijke en<br />
onbelangrijke informatie zich even nadrukkelijk<br />
aandienen, dan zijn waanvoorstellingen niet ver<br />
weg.”<br />
Schrikbarende klap<br />
De selectie is niet alleen in de hersengolf P50 te<br />
meten, maar ook in de oogspieren. Laat een<br />
harde klap horen en mensen sluiten in een directe<br />
reflex hun ogen. Net zoals het onderbeen<br />
onmiddellijk opzwaait na een tikje op de pees<br />
onder de knieschijf. Nadenken is niet nodig, dat<br />
regelt het lichaam zelf wel. Bij een ‘startle<br />
nr 2 <strong>april</strong> <strong>2001</strong> 8<br />
>> Bij patiënten met schizofrenie eist het tweede,<br />
derde of vierde piepje net zoveel aandacht als het eerste<br />
reflex’, de schrikreactie waarmee spieren de<br />
ogen sluiten, kun je de elektrische activiteit in de<br />
oogspieren meten.<br />
Oranje: “Geef je een zacht, waarschuwend klikje<br />
vooraf, dan veroorzaakt de harde klap bij<br />
gezonde vrijwilligers maar een kleine schrikreactie.<br />
Soms is de spierreactie zo miniem, dat de<br />
ogen niet eens worden gesloten. Maar ook dan<br />
kunnen we de elektrische activiteit in de oogspieren<br />
precies meten. Bij patiënten met schizofrenie<br />
zien we echter, dat ook na een waarschuwend<br />
klikje vooraf de harde klap meestal tot<br />
een hevige schrikreactie leidt. Keer op keer.<br />
Ik was benieuwd of bij het afremmen van de<br />
dopamine-activiteit en het opjagen van de glutamaatactiviteit<br />
bij gezonde vrijwilligers dergelijke<br />
‘schizofrene kenmerken’ zouden ontstaan.”<br />
Springende ogen<br />
De vrijwilligers werden ook aan een selectieve<br />
aandachtstaak onderworpen. Ze krijgen een<br />
koptelefoon op, horen hoge en lage tonen die<br />
elkaar onregelmatig afwisselen en op onvoorspelbare<br />
wijze in het linker- of rechteroor opduiken.<br />
De vrijwilligers moeten bijvoorbeeld alleen<br />
maar reageren wanneer ze een hoge toon in<br />
hun rechteroor horen. Tegelijkertijd wordt een<br />
EEG gemaakt, waarop ditmaal diverse golven in<br />
de gaten worden gehouden. Het gaat zowel om<br />
hersengolven die een vroege filtering van gegevens<br />
verraden, als golven die een bewuste verwerking<br />
van gegevens laten zien. Oranje: “Ook<br />
bij de ‘cognitieve golven’, de hersengolven die<br />
iets zeggen over de hogere cognitieve functies,<br />
zien we duidelijke verschillen tussen gezonde<br />
vrijwilligers en patiënten met schizofrenie.”<br />
Tot slot moesten de vrijwilligers met hun ogen<br />
een stipje volgen dat steeds sneller over het<br />
scherm heen en weer gaat. Het lijkt op tafeltennis<br />
waarbij het balletje aanvankelijk sloom<br />
heen en weer wordt geslagen, maar daarna<br />
steeds steviger wordt weggemept. Boven een<br />
bepaalde snelheid kunnen de ogen het stipje<br />
niet meer continu volgen en gaan ze sprongetjes<br />
maken. Ook bij deze visuele taak is een verschil<br />
te zien tussen mensen met schizofrenie en<br />
gezonde vrijwilligers. De ogen van een patiënt<br />
met schizofrenie beginnen meestal bij een lagere<br />
snelheid al aan de sprongetjes.<br />
Eerder laag dan hoog<br />
De resultaten van de vier experimenten laten<br />
enkele opmerkelijke resultaten zien. Oranje:<br />
“Over de relatie tussen neurotransmitters en<br />
cognitieve problemen bij patiënten met schizofrenie<br />
was nauwelijks iets bekend. Een aantal<br />
symptomen van schizofrenie lijkt veroorzaakt<br />
te worden door een verhoogde dopamineactiviteit.<br />
Gaat het om de cognitieve aspecten,<br />
dan wijzen mijn resultaten in de richting van een<br />
verláágde dopamine-activiteit, met name in het<br />
voorhoofd. Daarover is al wel gespeculeerd,<br />
maar onze experimenten leveren daar nu concrete<br />
aanknopingspunten voor. Verder lijken ook<br />
een verlaagde glutamaat-activiteit én een verhoogde<br />
noradrenaline-activiteit een rol van<br />
betekenis te spelen. Dat komt weer wat dichter<br />
in de buurt van de bestaande hypothesen.”<br />
Dat de experimenten met nagebootste vormen<br />
van schizofrenie geen eenvoudige, centrale verklaring<br />
hebben opgeleverd verbaast hem niets.<br />
Oranje: “Schizofrenie is een complex ziektebeeld<br />
en we hebben te maken met bijzonder gecompliceerde<br />
interacties van transmitters in de hersenen.<br />
Door de activiteit van dopamine en glutamaat<br />
bij vrijwilligers te variëren en hen onder<br />
dergelijke omstandigheden te testen, hebben<br />
we meer zicht gekregen op de onderliggende<br />
complexiteit van het ziektebeeld. We hebben<br />
het weer iets verder in onderdelen uit elkaar<br />
gepeuterd. In deze fase van het onderzoek is dat<br />
pure winst.”