05.09.2013 Views

handleiding jongeren - Steunpunt Diversiteit en Leren

handleiding jongeren - Steunpunt Diversiteit en Leren

handleiding jongeren - Steunpunt Diversiteit en Leren

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Handleiding<br />

Jonger<strong>en</strong>-<br />

BeginBeeldinstrum<strong>en</strong>t<br />

inleiding<br />

assessm<strong>en</strong>tsituaties<br />

rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong><br />

tips voor de leerkracHt<br />

BiJlage


inleiding


1. acHtergrond<br />

1.1 Beginbeeld: schematisch overzicht<br />

Het schematische overzicht hieronder toont de verschill<strong>en</strong>de luik<strong>en</strong> van het Jonger<strong>en</strong> Beginbeeld Instrum<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong> hoe die bijdrag<strong>en</strong> tot de doelstelling<strong>en</strong> ervan. De vier luik<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vier doelstelling<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> verderop in de <strong>handleiding</strong> nader toegelicht.<br />

DEEL 1<br />

luik Wat doel<br />

beginbeeld<br />

DEEL 2<br />

communicatie<br />

DEEL 3<br />

ondersteuning<br />

leerkracht<br />

DEEL 4<br />

ondersteuning<br />

leerling<br />

1.2 Beginbeeld: wat <strong>en</strong> waarom?<br />

Tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje (vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> & zelfinschatting)<br />

vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong>:<br />

• sterktes & zwaktes<br />

• voorkeur<strong>en</strong><br />

• toekomst<br />

• wie b<strong>en</strong> ik?<br />

• hoe sta ik teg<strong>en</strong>over de school?<br />

• tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Geïntegreerde opdracht<strong>en</strong><br />

• Inschatting rond talig functioner<strong>en</strong>,<br />

wiskundig functioner<strong>en</strong>, technologisch<br />

functioner<strong>en</strong> of muzisch<br />

functioner<strong>en</strong><br />

Assessm<strong>en</strong>tsituaties situaties & sleutelcompet<strong>en</strong>ties<br />

observer<strong>en</strong><br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

• afstemming school op leerling<br />

(ondersteuning/ oriëntatie)<br />

• inzicht bied<strong>en</strong> aan leerling zelf / de<br />

leerling e<strong>en</strong> stem gev<strong>en</strong><br />

• vordering<strong>en</strong> opvolg<strong>en</strong><br />

• inzicht in de begincompet<strong>en</strong>ties<br />

van leerling<strong>en</strong><br />

• afstemming school op leerling (ondersteuning/<br />

oriëntatie)<br />

• vordering<strong>en</strong> opvolg<strong>en</strong><br />

Achtergrondk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> • afstemming school op leerling<br />

(ondersteuning/ oriëntatie)<br />

Richtlijn<strong>en</strong> voor het opzett<strong>en</strong> van<br />

communicatie niet alle<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

school <strong>en</strong> haar leerling<strong>en</strong>, maar ook<br />

tuss<strong>en</strong> de school <strong>en</strong> de ouders<br />

Voorbeeld van registratie van de<br />

gegev<strong>en</strong>s<br />

Adviez<strong>en</strong>, richtlijn<strong>en</strong>, concrete<br />

voorbeeld<strong>en</strong> van ondersteuning <strong>en</strong><br />

begeleiding op maat van de leerling<strong>en</strong><br />

(gekoppeld aan hun beginbeeld)<br />

• communicatie bevorder<strong>en</strong><br />

• afstemming van school op leerling<br />

(ondersteuning/ oriëntatie)<br />

Ondersteuningstips voor leerling<strong>en</strong> • inzicht bied<strong>en</strong> aan de leerling zelf<br />

• de leerling e<strong>en</strong> stem gev<strong>en</strong><br />

Met dit instrum<strong>en</strong>t kan de school bij het begin van het eerste jaar secundair onderwijs haar leerling<strong>en</strong><br />

breed <strong>en</strong> diepgaand scre<strong>en</strong><strong>en</strong> wat hun startcompet<strong>en</strong>ties, hun voorkeur<strong>en</strong> <strong>en</strong> perspectiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />

doelvaardighed<strong>en</strong> betreft. Dat brede <strong>en</strong> diepgaande beeld wordt sam<strong>en</strong> opgebouwd door de leerling<br />

<strong>en</strong> de leerkracht<strong>en</strong>. Daarnaast biedt het beginbeeld instrum<strong>en</strong>t de mogelijkheid om de bevinding<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

resultat<strong>en</strong> als basis te gebruik<strong>en</strong> voor geïndividualiseerde leerlinggerichte acties.<br />

De gegev<strong>en</strong>s die word<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> uit dit instrum<strong>en</strong>t én de opvolging van deze gegev<strong>en</strong>s zijn e<strong>en</strong><br />

belangrijke hefboom voor het bevorder<strong>en</strong> van gelijke onderwijskans<strong>en</strong>. Het onderwijsaanbod kan hierdoor<br />

immers nog beter word<strong>en</strong> aangepast aan de behoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong> nod<strong>en</strong> van individuele leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

3


groep<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong>.<br />

Het uiteindelijke doel van het beginbeeld is de ontwikkeling <strong>en</strong> het leerproces van de leerling te ondersteun<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bij te stur<strong>en</strong> waar nodig <strong>en</strong> de leerling zo tot meer ler<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het in beeld br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

van de (start)compet<strong>en</strong>ties is echter niet voldo<strong>en</strong>de, het is slechts e<strong>en</strong> startpunt dat de communicatie<br />

tuss<strong>en</strong> leerling <strong>en</strong> school <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> school <strong>en</strong> ouders tot stand br<strong>en</strong>gt. Het is tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> uitgangspunt<br />

om de leerinhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> werkvorm<strong>en</strong> aan te pass<strong>en</strong> aan de groep leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan elke individuele<br />

leerling.<br />

Het aanpass<strong>en</strong> aan de groep leerling<strong>en</strong> impliceert ge<strong>en</strong> normverlaging. Het veronderstelt wél e<strong>en</strong><br />

principiële bereidheid om als school te reflecter<strong>en</strong> over het eig<strong>en</strong> handel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> van deze<br />

reflectie in de praktijk om te zett<strong>en</strong>. Het strev<strong>en</strong> naar verandering t<strong>en</strong> goede is de ess<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong><br />

gelijke kans<strong>en</strong>beleid.<br />

Is er ge<strong>en</strong> int<strong>en</strong>tie om reflectie om te zett<strong>en</strong> in praktijk, dan heeft het in beeld br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de startcompet<strong>en</strong>ties<br />

ge<strong>en</strong> zin.<br />

Het beginbeeld instrum<strong>en</strong>t bestaat uit vier del<strong>en</strong>:<br />

e<strong>en</strong> deel ‘beginbeeld’ waarin de leerling zichzelf, zijn/haar voorkeur<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn/haar<br />

capaciteit<strong>en</strong> in kaart br<strong>en</strong>gt. Hierbij geeft de leerling eerst e<strong>en</strong> zelfinschatting van zijn<br />

voorkeur<strong>en</strong>, tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, motivatie <strong>en</strong> interesses (tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje). Vervolg<strong>en</strong>s bekijkt hij/zij e<strong>en</strong><br />

reeks opdracht<strong>en</strong> die hij/zij eerst beoordeelt op vlak van moeilijkheid <strong>en</strong> daarna uitvoert.<br />

Dan is het de beurt aan de leerkracht(<strong>en</strong>) om de leerling <strong>en</strong> zijn compet<strong>en</strong>ties te inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>. In<br />

e<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tsituatie zal de leerkracht de compet<strong>en</strong>ties van de leerling kunn<strong>en</strong> observer<strong>en</strong>.<br />

e<strong>en</strong> deel ‘communicatie’ waarin duidelijk wordt gemaakt aan leerkracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> op welke<br />

manier zij het best over de resultat<strong>en</strong> van het beginbeeld kunn<strong>en</strong> communicer<strong>en</strong>.<br />

e<strong>en</strong> deel ‘ondersteuning leerkracht’ waarin wordt aangegev<strong>en</strong> op welke manier schol<strong>en</strong> het best<br />

kunn<strong>en</strong> omgaan met de resultat<strong>en</strong> van de beginbeeldanalyse <strong>en</strong> op welke manier het reguliere<br />

onderwijsaanbod het best kan word<strong>en</strong> afgestemd op de diagnoses van de individuele leerling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> klasgroep<strong>en</strong>.<br />

e<strong>en</strong> deel ‘ondersteuning leerling’ waarin tips word<strong>en</strong> aangereikt hoe leerling<strong>en</strong> met de gegev<strong>en</strong>s<br />

van JBI verder aan de slag kunn<strong>en</strong> gaan.<br />

Het beginbeeldinstrum<strong>en</strong>t is bruikbaar voor alle schol<strong>en</strong> die will<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> met of voortbouw<strong>en</strong><br />

op principes van compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die e<strong>en</strong> brede kijk will<strong>en</strong> op<br />

de capaciteit<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>. Het instrum<strong>en</strong>t is niet geschikt voor leerkracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> die<br />

louter cognitieve compet<strong>en</strong>ties (k<strong>en</strong>nis) will<strong>en</strong> scre<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hiervoor zijn andere scre<strong>en</strong>ingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

beter geschikt.<br />

Het beginbeeldinstrum<strong>en</strong>t heeft e<strong>en</strong> viervoudig doel:<br />

Het wil zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> betere afstemming van de school op de nod<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van<br />

leerling<strong>en</strong>. Het brede beginbeeld van de leerling<strong>en</strong> kan ertoe leid<strong>en</strong> dat de school e<strong>en</strong> beter<br />

begeleidings- <strong>en</strong> ondersteuningsbeleid uitwerkt, zowel voor individuele leerling<strong>en</strong> als voor<br />

klasgroep<strong>en</strong>.<br />

Het wil de leerling inzicht gev<strong>en</strong> in waar hij/zij staat, wat zijn/haar sterktes <strong>en</strong> zwaktes zijn <strong>en</strong> hoe<br />

hij/zij zijn/haar compet<strong>en</strong>ties beter kan ontwikkel<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s geeft het beginbeeld e<strong>en</strong> stem aan de<br />

leerling: wat heb ik van de school nodig, hoe zal de school mij kunn<strong>en</strong> help<strong>en</strong>?<br />

Het wil perman<strong>en</strong>te communicatie op gang br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> school <strong>en</strong> leerling <strong>en</strong> ook tuss<strong>en</strong> school<br />

<strong>en</strong> ouders.<br />

Het wil vordering<strong>en</strong> opvolg<strong>en</strong>. Het instrum<strong>en</strong>t kan namelijk op latere tijdstipp<strong>en</strong> aangevuld<br />

word<strong>en</strong> met nieuwe informatie, die via veel <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>de<br />

evaluatievorm<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> wordt. Op deze manier wordt het beginbeeld gebruikt om vordering<strong>en</strong>,<br />

evoluties <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> in kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

4


2. Het BeginBeeld opmak<strong>en</strong><br />

Het deel beginbeeld (deel 1 van het JBI) bevat vier rubriek<strong>en</strong> waarvan drie (het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje, de geïntegreerde<br />

opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de assessm<strong>en</strong>tsituaties) word<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> één (achtergrondk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>)<br />

wordt sam<strong>en</strong>gesteld uit het schooldossier.<br />

2.1. JBI: organisatorisch<br />

Het beginbeeld is bedoeld voor alle leerling<strong>en</strong> die in het eerste jaar SO instrom<strong>en</strong>. De meest ideale<br />

periode om het beginbeeld op te mak<strong>en</strong> is tijd<strong>en</strong>s de eerste week of eerste twee wek<strong>en</strong> van het<br />

schooljaar of tijd<strong>en</strong>s de introductiedag<strong>en</strong>. Het lijkt ons aangewez<strong>en</strong> deze taak toe te vertrouw<strong>en</strong> aan<br />

de klastitulariss<strong>en</strong>. De volledige duur van de afname van het instrum<strong>en</strong>t is afhankelijk van het aantal<br />

leerling<strong>en</strong> op de school <strong>en</strong> van de keuze van de assessm<strong>en</strong>tsituaties.<br />

2.2. Verschill<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het JBI<br />

Het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje<br />

Jonger<strong>en</strong> beantwoord<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong>:<br />

Waar b<strong>en</strong> ik goed in?<br />

Wat doe ik het liefst?<br />

Wat wil ik met mijn studies?<br />

Wie b<strong>en</strong> ik?<br />

Hoe sta ik teg<strong>en</strong>over de school?<br />

De leerling-vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> peil<strong>en</strong> naar hoe de leerling zijn/haar toekomst ziet <strong>en</strong> wat zijn/haar<br />

voorkeur<strong>en</strong> <strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn. Het zijn e<strong>en</strong>voudige op<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> die toch tot nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aanzett<strong>en</strong>. De<br />

vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> <strong>en</strong> de zelfinschatting<strong>en</strong> garander<strong>en</strong> dat de leerling zelf e<strong>en</strong> belangrijke plaats krijgt in<br />

de opbouw van het beginbeeld van zichzelf. Het geeft aan hoe de leerling zijn eig<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties<br />

inschat.<br />

Geïntegreerde opdracht<strong>en</strong><br />

Jonger<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan de hand van e<strong>en</strong> geïntegreerde proef bevraagd naar hun compet<strong>en</strong>ties op<br />

verschill<strong>en</strong>de vakk<strong>en</strong> (taal, wiskunde, technologie <strong>en</strong> artistiek functioner<strong>en</strong> ).<br />

Er word<strong>en</strong> drie gelijkaardige proev<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>. Het is de bedoeling hieruit één te kiez<strong>en</strong> om uit<br />

te werk<strong>en</strong>.<br />

De drie proev<strong>en</strong> zijn :<br />

e<strong>en</strong> fuif organiser<strong>en</strong><br />

de school Yiha ontwerp<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> quiz opstell<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong> zichzelf in vooraleer ze beginn<strong>en</strong>. De zelfinschatting gaat na waar de leerling<br />

staat betreff<strong>en</strong>de vier functionele compet<strong>en</strong>ties (logisch-abstract d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, taalvaardigheid,<br />

technologie, artistiek functioner<strong>en</strong>). Eerst krijgt de leerling – via de leerkracht – e<strong>en</strong> aantal situaties<br />

uit het dagelijkse lev<strong>en</strong> waarbij de betreff<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>tie moet ingezet word<strong>en</strong>. Hierdoor krijgt<br />

de leerling e<strong>en</strong> duidelijk beeld van wat de compet<strong>en</strong>tie inhoudt. Daarna krijgt hij/zij e<strong>en</strong> aantal<br />

situaties voorgeschoteld waarbij hij/zij die compet<strong>en</strong>tie moet gebruik<strong>en</strong>. Het is dan aan de leerling<br />

om in te schatt<strong>en</strong> hoe goed hij/zij e<strong>en</strong> taak zal kunn<strong>en</strong>. Deze inschatting gebeurt door e<strong>en</strong> balkje<br />

in te kleur<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo aan te gev<strong>en</strong> waar hij zichzelf situeert op e<strong>en</strong> schaal van vier. Nadi<strong>en</strong> moet hij/<br />

zij de opdracht<strong>en</strong> ook effectief uitvoer<strong>en</strong>. Het resultaat van de opdracht wordt gescoord <strong>en</strong> wordt<br />

gekoppeld aan de resultat<strong>en</strong> van de zelfinschatting. Met de overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

effectieve score <strong>en</strong> zelfinschatting in het achterhoofd, beantwoordt de leerling nog <strong>en</strong>kele vrag<strong>en</strong><br />

die uitnodig<strong>en</strong> tot zelfreflectie.<br />

Voorbeeld van inkleurbalk:<br />

De leerling<strong>en</strong> kleur<strong>en</strong> de balk onder het schema tot aan de plek die volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> aanduidt hoe goed<br />

ze deze opgave kunn<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong>. Zo’n balk kan bijvoorbeeld in de helft of op drie kwart van e<strong>en</strong><br />

inschatting eindig<strong>en</strong>. (zie ingekleurd voorbeeld)<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

5


Dit kan ik niet,<br />

ik moet dit nog ler<strong>en</strong><br />

Assessm<strong>en</strong>tsituaties<br />

Dit kan ik, maar niet<br />

echt heel goed,<br />

ik moet diep<br />

nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> om de taak<br />

uit te voer<strong>en</strong> <strong>en</strong> er<br />

kunn<strong>en</strong> ook nog wel<br />

e<strong>en</strong> paar foutjes in<br />

zitt<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

Dit kan ik goed,<br />

ik moet misschi<strong>en</strong><br />

wel e<strong>en</strong> beetje<br />

nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. De taak is<br />

waarschijnlijk wel juist<br />

uitgevoerd.<br />

Dit kan ik heel goed,<br />

dit is spotgemakkelijk<br />

voor mij. De taak is juist<br />

uitgevoerd.<br />

Jonger<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> wat ze kunn<strong>en</strong>. Leerkracht(<strong>en</strong>) observer<strong>en</strong> aan de<br />

hand van e<strong>en</strong> observatielijst.<br />

Volg<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties kunn<strong>en</strong> geobserveerd word<strong>en</strong>:<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties<br />

leercompet<strong>en</strong>ties<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties<br />

talig functioner<strong>en</strong><br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong>schappelijk functioner<strong>en</strong><br />

ict-vaardighed<strong>en</strong><br />

andere vaardighed<strong>en</strong><br />

Volg<strong>en</strong>de assessm<strong>en</strong>tsituaties word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> waaruit m<strong>en</strong> kan kiez<strong>en</strong>:<br />

videoreportage mak<strong>en</strong><br />

stoel<strong>en</strong>damspel<br />

<strong>en</strong>veloppespel<br />

zoektocht<br />

tangram<br />

nasa-oef<strong>en</strong>ing<br />

gezam<strong>en</strong>lijke opdracht<br />

reis rond de wereld<br />

gezelschapsspel<br />

De observatiekans<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de assessm<strong>en</strong>tsituaties moet<strong>en</strong> het mogelijk mak<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> zicht<br />

te krijg<strong>en</strong> op de sterktes van de leerling<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> in kleine(re) groep<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

opdracht<strong>en</strong> uit. Tijd<strong>en</strong>s het uitvoer<strong>en</strong> van de opdracht<strong>en</strong> observeert de leerkracht de compet<strong>en</strong>ties<br />

van de leerling<strong>en</strong> aan de hand van e<strong>en</strong> observatielijst. Het is zinvol de observaties door meerdere<br />

leerkracht<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong> zodat de verschill<strong>en</strong> in beoordeling nadi<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Dit overleg zal e<strong>en</strong> beter beeld gev<strong>en</strong> van de leerling. Bij de assessm<strong>en</strong>tsituaties word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de<br />

g<strong>en</strong>erieke sleutelcompet<strong>en</strong>ties geobserveerd <strong>en</strong> geïnv<strong>en</strong>tariseerd: zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties,<br />

leercompet<strong>en</strong>ties, sociale compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> functionele compet<strong>en</strong>ties. In het instrum<strong>en</strong>t word<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong> mogelijke assessm<strong>en</strong>tsituaties voorgesteld, waarvan de school er minimum twee kiest. De<br />

assessm<strong>en</strong>tsituaties gaan van e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige opdracht of gezelschapsspel tot e<strong>en</strong> heus project.<br />

Afhankelijk van de gekoz<strong>en</strong> situatie, duurt de uitvoering ervan van 15 à 20 minut<strong>en</strong> per groepje tot<br />

1 dag per groepje (ev<strong>en</strong>tueel te spreid<strong>en</strong> over twee halve dag<strong>en</strong>). Omdat e<strong>en</strong> leerkracht onmogelijk<br />

alle leerling<strong>en</strong> tegelijk kan observer<strong>en</strong>, is het niet w<strong>en</strong>selijk om de verschill<strong>en</strong>de groepjes parallel te<br />

lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>. Bij elke situatie wordt aangegev<strong>en</strong> welke compet<strong>en</strong>ties de leerling<strong>en</strong> bij deze situatie<br />

moet<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke dus in deze situatie observeerbaar zijn. Dit kan u help<strong>en</strong> bij het kiez<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> opdracht.<br />

6


Achtergrondk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

Bij het opmak<strong>en</strong> van het beginbeeld wordt ook gebruik gemaakt van de achtergrondk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

van de leerling. Deze gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uit het schooldossier <strong>en</strong> verg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aparte<br />

inspanning<strong>en</strong>. Deze gegev<strong>en</strong>s zijn aanvull<strong>en</strong>d <strong>en</strong> vervolledig<strong>en</strong> het beeld.<br />

2.3 Hoe organiseer je de afname?<br />

Het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje (4 lestijd<strong>en</strong>)<br />

Rubriek 1 <strong>en</strong> 2 (2 lestijd<strong>en</strong>)<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje <strong>en</strong> de begeleid<strong>en</strong>de leerkracht overloopt met de h<strong>en</strong> de<br />

vrag<strong>en</strong> per rubriek <strong>en</strong> verduidelijkt — indi<strong>en</strong> nodig — wat er wordt gevraagd. Leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

ongeveer 2 lestijd<strong>en</strong> nodig om het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje — zonder de rubriek “laat zi<strong>en</strong> wat je kan” — in<br />

te vull<strong>en</strong>.<br />

Mijn sterktes <strong>en</strong> zwaktes (20 min)<br />

Mijn voorkeur<strong>en</strong> (20 min)<br />

Mijn toekomst (20 min)<br />

Wie b<strong>en</strong> ik? (20 min)<br />

Hoe sta ik teg<strong>en</strong>over de school? (20 min)<br />

Rubriek 3 (2 tot 3 lestijd<strong>en</strong>)<br />

De rubriek “Laat zi<strong>en</strong> wat je kan” is e<strong>en</strong> opdracht die naar huis meegegev<strong>en</strong> wordt. Leerling<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de dag iets mee waarop ze trots zijn. Het is de bedoeling dat ze e<strong>en</strong><br />

bewijs lever<strong>en</strong> van wat ze kunn<strong>en</strong>. Dit kan aan de hand van:<br />

e<strong>en</strong> foto, e<strong>en</strong> voorwerp, e<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing, e<strong>en</strong> kruiswoordraadsel, e<strong>en</strong> cd, e<strong>en</strong> website, ... Kortom<br />

e<strong>en</strong> tastbaar bewijsstuk van iets wat ze (vroeger) gemaakt hebb<strong>en</strong>.<br />

e<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>tatie: e<strong>en</strong> muziekstuk spel<strong>en</strong>, ton<strong>en</strong> wat ze kunn<strong>en</strong> op de computer, op eig<strong>en</strong> vraag<br />

e<strong>en</strong> nieuwe oef<strong>en</strong>ing oploss<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> toneelstukje, op vraag e<strong>en</strong> aangepaste powerpoint mak<strong>en</strong><br />

... Kortom e<strong>en</strong> zichtbaar bewijs wat ze ter plekke lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>.<br />

Het pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> vergt tijd. Je hebt hier al snel 5 minut<strong>en</strong> tijd per leerling voor nodig. Ofwel gev<strong>en</strong><br />

leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beetje uitleg bij hun bewijsstuk ofwel hebb<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> tijd nodig om iets te ton<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>tatie. Het is natuurlijk e<strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de manier om mekaar te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> bij het<br />

begin van e<strong>en</strong> nieuw schooljaar. De bewijsstukk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje gevoegd. De<br />

leerkracht (<strong>en</strong> de andere leerling<strong>en</strong>) krijg<strong>en</strong> zo zicht op ieders tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de pres<strong>en</strong>taties <strong>en</strong><br />

de voorstelling.<br />

De geïntegreerde opdracht<strong>en</strong> (4 tot 6 lestijd<strong>en</strong>)<br />

De opdracht<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>:<br />

Er zitt<strong>en</strong> drie gelijkaardige opdracht<strong>en</strong> in het JBI. Het is de bedoeling dat leerling<strong>en</strong> één van<br />

deze drie opdracht<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. Je kan op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> keuzes mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de drie<br />

opdracht<strong>en</strong>:<br />

De school bepaalt welke opdracht wordt uitgevoerd voor heel de klas <strong>en</strong> alle klass<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />

dezelfde opdracht.<br />

De leerkracht bepaalt welke opdracht wordt uitgevoerd maar niet elke klas heeft dezelfde<br />

opdracht.<br />

Elke klas wordt in drie verdeeld zodat binn<strong>en</strong> één klas de drie opdracht<strong>en</strong> aan bod kom<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> zelf welke opdracht ze will<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> <strong>en</strong> afhankelijk van de keuze van<br />

de leerling<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> er één, twee of drie verschill<strong>en</strong>de opdracht<strong>en</strong> aan bod per klas.<br />

De leerling<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> zelf welke opdracht ze will<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> <strong>en</strong> op basis van de keuze van de<br />

leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> over de klass<strong>en</strong> he<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong> verdeeld.<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

7


Sommige opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderdel<strong>en</strong> van opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> individueel opgelost. Andere vereis<strong>en</strong><br />

groepswerk.<br />

Het voorlez<strong>en</strong> van de voorbeeld<strong>en</strong>:<br />

Voordat de leerling<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> met de zelfinschatting kan het nuttig zijn e<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> te<br />

lez<strong>en</strong> van talig, wiskundig <strong>en</strong> technologisch functioner<strong>en</strong>. Je vindt deze voorbeeld<strong>en</strong> in bijlage 1.<br />

Het uitvoer<strong>en</strong> van de opdracht (4 tot 6 lestijd<strong>en</strong>):<br />

De opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> eerst kort toegelicht. Het is belangrijk bij de verschill<strong>en</strong>de stapp<strong>en</strong> stil te<br />

staan:<br />

vooraleer leerling<strong>en</strong> aan de slag gaan moet<strong>en</strong> ze zichzelf inschatt<strong>en</strong>;<br />

dan pas moet<strong>en</strong> ze de opdracht uitvoer<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

nadi<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ze terugblikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong> over hoe het is verlop<strong>en</strong>.<br />

Zoals hierbov<strong>en</strong> al aangehaald werd, verschilt de duur van elke opdracht. Zo duurt het langer<br />

om e<strong>en</strong> school Yiha te ontwerp<strong>en</strong> (6 lestijd<strong>en</strong>) dan om e<strong>en</strong> fuif of quiz te organiser<strong>en</strong> (telk<strong>en</strong>s 4<br />

lestijd<strong>en</strong>)<br />

Het pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> van het resultaat (1 tot 2 lestijd<strong>en</strong>)<br />

De opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> realistischer als ze nadi<strong>en</strong> aan de groep word<strong>en</strong> gepres<strong>en</strong>teerd.<br />

Bijvoorbeeld:<br />

E<strong>en</strong> fuif organiser<strong>en</strong><br />

Kijk naar stap 5 in de opdracht <strong>en</strong> laat leerling<strong>en</strong> dit organiser<strong>en</strong> in de klas: cake bakk<strong>en</strong>,<br />

uitnodiging uitkiez<strong>en</strong>, muziek selecter<strong>en</strong>, … De leerling<strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong> het resultaat.<br />

E<strong>en</strong> quiz mak<strong>en</strong><br />

Speel je quiz. Wie wint? Is het e<strong>en</strong> leuke quiz? De deelnemers aan de quiz evaluer<strong>en</strong> of<br />

vergelijk<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de quizz<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> school ontwerp<strong>en</strong><br />

Kijk naar stap 5 <strong>en</strong> laat leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> t<strong>en</strong>toonstelling opzett<strong>en</strong>. Wie heeft het origineelste,<br />

meest creatieve ontwerp? Welke maquettes zijn technisch het knapst uitgewerkt?<br />

Het zou mooi zijn als de resultat<strong>en</strong> van deze oef<strong>en</strong>ing ook word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje.<br />

Leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> product<strong>en</strong> van deze oef<strong>en</strong>ing als bewijslast gebruik<strong>en</strong> om de rubriek “Laat zi<strong>en</strong><br />

wat je kan!” verder te stoffer<strong>en</strong>.<br />

De assessm<strong>en</strong>tsituaties (1 lestijd tot 1 dag)<br />

Opdracht<br />

Per klas wordt er e<strong>en</strong> keuze gemaakt uit twee van de neg<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de assessm<strong>en</strong>tsituaties.<br />

Sommige oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> dur<strong>en</strong> slechts 20 minut<strong>en</strong>, andere nem<strong>en</strong> 2 halve dag<strong>en</strong> in beslag.<br />

Het is de bedoeling dat leerling<strong>en</strong> minst<strong>en</strong>s twee assessm<strong>en</strong>tsituaties doorlop<strong>en</strong> zodat leerkracht<strong>en</strong><br />

gericht kunn<strong>en</strong> observer<strong>en</strong> op basis van het observatieschema.<br />

Uitvoering<br />

De leerkracht geeft toelichting bij de opdracht van de assessm<strong>en</strong>tsituatie. Bij sommige<br />

assessm<strong>en</strong>tsituaties is het belangrijk om ofwel de leerling<strong>en</strong> eerst te lat<strong>en</strong> verwoord<strong>en</strong> wat ze<br />

moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ofwel leerling<strong>en</strong> eerst ev<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> oef<strong>en</strong><strong>en</strong> zodat ze zeker wet<strong>en</strong> dat ze de opdracht<br />

correct begrep<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Nadi<strong>en</strong> start<strong>en</strong> de oef<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> de observatie van de leerkracht.<br />

Terugkoppeling<br />

De observatiegegev<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> met de leerling<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit gebeurt best<br />

individueel, wat e<strong>en</strong> behoorlijke tijdsinvestering van de leerkracht vraagt.<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

8


3. communicatie naar aanleiding van Het JBi<br />

Nadat de gegev<strong>en</strong>s uit dit beginbeeld verkreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> geanalyseerd zijn, kan de klass<strong>en</strong>raad voor de leerling<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> ondersteuningstraject uitzett<strong>en</strong>. De school zal tev<strong>en</strong>s de gegev<strong>en</strong>s uit het beginbeeld <strong>en</strong> de daaruit<br />

voortvloei<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong> met de leerling <strong>en</strong> de ouders. Hiertoe is bij het beginbeeld e<strong>en</strong> luik<br />

‘rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> e<strong>en</strong> luik ‘ondersteuning’ toegevoegd.<br />

Het luik ‘rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong>’ (deel 2 van het JBI) bevat richtlijn<strong>en</strong> voor het opzett<strong>en</strong> van communicatie<br />

tuss<strong>en</strong> de school <strong>en</strong> de leerling, <strong>en</strong> ook tuss<strong>en</strong> de school <strong>en</strong> de ouders. Het bevat ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> voorbeeld<br />

voor de registratie <strong>en</strong> de verslaggeving van de gegev<strong>en</strong>s uit de beginanalyse.<br />

4. Hoe verder Werk<strong>en</strong> met Het JBi?<br />

tips voor leerkracHt<strong>en</strong><br />

In het luik ‘ondersteuning’ (deel 3 van het JBI) word<strong>en</strong> concrete tips, adviez<strong>en</strong> <strong>en</strong> richtlijn<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong><br />

waarmee klass<strong>en</strong>rad<strong>en</strong> <strong>en</strong> individuele leerkracht<strong>en</strong> aan de slag kunn<strong>en</strong> gaan om beter in te spel<strong>en</strong> op de<br />

beginsituatie van de leerling. We hop<strong>en</strong> dat dit instrum<strong>en</strong>t de school kan help<strong>en</strong> om zicht te krijg<strong>en</strong> op, in te<br />

spel<strong>en</strong> op <strong>en</strong> aansluiting te zoek<strong>en</strong> bij de eig<strong>en</strong> voorkeur<strong>en</strong> <strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van haar leerling<strong>en</strong>.<br />

Op basis van dit beeld kunn<strong>en</strong> risicoleerling<strong>en</strong> gesignaleerd word<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> georiënteerd word<strong>en</strong><br />

naar richting<strong>en</strong> die hun ligg<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan de school e<strong>en</strong> globaal zicht krijg<strong>en</strong> op de diversiteit van haar leerling<strong>en</strong>.<br />

Het is belangrijk dat dit beeld door middel van het continu opvolg<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong> (ook door zichzelf)<br />

steeds verder wordt uitgebreid <strong>en</strong> bijgesteld om het leerproces zo optimaal mogelijk <strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> hierin zo<br />

zelfstur<strong>en</strong>d mogelijk te mak<strong>en</strong> (Laevers, 2003).<br />

Op deze manier krijgt de leerling de kans e<strong>en</strong> belangrijk pakket aan compet<strong>en</strong>ties te ontplooi<strong>en</strong>, succesvol<br />

zijn/haar schoolloopbaan af te sluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> aldus goed voorbereid de maatschappij <strong>en</strong> de arbeidsmarkt in te<br />

stapp<strong>en</strong>.<br />

5. tips voor leerling<strong>en</strong> rond Het JBi<br />

In dit luik (deel 4 van JBI) staan tev<strong>en</strong>s ondersteuningstips voor de leerling<strong>en</strong> zelf, zodat zij hun specifieke<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> verder kunn<strong>en</strong> ontplooi<strong>en</strong> Het nodigt leerling<strong>en</strong> uit hun compet<strong>en</strong>tieontwikkeling in<br />

kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> er verder over na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Het stimuleert h<strong>en</strong> ook om zelf initiatiev<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - inleiding - JBI<br />

9


JBI-oBservatIe van assessm<strong>en</strong>tsItuatIes


Leerling<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal opdracht<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> leerkracht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dan de tijd om leerling<strong>en</strong> te observer<strong>en</strong> aan<br />

de hand van de bijgevoegde observatielijst. We richt<strong>en</strong> ons vooral op g<strong>en</strong>erieke compet<strong>en</strong>ties (zoals zelfstur<strong>en</strong>de<br />

compet<strong>en</strong>ties, leercompet<strong>en</strong>ties, sociale compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> functionele compet<strong>en</strong>ties).<br />

We pleit<strong>en</strong> voor afsprak<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het lerar<strong>en</strong>korps rond de observaties. Het is zinvol de observaties door meerdere<br />

leerkracht<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> zodat de onderlinge verschill<strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

synthese hiervan e<strong>en</strong> beter beeld van de leerling<strong>en</strong> kan gev<strong>en</strong>.<br />

Hieronder word<strong>en</strong> neg<strong>en</strong> mogelijke assessm<strong>en</strong>tsituaties voorgesteld. Het is niet de bedoeling dat alle situaties<br />

aan bod kom<strong>en</strong>. Uit deze voorstell<strong>en</strong> moet e<strong>en</strong> keuze gemaakt word<strong>en</strong>. Om e<strong>en</strong> duidelijk beeld te krijg<strong>en</strong> van de<br />

leerling<strong>en</strong>, rad<strong>en</strong> wij aan om minst<strong>en</strong>s twee situaties te kiez<strong>en</strong>. In het overzicht hieronder wordt aangegev<strong>en</strong> welke<br />

compet<strong>en</strong>ties de leerling<strong>en</strong> bij elke situatie moet<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong>. Dat kan help<strong>en</strong> bij het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> keuze.<br />

Het is praktisch onmogelijk om alle leerling<strong>en</strong> tegelijkertijd te observer<strong>en</strong>. Daarom rad<strong>en</strong> wij aan om de groepjes<br />

niet parallel te lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> bij het uitvoer<strong>en</strong> van hun opdracht. Het is beter om de groepjes na elkaar e<strong>en</strong> opdracht<br />

te gev<strong>en</strong> om de taakuitvoering ervan te kunn<strong>en</strong> observer<strong>en</strong>.<br />

COMPETENTIES<br />

Assessm<strong>en</strong>tsItuAtIe: 1 2 3 4 5 6 7 8 9<br />

zelfstur<strong>en</strong>de<br />

compet<strong>en</strong>ties<br />

X X X X X X<br />

Leercompet<strong>en</strong>ties X X X X X<br />

Sociale compet<strong>en</strong>ties X X X X X X X<br />

talig functioner<strong>en</strong> X O (1) X O<br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong> X X O X O<br />

technologisch functioner<strong>en</strong> O X<br />

Andere vaardighed<strong>en</strong> O<br />

plastische,<br />

muzische,<br />

motorische<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

X<br />

motorische<br />

(1) e<strong>en</strong> O betek<strong>en</strong>t dat deze vaardigheid kan voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat het voorkom<strong>en</strong> afhankelijk is van de keuze die<br />

gemaakt wordt.<br />

2


assessm<strong>en</strong>tsItuatIes<br />

vIdeoreportAge mAk<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> korte thematische videoreportage<br />

Hoe:<br />

Deze opdracht is verspreid over twee keer e<strong>en</strong> halve dag (voorbereiding <strong>en</strong> uitvoering)<br />

Stel willekeurig groepjes sam<strong>en</strong> van 7 à 8 leerling<strong>en</strong>, (zeker niet volg<strong>en</strong>s oriëntatie).<br />

Laat de activiteit door <strong>en</strong>kele leerkracht<strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> individueel beoordel<strong>en</strong>.<br />

Beoordeel elke compet<strong>en</strong>tie specifiek<br />

Br<strong>en</strong>g alle info uit de verschill<strong>en</strong>de beoordeling bij elkaar<br />

Opdracht:<br />

Leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> in groepjes e<strong>en</strong> korte videoreportage rond e<strong>en</strong> bepaald thema.<br />

Bied <strong>en</strong>kele actuele thema’s op niveau van de leeftijd 12-13 jaar aan zodat er e<strong>en</strong> keuzemogelijkheid is.<br />

Bied zeker zowel serieuze als “lichte” thema’s aan zoals de mill<strong>en</strong>niumdoelstelling<strong>en</strong> (wereldarmoede<br />

reducer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> 2015), steaming (gewelddadig pest<strong>en</strong>, stel<strong>en</strong>), panna (e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te variant op voetbal<br />

waarbij je moet scor<strong>en</strong> door de b<strong>en</strong><strong>en</strong> van de teg<strong>en</strong>stander) …<br />

Zorg voor input: dit kan e<strong>en</strong> video zijn of e<strong>en</strong> korte werv<strong>en</strong>de tekst.<br />

Elk groepje kiest e<strong>en</strong> onderwerp waarover ze e<strong>en</strong> korte videoreportage mak<strong>en</strong>.<br />

Zorg dat elke leerling op de hoogte is van de doelstelling van de taak: beknopte informatie gev<strong>en</strong> over e<strong>en</strong><br />

onderwerp voor leeftijdsg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>.<br />

Wijs leerling<strong>en</strong> ook op informatiebronn<strong>en</strong> die toegankelijk zijn voor de leeftijd van 12-13 jaar.<br />

Stapp<strong>en</strong>:<br />

groepsoverleg: keuze van het thema, bepal<strong>en</strong> van de inhoud <strong>en</strong> structuur van de docum<strong>en</strong>taire, rol- <strong>en</strong><br />

taakverdeling (proces)<br />

informatie zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> (proces)<br />

minisc<strong>en</strong>ario uitschrijv<strong>en</strong> (product)<br />

videobeeld<strong>en</strong> film<strong>en</strong> (hier kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> echt interviews met derd<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong>) (proces <strong>en</strong> product).<br />

Als alternatief kunn<strong>en</strong> de interviews voorgespeeld word<strong>en</strong> in de klas met <strong>en</strong>kele veelzegg<strong>en</strong>de<br />

illustraties als achtergrond (product).<br />

Beoordeling:<br />

Evalueer zowel het proces als het product.<br />

Gebruik hiervoor e<strong>en</strong> zelf-, peer- <strong>en</strong> leerkrachtbeoordeling.<br />

Stel criteria op voor de beoordeling. Wanneer is e<strong>en</strong> resultaat aanvaardbaar?<br />

De leerkracht kan het proces observer<strong>en</strong> m.b.v. de observatiewijzer in dit instrum<strong>en</strong>t.<br />

De leerkracht maakt (alle<strong>en</strong> of sam<strong>en</strong> met de leerling<strong>en</strong>) e<strong>en</strong> beoordelingsmodel zodat het product<br />

beoordeeld kan word<strong>en</strong> door de leerkracht <strong>en</strong> door de klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. Spreek ook af hoe de productevaluatie<br />

op individueel niveau kan gebeur<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht stelt e<strong>en</strong> zelfassessm<strong>en</strong>tschema op zodat leerling<strong>en</strong> zelf het proces kunn<strong>en</strong> beoordel<strong>en</strong>.<br />

De zelf-, peer- <strong>en</strong> leerkrachtbeoordeling van het product kan gebeur<strong>en</strong> d.m.v. hetzelfde beoordelingsmodel.<br />

Leg alle beoordeling<strong>en</strong> naast elkaar <strong>en</strong> vergelijk.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

3


Focus op:<br />

Talig functioner<strong>en</strong><br />

mondelinge vaardighed<strong>en</strong><br />

1. informatie gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> (groep of1 op 1 gesprek)<br />

2. argum<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> <strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong> (groep of 1 op 1 gesprek)<br />

schriftelijke vaardighed<strong>en</strong> (receptieve <strong>en</strong> productieve)<br />

3. relevante gegev<strong>en</strong>s uit schriftelijke tekst<strong>en</strong> selecter<strong>en</strong> (structurer<strong>en</strong>d niveau)<br />

4. op structurer<strong>en</strong>d niveau e<strong>en</strong> informatieve/narratieve tekst schrijv<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>d<br />

publiek (leeftijdsg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>)<br />

Zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties: wie houdt de doelstelling<strong>en</strong> voor og<strong>en</strong>? Wie zet zich het meest in?<br />

Wie evalueert kritisch het proces? Wie heeft hulp nodig bij de uitvoering? Wie bekijkt kritisch de<br />

gevond<strong>en</strong> informatie?<br />

Leercompet<strong>en</strong>ties: wie vindt snel de nodige informatie? Wie komt met frisse ideeën? Wie maakte<br />

e<strong>en</strong> planning op? Wie leidt de uitvoering van de opdracht?<br />

Sociale compet<strong>en</strong>ties: wie is er bereid om van andermans visies <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong>? Wie<br />

stelt er vrag<strong>en</strong> als iets niet duidelijk is? Wie verwoordt er duidelijk, helder <strong>en</strong> bondig zijn m<strong>en</strong>ing?<br />

Wie komt er uit zichzelf met suggesties voor verandering of verbetering? Wie vraagt er ander<strong>en</strong><br />

om hun m<strong>en</strong>ing of advies? Wie durft er knop<strong>en</strong> doorhakk<strong>en</strong> als er keuzes moet<strong>en</strong> gemaakt<br />

word<strong>en</strong>?<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

4


stoeL<strong>en</strong>dAmspeL<br />

Hoe:<br />

Maak groep<strong>en</strong> van 15 leerling<strong>en</strong>.<br />

Stel 15 stoel<strong>en</strong> op volg<strong>en</strong>s onderstaand schema.<br />

Bij elke stap moet er volg<strong>en</strong>s het damspel-principe e<strong>en</strong> deelnemer uit het spel verdwijn<strong>en</strong>.<br />

Aan het einde van het spel zit er nog één leerling op e<strong>en</strong> stoel.<br />

(groepjes van 15 leerling<strong>en</strong>)<br />

De leerkracht plaats 15 stoel<strong>en</strong> zoals hieronder aangev<strong>en</strong>.<br />

O O O O O<br />

O O O O<br />

O O O<br />

O O<br />

O<br />

Opdracht:<br />

Vraag 15 leerling<strong>en</strong> om elk plaats te nem<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> stoel.<br />

Het is de bedoeling om volg<strong>en</strong>s de regels van het damm<strong>en</strong> over elkaar te spring<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> lege stoel zodat<br />

er bij het einde van het spel nog slechts één deelnemer overblijft. De leerling over wie m<strong>en</strong> gesprong<strong>en</strong><br />

is verlaat dan het spel.<br />

Veronderstel dat de gele stip in onderstaande figuur e<strong>en</strong> lege stoel is, dan kan m<strong>en</strong> één van de 4 gro<strong>en</strong>e<br />

stipp<strong>en</strong> uit het spel lat<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> door vanuit de 4 rode stipp<strong>en</strong> te vertrekk<strong>en</strong>.<br />

O O █ O █<br />

O O █ █<br />

█ █ O<br />

O █<br />

█<br />

De rode stip verhuist dan naar de plaats van de gele stip. En er kom<strong>en</strong> twee nieuwe plaats<strong>en</strong> vrij.<br />

De leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> wie als eerste het spel moet verlat<strong>en</strong>.<br />

Nu kunn<strong>en</strong> andere leerling<strong>en</strong> overstapp<strong>en</strong>, maar bed<strong>en</strong>k dat het allemaal erg overdacht moet verlop<strong>en</strong>,<br />

want bij het einde mag maar één stoel bezet/deelnemer overblijv<strong>en</strong>.<br />

O O O O O<br />

O O O O<br />

O O O<br />

O O<br />

O<br />

Er is veel overleg (<strong>en</strong> dus sociale compet<strong>en</strong>ties) <strong>en</strong> (ruimtelijk) inzicht nodig om dit spel goed aan te<br />

pakk<strong>en</strong>.<br />

Als er minder leerling<strong>en</strong> zijn in de groep, kan het aantal stoel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangepast.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

5


Focus op:<br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong>: wie heeft ruimtelijk inzicht?<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties: wie neemt initiatief? Wie leidt? Wie zorgt voor vlotte communicatie? Hoe<br />

verlop<strong>en</strong> de afsprak<strong>en</strong>? Zijn er deelgroepjes? Is er voldo<strong>en</strong>de autoriteit van de leider?<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties: heeft m<strong>en</strong> inzicht in de eig<strong>en</strong> rol in het geheel? Hoe beleeft m<strong>en</strong> de<br />

opdracht? Is m<strong>en</strong> begaan met het resultaat? Is m<strong>en</strong> taakgericht?<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

6


<strong>en</strong>veLoppespeL<br />

Hoe:<br />

Maak groepjes van vijf leerling<strong>en</strong>.<br />

Vijf deelnemers krijg<strong>en</strong> elk e<strong>en</strong> <strong>en</strong>veloppe met puzzelstukk<strong>en</strong>.<br />

Ze krijg<strong>en</strong> de opdracht om individueel e<strong>en</strong> vierkant te mak<strong>en</strong> met de beschikbare puzzelstukk<strong>en</strong>. Er moet<strong>en</strong><br />

bij het einde van het spel dus vijf gelijke vierkant<strong>en</strong> zichtbaar zijn. Ze mog<strong>en</strong> ook de puzzelstukk<strong>en</strong><br />

gebruik<strong>en</strong> uit de <strong>en</strong>veloppe van ander<strong>en</strong> maar ze mog<strong>en</strong> deze niet nem<strong>en</strong> of zomaar wegplukk<strong>en</strong>. Enkel<br />

stukk<strong>en</strong> die door medeleerling<strong>en</strong> in het midd<strong>en</strong> van de tafel gelegd zijn, mog<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Spelregels<br />

Er wordt niet gepraat.<br />

Ook non-verbale communicatie mag niet (zoals gebar<strong>en</strong>taal om e<strong>en</strong> stuk te vrag<strong>en</strong>).<br />

Het is niet toegelat<strong>en</strong> om stukk<strong>en</strong> af te nem<strong>en</strong> van ander<strong>en</strong>.<br />

iedere<strong>en</strong> mag stukk<strong>en</strong> in het midd<strong>en</strong> op tafel legg<strong>en</strong> zodat ze door ander<strong>en</strong> gebruikt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Iedere<strong>en</strong> mag stukk<strong>en</strong> van het midd<strong>en</strong> van de tafel nem<strong>en</strong>.<br />

Het is verbod<strong>en</strong> om <strong>en</strong>kel met de stukk<strong>en</strong> in het midd<strong>en</strong> van de tafel e<strong>en</strong> vierkant te mak<strong>en</strong>.<br />

Het is toegelat<strong>en</strong> om ander<strong>en</strong> te help<strong>en</strong> door stukk<strong>en</strong> aan te lever<strong>en</strong>.<br />

Het is verbod<strong>en</strong> om ander<strong>en</strong> actief te help<strong>en</strong> bij het puzzel<strong>en</strong>.<br />

Het is verbod<strong>en</strong> het vierkant van medeleerling<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>.<br />

Hieronder zie je de vijf gelijke vierkant<strong>en</strong>. Knip elk vierkant volg<strong>en</strong>s de aangegev<strong>en</strong> lijn<strong>en</strong> in puzzelstukk<strong>en</strong>.<br />

Er zijn vijfti<strong>en</strong> puzzelstukk<strong>en</strong>. Steek in elke <strong>en</strong>veloppe drie willekeurige puzzelstukk<strong>en</strong>.<br />

Focus op:<br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong>: ruimtelijk inzicht. Hoe word<strong>en</strong> de vierkant<strong>en</strong> opgebouwd?<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties: is m<strong>en</strong> in staat het perspectief van de ander<strong>en</strong> in te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> is m<strong>en</strong><br />

bereid het eig<strong>en</strong> werk te verlat<strong>en</strong> om ander<strong>en</strong> te help<strong>en</strong>? Wie neemt initiatief? Hoe verloopt de<br />

gezam<strong>en</strong>lijke strategie? Wie neemt het voortouw?<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

7


Zoektocht<br />

Leerling<strong>en</strong> do<strong>en</strong> e<strong>en</strong> teamzoektocht met opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> proev<strong>en</strong>.<br />

Hoe:<br />

Maak teams van 4 à 6 leerling<strong>en</strong>.<br />

Elk team, gewap<strong>en</strong>d met e<strong>en</strong> digitaal fototoestel <strong>en</strong> mp3-speler vertrekt vanuit e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale plaats op de<br />

school (speelplaats, refter, …). De leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> aan de hand van verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> informatie<br />

(vb. blinde kaart, droedel of rebus, …) de weg vind<strong>en</strong> naar diverse lokal<strong>en</strong> op school (vaklokal<strong>en</strong>, maar<br />

ook recreatieve <strong>en</strong> administratieve lokal<strong>en</strong>). In die moet<strong>en</strong> ze allerlei opdracht<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>, die gerelateerd<br />

zijn aan taalvaardigheid, rek<strong>en</strong>vaardigheid, probleemoploss<strong>en</strong>d d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, groepsvorming maar ook aan<br />

technologische, plastische, muzische <strong>en</strong> motorische vaardighed<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> foto <strong>en</strong>/of opname op mp3-speler<br />

(of kort filmfragm<strong>en</strong>t op digitaal fototoestel) di<strong>en</strong>t/di<strong>en</strong><strong>en</strong> als bewijs dat de opdracht volbracht is.<br />

Mogelijke opdracht<strong>en</strong>:<br />

Taalvaardigheid:<br />

Speld op de rug van één of meer deelnemers e<strong>en</strong> woord (bv. olifant). De deelnemers moet<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> stel<strong>en</strong><br />

om erachter te kom<strong>en</strong> wat het woord is. Dit kunn<strong>en</strong> dier<strong>en</strong>, beroep<strong>en</strong>, plaatsnam<strong>en</strong> … zijn.<br />

(Kies niet voor scrabble, lingo of ‘letters’ uit cijfers <strong>en</strong> letters, want deze met<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> woord<strong>en</strong>schatk<strong>en</strong>nis.)<br />

Rek<strong>en</strong>vaardigheid:<br />

Uit het tv-spelletje ‘cijfers <strong>en</strong> letters’ het stukje ‘cijfers’: leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelgetal (vb. 24 plus vier<br />

cijfers (vb. 6, 2, 8, 3). Met behulp van de vier hoofdbewerking<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vier opgegev<strong>en</strong> cijfers mak<strong>en</strong> de<br />

leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>ing waarvan de uitkomst zo dicht mogelijk het doelgetal b<strong>en</strong>adert. Of: rek<strong>en</strong>puzzel<br />

(zie voorbeeld hieronder). Zet in e<strong>en</strong> vierkant de cijfers 1 – 9 zo dat de berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> klopp<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld van e<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>puzzel<br />

Probleemoploss<strong>en</strong>d d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>:<br />

proefjes uitvoer<strong>en</strong> à la Hoe?Zo! Laat leerling<strong>en</strong> zelf de verklaring uitzoek<strong>en</strong> of rad<strong>en</strong>. (zie http://www.<br />

vvksm.be/veldwerk/spel/spel<strong>en</strong>.asp?ID=134 )<br />

Technologische vaardighed<strong>en</strong>:<br />

Laat de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig project mak<strong>en</strong>. Geef e<strong>en</strong> probleemstelling, laat de leerling<strong>en</strong> brainstorm<strong>en</strong><br />

over e<strong>en</strong> oplossing <strong>en</strong> laat h<strong>en</strong> de oplossing uitwerk<strong>en</strong>. Voorzie voldo<strong>en</strong>de materiaal om de opdracht<br />

uit te voer<strong>en</strong>. (Zie ook assessm<strong>en</strong>t 7: gezam<strong>en</strong>lijke opdracht.)<br />

Plastische vaardighed<strong>en</strong>:<br />

Met kosteloos materiaal e<strong>en</strong> knutselwerkje mak<strong>en</strong> rond e<strong>en</strong> bepaald thema, bijv. dier<strong>en</strong> of uitvinding<strong>en</strong><br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

8


Muzische vaardighed<strong>en</strong>:<br />

Met kosteloos materiaal (fless<strong>en</strong>, pott<strong>en</strong> <strong>en</strong> pann<strong>en</strong>, elastiekjes, touw<strong>en</strong>, nagels, tonn<strong>en</strong>, tafeltjes, lepel,<br />

plastiek<strong>en</strong> recipiënt<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere object<strong>en</strong>) muziekinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> orkest opzett<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

voorstelling of jamsession gev<strong>en</strong> met minst<strong>en</strong>s één nummer.<br />

Motorische vaardighed<strong>en</strong>:<br />

Moerasspel: midd<strong>en</strong> in het bos bevindt zich e<strong>en</strong> groot d<strong>en</strong>kbeeldig moeras <strong>en</strong> iedere<strong>en</strong> van het team moet<br />

‘droog’ aan de overkant zi<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>, met behulp van e<strong>en</strong> plank. De teamled<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zelf besliss<strong>en</strong><br />

hoe ze die opdracht gaan uitvoer<strong>en</strong>, ofwel werk<strong>en</strong> ze individueel, <strong>en</strong> probeert ieder aan de overkant te<br />

gerak<strong>en</strong> door op e<strong>en</strong> plank te gaan staan <strong>en</strong> de andere plank telk<strong>en</strong>s te verschuiv<strong>en</strong>, ofwel werk<strong>en</strong> ze<br />

sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> loopbrug waar iedere<strong>en</strong> over kan. Elke speler krijgt maar één plank <strong>en</strong> is dus<br />

aangewez<strong>en</strong> op hulp van ander<strong>en</strong>.<br />

Variant: Elke leerling moet e<strong>en</strong> bal me<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Valt de bal, dan kan die alle<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> plank gehaald<br />

word<strong>en</strong>.<br />

Of e<strong>en</strong> alternatief: Elke speler heeft e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>band van e<strong>en</strong> fiets, e<strong>en</strong> touw, e<strong>en</strong> start-boom.<br />

Alle spelers staan aan e<strong>en</strong> zijde van e<strong>en</strong> bosje. Ze staan elk in e<strong>en</strong> fietsband die met e<strong>en</strong> touwtje aan<br />

e<strong>en</strong> boom is vastgemaakt. Zij moet<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> om bij e<strong>en</strong> vooraf aangeduide boom te gerak<strong>en</strong> door naar<br />

e<strong>en</strong> andere boom te lop<strong>en</strong>, aan hun medespelers te vrag<strong>en</strong> het touwtje los te mak<strong>en</strong>, het opnieuw aan de<br />

“verdere” boom vast te mak<strong>en</strong>, opnieuw naar e<strong>en</strong> verdere boom te lop<strong>en</strong> <strong>en</strong>zovoort. Het touwtje aan de<br />

fietsband mag pas losgemaakt word<strong>en</strong> als de speler e<strong>en</strong> andere boom vast heeft.<br />

E<strong>en</strong> speler mag zover vooruitlop<strong>en</strong> als de fietsband hem dat toelaat. E<strong>en</strong> speler mag het touwtje van e<strong>en</strong><br />

andere speler losmak<strong>en</strong>, maar nooit zijn/haar eig<strong>en</strong> touwtje.<br />

Vb. speler A loopt naar e<strong>en</strong> boom. Speler B loopt naar de boom waar A aan vast hangt <strong>en</strong> maakt het touwtje<br />

vast aan de boom waar hij dan staat.<br />

Speler B loopt vooruit <strong>en</strong> speler C maakt di<strong>en</strong>s touwtje los, <strong>en</strong>zovoort.<br />

Dit spel vraagt wel wat d<strong>en</strong>kwerk, want er blijft al vlug iemand aan de kant staan. De spelers houd<strong>en</strong> er<br />

best rek<strong>en</strong>ing mee dat je e<strong>en</strong> fietsband wel ver kunt uitrekk<strong>en</strong>, maar dat het losmak<strong>en</strong> dan pijn kan do<strong>en</strong>.<br />

Focus op:<br />

talig functioner<strong>en</strong><br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong>schappelijk functioner<strong>en</strong><br />

technologisch functioner<strong>en</strong>, ICT naargelang van de opdracht<strong>en</strong><br />

plastische, muzische, motorische vaardighed<strong>en</strong> naargelang van de opdracht<strong>en</strong><br />

leercompet<strong>en</strong>ties: hoe pakt m<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> aan?<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties: hoe gedraagt m<strong>en</strong> zich in groep?<br />

In deze situatie word<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de doel<strong>en</strong> aan elkaar gekoppeld: leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis met de school<br />

als gebouw, met de andere leerling<strong>en</strong> van de klas én ze word<strong>en</strong> breed geobserveerd in e<strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tsituatie.<br />

De zoektocht omzeilt ook e<strong>en</strong> aantal praktische bezwar<strong>en</strong>: als elke leerkracht in zijn/haar vaklokaal zit (om<br />

de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opdracht te gev<strong>en</strong>), is het aantal observator<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> groot probleem meer. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> de observator<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eerste klass<strong>en</strong>raad hun observaties met elkaar vergelijk<strong>en</strong>. Het aantal<br />

aspect<strong>en</strong> waarop gelet kan word<strong>en</strong> in de assessm<strong>en</strong>tsituaties is te divers voor één observator/leerkracht.<br />

In dit opzet kan m<strong>en</strong> echter breder (alles) observer<strong>en</strong> door de te observer<strong>en</strong> aspect<strong>en</strong> over de leerkracht<strong>en</strong><br />

te verdel<strong>en</strong>, zodat elke leerkracht e<strong>en</strong> andere cluster van aspect<strong>en</strong> observeert.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

9


tAngrAm<br />

De leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> per groepje van 3 à 4 leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>velop met de zev<strong>en</strong> puzzelstukjes van e<strong>en</strong><br />

tangram <strong>en</strong> de opdracht om met deze puzzelstukjes e<strong>en</strong> figuur na te mak<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> beetje verder, bij de<br />

leerkracht ligt. De groep krijgt hiervoor ti<strong>en</strong> minut<strong>en</strong> de tijd.<br />

Hieronder vind je e<strong>en</strong> schema om e<strong>en</strong> tangram te mak<strong>en</strong>.<br />

Om beurt mag één lid van de groep de rest help<strong>en</strong> om de figuur te legg<strong>en</strong> met de puzzelstukjes. Deze mag<br />

gedur<strong>en</strong>de 1 minuut gaan kijk<strong>en</strong> naar het voorbeeld bij de begeleider. Voor elk bezoek aan de voorbeeldfiguur<br />

geldt echter e<strong>en</strong> straftijd van 1 minuut.<br />

Het eerste bezoek is gratis. Het is dan ook in het belang van de ploeg om zoveel mogelijk informatie te<br />

vergar<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s ieder bezoek. Er is ge<strong>en</strong> limiet voor het aantal ker<strong>en</strong> dat iemand van de ploeg gaat kijk<strong>en</strong>.<br />

Je mag niets schrijv<strong>en</strong> of tek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Na ti<strong>en</strong> minut<strong>en</strong> of wanneer de groep d<strong>en</strong>kt dat de figuur correct is, wordt er gestopt met het uitvoer<strong>en</strong> van<br />

de opdracht.<br />

Variant (uit Energize 2!)<br />

Doolhof<br />

Op de grond is e<strong>en</strong> raster getek<strong>en</strong>d van 8 op 8 vierkant<strong>en</strong>. De leerkracht heeft op voorhand op e<strong>en</strong> kaartje<br />

e<strong>en</strong> onzichtbare weg door het raster uitgestippeld. De leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> met zoveel mogelijk door de<br />

doolhof gerak<strong>en</strong> zonder op de foute vakjes te tred<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> vooraf gedur<strong>en</strong>de 10 minut<strong>en</strong> overlegg<strong>en</strong> hoe zij deze oef<strong>en</strong>ing zull<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong>.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de oef<strong>en</strong>ing is het verbod<strong>en</strong> te prat<strong>en</strong>, te schrijv<strong>en</strong> of markering<strong>en</strong> na te lat<strong>en</strong>. Elke keer iemand<br />

op e<strong>en</strong> vak stapt, zegt de leerkracht:<br />

goed: bij e<strong>en</strong> juist vakje<br />

fout: bij e<strong>en</strong> fout vakje <strong>en</strong> dan moet de deelnemer volledig herbeginn<strong>en</strong><br />

boem: als e<strong>en</strong> fout vakje voor de tweede keer wordt betred<strong>en</strong>. Voor die deelnemer is het spel afgelop<strong>en</strong>.<br />

Hij/zij mag nu <strong>en</strong>kel nog observer<strong>en</strong> zonder mee te help<strong>en</strong>.<br />

Het spel is klaar als zoveel mogelijk leerling<strong>en</strong> de overkant hebb<strong>en</strong> bereikt..<br />

Focus op:<br />

rek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong>, nl. ruimtelijk inzicht (bij de variant: ook niet verbale communicatie)<br />

leercompet<strong>en</strong>ties: Wie heeft het meeste doorzettingsvermog<strong>en</strong>? Heeft m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> plan om de taak<br />

uit te voer<strong>en</strong>?<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties: Hoe verloopt het sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>? Hoe verloopt de communicatie? Hoe gaat<br />

m<strong>en</strong> om met de diversiteit in het groepje? Is er iemand die de leiding neemt?<br />

Tangram mak<strong>en</strong><br />

Je hebt nodig:<br />

Dik papier, karton<br />

Schaar of zaag<br />

Liniaal<br />

potlood<br />

Tek<strong>en</strong> eerst e<strong>en</strong> vierkant. Tek<strong>en</strong> daarna de volg<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> in het vierkant. Knip of zaag de vorm<strong>en</strong> uit<br />

op de lijn<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

10


Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

11


nAsA-oeF<strong>en</strong>Ing<br />

De leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdeeld in groepjes van 10 <strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opdracht:<br />

Probeer jullie het volg<strong>en</strong>de voor te stell<strong>en</strong>.<br />

Je gaat op reis met het vliegtuig. Het vliegtuig stijgt op. E<strong>en</strong> half uur voor de landing gaat er iets fout.<br />

Het vliegtuig moet e<strong>en</strong> noodlanding mak<strong>en</strong> in de wildernis. Tijd<strong>en</strong>s de landing is veel van de bagage<br />

vernield. Jullie moet<strong>en</strong> te voet prober<strong>en</strong> het eerstvolg<strong>en</strong>de dorp te bereik<strong>en</strong>. Hiervan hangt af of jullie<br />

zull<strong>en</strong> overlev<strong>en</strong> of niet. Je mag alle<strong>en</strong> het allernoodzakelijkste me<strong>en</strong>em<strong>en</strong> op deze overlevingstocht. Jullie<br />

gaan in <strong>en</strong> rond het vliegtuig op zoek naar voorwerp<strong>en</strong> die nog bruikbaar zijn. Jullie vind<strong>en</strong>:<br />

1 boekje ‘Eetbare woestijndier<strong>en</strong>’<br />

1 fles wodka<br />

1 kaart van het gebied<br />

1 pakje zout<br />

1 kleine spiegel<br />

1 kompas<br />

1 jas per persoon<br />

1 liter water per persoon<br />

1 pistool met kogels<br />

1 plastic reg<strong>en</strong>jas<br />

1 rode parachute<br />

1 verbanddoos<br />

1 zaklamp<br />

1 zakmes<br />

1 zonnebril per persoon<br />

Welke van die voorwerp<strong>en</strong> zijn belangrijk voor het overlev<strong>en</strong> van de groep <strong>en</strong> welke niet? Je mag maar<br />

acht voorwerp<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>. Welke kies je <strong>en</strong> welke niet?<br />

Schrijf de ‘belangrijke’ voorwerp<strong>en</strong> op in e<strong>en</strong> lijst. Noteer de voorwerp<strong>en</strong> in volgorde van belangrijkheid.<br />

Nummer 1 is dus het belangrijkste voorwerp <strong>en</strong> nummer 8 het minst belangrijke. Schrijf er ook telk<strong>en</strong>s bij<br />

waarom jullie e<strong>en</strong> voorwerp gekoz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Jullie moet<strong>en</strong> met de groep tot één lijst kom<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t dat iedere<strong>en</strong> moet akkoord gaan met de keuze<br />

<strong>en</strong> de rangorde van elk voorwerp.<br />

Jullie krijg<strong>en</strong> 30 minut<strong>en</strong> om sam<strong>en</strong> tot één volgorde te kom<strong>en</strong>.<br />

Focus op:<br />

taalkundig functioner<strong>en</strong>, nl. argum<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot cons<strong>en</strong>sus kom<strong>en</strong> - keuzevaardigheid<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties: Wie neemt initiatief? Wie zorgt voor vlotte communicatie? Hoe verloopt de<br />

keuzevorming?<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties: Wie bekijkt kritisch zijn voorstel of die van e<strong>en</strong> ander vooraleer e<strong>en</strong><br />

keuze te mak<strong>en</strong>? Wie past zich vlot aan aan de gezam<strong>en</strong>lijke keuze?<br />

variant<strong>en</strong>: (uit Energize 2!)<br />

De groep moet tot overe<strong>en</strong>stemming kom<strong>en</strong> over één van volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong>:<br />

naar welke 3 plaats<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> wij graag op vakantie will<strong>en</strong> gaan?<br />

welke 3 vrag<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> wij graag aan de leraar/aan moeder/aan vader … will<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>?<br />

welke 3 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> will<strong>en</strong> jullie zeker op tv nog e<strong>en</strong>s zi<strong>en</strong>?<br />

welke 3 ding<strong>en</strong> in de wereld zoud<strong>en</strong> jullie morg<strong>en</strong> will<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>?<br />

welke 3 zak<strong>en</strong> of m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> jullie me<strong>en</strong>em<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> onbewoond eiland?<br />

…<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

12


nAsA-oeF<strong>en</strong>Ing (BLAd voor de LeerLIng<strong>en</strong>)<br />

1 boekje ‘eetbare woestijndier<strong>en</strong>’ 1 kaart van het gebied<br />

Eetbare<br />

woestijndier<strong>en</strong><br />

1 kilo zout 1 kleine spiegel<br />

1 kompas 1 lange jas per persoon<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

13


1 liter water per persoon 1 fles wodka<br />

1 pistool met kogels 1 plastic reg<strong>en</strong>jas<br />

1 rode parachute 1 verbanddoos<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

14


1 zaklamp 1 zakmes<br />

1 zonnebril per persoon<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

15


geZAm<strong>en</strong>LIJke opdrAcht<br />

de leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdeeld in kleine groepjes (2-3) waarin ze zelf e<strong>en</strong> project moet<strong>en</strong> uitwerk<strong>en</strong>.<br />

In dit project moet<strong>en</strong> ze plann<strong>en</strong>, bijstur<strong>en</strong> <strong>en</strong> focuss<strong>en</strong> op de uiteindelijke realisatie. evt. leerling<strong>en</strong><br />

zelf lat<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> uit aantal mogelijke project<strong>en</strong>: memohouder, fless<strong>en</strong>op<strong>en</strong>er, z<strong>en</strong>uwspiraal, flipperkast,<br />

speelgoedboot …<br />

Focus op:<br />

technologisch functioner<strong>en</strong>: hefbom<strong>en</strong>, katroll<strong>en</strong>, …<br />

leercompet<strong>en</strong>ties: Wie maakt e<strong>en</strong> plan? Wie komt er met ideeën? Wie neemt de leiding?<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties: Wie blijft focuss<strong>en</strong> op het doel? Wie werkt zonder hulp te vrag<strong>en</strong>?<br />

Wie laat zich niet uit het lood slaan als iets niet lukt?<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> van project<strong>en</strong>:<br />

uit http://members.lycos.nl/janpeeters24/Technologie.htm: cd-rek, voederhuisje vogels, eurospaarpot,<br />

moderne kapstok (wellicht iets te moeilijk voor beginsituatie, eerste graad SO)<br />

uit http://www.wimdevries.be/tal<strong>en</strong>tvoortechniek/ zonder lesfiches, voor leerling<strong>en</strong> uit LO: memohouder,<br />

fless<strong>en</strong>op<strong>en</strong>er (hout), z<strong>en</strong>uwspiraal<br />

uit http://mijn.anywize.net/tos/ , met lesfiches, voor 3e graad LO : flipperkast, speelgoedboot<br />

katroll<strong>en</strong>: http://www.topsci<strong>en</strong>ce.org/Book_samples/machines.htm (met paperclips), http://quest.arc.<br />

nasa.gov/antarctica2/main/t_guide/sw_122.html (met kleerhangers <strong>en</strong> bekertjes)<br />

hefbom<strong>en</strong>: (uit technopolis, Educatief pakket Hefbom<strong>en</strong>)<br />

“Til e<strong>en</strong> emmer zand op. Maar je mag daarbij <strong>en</strong>kel je linkerpink gebruik<strong>en</strong>. Je mag eerst wel e<strong>en</strong> apparaat<br />

bouw<strong>en</strong> om je te help<strong>en</strong> de opdracht uit te voer<strong>en</strong>.”<br />

Zorg dat de leerling<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de nuttig materiaal hebb<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> bezemsteel <strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterk touw. Lever ze<br />

ook voorwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> werktuig<strong>en</strong> die ze niet nodig hebb<strong>en</strong> (alle knutselmateriaal van de klas, e<strong>en</strong> volledige<br />

werktuigkist …). Voorzie tuss<strong>en</strong> die ‘overbodige’ voorwerp<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> koevoet. Voorzie ook dunnere stokk<strong>en</strong><br />

dan de bezemsteel.<br />

Oplossing:<br />

Instructies voor de leerkracht:<br />

Maak e<strong>en</strong> koffer met material<strong>en</strong> <strong>en</strong> gereedschapp<strong>en</strong>.<br />

Geef ge<strong>en</strong> werktek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> of stapp<strong>en</strong>plan van het werkstuk: dit belemmert het zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> creatieve<br />

oplossing.<br />

Geef wel de stapp<strong>en</strong> van het technologisch proces (probleem of behoefte, oplossing zoek<strong>en</strong>, uitvoering,<br />

in gebruik neming, evaluatie).<br />

Geef veiligheidsinstructies.<br />

Je kan de leerling<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> om roll<strong>en</strong> te verdel<strong>en</strong>: controleur, magazijnier, veiligheidscoördinator, ...<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

16


eis rond de wereld / hinderniss<strong>en</strong>parcours<br />

Verdeel de klas in groepjes van ongeveer 10 leerling<strong>en</strong> voor de reis rond de wereld.<br />

Gebruik de volg<strong>en</strong>de material<strong>en</strong>: fietsband<strong>en</strong> – Zweedse bank<strong>en</strong> – matt<strong>en</strong> – wandrekk<strong>en</strong> – klimtouw –<br />

verkeerskegels – autoband<strong>en</strong> – bezemstel<strong>en</strong> – spelparachute (of groot lak<strong>en</strong>) – …<br />

Schik deze zo dat de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> parcours moet<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> waarbij ze deze material<strong>en</strong> als hinderniss<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> overbrugg<strong>en</strong>. Alle led<strong>en</strong> van de groep moet<strong>en</strong> het parcours aflegg<strong>en</strong>, maar slechts de helft van<br />

het aantal b<strong>en</strong><strong>en</strong> mag de grond rak<strong>en</strong>. Deze opdracht kan dus <strong>en</strong>kel tot e<strong>en</strong> goed einde gebracht word<strong>en</strong><br />

als de leerling<strong>en</strong> elkaar help<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld van schikking:<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> van hinderniss<strong>en</strong>:<br />

kegels met stokk<strong>en</strong>: onder de stokk<strong>en</strong> door kruip<strong>en</strong> / over de stokk<strong>en</strong> spring<strong>en</strong> / afwissel<strong>en</strong>d over <strong>en</strong><br />

onder<br />

hoepels: spring<strong>en</strong> met 2 voet<strong>en</strong> van hoepel tot hoepel / lop<strong>en</strong> door de hoepels in elke hoepel 1 steunpunt<br />

/ kruip<strong>en</strong> op hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> door de hoepels in elke hoepel mag slechts 1 steunpunt / achterwaarts<br />

lop<strong>en</strong> door de hoepels / <strong>en</strong>z.<br />

Zweedse bank<strong>en</strong> met daarop e<strong>en</strong> valmat: onder de valmat doorkruip<strong>en</strong> / over de valmat lop<strong>en</strong> / koprol<br />

op de valmat / <strong>en</strong>z.<br />

matjes: kruip<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> / spring<strong>en</strong> van mat tot mat / roll<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong><br />

/ <strong>en</strong>z.<br />

Zweedse bank schuin teg<strong>en</strong> klimrek: naar bov<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> op de bank / je met de arm<strong>en</strong> naar bov<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong><br />

/ bij het middelste klimrek door de hoepel kruip<strong>en</strong> / de tweede Zweedse bank afschuiv<strong>en</strong> (op buik<br />

/ op ‘poep’ / <strong>en</strong>z.)<br />

touw: kruip<strong>en</strong> op hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> met touw tuss<strong>en</strong> de hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> (voorwaarts / zijwaarts /<br />

achterwaarts / krab met buik naar bov<strong>en</strong> / krab met buik naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>)<br />

Uit: http://www.voltraweb.be/gesned<strong>en</strong>brood.htm<br />

Focus op:<br />

motorische compet<strong>en</strong>ties<br />

sociale compet<strong>en</strong>ties<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

17


geZeLschApsspeLL<strong>en</strong><br />

Blokus, Rummikub: strategie, tactiek<br />

Trio: rek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

De kolonist<strong>en</strong> van Catan, Boonanza: communicer<strong>en</strong>, onderhandel<strong>en</strong><br />

Focus op:<br />

zie hierbov<strong>en</strong> per spel<br />

zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties: hoe gaan leerling<strong>en</strong> om met teleurstelling? Wie bed<strong>en</strong>kt e<strong>en</strong><br />

strategie?<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

18


oBservatIewIJzer compet<strong>en</strong>tIes<br />

situeer telk<strong>en</strong>s in de rechterkolom de leerling op e<strong>en</strong> schaal van erg laag (onderaan) tot erg hoog<br />

(bov<strong>en</strong>aan).<br />

Je hoeft niet alle onderdel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tie te observer<strong>en</strong> <strong>en</strong> te beoordel<strong>en</strong>. voor e<strong>en</strong> gefundeerde<br />

uitspraak over e<strong>en</strong> cluster (bv. de sociale compet<strong>en</strong>ties van e<strong>en</strong> leerling) di<strong>en</strong>t wel informatie verzameld te<br />

zijn over minst<strong>en</strong>s twee onderligg<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties (bv. ‘sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘omgaan met diversiteit’).<br />

ZeLFstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>tIes<br />

1. doelgerichtheid<br />

De leerling stelt realistische doel<strong>en</strong> voor zichzelf <strong>en</strong> slaagt er ook in deze te bereik<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling heeft ge<strong>en</strong> duidelijke doel<strong>en</strong>, stelt onrealistische doel<strong>en</strong> of slaagt er niet in zijn doel<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>.<br />

Hij houdt zich bezig met allerlei (nev<strong>en</strong>)zak<strong>en</strong> die niet bijdrag<strong>en</strong> tot het bereik<strong>en</strong> van het doel.<br />

2. doorzettingsvermog<strong>en</strong><br />

De leerling is e<strong>en</strong> harde werker <strong>en</strong> zet zich t<strong>en</strong> volle in. Hij geeft niet vlug op wanneer hij merkt dat het<br />

niet lukt.<br />

<br />

<br />

De leerling gaat er niet voor 100% voor. Hij geeft vlug op wanneer blijkt dat het niet gaat lukk<strong>en</strong> om het<br />

doel te bereik<strong>en</strong>.<br />

3. Flexibiliteit<br />

De leerling kan zich vlot aanpass<strong>en</strong>, bijv. aan person<strong>en</strong>, context<strong>en</strong>, tijd, procedures <strong>en</strong> middel<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling past zijn gedrag niet aan aan e<strong>en</strong> veranderde situatie. Hij gaat stug verder op de ingeslag<strong>en</strong><br />

weg.<br />

4. kritische zin<br />

De leerling stelt standpunt<strong>en</strong>, gedrag of method<strong>en</strong> van zichzelf <strong>en</strong> zijn/haar omgeving<br />

in vraag, alvor<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> stelling in te nem<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling neemt zonder nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stelling in. Hij stelt zijn eig<strong>en</strong> standpunt<strong>en</strong>, gedrag of method<strong>en</strong><br />

of die van zijn/haar omgeving niet of zeld<strong>en</strong> in vraag.<br />

5. omgaan met stress<br />

De leerling blijft effectief prester<strong>en</strong> onder tijdsdruk, taakbelasting <strong>en</strong> exam<strong>en</strong>stress<br />

<strong>en</strong> ook bij teg<strong>en</strong>slag, weerstand <strong>en</strong> teleurstelling.<br />

<br />

<br />

De leerling raakt snel over zijn toer<strong>en</strong> als hij onder (tijds)druk staat <strong>en</strong> presteert niet goed bij taakbelasting<br />

<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>stress. Hij hervindt slechts traag zijn ev<strong>en</strong>wicht na teg<strong>en</strong>slag, weerstand of teleurstelling.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

19


6. Zelfredzaamheid<br />

De leerling voert dagelijkse schoolactiviteit<strong>en</strong> zonder hulp van ander<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> gedraagt<br />

zich als e<strong>en</strong> zelfstandig persoon in de school.<br />

<br />

<br />

De leerling heeft hulp of extra instructies van ander<strong>en</strong> nodig om de dagelijkse schoolactiviteit<strong>en</strong> uit te<br />

voer<strong>en</strong>. Hij heeft moeite om zich als e<strong>en</strong> zelfstandig persoon in de school te gedrag<strong>en</strong>.<br />

7. Zin voor orde <strong>en</strong> nauwkeurigheid<br />

De leerling werkt ordelijk, systematisch <strong>en</strong> regelmatig. Voert opdracht<strong>en</strong> grondig, geord<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zorgvuldig<br />

uit.<br />

<br />

<br />

De leerling heeft problem<strong>en</strong> om de opdracht grondig, geord<strong>en</strong>d of zorgvuldig uit te voer<strong>en</strong>.<br />

Oppervlakkighed<strong>en</strong>, fout<strong>en</strong> <strong>en</strong> slordighed<strong>en</strong> bij de uitvoering kom<strong>en</strong> vaak voor.<br />

situeer nu op e<strong>en</strong> schaal van 1 (erg laag) tot 4 (erg hoog) de zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties van deze<br />

leerling:<br />

1 2 3 4<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

20


Leercompet<strong>en</strong>tIes<br />

8. Leervermog<strong>en</strong><br />

De leerling neemt nieuwe situaties, ideeën, informatie <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> in zich op <strong>en</strong> kan deze analyser<strong>en</strong>,<br />

kritisch verwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> effectieve manier toepass<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling heeft moeite om nieuwe situaties, ideeën, informatie <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> in zich op te nem<strong>en</strong>. Hij<br />

heeft problem<strong>en</strong> om nieuwe situaties, ideeën, informatie of ervaring<strong>en</strong> te analyser<strong>en</strong>, kritisch te verwerk<strong>en</strong><br />

of op e<strong>en</strong> effectieve manier toe te pass<strong>en</strong>.<br />

9. Informatie verwerk<strong>en</strong><br />

De leerling herk<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> informatiebehoefte. Hij lokaliseert, evalueert <strong>en</strong> gebruikt efficiënt de b<strong>en</strong>odigde<br />

informatie.<br />

<br />

<br />

De leerling heeft ge<strong>en</strong> idee van welke informatie hij nodig heeft. Hij vindt de relevante informatie niet of<br />

moeilijk. Hij laat na de verkreg<strong>en</strong> informatie te beoordel<strong>en</strong> op bruikbaarheid <strong>en</strong> betrouwbaarheid. Hij gebruikt<br />

de gevond<strong>en</strong> informatie niet of inefficiënt.<br />

10. creativiteit<br />

De leerling bed<strong>en</strong>kt eig<strong>en</strong> (nieuwe <strong>en</strong> ongewone) ideeën, oplossing<strong>en</strong> <strong>en</strong> method<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> probleem<br />

door te fantaser<strong>en</strong>, te experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, te verbeeld<strong>en</strong>, vorm te gev<strong>en</strong>, etc. <strong>en</strong> voert deze ook uit. Ontwikkelt<br />

nieuwe werkwijz<strong>en</strong> waarmee bestaande werkwijz<strong>en</strong> verbeterd of vervang<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling is niet inv<strong>en</strong>tief bij het oploss<strong>en</strong> van het probleem. Hij houdt vast aan de gebruikelijke werkwijze<br />

om e<strong>en</strong> bepaalde opdracht uit te voer<strong>en</strong>.<br />

11. plann<strong>en</strong><br />

De leerling bepaalt op effectieve wijze doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> koppelt hieraan e<strong>en</strong> optimale b<strong>en</strong>utting<br />

van acties, tijd <strong>en</strong> middel<strong>en</strong> waarbij de voortgang wordt bewaakt.<br />

<br />

<br />

De leerling slaagt er niet in doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong>. Hij kan de werkzaamhed<strong>en</strong>, tijdsindeling <strong>en</strong><br />

hulpmiddel<strong>en</strong> voor de taakuitvoering niet of zeld<strong>en</strong> systematisch <strong>en</strong> ordelijk plann<strong>en</strong>.<br />

12. Zin voor initiatief<br />

De leerling neemt het voortouw <strong>en</strong>/of zet de eerste stapp<strong>en</strong>. Hij wacht niet op de ander<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> voorstel<br />

te do<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling wacht op e<strong>en</strong> voorstel van de ander<strong>en</strong> om aan de uitvoering van de opdracht te beginn<strong>en</strong>. Hij<br />

komt zelf niet als eerste aan met e<strong>en</strong> idee.<br />

situeer nu op e<strong>en</strong> schaal van 1 (erg laag) tot 4 (erg hoog) de leercompet<strong>en</strong>ties van deze leerling:<br />

1 2 3 4<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

21


socIALe compet<strong>en</strong>tIes<br />

13. communicer<strong>en</strong><br />

De leerling (z<strong>en</strong>der) drukt zich zowel mondeling als schriftelijk zodanig uit dat zijn/haar boodschap bij de<br />

ontvanger overkomt. Hij maakt ideeën, m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatie aan ander<strong>en</strong> duidelijk in heldere, bondige<br />

<strong>en</strong> begrijpelijke taal.<br />

<br />

<br />

De leerling drukt zijn gedacht<strong>en</strong> mondeling <strong>en</strong>/of schriftelijk uit op e<strong>en</strong> vage, onbegrijpelijke <strong>en</strong>/of<br />

omslachtige manier. Zijn boodschap komt niet altijd duidelijk over bij de ontvanger.<br />

14. Assertiviteit<br />

De leerling komt op voor eig<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s, m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, behoeft<strong>en</strong> of belang<strong>en</strong> met respect voor ander<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling houdt zijn gevoel<strong>en</strong>s, m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, behoeft<strong>en</strong> of belang<strong>en</strong> voor zich. Hij komt te weinig op<br />

voor zijn gevoel<strong>en</strong>s, m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, behoeft<strong>en</strong> of belang<strong>en</strong>. Hij betuigt weinig of ge<strong>en</strong> respect voor ander<strong>en</strong><br />

wanneer hij opkomt voor zijn eig<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s, m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, behoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong><br />

15. sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><br />

De leerling draagt actief bij tot het realiser<strong>en</strong> van geme<strong>en</strong>schappelijke doel<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> optimale afstemming<br />

tuss<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> kwaliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> én die van de groep / de ander. Hij houdt rek<strong>en</strong>ing met de<br />

gevoel<strong>en</strong>s <strong>en</strong> behoeft<strong>en</strong> van ander<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling draagt nauwelijks bij tot het realiser<strong>en</strong> van geme<strong>en</strong>schappelijke doel<strong>en</strong>. Zijn eig<strong>en</strong> belang<strong>en</strong><br />

primer<strong>en</strong> op de belang<strong>en</strong> van de groep. Hij houdt weinig rek<strong>en</strong>ing met de gevoel<strong>en</strong>s <strong>en</strong> behoeft<strong>en</strong> van<br />

ander<strong>en</strong>.<br />

16. omgaan met diversiteit<br />

De leerling toont zich bekwaam in de omgang met verscheid<strong>en</strong>heid. Hij aanvaardt deze als e<strong>en</strong> feit <strong>en</strong><br />

probeert er indi<strong>en</strong> mogelijk van te ler<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling weet niet hoe hij moet omgaan met verscheid<strong>en</strong>heid.<br />

17. Loyaliteit<br />

De leerling leeft de regels <strong>en</strong> procedures (binn<strong>en</strong> de school, klas <strong>en</strong> groep) na, draagt deze uit <strong>en</strong> geeft<br />

zo blijk van sterke betrokk<strong>en</strong>heid op de organisatie <strong>en</strong> de afsprak<strong>en</strong> die er geld<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling leeft de regels <strong>en</strong> procedures (binn<strong>en</strong> de school, klas <strong>en</strong> groep) niet na. Hij toont ge<strong>en</strong> of<br />

weinig betrokk<strong>en</strong>heid op de organisatie. Hij komt afsprak<strong>en</strong> niet na.<br />

18. Leiding gev<strong>en</strong><br />

De leerling motiveert, stimuleert <strong>en</strong> stuurt zijn medeleerling<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> bepaald resultaat te hal<strong>en</strong>.<br />

<br />

<br />

De leerling ontmoedigt door zijn woord<strong>en</strong> of zijn gedrag zijn medeleerling<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

22


situeer nu op e<strong>en</strong> schaal van 1 (erg laag) tot 4 (erg hoog) de sociale compet<strong>en</strong>ties van deze leerling:<br />

1 2 3 4<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

23


oBservatIeschema<br />

Naam leerling: Observator:<br />

Assessm<strong>en</strong>tsituatie:<br />

Compet<strong>en</strong>tie:<br />

Noteer hieronder de<br />

compet<strong>en</strong>ties die werd<strong>en</strong><br />

geobserveerd.<br />

- +/- + ++<br />

Leerkracht - assessm<strong>en</strong>tsituaties - JBI<br />

Bijkom<strong>en</strong>de beschrijving:<br />

- +/- + ++<br />

moet<br />

verbeter<strong>en</strong><br />

er wordt meer<br />

verwacht<br />

aanvaardbaar<br />

b<strong>en</strong>adert de<br />

verwachting<strong>en</strong><br />

goed<br />

voldoet aan de<br />

verwachting<strong>en</strong><br />

uitstek<strong>en</strong>d<br />

overtreft de verwachting<strong>en</strong><br />

24


RappoRteR<strong>en</strong> <strong>en</strong> CommuniCeR<strong>en</strong><br />

we k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> de Compet<strong>en</strong>ties. wat nu?


Hoe ga je te weRk? Volg Het stapp<strong>en</strong>plan.<br />

Stap 1<br />

<br />

Stap 2<br />

<br />

Leerling <strong>en</strong> leerkracht vull<strong>en</strong> elk afzonderlijk op e<strong>en</strong> kopie het eerste deel van het verslag in. Ze<br />

do<strong>en</strong> dit op basis van de gegev<strong>en</strong>s uit het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje, (de zelfinschatting bij <strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong><br />

op) de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de assesm<strong>en</strong>tsituaties.<br />

Eerste gesprek met de leerling: de ingevulde eerste del<strong>en</strong> (van de leerling <strong>en</strong> de leerkracht)<br />

word<strong>en</strong> naast elkaar gelegd <strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>. Op basis van dit gesprek wordt de synthesebalk in<br />

cons<strong>en</strong>sus ingevuld.<br />

Stap 3 Leerling vult het luik leerling in op basis van de informatie uit stapp<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 2.<br />

<br />

Stap 4 De ouders vull<strong>en</strong> het luik ouders in (stap 3 & 4 kunn<strong>en</strong> parallel gebeur<strong>en</strong>).<br />

<br />

Stap 5<br />

<br />

Stap 6<br />

De klass<strong>en</strong>raad bespreekt op basis van alle informatie uit de vorige stapp<strong>en</strong> het ondersteuningsaanbod<br />

<strong>en</strong> selecteert geschikte ondersteuningsmiddel<strong>en</strong>. Het luik leerkracht wordt ingevuld.<br />

Tweede gesprek met de leerling <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s eerste gesprek met de ouders: de specifieke ondersteuningsmaatregel<strong>en</strong><br />

voor de leerling word<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> met de leerling én zijn ouders<br />

sam<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

2


1. Het VeRslag<br />

Wanneer de bevinding<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> (leerling<strong>en</strong>boekje, tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tsituaties)<br />

gek<strong>en</strong>d zijn, is het van belang deze op e<strong>en</strong> heldere manier te communicer<strong>en</strong> aan alle belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. In eerste<br />

instantie natuurlijk aan de leerling zelf, maar ook aan de ouders <strong>en</strong> de collega’s van de eerste graad van het<br />

schoolteam. Hieronder pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> voorbeeldverslag dat, geheel in overe<strong>en</strong>stemming met de principes<br />

van breed evaluer<strong>en</strong>, mikt op betrokk<strong>en</strong>heid van alle partij<strong>en</strong>. Dit verslag is uiteraard niet te nem<strong>en</strong> of te lat<strong>en</strong><br />

maar kan als inspiratiebron di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor het opstell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verslag van de beginbeeldanalyse. Bij sommige<br />

onderdel<strong>en</strong> in het verslag vindt u in e<strong>en</strong> voetnoot extra uitleg.<br />

LuIk 1 *<br />

Naam leerling:<br />

.........................<br />

Taak als geheel<br />

…………<br />

(noteer welke<br />

taak)<br />

Rek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

(Wiskunde)<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

leerkracht<br />

Taal (Nederlands) leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

leerkracht<br />

Technologie leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

1 2 3 4<br />

* Zowel leerling als leerkracht kunn<strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong>s hal<strong>en</strong> uit tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje, tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> assessm<strong>en</strong>tsituaties.<br />

De schuifbalk<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> aan dat je niet IN e<strong>en</strong> categorie valt, maar dat dit e<strong>en</strong> continuüm is. De leerkracht kan ter verduidelijking<strong>en</strong> voor<br />

het invull<strong>en</strong> van de balk<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar de zelfinschatting bij de tak<strong>en</strong> uit het beginbeeld<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

3


Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

Muzische of<br />

plastische vorming<br />

leerkracht<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

Andere *<br />

(noteer hieronder<br />

wat)<br />

…………………<br />

leerkracht<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

Andere<br />

(noteer hieronder<br />

wat)<br />

…………………<br />

leerkracht<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

Andere<br />

(noteer hieronder<br />

wat)<br />

…………………<br />

leerkracht<br />

leerling<br />

leerkracht<br />

synthese<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling<br />

leerkracht<br />

* Hier kunn<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> ingevuld die de leerling bezit <strong>en</strong> die blijk<strong>en</strong> bij de uitvoering van de tak<strong>en</strong> of uit het<br />

tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje, zoals bijvoorbeeld handigheid of sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

4


Leg<strong>en</strong>de:<br />

1 moet verbeter<strong>en</strong>, er wordt meer verwacht<br />

2 aanvaardbaar, b<strong>en</strong>adert de verwachting<strong>en</strong><br />

3 goed, voldoet aan de verwachting<strong>en</strong><br />

4 uitstek<strong>en</strong>d, overtreft de verwachting<strong>en</strong><br />

Uit bov<strong>en</strong>staande tabel blijkt dat dit de sterke kant<strong>en</strong> zijn:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Uit bov<strong>en</strong>staande tabel blijkt dat dit de zwakke kant<strong>en</strong> zijn:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

LuIk LeerLIng<br />

Ik wil in de toekomst de volg<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong>:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Om deze zak<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>, kan ik:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerkracht:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar ouders:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

5


LuIk Leerkracht<br />

De school zal het volg<strong>en</strong>de do<strong>en</strong> om je daarbij te help<strong>en</strong>: (ondersteuningsmaatregel<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong>)<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar ouders:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

LuIk ouderS<br />

Wat mijn kind goed kan<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Wat mijn kind nog kan verbeter<strong>en</strong><br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Wat verwacht ik hierbij van de school?<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerling:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Comm<strong>en</strong>taar leerkracht:<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

* Dit deel wordt ingevuld door de leerkracht, nadat alle stapp<strong>en</strong> zijn doorlop<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

6


SyntheSe van het voorgaande<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

tIpS voor het opSteLL<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verSLag<br />

Indi<strong>en</strong> de school beslist om het voorbeeldverslag aan te pass<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> nieuw verslag te ontwerp<strong>en</strong>, dan kunn<strong>en</strong><br />

onderstaande vrag<strong>en</strong> help<strong>en</strong> om het verslag uit te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.<br />

Wat wil je rapporter<strong>en</strong> uit de beginbeeldanalyse: welke compet<strong>en</strong>ties, welke k<strong>en</strong>nis, welke vaardigheid,<br />

welke attitudes?<br />

Leidt deze informatie tot betere ondersteun<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong>?<br />

Herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> de leerling <strong>en</strong> zijn ouders de stapp<strong>en</strong> tot ondersteuning?<br />

Is het verslag ondubbelzinnig <strong>en</strong> zonder jargon opgesteld, zodat het niet verkeerd begrep<strong>en</strong> kan<br />

word<strong>en</strong>?<br />

Wordt de informatie gerelateerd aan wat er wordt verwacht van de leerling (huidig niveau t<strong>en</strong> opzichte<br />

van verwachte startcompet<strong>en</strong>ties)?<br />

Is de informatie duidelijk?<br />

Is e<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> verslag de meest efficiënte manier om dit soort informatie mee te del<strong>en</strong>?<br />

Kan je het verslag rechtvaardig<strong>en</strong>? Wordt de informatie gestaafd door bewijsmateriaal uit de<br />

beginbeeldanalyse?<br />

Welke rol heeft de leerling gespeeld bij het opstell<strong>en</strong> van het beginbeeld <strong>en</strong> is dit weergegev<strong>en</strong> in het<br />

verslag?<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

7


2. de CommuniCatie oVeR Het VeRslag<br />

2.1 Met de LeerLIng<br />

Hiermee bedoel<strong>en</strong> we niet de traditionele e<strong>en</strong>richtingscommunicatie over de bevinding<strong>en</strong> van de beginbeeldanalyse<br />

van de leerkracht aan de leerling, maar wel e<strong>en</strong> tweerichtingscommunicatie tuss<strong>en</strong> de leerling <strong>en</strong> de<br />

leerkracht. In de visie van breed evaluer<strong>en</strong> heeft de leerling namelijk e<strong>en</strong> zeer belangrijke stem. De leerling is al<br />

van bij het opbouw<strong>en</strong> van het beginbeeld heel actief <strong>en</strong> bewust betrokk<strong>en</strong> geweest. Als de leerling e<strong>en</strong> stem blijft<br />

hebb<strong>en</strong>, kan hij uitgroei<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> zelfstur<strong>en</strong>de leerling omdat hem van bij het begin zelfinzicht gebod<strong>en</strong> wordt.<br />

E<strong>en</strong> gesprek, waarbij de leerling e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> stem heeft, kan e<strong>en</strong> perfect uitgangspunt vorm<strong>en</strong> om sam<strong>en</strong> met de<br />

leerling te gaan kijk<strong>en</strong> naar di<strong>en</strong>s sterktes <strong>en</strong> zwaktes in functie van wat de leerling moet kunn<strong>en</strong> bij het begin van<br />

het secundair onderwijs om succesvol te zijn. Hierbij verschaff<strong>en</strong> de leerling én de leerkracht elkaar inzicht in wat<br />

de leerling kan (= feedback), <strong>en</strong> waaraan nog moet/zal/wil word<strong>en</strong> gewerkt (=feedforward).<br />

Aan de hand van het verslag kan m<strong>en</strong> met de leerling in gesprek gaan over di<strong>en</strong>s compet<strong>en</strong>ties, zijn sterktes <strong>en</strong><br />

zwaktes. In het verslag staan namelijk zowel de resultat<strong>en</strong> van de zelfinschatting van de leerling als de resultat<strong>en</strong><br />

van de observaties door de leerkracht.<br />

Het is van belang vooral in te gaan op die compet<strong>en</strong>ties waar de inschatting van de leerling <strong>en</strong> die van de leerkracht<br />

duidelijk verschill<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> peilt dan waarom de leerling zichzelf zo inschat, m<strong>en</strong> deelt mee waarom de leerkracht<br />

de leerling zo inschat <strong>en</strong> m<strong>en</strong> probeert te achterhal<strong>en</strong> hoe het verschil tuss<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong> valt. Dit zal<br />

uitmond<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gecorrigeerde visie op de compet<strong>en</strong>tie. Deze verfijnde visie kan in het rapport word<strong>en</strong> ingekleurd<br />

in de rij ‘synthese’. Als m<strong>en</strong> op deze manier te werk gaat, moet m<strong>en</strong> de inspraak van de leerling ook écht will<strong>en</strong><br />

me<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Het syntheseoordeel zal daarom niet altijd e<strong>en</strong> mathematisch gemiddelde van de twee visies vorm<strong>en</strong>.<br />

Het kan zijn dat de leerling e<strong>en</strong> goede verklaring heeft voor het feit dat de leerkracht e<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tie lager heeft<br />

ingeschat dan hijzelf. In dat geval zal het gesprek duidelijk mak<strong>en</strong> dat de leerkracht zijn visie moet herzi<strong>en</strong>. Het<br />

zou ook kunn<strong>en</strong> dat de leerkracht duidelijk bewijsmateriaal kan voorlegg<strong>en</strong> voor het feit dat hij e<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tie<br />

lager heeft ingeschat dan de leerling. In dat geval zal het gesprek duidelijk mak<strong>en</strong> dat de leerling zijn visie moet<br />

bijschav<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s het gesprek t<strong>en</strong> slotte zal m<strong>en</strong> de leerling moet<strong>en</strong> informer<strong>en</strong> over de manier waarop de school<br />

hem ondersteuning zal bied<strong>en</strong> om te werk<strong>en</strong> aan zijn zwakkere kant<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de stap zou kunn<strong>en</strong> zijn dat m<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de leerling e<strong>en</strong> actieplan opstelt. De leerling d<strong>en</strong>kt<br />

hierbij na over de onderdel<strong>en</strong> (vakk<strong>en</strong> of vaardighed<strong>en</strong>) waarvoor hij betere resultat<strong>en</strong> zou will<strong>en</strong> behal<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hoe hij dat zou kunn<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong>, op korte termijn (bijvoorbeeld voor het volg<strong>en</strong>de verslag) <strong>en</strong> op middellange<br />

termijn (bijvoorbeeld voor het einde van het schooljaar). E<strong>en</strong> leerkracht zal – zeker in het begin – de leerling<br />

voldo<strong>en</strong>de moet<strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong>. Als blijkt dat de leerling doelstelling<strong>en</strong> formuleert die te hoog gegrep<strong>en</strong> zijn, kan de<br />

leerkracht help<strong>en</strong> door deze doelstelling op te splits<strong>en</strong> in haalbare stapp<strong>en</strong>. Als blijkt dat de leerling doelstelling<strong>en</strong><br />

formuleert die te laag zijn gegrep<strong>en</strong>, kan de leerkracht de leerling motiver<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> stapje verder te gaan. Aan<br />

die doelstelling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dan concrete acties word<strong>en</strong> gekoppeld. Ook hier ligt e<strong>en</strong> belangrijke taak voor de<br />

leerkracht. Het zoek<strong>en</strong> naar concrete manier<strong>en</strong> om te werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> doelstelling moet immers aangeleerd <strong>en</strong><br />

begeleid word<strong>en</strong>. Als de leerling onrealistische acties formuleert, kan de leerkracht help<strong>en</strong> door haalbare acties<br />

voor te stell<strong>en</strong>. Als de leerling anderzijds e<strong>en</strong> te kleine stap formuleert in zijn acties, kan de leerkracht e<strong>en</strong> voorstel<br />

do<strong>en</strong> dat iets verder gaat (zie ter inspiratie deel 3: tips voor leerling<strong>en</strong>).<br />

tIpS voor het coMMunIcer<strong>en</strong> Met e<strong>en</strong> LeerLIng<br />

Focus op de compet<strong>en</strong>ties die de leerling al heeft verworv<strong>en</strong>.<br />

Vergelijk het beginbeeld van de leerling met de verwachting<strong>en</strong>.<br />

Geef e<strong>en</strong> breed beeld van elke individuele leerling, zo ontmoedig je de vergelijking tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong>.<br />

Moedig de leerling aan e<strong>en</strong> plan op te mak<strong>en</strong> over zijn persoonlijke doelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe hij ze kan<br />

bereik<strong>en</strong>.<br />

Geef duidelijk aan wat de school zal do<strong>en</strong> om de leerling te ondersteun<strong>en</strong>.<br />

Maak ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst op met de leerling in verband met de acties <strong>en</strong> de planning.<br />

Vraag de leerling om comm<strong>en</strong>taar te gev<strong>en</strong> bij de bevinding<strong>en</strong>.<br />

Geef de nodige informatie tekstueel <strong>en</strong> grafisch. Vermijd numerieke informatie.<br />

Sommige communicatie kan in groep gebeur<strong>en</strong>, zoals bijvoorbeeld de uitleg voor het interpreter<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

begrijp<strong>en</strong> van het verslag <strong>en</strong> het gev<strong>en</strong> van informatie over de globale ondersteun<strong>en</strong>de aanpak van de<br />

school.<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

8


Het is ook leuk om sam<strong>en</strong> met de leerling<strong>en</strong> per klas e<strong>en</strong> overzicht te mak<strong>en</strong> van één sterke kant<br />

van elke leerling. Zo weet e<strong>en</strong> leerling bij wie hij terecht kan om hem te help<strong>en</strong> bij bijvoorbeeld het<br />

opzoek<strong>en</strong> op het internet, of bij het mak<strong>en</strong> van illustraties bij e<strong>en</strong> onderwerp. Uit de pres<strong>en</strong>tatie van de<br />

taak <strong>en</strong> uit het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje blijkt welke compet<strong>en</strong>ties of vaardighed<strong>en</strong> elke leerling heeft. Laat elke<br />

leerling zijn sterkste kant kiez<strong>en</strong>. Maak ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tieboom met alle compet<strong>en</strong>ties uit de<br />

klas.<br />

2.2 Met het Lerar<strong>en</strong>teaM<br />

De leerkracht<strong>en</strong> die de beginanalyse begeleid hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geobserveerd, zijn de aangewez<strong>en</strong><br />

person<strong>en</strong> om de gegev<strong>en</strong>s uit deze analyse bije<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> te besprek<strong>en</strong> met alle betrokk<strong>en</strong> lerar<strong>en</strong>. De<br />

klass<strong>en</strong>raad is het aangewez<strong>en</strong> orgaan om alle leerkracht<strong>en</strong> mondeling te informer<strong>en</strong> zowel over de groep als<br />

geheel als over alle individuele leerling<strong>en</strong>.<br />

De beginbeeldanalyse heeft e<strong>en</strong> signaalfunctie. Uit de analyse moet blijk<strong>en</strong> welke compet<strong>en</strong>ties de leerling al heeft<br />

<strong>en</strong> aan welke compet<strong>en</strong>ties er nog gewerkt moet word<strong>en</strong>. Op basis van deze resultat<strong>en</strong> kan het team uitzoek<strong>en</strong><br />

hoe de school het onderwijsleerproces zoveel mogelijk op maat van alle leerling<strong>en</strong> kan bijstur<strong>en</strong>.<br />

De klass<strong>en</strong>raad bepaalt welke ondersteuning de school gaat bied<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> globale aanpak op basis van de gegev<strong>en</strong>s<br />

van de instrom<strong>en</strong>de leerling<strong>en</strong>, maar ook e<strong>en</strong> individuele aanpak per leerling waarvan e<strong>en</strong> of meer compet<strong>en</strong>ties<br />

niet voldo<strong>en</strong> aan de verwachting<strong>en</strong>.<br />

tIpS voor het coMMunIcer<strong>en</strong> BInn<strong>en</strong> het SchooLteaM<br />

Hou steeds de doelstelling voor og<strong>en</strong>: het leerproces van de leerling ondersteun<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijstur<strong>en</strong> waar<br />

nodig zodat de leerling tot meer ler<strong>en</strong> komt.<br />

Wees ervan bewust dat elke leerkracht voor het bereik<strong>en</strong> van deze doelstelling verantwoordelijk is.<br />

Blijf elkaar – ook na de beginbeeldanalyse – informer<strong>en</strong> over de voortgang van de leerling.<br />

Geef elkaar constructieve feedback bij het ondersteun<strong>en</strong> van de leerling.<br />

Maak op e<strong>en</strong> productieve manier gebruik van de verschill<strong>en</strong> in compet<strong>en</strong>ties tuss<strong>en</strong> de leerkracht<strong>en</strong>.<br />

Wees flexibel bij het inzett<strong>en</strong> van de ondersteun<strong>en</strong>de acties. Evalueer regelmatig <strong>en</strong> stuur tijdig bij.<br />

2.3 Met de ouderS<br />

Ouders will<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> waar hun kind staat t<strong>en</strong> opzichte van de verwachte startcompet<strong>en</strong>ties. Ze hebb<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />

het recht om geïnformeerd te word<strong>en</strong> over wat de school zal do<strong>en</strong> om hun kind te ondersteun<strong>en</strong> waar het nodig is<br />

<strong>en</strong> hoe de school daarbij zal inspel<strong>en</strong> op de achtergrond van hun kind. Communicatie met de ouders zal meestal<br />

pas gebeur<strong>en</strong> nadat de resultat<strong>en</strong> met de leerling zijn besprok<strong>en</strong> <strong>en</strong> nadat er met de klass<strong>en</strong>raad is nagedacht<br />

over de ondersteun<strong>en</strong>de acties. Toch kan e<strong>en</strong> gesprek met de ouders e<strong>en</strong> verhelder<strong>en</strong>d beeld br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de<br />

leerling, waardoor de ondersteuning misschi<strong>en</strong> moet herzi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

In veel schol<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> startavond voor ouders georganiseerd. M<strong>en</strong> zou ervoor kunn<strong>en</strong> opter<strong>en</strong> om op deze<br />

vergadering informatie te gev<strong>en</strong> over de beginbeeldanalyse: wat is de doelstelling van deze analyse? Wat zijn de<br />

globale resultat<strong>en</strong>? Welke compet<strong>en</strong>ties zijn overweg<strong>en</strong>d aanwezig? Welke globale acties word<strong>en</strong> ondernom<strong>en</strong><br />

door de school om alle leerling<strong>en</strong> te begeleid<strong>en</strong>?<br />

In individuele gesprekk<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> van de leerling besprek<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong>: welke individuele acties<br />

word<strong>en</strong> er g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> om de leerling te begeleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ondersteun<strong>en</strong>? Ook de stem van de ouders is belangrijk<br />

bij de beginanalyse. Het is daarom aangewez<strong>en</strong> om de ouders de geleg<strong>en</strong>heid te gev<strong>en</strong> om het rapport te lez<strong>en</strong><br />

voor het gesprek plaatsvindt <strong>en</strong> om ze geleg<strong>en</strong>heid te gev<strong>en</strong> om hun visie op <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> met de compet<strong>en</strong>ties<br />

van hun kind mee te del<strong>en</strong>. Laat de inbr<strong>en</strong>g van de ouders niet vrijblijv<strong>en</strong>d zijn als e<strong>en</strong> comm<strong>en</strong>taar op het rapport,<br />

maar neem die inbr<strong>en</strong>g ook mee.<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

9


tIpS voor het coMMunIcer<strong>en</strong> Met ouderS<br />

algeme<strong>en</strong><br />

Omschrijf voor jezelf duidelijk wat je hoopt te bereik<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de leerkracht-ouderbespreking<strong>en</strong>.<br />

Je hoeft niet per se e<strong>en</strong> formeel oudercontact te organiser<strong>en</strong>. Je kan de resultat<strong>en</strong> van de beginbeeldanalyse<br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s besprek<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> rechtstreeks, persoonlijk contact aan de schoolpoort, via e<strong>en</strong><br />

huisbezoek of op neutraal terrein (vb. buurthuis). Dit is vooral aangewez<strong>en</strong> voor ouders met drempelvrees.<br />

Sta op<strong>en</strong> voor de thuiscultuur van de leerling (<strong>en</strong> de ouders). Aanvaard <strong>en</strong> respecteer de verschill<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> de schoolcultuur <strong>en</strong> de thuiscultuur van de leerling. Probeer te begrijp<strong>en</strong> vanuit welk refer<strong>en</strong>tiekader<br />

de ouders naar de feit<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> speel hierop in.<br />

Begin je gesprek met het ‘legg<strong>en</strong> van contact’ <strong>en</strong> het ‘voeling krijg<strong>en</strong> met de ouders’, <strong>en</strong> ga pas daarna<br />

in op de boodschap die je wil overbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Wees helder, accuraat, beknopt <strong>en</strong> respectvol.<br />

Gebruik e<strong>en</strong>voudige, duidelijke taal. Vermijd schooltaal. Zorg – indi<strong>en</strong> nodig – voor e<strong>en</strong> tolk.<br />

Spreek respectvol over de leerling. Elke leerling heeft het recht aanvaard te word<strong>en</strong> zoals hij is met al<br />

zijn goede <strong>en</strong> slechte kant<strong>en</strong>.<br />

Vat regelmatig sam<strong>en</strong> wat er al gezegd is geweest.<br />

Controleer of wat je zegt ook zo werd begrep<strong>en</strong>.<br />

Heb ook oog voor niet-verbale communicatie niet alle<strong>en</strong> van de ouders, maar ook van jezelf. Hoe je<br />

de boodschap overbr<strong>en</strong>gt, toont nl. hoe je staat teg<strong>en</strong>over de boodschap, jezelf <strong>en</strong> de ouders. Hoe de<br />

ouders de boodschap ontvang<strong>en</strong>, toont hoe ze staan teg<strong>en</strong>over de boodschap, zichzelf <strong>en</strong> de school.<br />

Eindig het gesprek met e<strong>en</strong> positieve noot.<br />

Inhoudelijk<br />

Leg uit waarom er e<strong>en</strong> beginsituatieanalyse is gebeurd, wat de verschill<strong>en</strong>de bevinding<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> help de ouders om deze te interpreter<strong>en</strong>.<br />

Bespreek in eerste instantie de compet<strong>en</strong>ties die de leerling heeft verworv<strong>en</strong>. Spreek pas daarna over<br />

de compet<strong>en</strong>ties waaraan nog moet word<strong>en</strong> gewerkt.<br />

Staaf je informatie met bewijsmateriaal uit de beginbeeldanalyse. Neem <strong>en</strong>kele voorbeeld<strong>en</strong> uit de<br />

beginbeeldanalyse mee om de resultat<strong>en</strong> te illustrer<strong>en</strong>. Vergeet hierbij de sterke kant<strong>en</strong> van de leerling<br />

niet.<br />

Geef de ouders de geleg<strong>en</strong>heid om vrag<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> over het verslag.<br />

Vraag de m<strong>en</strong>ing van de ouders over de informatie uit de beginanalyse. Sta op<strong>en</strong> voor nieuwe informatie<br />

door de ouders. Wellicht krijg je hierdoor extra informatie over de leerling.<br />

ondersteun<strong>en</strong>d<br />

Geef duidelijke informatie over hoe de school de leerling zal begeleid<strong>en</strong> bij het werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tie.<br />

Probeer tot overe<strong>en</strong>stemming te kom<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> bepaald geme<strong>en</strong>schappelijk plan van aanpak, ook<br />

al wordt hiermee slechts e<strong>en</strong> deeloplossing bereikt. Plan e<strong>en</strong> nieuwe afspraak om de voortgang te<br />

besprek<strong>en</strong>.<br />

Meer info vind je in:<br />

- “Prat<strong>en</strong> Met Ouders” door Rik Pr<strong>en</strong><strong>en</strong> & Maurits Wysmans, C<strong>en</strong>trum voor ErvaringsGericht Onderwijs,<br />

Leuv<strong>en</strong>, 2004<br />

- E<strong>en</strong> inspiratieboek rond het thema ‘Communicatie tuss<strong>en</strong> ouders <strong>en</strong> school’:<br />

http://www.ond.vlaander<strong>en</strong>.be/gok/praktisch/inspiratieboek.pdf<br />

Bron: “De communicatie met kansarme ouders verbeter<strong>en</strong>” door Bruinjé, Van Hoof, Maesmans & Cochet,<br />

Basis, 28 juni 2003<br />

Leerkracht - rapporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> - JBI<br />

10


Hoe verder werk<strong>en</strong> met JBI?<br />

tIps voor leerkracHt<strong>en</strong>


Hoe ga Je te werk? volg Het stapp<strong>en</strong>plan.<br />

STap 1<br />

<br />

STap 2<br />

<br />

STap 3<br />

<br />

STap 4<br />

<br />

STap 5<br />

De leerkracht<strong>en</strong> bestuder<strong>en</strong> de verslag<strong>en</strong> (deel 2) op basis van de gegev<strong>en</strong>s uit het tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boekje,<br />

(de zelfinschatting bij <strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> op) de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de assessm<strong>en</strong>tsituaties.<br />

Vertrekpunt zijn de verschill<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s per leerling én het klasoverzicht.<br />

Aanpak op klasniveau<br />

Leerkracht gaat op zoek naar soepele organisatievorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> methodiek<strong>en</strong> die pass<strong>en</strong> bij de<br />

klasgroep <strong>en</strong> de leernod<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>.<br />

Aanpak op leerlingniveau<br />

Leerkracht gaat op zoek naar aanpakstrategieën die pass<strong>en</strong> bij individuele leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />

specifieke leernod<strong>en</strong>.<br />

Aanpak op schoolniveau<br />

(1) Leerkracht<strong>en</strong> del<strong>en</strong> hun ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> aanpak die op schoolniveau kan<br />

word<strong>en</strong> toegepast. Het gaat hier vooral om afstemming tuss<strong>en</strong> de aanpak van verschill<strong>en</strong>de<br />

leerkracht<strong>en</strong>.<br />

(2) De school neemt JBI als vertrekpunt <strong>en</strong> gaat er consequ<strong>en</strong>t mee om bij groepsindeling<strong>en</strong>, bij<br />

kwaliteitsbewaking, bij evaluatiebeleid, ...<br />

Kijk<strong>en</strong> naar effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong><br />

Leerkracht<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong> over effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van de aanpak <strong>en</strong> stur<strong>en</strong> bij waar nodig.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

2


InleIdIng<br />

Het <strong>jonger<strong>en</strong></strong>beginbeeldinstrum<strong>en</strong> wil e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t zijn waarmee de capaciteit<strong>en</strong>/compet<strong>en</strong>ties van leerling<strong>en</strong> in<br />

kaart word<strong>en</strong> gebracht. In de uitgewerkte procedure rond dit instrum<strong>en</strong>t krijg<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke plaats.<br />

Via zelfinschatting, reflectie, bevraging <strong>en</strong> zelfevaluatie geeft het instrum<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> concreet beeld van hoe leerling<strong>en</strong><br />

zelf teg<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> aankijk<strong>en</strong>. Daarnaast zijn er binn<strong>en</strong> het instrum<strong>en</strong>t observatiemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

tak<strong>en</strong> gepland om ook via die weg e<strong>en</strong> zicht te krijg<strong>en</strong> op de sterke kant<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>.<br />

In deel 3 will<strong>en</strong> we leerkracht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> houvast bied<strong>en</strong> <strong>en</strong> tips gev<strong>en</strong> om nog beter te kunn<strong>en</strong> in spel<strong>en</strong> op de beginsituatie<br />

van leerling<strong>en</strong> zodat hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> nog beter tot hun recht kom<strong>en</strong>.<br />

1. tIps <strong>en</strong> manIer<strong>en</strong> om rek<strong>en</strong>Ing te Houd<strong>en</strong> met de BevIndIn<br />

g<strong>en</strong> van Het BegInBeeldInstrum<strong>en</strong>t<br />

Het <strong>jonger<strong>en</strong></strong>beginbeeldinstrum<strong>en</strong>t levert gegev<strong>en</strong>s aan waarmee e<strong>en</strong> school aan de slag kan. Bedoeling is dat de<br />

school op zoek gaat naar e<strong>en</strong> beter aanbod voor de specifieke leerling<strong>en</strong> die ze binn<strong>en</strong>krijgt. Met andere woord<strong>en</strong><br />

in dit luikje beschrijv<strong>en</strong> we hoe de school afstemming kan zoek<strong>en</strong> op de leernod<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>.<br />

1.1 JBI –gegev<strong>en</strong>S <strong>en</strong> waT nu?<br />

De gegev<strong>en</strong>s uit het JBI kunn<strong>en</strong> voor zeer diverse doel<strong>en</strong> gebruikt.<br />

Op niveau van de school (meso niveau)<br />

Klassam<strong>en</strong>stelling<br />

JBI-gegev<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> gebruikt word<strong>en</strong> om de klass<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>. We pleit<strong>en</strong> voor heteroge<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>gestelde klass<strong>en</strong> omdat uit onderzoek heel duidelijk blijkt dat iedere<strong>en</strong> (sterke <strong>en</strong> zwakke)<br />

meer profiter<strong>en</strong> van heteroge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde groep<strong>en</strong> dan van homoge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde<br />

groep<strong>en</strong>.<br />

Kiez<strong>en</strong> voor heteroge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde groep<strong>en</strong> maakt het mogelijk de diversiteit in de groep aan<br />

te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> voor didactische doeleind<strong>en</strong>. Het is bijgevolg belangrijk te wet<strong>en</strong> wie waar goed in is.<br />

Zo wordt diversiteit e<strong>en</strong> rijkdom.<br />

Doorgaan met het JBI <strong>en</strong> <strong>jonger<strong>en</strong></strong> blijv<strong>en</strong> bevrag<strong>en</strong>. De gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> door leerkracht<strong>en</strong><br />

verwerkt.<br />

Het JBI verwijst naar e<strong>en</strong> beginbeeld van e<strong>en</strong> <strong>jonger<strong>en</strong></strong>, waardoor het natuurlijk slechts e<strong>en</strong><br />

mom<strong>en</strong>topname is. Het blijft dus belangrijk zicht te hebb<strong>en</strong> hoe leerling<strong>en</strong> de klassituatie belev<strong>en</strong>.<br />

Doorgaan met leerling<strong>en</strong> bevrag<strong>en</strong> via vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfevaluatie blijft belangrijk.<br />

Tweemaandelijks leerling<strong>en</strong> bevrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> het lesaanbod afstemm<strong>en</strong> op de conclusies van de<br />

tuss<strong>en</strong>tijdse bevraging<strong>en</strong> <strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong> bij hun leerling<strong>en</strong>.<br />

De gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> gebruikt door de leerkracht<strong>en</strong> om hun less<strong>en</strong> beter te kunn<strong>en</strong> opbouw<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> systematisch bevrag<strong>en</strong>. De gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> door leerling<strong>en</strong> verwerkt via e<strong>en</strong> portfolio.<br />

Je kan de gegev<strong>en</strong>s van het JBI <strong>en</strong> vervolgbevraging<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> bijhoud<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> portfolio. Vanuit de<br />

portfolio groeit er dan e<strong>en</strong> nauwere betrokk<strong>en</strong>heid van leerling<strong>en</strong> bij hun leertraject.<br />

Leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verantwoordelijk gemaakt voor het uitbouw<strong>en</strong> van hun portfolio <strong>en</strong> voor het in<br />

kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van hun leerproces <strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong>. Het JBI geeft e<strong>en</strong> beginbeeld van waaruit<br />

vertrokk<strong>en</strong> wordt. Het portfolio geeft de verdere evolutie weer.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

3


Kwaliteitsbewaking<br />

Het JBI <strong>en</strong> vervolgbevraging<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderdeel van het evaluatieluik van leerling<strong>en</strong>.<br />

Het JBI <strong>en</strong> vervolgbevraging<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> onderdeel van e<strong>en</strong> interne kwaliteitscyclus waarmee de<br />

school zichzelf evalueert <strong>en</strong> bijstuurt.<br />

Het JBI wordt ingeschrev<strong>en</strong> in het schoolbeleid waarin tal<strong>en</strong>tontwikkeling c<strong>en</strong>traal staat <strong>en</strong> waar<br />

opvolg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal staan.<br />

Misschi<strong>en</strong> zie je zelf nog andere suggesties:<br />

...<br />

...<br />

Op niveau van de klas <strong>en</strong> de leerkracht (microniveau)<br />

Aangepast aanbod (zie ook algem<strong>en</strong>e tips)<br />

Op basis van de JBI-gegev<strong>en</strong>s wordt er e<strong>en</strong> aanbod uitgewerkt waarbij leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> verder<br />

bouw<strong>en</strong> op waar ze staan. We suggerer<strong>en</strong> zeer uitdrukkelijk dat dit niet <strong>en</strong>kel remediër<strong>en</strong>d mag <strong>en</strong><br />

kan zijn maar ook moet verder bouw<strong>en</strong> op aanwezige compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Het is belangrijk<br />

– vooral voor leerling<strong>en</strong> die het moeilijker hebb<strong>en</strong> – dat er eerst e<strong>en</strong> positief zelfbeeld wordt opgebouwd<br />

vooraleer er geremedieerd wordt. E<strong>en</strong> leerling moet zich goed voel<strong>en</strong>, klaar voel<strong>en</strong> om aan<br />

het schooljaar te beginn<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> sterk zelfbeeld gev<strong>en</strong> immers minder makkelijk<br />

op.<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> van aangepast aanbod<br />

Less<strong>en</strong> die vertrekk<strong>en</strong> vanuit aanwezige k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> (leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong><br />

er e<strong>en</strong> bijdrage in). De leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoek sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong> waarrond gewerkt wordt; leerling<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> aanreik<strong>en</strong>; leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> del<strong>en</strong> van de les br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, ... De aanwezige<br />

k<strong>en</strong>nis wordt dus b<strong>en</strong>ut in het gev<strong>en</strong> van de les.<br />

Less<strong>en</strong> die stilstaan bij de voorkeur<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong>. Als 30% van de klas ge<strong>en</strong> goede ervaring<br />

heeft met e<strong>en</strong> bepaald vak, kan het nuttig zijn zich af te vrag<strong>en</strong> hoe dat komt <strong>en</strong> wat er verbeterd<br />

kan word<strong>en</strong>. Wie weet zi<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> zelf mogelijkhed<strong>en</strong> om de interesse voor het vak te vergrot<strong>en</strong>.<br />

Less<strong>en</strong> die stil staan bij de interesses van leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarop verder bouw<strong>en</strong>. Er wordt gezocht<br />

hoe de interesse van de leerling<strong>en</strong> kan aansluit<strong>en</strong> bij wat er moet gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Soms vergt dit<br />

e<strong>en</strong> andere chronologische behandeling van onderwerp<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het less<strong>en</strong>pakket maar het loont<br />

zeker de moeite want leerling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> meer motivatie ton<strong>en</strong>.<br />

Groepswerk waarbij de groep<strong>en</strong> heteroge<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gesteld vanuit de bevinding<strong>en</strong> van het JBI,<br />

waar tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> roll<strong>en</strong> vanuit het JBI-observaties word<strong>en</strong> verdeeld.<br />

Less<strong>en</strong> waarin keuzemogelijkhed<strong>en</strong> bij opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingebouwd die aansluit<strong>en</strong> bij het JBIgegev<strong>en</strong>s.<br />

Less<strong>en</strong> die per klasgroep op zoek gaan hoe leerling<strong>en</strong> maximaal kunn<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vanuit<br />

de bevinding<strong>en</strong> van de JBI-gegev<strong>en</strong>s. Met andere woord<strong>en</strong> gerichte afstemming op de specifieke<br />

groep van leerling<strong>en</strong> (ook al is dit verschill<strong>en</strong>d voor parallelklass<strong>en</strong>).<br />

Compet<strong>en</strong>tiegericht evaluer<strong>en</strong>.<br />

Het JBI inspireert om op e<strong>en</strong> andere manier te gaan evaluer<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> het JBI word<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiegericht<br />

geëvalueerd. Misschi<strong>en</strong> will<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal leerkracht<strong>en</strong> verder gaan op dit spoor. Op de<br />

website van het <strong>Steunpunt</strong>gok (www.steunpuntgok.be) vind<strong>en</strong> ze daar verdere inspiratie.<br />

Participatief werk<strong>en</strong>. Het JBI betrekt leerling<strong>en</strong> in de bevraging <strong>en</strong> stimuleert de zelfreflectie <strong>en</strong> de<br />

zelfevaluatie. Misschi<strong>en</strong> inspireert het leerkracht<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> participatief leerklimaat uit te bouw<strong>en</strong>.<br />

Misschi<strong>en</strong> zie je zelf nog andere suggesties. Geef ze hieronder weer:<br />

...<br />

...<br />

...<br />

...<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

4


1.2 HOe zeT Je leerlIng<strong>en</strong> aan HeT werk na afname van HeT JBI<br />

Het JBI s<strong>en</strong>sibiliseert leerling<strong>en</strong> na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> waar hun sterktes <strong>en</strong> zwaktes ligg<strong>en</strong> bij het begin van het<br />

secundair onderwijs. Het is belangrijk h<strong>en</strong> te blijv<strong>en</strong> betrekk<strong>en</strong> bij het overzicht houd<strong>en</strong> van hun evoluties.<br />

Dit kan op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> aanbod do<strong>en</strong> (al dan niet binn<strong>en</strong> 1 vak) waarin ze hun interesses kunn<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

Het aanbod biedt keuzemogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

Het aanbod verwijst naar eig<strong>en</strong> sterktes <strong>en</strong> interesses.<br />

Het aanbod sluit aan bij de bevinding<strong>en</strong> van het JBI.<br />

Het aanbod stimuleert het bewustmakingsproces van leerling<strong>en</strong>.<br />

Het aanbod is uitnodig<strong>en</strong>d.<br />

Het geheel wordt participatief opgebouwd.<br />

Leerling<strong>en</strong> uitnodig<strong>en</strong> e<strong>en</strong> (tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>)portfolio bij te houd<strong>en</strong>.<br />

In de portfolio word<strong>en</strong> hun evoluties in kaart gebracht; waar b<strong>en</strong> ik goed in?<br />

In de portfolio word<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> uitg<strong>en</strong>odigd te reflecter<strong>en</strong> over hun leerproces.<br />

Leerling<strong>en</strong> drag<strong>en</strong> zelf verantwoordelijkheid over de invulling van de portfolio.<br />

Leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> keuzes in functie van hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Er wordt ruimte gemaakt waarin leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> inbr<strong>en</strong>g kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> om voorstell<strong>en</strong> te formuler<strong>en</strong> waarrond verder gewerkt kan word<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> om inhoud<strong>en</strong> zelf vorm te gev<strong>en</strong>.<br />

Er is e<strong>en</strong> periode waarin het aanbod <strong>en</strong> de uitwerking ervan participatief verloopt.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

5


1.3 algem<strong>en</strong>e TIpS rOnd afSTemmIng Op leernOd<strong>en</strong> (dIe Je vIa HeT JBI B<strong>en</strong>T Te weT<strong>en</strong><br />

gekOm<strong>en</strong>).<br />

Hieronder e<strong>en</strong> aantal algem<strong>en</strong>e tips die help<strong>en</strong> in te spel<strong>en</strong> op de tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing<br />

te houd<strong>en</strong> met de <strong>jonger<strong>en</strong></strong> die de school binn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Het verwijst naar e<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tiële basishouding<br />

waarbinn<strong>en</strong> leerkracht<strong>en</strong> (<strong>en</strong> de school) kunn<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> betere afstemming tuss<strong>en</strong> het aanbod<br />

<strong>en</strong> wat leerling<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> nodig te hebb<strong>en</strong>.<br />

In dit kader is het belangrijk op te merk<strong>en</strong> dat er niet <strong>en</strong>kel remediër<strong>en</strong>d mag <strong>en</strong> kan gedacht word<strong>en</strong>.<br />

Remediër<strong>en</strong> vertrekt immers van het feit dat leerling<strong>en</strong> tekort<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft het risico dat we leerling<strong>en</strong><br />

uiteindelijk <strong>en</strong>kel beperkt zi<strong>en</strong> vanuit hun tekort<strong>en</strong>. Het risico van e<strong>en</strong> focus op het negatieve is dat<br />

leerling<strong>en</strong> gaan afhak<strong>en</strong>.<br />

We will<strong>en</strong> pleit<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> fundam<strong>en</strong>telere aanpak waarin er vooral prev<strong>en</strong>tief gewerkt wordt door ‘goed<br />

onderwijs’ vorm te gev<strong>en</strong>. Goed onderwijs betek<strong>en</strong>t leerling<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitdag<strong>en</strong> met de bedoeling<br />

leerling<strong>en</strong> gemotiveerd te krijg<strong>en</strong>. De eerste stap in elke aanpak is het werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> positief zelfbeeld.<br />

Leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> vooral het gevoel krijg<strong>en</strong> dat het kan, dat het zal lukk<strong>en</strong>. Pas nadat de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

positief zelfbeeld hebb<strong>en</strong>, kan je focuss<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> remediër<strong>en</strong>de aanpak.<br />

De opsomming van volg<strong>en</strong>de algem<strong>en</strong>e tips heeft vooral te mak<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> mediër<strong>en</strong>d aanbod (prev<strong>en</strong>tief<br />

<strong>en</strong> vóór het remediër<strong>en</strong>de) waarin leerling<strong>en</strong> zichzelf motiver<strong>en</strong> –waarin leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemotiveerd-<br />

om verdere stapp<strong>en</strong> te zett<strong>en</strong>. Heel wat kansarm<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> achtergesteld op de arbeidsmarkt niet omdat<br />

ze de taal niet beheers<strong>en</strong> maar vooral omdat ze het al erg lang geled<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> opgegev<strong>en</strong>. Ze gelov<strong>en</strong> er<br />

niet meer in, ze zijn niet meer strijdvaardig, ondernem<strong>en</strong>d, gemotiveerd. Dit proces moet<strong>en</strong> we binn<strong>en</strong> onderwijs<br />

prober<strong>en</strong> om te ker<strong>en</strong> door kansarm<strong>en</strong> sterker te mak<strong>en</strong> inzake motivatie, strijdvaardigheid, geloof<br />

in eig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, ondernemingszin <strong>en</strong> dergelijke meer. Het Het JBI kan daarin e<strong>en</strong> eerste aanzet zijn.<br />

Ess<strong>en</strong>tieel <strong>en</strong> primair voor goed functioner<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>d leer- <strong>en</strong> leefklimaat waarbij leerling<strong>en</strong> zich<br />

veilig, gerespecteerd <strong>en</strong> gewaardeerd voel<strong>en</strong>. Als er respect <strong>en</strong> communicatie is, dan pas is ondersteun<strong>en</strong>,<br />

mediër<strong>en</strong> <strong>en</strong> remediër<strong>en</strong> mogelijk.<br />

Binn<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> klas<br />

Werk mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>, veilige, aang<strong>en</strong>ame <strong>en</strong> motiver<strong>en</strong>de sfeer in de (klas)groep<br />

Ler<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> groep veronderstelt dat er binn<strong>en</strong> de groep ge<strong>en</strong> hinderlijke spanning<strong>en</strong> zijn. Het moet<br />

e<strong>en</strong> plaats word<strong>en</strong> waarin iedere<strong>en</strong> zichzelf kan zijn <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> angst heeft om vrag<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> of fout<strong>en</strong><br />

te mak<strong>en</strong>. Het moet e<strong>en</strong> plaats zijn waar er tijd wordt gemaakt voor de leerling als persoon. Als leerling<strong>en</strong><br />

zich als persoon gerespecteerd voel<strong>en</strong>, is er plots veel meer mogelijk. Het komt er heel vaak op<br />

neer dat je <strong>jonger<strong>en</strong></strong> ‘vertrouw<strong>en</strong>’ moet gev<strong>en</strong>, dat je erin gelooft dat het goed komt, dat je vooral bevestiging<br />

geeft <strong>en</strong> ondersteuning. Volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> zijn tev<strong>en</strong>s belangrijk: hoe belev<strong>en</strong> deze <strong>jonger<strong>en</strong></strong><br />

deze les? Waar zijn ze nu mee bezig? Hoe kom<strong>en</strong> ze binn<strong>en</strong>? ...”<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

werk<strong>en</strong> aan wederzijds respect: leerkracht respecteert leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> respecter<strong>en</strong> de<br />

leerkracht;<br />

respectvol omgaan tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> onderling bevorder<strong>en</strong> <strong>en</strong> regelmatig besprek<strong>en</strong>;<br />

oog hebb<strong>en</strong> voor de beleving van <strong>jonger<strong>en</strong></strong> rond de thema’s die je binn<strong>en</strong> je vak behandeldt;<br />

oog hebb<strong>en</strong> voor wat <strong>jonger<strong>en</strong></strong> bezig houdt;<br />

oog hebb<strong>en</strong> voor de inkleding (kadering) van je les;<br />

zorg<strong>en</strong> dat leerling<strong>en</strong> zichzelf kunn<strong>en</strong> zijn;<br />

leerling<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>;<br />

gelov<strong>en</strong> in elke leerling, altijd, altijd, altijd opnieuw;<br />

leerling<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>;<br />

klimaat schepp<strong>en</strong> waarin fout<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> normaal is <strong>en</strong> onderdeel is van het leerproces;<br />

jezelf zijn als leerkracht;<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

6


er zijn voor de leerling<strong>en</strong>;<br />

humor mag <strong>en</strong> is bevorderlijk voor de sfeer;<br />

...<br />

Aanpass<strong>en</strong> aan de mogelijkhed<strong>en</strong> van de <strong>jonger<strong>en</strong></strong><br />

Afstemm<strong>en</strong> op de leernod<strong>en</strong> is uiteraard cruciaal. Het onderzoek van Luc Stev<strong>en</strong>s (2003, 2004) bracht<br />

aan het licht dat <strong>jonger<strong>en</strong></strong> heel graag will<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> bij het begin van het secundair onderwijs. Maar ze<br />

kunn<strong>en</strong> met hun leervrag<strong>en</strong> vaak niet bij de leerkracht<strong>en</strong> terecht. De leerkracht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zo weinig<br />

tijd omdat ze vooral bezig zijn met het realiser<strong>en</strong> van hun leerprogramma <strong>en</strong> daardoor hun leerling<strong>en</strong><br />

soms niet meer zi<strong>en</strong> met hun leervrag<strong>en</strong>. Onderwijs op maat veronderstelt e<strong>en</strong> aanbod dat aangepast<br />

is aan de mogelijkhed<strong>en</strong> van de <strong>jonger<strong>en</strong></strong>.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> snel.<br />

Het is belangrijk kans<strong>en</strong> te schepp<strong>en</strong> door in het aanbod differ<strong>en</strong>tiatie naar tempo in te bouw<strong>en</strong>.<br />

Het makkelijkst kan dit door e<strong>en</strong> onderscheid te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> verplichte <strong>en</strong> keuzeoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Als<br />

er voldo<strong>en</strong>de keuzeoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> kan het verschil in tempo geruisloos word<strong>en</strong><br />

opgevang<strong>en</strong>.<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dezelfde interesses.<br />

Het loont de moeite om te invester<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aanbod dat rek<strong>en</strong>ing houdt met de verschill<strong>en</strong> naar<br />

belangstelling (bijvoorbeeld via projectwerk of taakgestuurd onderwijs). E<strong>en</strong>zelfde vaardigheid<br />

of e<strong>en</strong>zelfde inhoud (e<strong>en</strong>zelfde compet<strong>en</strong>tie) kan immers aan verschill<strong>en</strong>de topics opgehang<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Het ophang<strong>en</strong> aan de specifieke belangstelling van leerling<strong>en</strong> versterkt het effect van het<br />

onderwijs.<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dezelfde tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Differ<strong>en</strong>tiatie naar de specifieke tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> (bijvoorbeeld CLIM methodiek<strong>en</strong>) creëert<br />

kans<strong>en</strong> op beter onderwijs.<br />

De sterktes van leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gebruikt word<strong>en</strong> bij het opbouw<strong>en</strong> van de les. Het is zonde als<br />

bepaalde mogelijkhed<strong>en</strong> van bepaalde leerling<strong>en</strong> – niet b<strong>en</strong>ut zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> op dezelfde manier.<br />

Er zijn verschill<strong>en</strong> in leerstijl<strong>en</strong>. In de regel bevordert het onderwijs e<strong>en</strong>zijdig de abstracte, talige<br />

d<strong>en</strong>kers. Do<strong>en</strong>ers, beeldd<strong>en</strong>kers <strong>en</strong> andere kom<strong>en</strong> te weinig aan bod. Onderwijs kan kans<strong>en</strong><br />

schepp<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de leerstijl<strong>en</strong> door te variër<strong>en</strong> in manier<strong>en</strong> waarop instructie wordt<br />

gegev<strong>en</strong>. Het is vooral belangrijk veel afwisseling in te bouw<strong>en</strong>: afwisseling tuss<strong>en</strong> klassikaal -<br />

individueel - groep; talig versus beeld<strong>en</strong>d aanbod; visueel versus auditief; zelfontdekk<strong>en</strong>d versus<br />

begeleid; ... ).<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong> via dezelfde werkvorm<strong>en</strong>.<br />

Door variatie in te bouw<strong>en</strong> zal de motivatie van de meeste leerling<strong>en</strong> gestimuleerd word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong>zijdig<br />

werk<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> beperkt aanbod van werkvorm<strong>en</strong> zorgt voor “afhak<strong>en</strong>”. Onderwijs di<strong>en</strong>t op<br />

zoek te gaan naar variatie in werkvorm<strong>en</strong>. Het is belangrijk af te wissel<strong>en</strong> bij het werk<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong>:<br />

grote groep-kleine groep-individueel-groepswerk. Afwisseling in werkvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> organisatievorm<strong>en</strong>:<br />

klassikaal, hoek<strong>en</strong>werk, contractwerk, probleem- <strong>en</strong> taakgestuurd, zelfstandig, begeleid,<br />

instructiegericht ...<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dezelfde ondersteuning nodig.<br />

Variatie in manier<strong>en</strong> waarop ondersteuning <strong>en</strong> begeleiding wordt gegev<strong>en</strong> moet afgestemd word<strong>en</strong><br />

op de leernod<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>. Begeleiding <strong>en</strong> ondersteuning kan variër<strong>en</strong> van ge<strong>en</strong> tot zeer<br />

beknopt naar zeer uitgebreid; van zeer concreet tot zeer abstract; al do<strong>en</strong>de of verbaal; met audiovisuele<br />

ondersteuning of zakelijk; zelfinstructie of geleide instructie.<br />

We gaan er vanuit dat binn<strong>en</strong> elke groep leerling<strong>en</strong> er vaak vier types van leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Groep 1 zijn leerling<strong>en</strong> die de leerstof zeer makkelijk opnem<strong>en</strong> <strong>en</strong> meestal<br />

ge<strong>en</strong> instructie nodig hebb<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> onmiddellijk start<strong>en</strong> met de toepassing<strong>en</strong> <strong>en</strong> het mak<strong>en</strong><br />

van (uitdag<strong>en</strong>de) oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Groep 2 kan na e<strong>en</strong> instructie van de leerkracht aan de slag met<br />

de oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Groep 3 heeft ondersteuning nodig via de instructie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste begeleiding<br />

bij het mak<strong>en</strong> van de oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Groep 4 heeft bij instructie <strong>en</strong> oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> sterke (individuele)<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

7


ondersteuning nodig. Door deze verschill<strong>en</strong> te (h)erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> kan de leerkracht zijn ondersteuningsopdracht<br />

veel gerichter uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Groep 1 heeft af <strong>en</strong> toe e<strong>en</strong> schouderklopje nodig (bevestiging<br />

gev<strong>en</strong>); groep 4 moet bij de hand g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (bevestiging gev<strong>en</strong>; inhoudelijke ondersteuning;<br />

stimuler<strong>en</strong> van oplossinggerichte vaardighed<strong>en</strong>; ..). Groep 1 kan groep 3 ondersteun<strong>en</strong> <strong>en</strong>zovoort.<br />

(Voor alle duidelijkheid dit zijn ge<strong>en</strong> vaste groep<strong>en</strong> — in de zin dat leerling<strong>en</strong> altijd in groep 4<br />

vast zitt<strong>en</strong> — maar steeds wissel<strong>en</strong>de groep <strong>en</strong> afhankelijk van de compet<strong>en</strong>tie die c<strong>en</strong>traal staat.<br />

Het zou best kunn<strong>en</strong> dat leerling<strong>en</strong> voor bepaalde opdracht<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ondersteuning nodig hebb<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> voor andere dan weer wel.)<br />

Niet alle leerling<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> dezelfde leerstrategieën.<br />

Onderwijs kan oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> waarin verschill<strong>en</strong>de oplossingstrategieën kunn<strong>en</strong> gebruikt<br />

word<strong>en</strong> om het probleem aan te pakk<strong>en</strong>. Meestal zijn dergelijke oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> ook realistischer (uit<br />

het lev<strong>en</strong> gegrep<strong>en</strong>).<br />

De afstemming op de mogelijkhed<strong>en</strong> van de <strong>jonger<strong>en</strong></strong> kan via talrijke weg<strong>en</strong>. We gev<strong>en</strong> er nog e<strong>en</strong><br />

paar extra:<br />

via variatie in oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>/opdracht<strong>en</strong>;<br />

via het betrekk<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong> bij de les;<br />

via verschill<strong>en</strong>de methodiek<strong>en</strong>;<br />

via het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van de diversiteit van <strong>jonger<strong>en</strong></strong> (ze lat<strong>en</strong> vertell<strong>en</strong> over hun ervaring<strong>en</strong>, hun<br />

voork<strong>en</strong>nis, ze lat<strong>en</strong> lesgev<strong>en</strong>, ze aan het werk zett<strong>en</strong>..);<br />

via heteroge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde groep<strong>en</strong>;<br />

Initiatiev<strong>en</strong> vanuit leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kans gev<strong>en</strong><br />

We hebb<strong>en</strong> al gesteld dat het werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> positief zelfbeeld belangrijk is. Dit kan je uiteraard <strong>en</strong>kel<br />

bewerkstellig<strong>en</strong> door leerling<strong>en</strong> maximaal te betrekk<strong>en</strong>. Met andere woord<strong>en</strong> ze moet<strong>en</strong> zelf ook<br />

kans<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> om initiatiev<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>.<br />

Het JBI vraagt naar eig<strong>en</strong> interesse <strong>en</strong> wil eig<strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> naar bov<strong>en</strong> hal<strong>en</strong>. Het is dan ook logisch dat<br />

het aanbod van de school deze tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> terug probeert naar bov<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong> <strong>en</strong> kans<strong>en</strong> aanbiedt om ze<br />

verder te lat<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Ook hiervoor zull<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> mot<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> om initiatiev<strong>en</strong> op te<br />

zett<strong>en</strong>.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

leerling<strong>en</strong> zelf onderwerp<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>;<br />

leerling<strong>en</strong> soms zelf les lat<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>;<br />

leerling<strong>en</strong> inspraak gev<strong>en</strong> op belangrijke thema’s (ook bij evaluatie);<br />

leerling<strong>en</strong> iets op basis van belangstelling lat<strong>en</strong> uitdiep<strong>en</strong>;<br />

regelmatig keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>;<br />

..<br />

Vanuit de leefwereld van <strong>jonger<strong>en</strong></strong> werk<strong>en</strong><br />

Aansluit<strong>en</strong> bij de leefwereld van <strong>jonger<strong>en</strong></strong> verhoogt het effect van het onderwijs. Leerling<strong>en</strong> prat<strong>en</strong><br />

vaak al Engels nog voor ze in de secundaire school binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>. De vraag is bijgevolg: “Hoe kan de<br />

leerkracht daar maximaal gebruik van mak<strong>en</strong>?“<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

de leefwereld van games <strong>en</strong> computers me<strong>en</strong>em<strong>en</strong> in de klas;<br />

de leefwereld van chatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> sms’<strong>en</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong>;<br />

aansluit<strong>en</strong> bij de spontane interesse van leerling<strong>en</strong>;<br />

aansluit<strong>en</strong> bij actuele gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> <strong>en</strong> thema's;<br />

aansluit<strong>en</strong> bij wat leerling<strong>en</strong> die dag bezig houd<strong>en</strong>;<br />

aansluit<strong>en</strong> bij wat leerling<strong>en</strong> al k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;<br />

de specialist<strong>en</strong> in de klas betrekk<strong>en</strong>;<br />

de dagelijkse realiteit in de klas br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>;<br />

lesonderwerp<strong>en</strong> zinvol, betek<strong>en</strong>isvol <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>secht mak<strong>en</strong> vanuit het perspectief van de<br />

leerling<strong>en</strong>;<br />

...<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

8


Jonger<strong>en</strong> actief aan het werk zett<strong>en</strong><br />

Zelf aan de slag gaan is motiver<strong>en</strong>d <strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong>d. Het biedt kans<strong>en</strong> om inzicht<strong>en</strong> te ontdekk<strong>en</strong>,<br />

verband<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>, problem<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis te construer<strong>en</strong>. Leerpsychologisch komt<br />

er steeds meer aandacht te ligg<strong>en</strong> op het werk<strong>en</strong> met uitdag<strong>en</strong>de opdracht<strong>en</strong> waarbij leerling<strong>en</strong> eerst<br />

zelfstandig in groep aan de slag gaan; sam<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong>, ideeën <strong>en</strong> oplossingstrategieën uitwissel<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de leerkracht de leerstof opbouw<strong>en</strong>. Het traditionele leermodel: eerst instructie dan pas<br />

inoef<strong>en</strong>ing is niet de <strong>en</strong>ige werkvorm. Leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> steeds meer <strong>en</strong> steeds uitdrukkelijker <strong>en</strong><br />

sneller aan het werk gezet om sam<strong>en</strong> tot inzicht<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

leerling<strong>en</strong> zelf material<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> als vorm van instructie;<br />

experim<strong>en</strong>teerruimte voorzi<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitbouw<strong>en</strong>. Experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> met allerlei material<strong>en</strong>, tekst<strong>en</strong>, ...;<br />

exploreerruimte uit bouw<strong>en</strong>. Verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van material<strong>en</strong>, tekst<strong>en</strong>,..;<br />

nieuwe leerstof eerst zelf lat<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;<br />

leerling<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>;<br />

uitdag<strong>en</strong>de opdracht<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong>;<br />

leerling<strong>en</strong> op stap lat<strong>en</strong> gaan, ook buit<strong>en</strong> de klas;<br />

vorm<strong>en</strong> van zelfinstructie uit werk<strong>en</strong>;<br />

probleemtak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> waarbij verschill<strong>en</strong>de oplossing<strong>en</strong> mogelijk zijn. Laat h<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> discussiër<strong>en</strong> waarom ze gekoz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor die bepaalde strategie;<br />

werk<strong>en</strong> met variatie in tak<strong>en</strong>: studietak<strong>en</strong>, strategietak<strong>en</strong>, probleemtak<strong>en</strong>, toepassingtak<strong>en</strong>,<br />

discussietak<strong>en</strong>, ... .<br />

...<br />

Sam<strong>en</strong> met andere collega’s<br />

Wissel regelmatig ervaring<strong>en</strong> uit met mekaar<br />

Veranderingsprocess<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> school hebb<strong>en</strong> maar kans op slag<strong>en</strong> als ze gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door<br />

e<strong>en</strong> grote groep van leerkracht<strong>en</strong>. Dit kan maar gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als er regelmatig overleg is zodat<br />

de leerkracht<strong>en</strong> het gevoel hebb<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> te zijn bij wat er gebeurt. Er is trouw<strong>en</strong>s heel veel<br />

deskundigheid binn<strong>en</strong> elke school <strong>en</strong> het is zonde deze deskundigheid niet te del<strong>en</strong> met collega’s.<br />

Ook binn<strong>en</strong> veranderingsprocess<strong>en</strong> (<strong>en</strong> we zitt<strong>en</strong> altijd in veranderingsprocess<strong>en</strong>) is het bijzonder<br />

inspirer<strong>en</strong>d mekaars succesverhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> bed<strong>en</strong>king<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> del<strong>en</strong>.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

maak duidelijk hoe jij het aanpakt;<br />

bespreek vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> met mekaar;<br />

zoek naar mogelijkhed<strong>en</strong> om betere afstemming te vind<strong>en</strong> op wat leerling<strong>en</strong> nodig hebb<strong>en</strong>;<br />

spreek af om ook zak<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk aan te pakk<strong>en</strong> zodat het praktisch <strong>en</strong> organisatorisch<br />

makkelijker wordt;<br />

maak e<strong>en</strong> planning op <strong>en</strong> ga er flexibel mee om;<br />

..<br />

E<strong>en</strong> inspirator<br />

In elke groep heb je m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die voorop lop<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ander<strong>en</strong> inspirer<strong>en</strong>. Het is belangrijk binn<strong>en</strong> het<br />

team e<strong>en</strong> aanspreekpunt te hebb<strong>en</strong>.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

één (of meerdere) leerkracht<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> het voortouw om regelmatig sam<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong><br />

uit te wissel<strong>en</strong>;<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

9


de inspirator geeft regelmatig kleine suggesties <strong>en</strong> tips waarop de ander<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> verder<br />

bouw<strong>en</strong>;<br />

de inspirator krijgt de kans zich te verdiep<strong>en</strong> in de thematiek <strong>en</strong> neemt e<strong>en</strong> voortrekkersrol op.<br />

Naar e<strong>en</strong> schoolvisie<br />

Het JBI verwijst naar e<strong>en</strong> manier van d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> die door de hele groep zou moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Het heeft minder effect als het gedrag<strong>en</strong> wordt door e<strong>en</strong> beperkte groep van leerkracht<strong>en</strong>. De<br />

onderligg<strong>en</strong>de visie van het JBI wordt best meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de schoolvisie.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

probeer de manier van werk<strong>en</strong> te integrer<strong>en</strong> in de schoolvisie zodat het ge<strong>en</strong> geïsoleerde keuze<br />

is;<br />

zorg dat de visie door voldo<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> wordt;<br />

zoek naar verdere concretisering van deze visie binn<strong>en</strong> de schoolwerking.<br />

Betrek ouders bij de werking<br />

Het JBI verzamelt informatie over het functioner<strong>en</strong> van <strong>jonger<strong>en</strong></strong>. Met de ouders erbij wordt het beeld<br />

vervolledigd.<br />

Aandachtspunt<strong>en</strong><br />

informeer ouders over de manier van werk<strong>en</strong>;<br />

bevraag ouders over de tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van hun kinder<strong>en</strong>;<br />

zorg voor maximale informatiedoorstroom;<br />

betrek ouders in bepaalde discussies.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

10


1.4 Te dO<strong>en</strong> <strong>en</strong> Te laT<strong>en</strong><br />

te do<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> aan het werk zett<strong>en</strong> rond tak<strong>en</strong> met de bedoeling het zelfstandig werk<strong>en</strong> te bevorder<strong>en</strong><br />

zodat ze eig<strong>en</strong> acc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> met elkaar lat<strong>en</strong> prat<strong>en</strong> over manier<strong>en</strong> waarop ze opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong> zodat ze<br />

zicht krijg<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de aanpakstrategieën.<br />

Leerling<strong>en</strong> feedback gev<strong>en</strong> op manier<strong>en</strong> waarop ze te werk gaan bij het aanpakk<strong>en</strong> van tak<strong>en</strong> zodat<br />

leerling<strong>en</strong> zicht krijg<strong>en</strong> op waar ze staan.<br />

Groepswerk inbouw<strong>en</strong> waarbij er duidelijke taakafsprak<strong>en</strong> zijn binn<strong>en</strong> de groep.<br />

Soepele afwisseling inbouw<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> individueel werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> in groepjes werk<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> keuzemogelijkhed<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> zodat ze sommige (onderdel<strong>en</strong> van) tak<strong>en</strong> niet hoev<strong>en</strong> op<br />

te loss<strong>en</strong>.<br />

Verschill<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> tegelijkertijd aanbied<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> doorschuifsysteem.<br />

Verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> van tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> waarbij verschill<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong><br />

( technische vaardighed<strong>en</strong>, communicatieve vaardighed<strong>en</strong>, logisch d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, …).<br />

In de manier waarop je instructie geeft, rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de leerstijl<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong>.<br />

In de voorbeeld<strong>en</strong> die je geeft, aansluiting zoek<strong>en</strong> bij de leefwereld van de <strong>jonger<strong>en</strong></strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> medeverantwoordelijk mak<strong>en</strong> over verschill<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong> van wat er gebeurt in de klas.<br />

Leerling<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong> op wat ze zeer goed kunn<strong>en</strong> <strong>en</strong> h<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> daar iets rond te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> naar de<br />

andere leerling<strong>en</strong>.<br />

Zoek<strong>en</strong> naar praktische vertaling<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de school van datg<strong>en</strong>e wat er binn<strong>en</strong> de<br />

school geleerd wordt.<br />

Gesprekk<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> over de beleving<strong>en</strong> van <strong>jonger<strong>en</strong></strong> bij je vak of bij het aanbod. Stilstaan bij hoe leerling<strong>en</strong><br />

zich voel<strong>en</strong>.<br />

Mogelijkhed<strong>en</strong> tot ontdekk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong>.<br />

Mogelijkhed<strong>en</strong> tot uitdieping voorzi<strong>en</strong>.<br />

Mogelijkhed<strong>en</strong> tot individuele begeleiding voorzi<strong>en</strong> <strong>en</strong> plann<strong>en</strong>.<br />

Werk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> gediffer<strong>en</strong>tieerd aanbod waarbij leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> instructie te volg<strong>en</strong><br />

of onmiddellijk over te gaan tot het uitvoer<strong>en</strong> van de opdracht.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

11


te lat<strong>en</strong><br />

Werk<strong>en</strong> met vaste niveaugroep<strong>en</strong> om differ<strong>en</strong>tiatie mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />

Werk<strong>en</strong> met lange instructiemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Doorgaan terwijl duidelijk is dat leerling<strong>en</strong> met heel andere zak<strong>en</strong> bezig zijn.<br />

Aan leerling<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> dat je niet geloof in hun mogelijkhed<strong>en</strong> om het tot e<strong>en</strong> goed einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Klass<strong>en</strong> met elkaar vergelijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat de <strong>en</strong>e klas toch duidelijk prettiger is om in te werk<strong>en</strong><br />

dan de andere.<br />

De instructie <strong>en</strong> de toepassingsoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> altijd voor iedere<strong>en</strong> op dezelfde manier lat<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong>.<br />

De less<strong>en</strong> altijd volg<strong>en</strong>s id<strong>en</strong>tiek hetzelfde strami<strong>en</strong> uitbouw<strong>en</strong>.<br />

Op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel mom<strong>en</strong>t differ<strong>en</strong>tiër<strong>en</strong> naar tempo, belangstelling of complexiteit.<br />

Evaluatie gebruik<strong>en</strong> als ultiem drukmiddel om leerling<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> je less<strong>en</strong>.<br />

Jezelf beter voel<strong>en</strong> dan de rest <strong>en</strong> niet zoek<strong>en</strong> naar de steun van collega’s om sam<strong>en</strong> iets te bouw<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

12


1.5 TIpS rOnd werk<strong>en</strong> rOnd SpecIfIeke cOmpeT<strong>en</strong>TIeS<br />

Zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>tIes<br />

Over zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties moet je ge<strong>en</strong> les gev<strong>en</strong>; je moet leerling<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> om zelfsturing<br />

te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Kans<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> om zelfstandig te werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ler<strong>en</strong>.<br />

Kans<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> om leerling<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze ook zelf te lat<strong>en</strong><br />

bewak<strong>en</strong>.<br />

Ondersteuning bied<strong>en</strong> bij het zelfstandig opnem<strong>en</strong> van tak<strong>en</strong>; help<strong>en</strong> in het groei<strong>en</strong> naar<br />

zelfsturing.<br />

Kans<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> om op eig<strong>en</strong> houtje te werk<strong>en</strong>.<br />

Complexe tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> om flexibel handel<strong>en</strong> uit te lokk<strong>en</strong>.<br />

Complexe tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> die onder werkdruk moet<strong>en</strong> tot stand kom<strong>en</strong> waarbij stressbest<strong>en</strong>digheid<br />

<strong>en</strong> nauwkeurigheid e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>.<br />

Zelfstur<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties kan je <strong>en</strong>kel realiser<strong>en</strong> door organisatievorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderwijsvorm<strong>en</strong> in te<br />

richt<strong>en</strong> die de leerling<strong>en</strong> aan het werk zett<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbij leerling<strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.<br />

Zelfsturing kan je maar aanler<strong>en</strong> door situaties te creër<strong>en</strong> waarin leerling<strong>en</strong> zichzelf moet<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bijstur<strong>en</strong>. De leerkracht kan wel in dergelijke situaties de zelfsturing ondersteun<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong><br />

We d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> hierbij aan volg<strong>en</strong>de organisatievorm<strong>en</strong>:<br />

contractwerk<br />

hoek<strong>en</strong>werk<br />

clim-methodiek<strong>en</strong><br />

taakgericht onderwijs<br />

probleemgestuurd onderwijs<br />

vorm<strong>en</strong> van PAV<br />

projectwerk<br />

...<br />

voorbeeld 1<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> 1 maal per maand de kans om zelf e<strong>en</strong> werkhoek in te richt<strong>en</strong> die aansluit bij de<br />

leerstof <strong>en</strong> waarin andere leerling<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> zijn verantwoordelijk voor<br />

de organisatie <strong>en</strong> de uitvoering van de opdracht<strong>en</strong> in de hoek<strong>en</strong>.<br />

voorbeeld 2<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> éénmaal per trimester de kans om zelf e<strong>en</strong> onderwerp binn<strong>en</strong> het vak uit te werk<strong>en</strong>.<br />

Ze mak<strong>en</strong> bij deze opdracht e<strong>en</strong> verslag <strong>en</strong> pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> het aan de groep. (De evaluatie gebeurt <strong>en</strong>kel<br />

over het onderdeel dat leerling<strong>en</strong> zelf hebb<strong>en</strong> uitgewerkt.)<br />

voorbeeld 3<br />

Leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> regelmatig zelfstandig in groep. Ze zijn daarbij als groep verantwoordelijk voor het<br />

bereik<strong>en</strong> van het gew<strong>en</strong>ste resultaat door alle groepsled<strong>en</strong>. Er heerst dus e<strong>en</strong> gedeelde verantwoordelijkheid<br />

waarbij er k<strong>en</strong>nis, ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> bronn<strong>en</strong> met elkaar moet<strong>en</strong> uitgewisseld word<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

13


leercompet<strong>en</strong>tIes<br />

Leercompet<strong>en</strong>ties verwijz<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> bewustwordingsproces van hoe de leerling<strong>en</strong> situaties b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht bekijkt bijgevolg eerst hoe leerling<strong>en</strong> de taak beleefd hebb<strong>en</strong>, hoe leerling<strong>en</strong> de aanpak<br />

zi<strong>en</strong>. Op basis van waar leerling<strong>en</strong> staan, kan er dan afgestemde feedback volg<strong>en</strong>.<br />

Leercompet<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> niet geleerd door te zegg<strong>en</strong> hoe er geleerd moet word<strong>en</strong>. Leercompet<strong>en</strong>ties<br />

word<strong>en</strong> geleerd door leerling<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> te gev<strong>en</strong> om problem<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> aan te<br />

pakk<strong>en</strong>.<br />

Het reflecter<strong>en</strong> over <strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> stil staan bij hoe er gewerkt werd, is het meest efficiënt.<br />

Dit veronderstelt dat er e<strong>en</strong> aangepast aanbod is.<br />

Tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> die vrag<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> creatieve aanpak.<br />

Tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> die vrag<strong>en</strong> om zelfstandig informatie te zoek<strong>en</strong>, te verwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verwerv<strong>en</strong>.<br />

Organisatievorm<strong>en</strong> hanter<strong>en</strong> waarbij <strong>jonger<strong>en</strong></strong> hun eig<strong>en</strong> werk kunn<strong>en</strong> plann<strong>en</strong>.<br />

Organisatievorm<strong>en</strong> hanter<strong>en</strong> waarbij <strong>jonger<strong>en</strong></strong> zelf aan de slag moet<strong>en</strong> om verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> op te<br />

zoek<strong>en</strong>.<br />

De zone van de naaste ontwikkeling aansprek<strong>en</strong> door de lat voldo<strong>en</strong>de hoog te legg<strong>en</strong> maar toch<br />

steeds binn<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> ‘springmogelijkhed<strong>en</strong>’.<br />

Niet alles volplann<strong>en</strong> voor de leerling<strong>en</strong> zodat ze zelf nog ruimte hebb<strong>en</strong> om te plann<strong>en</strong>, initiatief te<br />

nem<strong>en</strong>, ..<br />

Dit kan je <strong>en</strong>kel realiser<strong>en</strong> als je regelmatig tijd vrij maakt om te reflecter<strong>en</strong> over hoe zak<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

aangepakt. In de aanpak zijn achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s volg<strong>en</strong> de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> belangrijk:<br />

leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitdag<strong>en</strong>de taak;<br />

leerling<strong>en</strong> del<strong>en</strong> mee hoe ze rond de taak gewerkt hebb<strong>en</strong>;<br />

leerling<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong> hoe ze zelf –in vergelijking met ander<strong>en</strong>- de taak hebb<strong>en</strong> aangepakt;<br />

leerkracht geeft feedback op de reflectie;<br />

leerkracht ondersteunt de leerling op zijn werkpunt<strong>en</strong>.<br />

voorbeeld 1<br />

Los deze opgave op.<br />

Plaats de getall<strong>en</strong> 1 t.e.m. 9 in de tabel zodat ze horizontaal verticaal <strong>en</strong> diagonaal dezelfde som gev<strong>en</strong>.<br />

Hoe b<strong>en</strong> je tot de oplossing gekom<strong>en</strong>?<br />

Kan je nog andere oplossing<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>?<br />

Welke systematiek zit er achter je oplossing?<br />

voorbeeld 2<br />

Schrijf e<strong>en</strong> tekst van 1 bladzijde.<br />

Onderwerp: bepaal je zelf. Waarover wil je iets schrijv<strong>en</strong>? Het moet voor jezelf zinvol zijn.<br />

Inkleding: maak er ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong>ing bij.<br />

Zorg dat de tekst voor ander<strong>en</strong> goed begrijpbaar is.<br />

Zorg voor e<strong>en</strong> leuke lay-out.<br />

voorbeeld 3<br />

Laat leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderwerp uit je vak opzoek<strong>en</strong> op internet. Vraag h<strong>en</strong> minst<strong>en</strong>s drie verschill<strong>en</strong>de<br />

bronn<strong>en</strong> (sites) te raadpleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te vergelijk<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

14


socIale compet<strong>en</strong>tIes<br />

Sociale vaardighed<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar de manier waarop m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met mekaar omgaan. Jonger<strong>en</strong> gaan<br />

op zoek naar hun mogelijkhed<strong>en</strong> om sociale compet<strong>en</strong>ties te ontwikkel<strong>en</strong>. Om dit proces op gang te<br />

trekk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de groep jonge m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> nodig. Liefst zo heteroge<strong>en</strong> mogelijk. Dit maakt<br />

het alle<strong>en</strong> maar aantrekkelijker voor het verder ontwikkel<strong>en</strong> van sociale compet<strong>en</strong>ties. Want sociale<br />

compet<strong>en</strong>ties leer je juist in dit lev<strong>en</strong>sechte heterog<strong>en</strong>e klimaat. Homoge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde groep<strong>en</strong><br />

miss<strong>en</strong> vaak e<strong>en</strong> deel van de sociale realiteit. Maatschappelijk is het e<strong>en</strong> erg belangrijk thema want we<br />

zi<strong>en</strong> steeds minder verdraagzaamheid in het dagelijkse lev<strong>en</strong>. Onderwijs moet zich bijgevolg vrag<strong>en</strong><br />

stell<strong>en</strong> over hoe we de sociale compet<strong>en</strong>ties best tot ontwikkeling lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

In het aanbod kunn<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan bod kom<strong>en</strong>:<br />

Sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>, ook tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de klass<strong>en</strong>; later<br />

ook tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de richting<strong>en</strong>.<br />

Verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> groepswerk aanbied<strong>en</strong>. Vooral groepswerk waarin er e<strong>en</strong> wederzijdse afhankelijk<br />

is (je hebt mekaar echt nodig omdat het resultaat beter wordt door het in groep aan te pakk<strong>en</strong>)<br />

is voor het behal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> succesvol groepsresultaat is belangrijk.<br />

Vorm<strong>en</strong> van coöperatief ler<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong>. CLIM-methodiek<strong>en</strong> toepass<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de roll<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groep.<br />

Leerling<strong>en</strong> via roll<strong>en</strong>spel verschill<strong>en</strong>de roll<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> regelmatig lat<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong> over hun sociale vaardighed<strong>en</strong>.<br />

Sociale vaardighed<strong>en</strong> als onderwerp aan bod lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld sam<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong><br />

videofragm<strong>en</strong>t van politici, van voetballers, van de man in de straat <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> naar hun sociale vaardighed<strong>en</strong><br />

stell<strong>en</strong> vanuit het bekek<strong>en</strong> fragm<strong>en</strong>t.<br />

De verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> om het aanbod te verrijk<strong>en</strong> door bijvoorbeeld de uitwerking<br />

van e<strong>en</strong> taak vanuit de verschill<strong>en</strong>de aanpakstrategieën te besprek<strong>en</strong>, door leerling<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />

acc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> legg<strong>en</strong>, door groepswerk zodanig aan te bied<strong>en</strong> dat de verscheid<strong>en</strong>heid voor e<strong>en</strong><br />

ruimer resultaat zorgt, ...<br />

Om te vermijd<strong>en</strong> dat rond sociale compet<strong>en</strong>tie "schijngedrag" of "sociaal w<strong>en</strong>selijk gedrag" ontstaat,<br />

moet er werk gemaakt word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> sfeer van wederzijds respect <strong>en</strong> waardering. De stijl van de<br />

leerkracht is vooral rond het ontwikkel<strong>en</strong> van sociale compet<strong>en</strong>ties fundam<strong>en</strong>teel. Sociale compet<strong>en</strong>ties<br />

moet<strong>en</strong> vanuit de leerling<strong>en</strong> groei<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sfeer van op<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> echtheid.<br />

voorbeeld 1<br />

Geef feedback op hoe leerling<strong>en</strong> zich gedrag<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s groepswerk: hoe is hun communicatie? Hoe<br />

wordt het gesprek gestuurd? Is er leiding? Is er aandacht voor de inbr<strong>en</strong>g van ander<strong>en</strong>? Wordt er naar<br />

mekaar geluisterd?<br />

voorbeeld 2<br />

Maak gebruik van vorm<strong>en</strong> van peerassessm<strong>en</strong>t waar leerling<strong>en</strong> mekaar beoordel<strong>en</strong> over hun inbr<strong>en</strong>g in<br />

groepswerk. De peerevaluaties word<strong>en</strong> gebruikt voor feedback aan mekaar. Volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

in de peerevaluatie aan bod kom<strong>en</strong>:<br />

Was X bereid om sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>?<br />

Heeft X tak<strong>en</strong> op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>?<br />

Werd<strong>en</strong> de tak<strong>en</strong> die X op zich nam, daadwerkelijk opgevolgd?<br />

Stond X op<strong>en</strong> voor andere m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>?<br />

Was de inbr<strong>en</strong>g van X waardevol voor de groep?<br />

...<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

15


functIonele compet<strong>en</strong>tIes<br />

Talig functioner<strong>en</strong><br />

Aan taalvaardigheid werk<strong>en</strong> in alle less<strong>en</strong>, ook in de zaakvakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de praktijkvakk<strong>en</strong>.<br />

Rijk taalaanbod gev<strong>en</strong>.<br />

Communicatie organiser<strong>en</strong>.<br />

Betek<strong>en</strong>isvolle <strong>en</strong> motiver<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong>.<br />

Interactie organiser<strong>en</strong> via aanbied<strong>en</strong> van coöperatieve werkvorm<strong>en</strong>.<br />

Werk<strong>en</strong> met auth<strong>en</strong>tieke <strong>en</strong> motiver<strong>en</strong>de schrijfopdracht<strong>en</strong>.<br />

Werk<strong>en</strong> met auth<strong>en</strong>tieke tekst<strong>en</strong> <strong>en</strong> motiver<strong>en</strong>de leesopdracht<strong>en</strong>.<br />

Lees- <strong>en</strong> schrijfstrategieën help<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong>.<br />

Extra ondersteuning voorzi<strong>en</strong>.<br />

voorbeeld 1<br />

Karrewiet<br />

Begrijp je wat er gezegd wordt op het jeugdjournaal Karrewiet?<br />

Bekijk sam<strong>en</strong> het jeugdjournaal Karrewiet van vorige week.<br />

Kies uit dit journaal drie bericht<strong>en</strong> waarover je iets wilt <strong>en</strong> kunt zegg<strong>en</strong>.<br />

Vul de tabel aan:<br />

Bericht<br />

1<br />

2<br />

3<br />

Onderwerp van het bericht Waar speelt het bericht zich<br />

af? Noem e<strong>en</strong> stad, e<strong>en</strong> land<br />

of e<strong>en</strong> streek.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

Wat is het belangrijkste dat<br />

over dit onderwerp wordt gezegd?<br />

voorbeeld 2<br />

Spreekoef<strong>en</strong>ing: Miniwaterpolo<br />

Tijd<strong>en</strong>s de les zwemm<strong>en</strong> gaan jullie in ploegjes van vijf miniwaterpolo spel<strong>en</strong>. Jij b<strong>en</strong>t kapitein van e<strong>en</strong><br />

ploeg. Je bespreekt met de hulpcoach het verloop van het miniwaterpolospel. Vraag iemand van je<br />

medeleerling<strong>en</strong> om hulpcoach te zijn.<br />

- Je duidt aan welke vier spelers er als eerste in het water gaan, wie de keeper is <strong>en</strong> wie als reservespelers<br />

op de bank zitt<strong>en</strong>.<br />

- Je zegt ook waarom je die beslissing neemt.<br />

- Je vertelt van elke speler op welke plaats in het zwembad hij moet spel<strong>en</strong> (linksvoor, linksachter,<br />

rechtsvoor <strong>en</strong> rechtsachter) <strong>en</strong> waarom je elke speler op die plaats zet.<br />

- Je bespreekt de strategie (aanvall<strong>en</strong>d of verdedig<strong>en</strong>d) van het spel.<br />

- Kies t<strong>en</strong> slotte ook nog e<strong>en</strong> kreet.<br />

Je mag ervan uitgaan dat je alle spelregels van waterpolo k<strong>en</strong>t.<br />

Vraag aan je hulpcoach om het schema op de volg<strong>en</strong>de bladzijde in te vull<strong>en</strong> met de informatie die je<br />

geeft. Op die manier heb je e<strong>en</strong> verslagje van wat je hebt gezegd.<br />

Dit zijn de spelers waaruit je kan kiez<strong>en</strong>:<br />

Cédric: (jong<strong>en</strong>) Kan heel snel zwemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft veel kracht, maar heeft niet zo veel doorzettingsvermog<strong>en</strong>.<br />

Djille: (meisje) Kan snel zwemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> is heel handig met de bal, maar heeft niet erg veel kracht.<br />

Eveli<strong>en</strong>: (meisje) Is snel <strong>en</strong> kan goed met de bal overweg, heeft veel doorzettingsvermog<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan de<br />

teamled<strong>en</strong> heel goed motiver<strong>en</strong>. Heeft niet zoveel kracht.<br />

Ismaïl: (jong<strong>en</strong>) Is technisch heel goed, is heel balvaardig <strong>en</strong> e<strong>en</strong> goede zwemmer, maar vergeet<br />

soms dat hij niet alle<strong>en</strong> speelt <strong>en</strong> geeft weinig pass<strong>en</strong>.<br />

Kauthar: (meisje) Kan snel zwemm<strong>en</strong>, wordt niet gauw moe. Heeft niet lang geled<strong>en</strong> haar pols verstuikt,<br />

maar die is nu g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>.<br />

Kevin: (jong<strong>en</strong>) Heeft veel kracht <strong>en</strong> heel veel uithoudingsvermog<strong>en</strong>. Is niet de snelste zwemmer.<br />

Lowie: (jong<strong>en</strong>) Is nieuw in de ploeg. Was vroeger wedstrijdzwemmer, maar wil nu iets anders prober<strong>en</strong>.<br />

Luna: (meisje) Is heel erg snel bij het zwemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> geeft niet vlug op. Kan goed overweg met de bal.<br />

Durft soms wel e<strong>en</strong>s de teg<strong>en</strong>spelers onder water trekk<strong>en</strong> of schopp<strong>en</strong>.<br />

16


Technologisch functioner<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> ruim aanbod voorzi<strong>en</strong> waarbij technische <strong>en</strong> technologische k<strong>en</strong>nis moet ingezet word<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> aanbod voorzi<strong>en</strong> waarbij <strong>jonger<strong>en</strong></strong> hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> maximaal kunn<strong>en</strong> ontplooi<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> technische<br />

<strong>en</strong> technologische domein<strong>en</strong>.<br />

Leerling<strong>en</strong> aan technologie lat<strong>en</strong> do<strong>en</strong>; niet over technologie prat<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> les over technologie gev<strong>en</strong>.<br />

voorbeeld 1<br />

Op de tek<strong>en</strong>ing zie je dat er nog redelijk veel kracht (macht) moet uitgeoef<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> om het<br />

gewicht (last) omhoog te krijg<strong>en</strong>.<br />

Tek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> andere constructie waarbij er minder kracht moet gebruikt word<strong>en</strong> .<br />

voorbeeld 2<br />

Maak e<strong>en</strong> hangbrug met volg<strong>en</strong>de material<strong>en</strong><br />

- papier<br />

- koord<br />

- tand<strong>en</strong>stokers<br />

- hout<strong>en</strong> brochetteprikkers<br />

- karton<br />

- lijm<br />

- ...<br />

voorbeeld 3<br />

Controleer de remm<strong>en</strong> van de fiets<strong>en</strong> in de school <strong>en</strong> selecteer de fiets<strong>en</strong> waar de remm<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />

gerepareerd word<strong>en</strong>. Repareer de remm<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s stapp<strong>en</strong>plan.<br />

(Bijvoeg<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong>plan)<br />

voorbeeld 4<br />

Laat – op basis van onderstaande tek<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> na uitbreiding van onderstaande tek<strong>en</strong>ing - drie lamp<strong>en</strong><br />

brand<strong>en</strong> waarbij je elke lamp afzonderlijk moet kunn<strong>en</strong> aan- <strong>en</strong> uitzett<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

17


ek<strong>en</strong>kundig functioner<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> aanbod do<strong>en</strong> waarbij rek<strong>en</strong>vaardighed<strong>en</strong> gepast moet<strong>en</strong> ingezet word<strong>en</strong> bij realistische<br />

problem<strong>en</strong>.<br />

Herk<strong>en</strong>bare situaties gebruik<strong>en</strong> om complexe rek<strong>en</strong>vaardighed<strong>en</strong> aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Uitdag<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> waarmee iedere<strong>en</strong> aan de slag wil.<br />

voorbeeld 1<br />

Berek<strong>en</strong> de oppervlakte van de klas. Wat kan je hiermee do<strong>en</strong>? Wanneer heb je de oppervlakte<br />

nodig?<br />

Berek<strong>en</strong> de omtrek van de klas. Wat kan je hiermee do<strong>en</strong>?<br />

voorbeeld 2<br />

Maak e<strong>en</strong> offerte voor herstelwerk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> huis.<br />

Volg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zeker meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>: dakwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> herstelling<strong>en</strong> rond<br />

elektriciteitswerk<strong>en</strong>. De eig<strong>en</strong>aar begroot maximaal 20.000 € voor beide werk<strong>en</strong>.<br />

Zoek prijz<strong>en</strong> op, berek<strong>en</strong> <strong>en</strong> vergelijk<br />

Geef aan hoe je tot e<strong>en</strong> offerte b<strong>en</strong>t gekom<strong>en</strong>.<br />

voorbeeld 3<br />

- Noteer de cijfers 1 t.e.m. 8 zo in de figuur hieronder dat er ge<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de cijfers met elkaar<br />

verbond<strong>en</strong> zijn.<br />

- Hoeveel mogelijkhed<strong>en</strong> heb je gevond<strong>en</strong>?<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

18


2. acHtergrondInformatIe<br />

2.1 cOmpeT<strong>en</strong>TIeOnTwIkkel<strong>en</strong>d OnderwIJS<br />

Het instrum<strong>en</strong>t past helemaal binn<strong>en</strong> de contour<strong>en</strong> van het compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijs (zoals<br />

door de Vlor omschrev<strong>en</strong>). “De basisgedachte van compet<strong>en</strong>tiegericht ler<strong>en</strong> is dat k<strong>en</strong>nis of vaardighed<strong>en</strong><br />

niet in isolatie moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> aan leerders. (-) In het begrip compet<strong>en</strong>tie zit beslot<strong>en</strong> dat<br />

er e<strong>en</strong> relatie tot stand wordt gebracht tuss<strong>en</strong> deze drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van ler<strong>en</strong>: k<strong>en</strong>nis, vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

praktijk.” (Janse & Koole; Nedermeijer & Pilot 2000).<br />

Compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijs vergt e<strong>en</strong> andere kijk op ler<strong>en</strong>, vraagt e<strong>en</strong> paradigmaverschuiving.<br />

Ler<strong>en</strong> in de diepte of fundam<strong>en</strong>teel ler<strong>en</strong> (deep level learning) staat voor het verwerv<strong>en</strong> van nieuwe<br />

inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiepatron<strong>en</strong> die bruikbaar zijn in e<strong>en</strong> veelheid aan situaties. K<strong>en</strong>nis opdo<strong>en</strong> is niet<br />

langer het objectief maar wel wat we do<strong>en</strong> met onze k<strong>en</strong>nis. Niet het ler<strong>en</strong> is het punt maar wel het<br />

gebruik<strong>en</strong> van de leerstof (Laevers, 2006). Hoe verbred<strong>en</strong> we de mogelijkhed<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong>? Hoe<br />

kunn<strong>en</strong> we leerling<strong>en</strong> maximaal gebruik lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>? Hoe kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het<br />

onderwijs hun compet<strong>en</strong>ties verder aanscherp<strong>en</strong>? Met andere woord<strong>en</strong>: hoe kan ontwikkeling in de diepte<br />

plaatsvind<strong>en</strong>? Hoe kunn<strong>en</strong> we ‘life skills’ naar bov<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>?<br />

Er bestaan talrijke definities rond compet<strong>en</strong>ties (Dochy & Nickmans, 2006) maar toch is er e<strong>en</strong> zekere<br />

cons<strong>en</strong>sus. Boei<strong>en</strong>d om verder te verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn alvast de band<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong><br />

meervoudige intellig<strong>en</strong>tie (Gardner)<br />

kerntal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (Krekels)<br />

disposities (Katz)<br />

impliciet ler<strong>en</strong> (Reber), exemplarisch ler<strong>en</strong>, stealth education, op<strong>en</strong> framework approach (Weikart), het<br />

connectivisme (Siem<strong>en</strong>s).<br />

In elk geval wordt in Vlaander<strong>en</strong> het compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijs in één adem g<strong>en</strong>oemd met<br />

de constructivistische leertheorie. Compet<strong>en</strong>tieontwikkeling gaat sam<strong>en</strong> met leerlinggericht werk<strong>en</strong>,<br />

taakgericht werk<strong>en</strong>, k<strong>en</strong>nisconstructie <strong>en</strong>zovoort.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

19


2.2 kracHTIge leerOmgevIng<strong>en</strong><br />

de rol van de leerkracht<br />

Compet<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijs veronderstelt dat de leerkracht leerling<strong>en</strong> regelmatig in complexe<br />

situaties br<strong>en</strong>gt waarbij leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ondersteund <strong>en</strong> gecoacht in het ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> verfijn<strong>en</strong> van<br />

hun aanpakcompet<strong>en</strong>ties. Het compet<strong>en</strong>t handel<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> geïntegreerd geheel waarbij k<strong>en</strong>nis gepast<br />

wordt ingezet, houding <strong>en</strong> attitudes dynamisch word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (ervoor will<strong>en</strong> gaan) <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong><br />

(inclusief cognitieve vaardighed<strong>en</strong>) zichtbaar word<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht wordt naast k<strong>en</strong>nisbewaker, tev<strong>en</strong>s ook coach. De leerkracht wordt met andere woord<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> leerprocesbegeleider. Dit is het begeleid<strong>en</strong> van de manier waarop leerling<strong>en</strong> omgaan met inhoud<strong>en</strong>,<br />

hoe leerling<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong>, hoe leerling<strong>en</strong> informatie vergar<strong>en</strong>, hoe leerling<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong>,<br />

hoe leerling<strong>en</strong> informatie verwerk<strong>en</strong>, hoe leerling<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>, …<br />

Dit veronderstelt e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>, respectvolle <strong>en</strong> participatieve houding naar leerling<strong>en</strong> toe. Het is sam<strong>en</strong> op<br />

weg gaan om nog meer uit leerling<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>; het is op zoek gaan naar de unieke mogelijkhed<strong>en</strong> die er<br />

in de less<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> voor specifieke doelgroep<strong>en</strong>, het is sam<strong>en</strong> met leerling<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> naar oplossing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

band<strong>en</strong> met hun leefwereld, …<br />

De houding van de leerkracht zou je als volgt kunn<strong>en</strong> omschrijv<strong>en</strong><br />

Gevoeligheid voor beleving van leerling<strong>en</strong><br />

Dit heeft te mak<strong>en</strong> met<br />

respect voor de leerling<strong>en</strong>;<br />

oog hebb<strong>en</strong> voor datg<strong>en</strong>e waar leerling<strong>en</strong> mee bezig zijn;<br />

waardering voor hun ervaring<strong>en</strong>;<br />

op<strong>en</strong>heid omtr<strong>en</strong>t hun bekommerniss<strong>en</strong>;<br />

bevestiging <strong>en</strong> aandacht;<br />

begrip.<br />

Stimuler<strong>en</strong><br />

Dit heeft te mak<strong>en</strong> met de mate waarin de leerkracht leerling<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d stimuleert door middel<br />

van e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving. In welke mate is er e<strong>en</strong> uitdag<strong>en</strong>d <strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong>d aanbod voor de<br />

leerling<strong>en</strong>?<br />

Zijn er stimulans<strong>en</strong> tot d<strong>en</strong>kactiviteit<strong>en</strong> waarbij leerling<strong>en</strong> zelf kom<strong>en</strong> tot inzicht of wordt alles eerst<br />

voorgedaan <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> toepass<strong>en</strong> wat net klassikaal is gezegd?<br />

Zijn er stimulans<strong>en</strong> om actief aan de slag te gaan? In welke mate kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> zelf gaan experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong><br />

of explorer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> nieuw stukje realiteit?<br />

Zijn er stimulans<strong>en</strong> tot uitwisseling <strong>en</strong> communicatie? In welke mate kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> uitwissel<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> prat<strong>en</strong> over hun aanpakstrategieën? In welke mate wordt communicatie tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> of<br />

tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerkracht systematisch gestimuleerd via gerichte methodiek<strong>en</strong>?<br />

Autonomie verl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Compet<strong>en</strong>ties ontwikkel je maar door zelf aan de slag te gaan, door zelf keuzes te mak<strong>en</strong>, door zelf op<br />

onderzoek te gaan. Het is bijgevolg erg belangrijk leerling<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> aan te bied<strong>en</strong> om autonoom aan<br />

de slag te gaan om hun eig<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> te verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. In welke mate is er ruimte voor?<br />

Kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> keuzes mak<strong>en</strong> in het aanbod?<br />

Kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> het verloop van het leerproces mee bepal<strong>en</strong>?<br />

Is er inspraak of medezegg<strong>en</strong>schap?<br />

Kunn<strong>en</strong> product<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d zijn voor verschill<strong>en</strong>de leerling<strong>en</strong>?<br />

Vanuit deze houding is e<strong>en</strong> leerprocesbegeleiding kansrijk. Leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d in hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> ondersteund in hun nod<strong>en</strong> om verder door te groei<strong>en</strong>. De leerkracht gaat op zoek naar de unieke<br />

groeikans<strong>en</strong> die er voor alle leerling<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> zodat het maximale eruit kan gehaald word<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

20


e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving<br />

In e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving word<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> gestimuleerd om actief aan de slag te gaan <strong>en</strong> hun tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

tot ontwikkeling te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. In deze leeromgeving heeft de leerkracht uiteraard nog e<strong>en</strong> plaats: soms<br />

om korte gerichte instructies te gev<strong>en</strong>, soms om e<strong>en</strong> basiskader te gev<strong>en</strong>, om feedback te gev<strong>en</strong>, om bij<br />

te stur<strong>en</strong>, <strong>en</strong>zovoort. De leeromgeving is krachtig als ze aansluit bij de leernod<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>, als ze<br />

antwoord<strong>en</strong> biedt op de leerbehoeft<strong>en</strong>.<br />

Jonass<strong>en</strong> onderscheidt 8 k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> constructivistische leeromgeving (Jonass<strong>en</strong>, 2005):<br />

actief ler<strong>en</strong> (manipulatief)<br />

construer<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong><br />

doelgericht ler<strong>en</strong><br />

complex ler<strong>en</strong><br />

gecontextualiseerd ler<strong>en</strong><br />

reflectief ler<strong>en</strong><br />

ler<strong>en</strong> in conversatie met ander<strong>en</strong><br />

Deze acht k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> grijp<strong>en</strong> in op elkaar (zijn all<strong>en</strong> met elkaar verbond<strong>en</strong>) <strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> voor de nood aan<br />

e<strong>en</strong> grote variëteit aan leeromgeving<strong>en</strong> waarin het ler<strong>en</strong> kan vorm krijg<strong>en</strong>. Opvall<strong>en</strong>d is de c<strong>en</strong>trale rol van<br />

de leerling. Leerling<strong>en</strong> gaan actief aan de slag om hun eig<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis op te bouw<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>spraak met<br />

ander<strong>en</strong>. (De ander<strong>en</strong> zijn noodzakelijk om de leeromgeving rijk te mak<strong>en</strong>!). Elk ler<strong>en</strong> is contextgebond<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> vertrekt best vanuit e<strong>en</strong> complex, herk<strong>en</strong>baar <strong>en</strong> realistisch verhaal.<br />

Ook het reflecter<strong>en</strong> over het eig<strong>en</strong> leerproces is belangrijk in functie van groei<strong>en</strong> <strong>en</strong> doorgroei<strong>en</strong> naar<br />

nieuwe inzicht<strong>en</strong>.<br />

Will<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving opbouw<strong>en</strong> dan kunn<strong>en</strong> we volg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> inbouw<strong>en</strong> in het<br />

aanbod:<br />

e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> <strong>en</strong> veilige sfeer waarin er ge<strong>en</strong> remming<strong>en</strong> zijn om er t<strong>en</strong> volle voor te gaan;<br />

uitdag<strong>en</strong>de opdracht<strong>en</strong> om leerling<strong>en</strong> te stimuler<strong>en</strong> hun gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> te verlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun compet<strong>en</strong>ties<br />

verder uit te bouw<strong>en</strong>;<br />

interactieve werkvorm<strong>en</strong> om leerling<strong>en</strong> met elkaar in communicatie te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> rond aanpakstrategieën;<br />

werkvorm<strong>en</strong> waarbij leerling<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de ruimte krijg<strong>en</strong> om eig<strong>en</strong> acc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> klemton<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong><br />

zodat ze hun eig<strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit kunn<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;<br />

werkvorm<strong>en</strong> waarbij het sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal staat zodat de diversiteit binn<strong>en</strong> de groep e<strong>en</strong><br />

rijkdom wordt;<br />

opdracht<strong>en</strong> die voldo<strong>en</strong>de complex, meerlagig <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>secht zijn voor leerling<strong>en</strong> zodat ze graag <strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>thousiast aan de slag gaan;<br />

voldo<strong>en</strong>de ruimte om zelf op ontdekking te gaan <strong>en</strong> zelf te experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> <strong>en</strong> te explorer<strong>en</strong>;<br />

e<strong>en</strong> aanbod dat afgestemd is op de leerbehoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leernod<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> die de zone van de<br />

naaste ontwikkeling prikkelt;<br />

Onderstaande methodiek<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> veel garanties tot comp<strong>en</strong>tieontwikkel<strong>en</strong>d onderwijs. Vaak gaat het om<br />

variant<strong>en</strong> van taakgestuurd onderwijs waarbij klemton<strong>en</strong> verschuiv<strong>en</strong>.<br />

coöperatief ler<strong>en</strong><br />

begeleid zelfstandig ler<strong>en</strong><br />

hoek<strong>en</strong>werk <strong>en</strong> contractwerk<br />

taakgericht onderwijs<br />

probleemgestuurd ler<strong>en</strong><br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

21


2.3 BeScHrIJvIng van e<strong>en</strong> aanTal meTHOdIek<strong>en</strong><br />

coöperatief ler<strong>en</strong><br />

klemtoon op het sam<strong>en</strong> ler<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> op duiz<strong>en</strong>d-<strong>en</strong>-één manier<strong>en</strong>. Dat ondervind je elke dag op school, in je eig<strong>en</strong><br />

klas. Ze hebb<strong>en</strong> elk hun eig<strong>en</strong> achtergrond, hun eig<strong>en</strong> karaktereig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, hun eig<strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> interesses, hun eig<strong>en</strong> omgangsvorm<strong>en</strong>, hun eig<strong>en</strong> leerstijl, gebruik<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de oplossingsstrategieën,<br />

hebb<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> visies, opinies <strong>en</strong> attitudes, <strong>en</strong> ga zo maar door. Door de heterog<strong>en</strong>e<br />

sam<strong>en</strong>stelling van je klas te b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> kun je e<strong>en</strong> positief leerklimaat bevorder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leerkans<strong>en</strong> van je<br />

leerling<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong>.<br />

Coöperatief ler<strong>en</strong> is bij uitstek geschikt om bewust die verscheid<strong>en</strong>heid te b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> <strong>en</strong> om leerstof actief<br />

te verwerk<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> van de grote voordel<strong>en</strong> van coöperatief ler<strong>en</strong> is dat veel leerling<strong>en</strong> tegelijk aan het werk zijn <strong>en</strong> dat<br />

de leerkracht dus heel wat kans<strong>en</strong> krijgt om tijd<strong>en</strong>s het leerproces te observer<strong>en</strong>, feedback te gev<strong>en</strong>, te<br />

evaluer<strong>en</strong>, te ondersteun<strong>en</strong>, sterktes <strong>en</strong> zwaktes op te spor<strong>en</strong> bij leerling<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z.<br />

De rol van de leerkracht bij coöperatief ler<strong>en</strong> wordt anders ingevuld dan de ‘klassieke’ rol. Die nieuwe rol<br />

zal onder andere het volg<strong>en</strong>de inhoud<strong>en</strong>: leerrijke, aansprek<strong>en</strong>de <strong>en</strong> duidelijke opdracht<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong>, op<br />

e<strong>en</strong> doordachte manier groep<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>, goede regels afsprek<strong>en</strong>, tim<strong>en</strong>, observer<strong>en</strong> <strong>en</strong> feedback<br />

gev<strong>en</strong>, product<strong>en</strong> zowel als process<strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong>, het juiste ev<strong>en</strong>wicht vind<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> zelfstandig<br />

lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong>.<br />

wat is coöperatief ler<strong>en</strong>?<br />

Coöperatief ler<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> methode waarbij leerling<strong>en</strong> tot resultat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> door met elkaar sam<strong>en</strong> te<br />

werk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> leerkracht die regelmatig ‘gewoon’ groepswerk organiseert in de klas, weet vast dat e<strong>en</strong><br />

goede sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> niet zo evid<strong>en</strong>t is <strong>en</strong> heeft vast al te mak<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> of<br />

meerdere problem<strong>en</strong> die dan de kop opstek<strong>en</strong>. Deze problem<strong>en</strong> zijn ondertuss<strong>en</strong> klassiek: op nummer één<br />

prijkt de non-participatie van bepaalde leerling<strong>en</strong> in de groep, al dan niet gekoppeld aan de dominantie van<br />

e<strong>en</strong> andere leerling. Op twee staat het chaotische karakter van groepswerk. Op drie de scheve verhouding<br />

tuss<strong>en</strong> de geïnvesteerde moeite <strong>en</strong> (voorbereidings)tijd <strong>en</strong> de bereikte resultat<strong>en</strong>.<br />

Deze problem<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> groot deel word<strong>en</strong> ondervang<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> aantal basisprincipes van<br />

coöperatief ler<strong>en</strong> in het klassieke groepswerk te introducer<strong>en</strong>. Deze principes mak<strong>en</strong> coöperatief ler<strong>en</strong> tot<br />

e<strong>en</strong> weliswaar op<strong>en</strong> werkvorm, waarin leerling<strong>en</strong> zelfstandig ler<strong>en</strong> (sam<strong>en</strong>)werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> ler<strong>en</strong> omgaan met<br />

elkaars diversiteit, maar hij wordt tegelijk omkaderd door e<strong>en</strong> strakke organisatie <strong>en</strong> heldere regels.<br />

Positieve wederzijdse afhankelijkheid<br />

Met positieve wederzijdse afhankelijkheid wordt bedoeld dat leerling<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> opdracht werk<strong>en</strong>,<br />

e<strong>en</strong> taak uitvoer<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> hoeveelheid leerstof onder de knie krijg<strong>en</strong> elkaar op de e<strong>en</strong> of andere manier<br />

nodig hebb<strong>en</strong>. Als dit niet het geval is, vervalt e<strong>en</strong> belangrijk argum<strong>en</strong>t om groepswerk te organiser<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

is wellicht e<strong>en</strong> andere werkvorm aangewez<strong>en</strong>. In elk geval zijn e<strong>en</strong> aantal strategieën voorhand<strong>en</strong> om de<br />

wederzijdse afhankelijkheid bij e<strong>en</strong> groepsopdracht op te voer<strong>en</strong>:<br />

Verdeelde informatie<br />

E<strong>en</strong> leerstofgeheel wordt in e<strong>en</strong> aantal logische del<strong>en</strong> opgesplitst. Elk groepslid krijgt e<strong>en</strong> ander deel<br />

toegewez<strong>en</strong>. Na verloop van tijd pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> groepsled<strong>en</strong> hun onderdeel aan elkaar. Alle leerling<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

het volledige leerstofgeheel onder de knie te krijg<strong>en</strong>, want de leerkracht gaat na of alle led<strong>en</strong> alle materiaal<br />

begrijp<strong>en</strong>. (zie later: ‘Legpuzzel’)<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

22


Rolverdeling<br />

De leerkracht geeft aan elk groepslid e<strong>en</strong> extra verantwoordelijkheid in de vorm van e<strong>en</strong> rol. Alle roll<strong>en</strong> zijn<br />

nodig om de opdracht tot e<strong>en</strong> goed einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Rolverdeling biedt e<strong>en</strong> extra steun in de organisatie<br />

van het groepswerk <strong>en</strong> zorgt er bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> voor dat de leerkracht ruimte <strong>en</strong> tijd krijgt om andere tak<strong>en</strong> op<br />

te nem<strong>en</strong>, bv. het ondersteun<strong>en</strong> van minder goed functioner<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong>. Klassieke roll<strong>en</strong> bij coöperatief<br />

ler<strong>en</strong> zijn aanvoerder, verslaggever, tijdbewaker, materiaalmeester <strong>en</strong> bemiddelaar.<br />

Heterog<strong>en</strong>e sam<strong>en</strong>stelling<br />

De leerkracht heeft e<strong>en</strong> groepsopdracht uitgewerkt waarvoor verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> zijn<br />

vereist. De verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong> zijn door de leerkracht zo sam<strong>en</strong>gesteld dat leerling<strong>en</strong> op elkaars<br />

vaardighed<strong>en</strong> beroep moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> om tot e<strong>en</strong> goed gezam<strong>en</strong>lijk groepsresultaat te kom<strong>en</strong>.<br />

Sam<strong>en</strong> uit, sam<strong>en</strong> thuis<br />

De groepsopdracht wordt niet, of slechts gedeeltelijk, individueel gequoteerd. Leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> er dus<br />

alle belang bij om elkaar tot participatie <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking te stimuler<strong>en</strong>.<br />

Individuele aanspreekbaarheid<br />

De beste remedie teg<strong>en</strong> non-participatie van bepaalde leerling<strong>en</strong>, blijft natuurlijk e<strong>en</strong> duidelijke <strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de<br />

opdracht voorzi<strong>en</strong> die elke leerling aanspreekt. Maar in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> is dat nog niet voldo<strong>en</strong>de. Dan<br />

rest<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> aantal strategieën die alle leerling<strong>en</strong> ‘verplicht<strong>en</strong>’ hun duit in het zakje te do<strong>en</strong>.<br />

De sleutelbegripp<strong>en</strong> van coöperatief ler<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> voor ze in groep werk<strong>en</strong> eerst e<strong>en</strong> individuele opdracht, waarvan ze elkaar vooraleer<br />

verder te gaan de uitkomst vertell<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarvan ze de uitkomst nodig hebb<strong>en</strong> voor het verdere<br />

groepswerk.<br />

Elke leerling krijgt e<strong>en</strong> specifieke taak <strong>en</strong>/of rol (over het uitvoer<strong>en</strong> van de rol of taak moet<strong>en</strong> ze<br />

naderhand ook verantwoording aflegg<strong>en</strong>).<br />

Leerling<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> niet op voorhand wie van het groepje zal word<strong>en</strong> aangeduid om verslag uit te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht<strong>en</strong> bested<strong>en</strong> bij het begeleid<strong>en</strong> van de groepjes veel tijd aan feedback <strong>en</strong> steun voor<br />

individuele leerling<strong>en</strong>.<br />

De opdracht is zo opgebouwd dat e<strong>en</strong> leerling niet e<strong>en</strong> tweede maal aan de beurt kan kom<strong>en</strong> vooraleer<br />

iedere<strong>en</strong> aan de beurt is geweest.<br />

Directe interactie<br />

Het sleutelbegrip ‘directe interactie’ verwijst naar de fysieke omstandighed<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> het groepswerk<br />

plaatsvindt. Voor coöperatief ler<strong>en</strong> waarbij groep<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevormd van meer dan twee leerling<strong>en</strong> is het<br />

nodig dat leerling<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over elkaar zitt<strong>en</strong>. Dit veronderstelt dat de klassieke klasopstelling zal moet<strong>en</strong><br />

doorbrok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het is aan te rad<strong>en</strong> de procedure om snel van de <strong>en</strong>e klasopstelling naar de andere<br />

over te gaan <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong> met de leerling<strong>en</strong> te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> zodat na verloop van tijd zo min mogelijk lestijd<br />

verlor<strong>en</strong> gaat.<br />

Aandacht voor sociale vaardighed<strong>en</strong><br />

Goedbedoelde poging<strong>en</strong> om coöperatief ler<strong>en</strong> te introducer<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> vaak spaak op e<strong>en</strong> gebrek aan<br />

aandacht voor de ontwikkeling van sociale vaardighed<strong>en</strong> bij <strong>en</strong> door leerling<strong>en</strong>. Doorgaans wordt nogal<br />

gemakkelijk aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat alle leerling<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> behoorlijke dosis sociale vaardighed<strong>en</strong>,<br />

of er wordt van uitgegaan dat de leerling<strong>en</strong> die sociale vaardighed<strong>en</strong> wel zull<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de<br />

opdracht. Dat laatste is natuurlijk ook gedeeltelijk waar, <strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ongetwijfeld ook ler<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong><br />

‘mislukte’ opdracht, maar als e<strong>en</strong> leerkracht de vooropgestelde cognitieve doel<strong>en</strong> niet haalt, blijft hij toch<br />

achter met e<strong>en</strong> kater.<br />

Wondermiddel<strong>en</strong> om hieraan tegemoet te kom<strong>en</strong>, bestaan er niet. Sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> is nu e<strong>en</strong>maal moeilijk,<br />

<strong>en</strong> de introductie van coöperatief ler<strong>en</strong> gaat niet steeds ev<strong>en</strong> vlot, Er bestaan echter toch <strong>en</strong>kele<br />

strategieën om de kans<strong>en</strong> op succes te verhog<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> eerste strategie is het volg<strong>en</strong> van de weg van de<br />

geleidelijkheid. Veel leerkracht<strong>en</strong> die start<strong>en</strong> met coöperatief ler<strong>en</strong>, mikk<strong>en</strong> mete<strong>en</strong> heel hoog <strong>en</strong> kiez<strong>en</strong><br />

ervoor om langlop<strong>en</strong>de opdracht<strong>en</strong> uit te lat<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> door relatief grote groep<strong>en</strong> van 4 à 5 leerling<strong>en</strong>. Voor<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

23


h<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t aangestipt dat bepaalde vorm<strong>en</strong> van coöperatief ler<strong>en</strong> niet meer dan <strong>en</strong>kele minut<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> te<br />

beslaan, ingebouwd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> onderwijsleergesprek <strong>en</strong> uitgevoerd door groep<strong>en</strong> van twee<br />

leerling<strong>en</strong> (partnerwerk), bijvoorbeeld leerling<strong>en</strong> die naast elkaar zitt<strong>en</strong> in de klas. Dit zijn werkvorm<strong>en</strong> die<br />

zeer geschikt zijn als startpunt voor coöperatief ler<strong>en</strong>, zonder veel organisatorische beslommering<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

die bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> waarborg<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> voor onderlinge afhankelijkheid <strong>en</strong> individuele aanspreekbaarheid van<br />

leerling<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> tweede mogelijke strategie is om de leerling<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> klas e<strong>en</strong> trainingsprogramma ‘sam<strong>en</strong>werkingsvaardighed<strong>en</strong>’<br />

te lat<strong>en</strong> doorlop<strong>en</strong> vooraleer effectief te start<strong>en</strong> met coöperatief ler<strong>en</strong>. Er bestaan heel<br />

wat oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, geschikt voor alle leeftijdsniveaus, die als primaire doelstelling hebb<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong><br />

te lat<strong>en</strong> opdo<strong>en</strong> in zak<strong>en</strong> als bondig argum<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, discussiër<strong>en</strong>, elkaar help<strong>en</strong> <strong>en</strong> hulp aanvaard<strong>en</strong>,<br />

e<strong>en</strong> groepsstrategie ontwikkel<strong>en</strong>, naar elkaar ler<strong>en</strong> luister<strong>en</strong> of sam<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> oplossing kom<strong>en</strong>. Deze<br />

oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> niet <strong>en</strong>kel ervar<strong>en</strong> dat sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>aam kan zijn, maar dat het in veel<br />

gevall<strong>en</strong> ook leidt tot betere resultat<strong>en</strong>. De ervaring leert dat leerling<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> dergelijk programma hebb<strong>en</strong><br />

doorlop<strong>en</strong>, ook nadi<strong>en</strong>, als ze echt aan het coöperatief ler<strong>en</strong> gaan, e<strong>en</strong> stuk vlotter met elkaar kunn<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>.<br />

Aandacht voor het groepsproces<br />

E<strong>en</strong> laatste aandachtspunt betreft de aandacht voor het groepsproces. Coöperatief ler<strong>en</strong> vraagt naast e<strong>en</strong><br />

inhoudelijke evaluatie ook e<strong>en</strong> bespreking van het sam<strong>en</strong>werkingsproces. Het is nuttig om leerling<strong>en</strong> na<br />

e<strong>en</strong> groepsopdracht expliciet te bevrag<strong>en</strong> over wat goed liep, wat stroef ging, wie veel bijdroeg aan het<br />

groepsproduct <strong>en</strong> wie minder. E<strong>en</strong> dergelijke evaluatie verhoogt niet alle<strong>en</strong> de individuele aanspreekbaarheid<br />

van de leerling<strong>en</strong>, maar tev<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> via reflectie over de aard <strong>en</strong> de mate van sam<strong>en</strong>werking<br />

ook heel wat opstek<strong>en</strong> met het oog op e<strong>en</strong> toekomstige sam<strong>en</strong>werking.<br />

e<strong>en</strong> aantal coöperatieve werkvorm<strong>en</strong><br />

In het vormingsaanbod dat door het <strong>Steunpunt</strong> GOK <strong>en</strong> het <strong>Steunpunt</strong> <strong>Diversiteit</strong> <strong>en</strong> Ler<strong>en</strong> m.b.t. coöperatief<br />

ler<strong>en</strong> wordt voorzi<strong>en</strong>, wordt gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> twintigtal coöperatieve werkvorm<strong>en</strong> die alle sam<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> goede sam<strong>en</strong>vatting bied<strong>en</strong> van wat er vandaag allemaal op de markt is (<strong>Steunpunt</strong> ICO, 2002). Ze<br />

hebb<strong>en</strong> met elkaar geme<strong>en</strong>schappelijk dat ze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet om sociale vaardighed<strong>en</strong>, omgang<br />

met diversiteit <strong>en</strong> taalvaardigheid van leerling<strong>en</strong> te versterk<strong>en</strong>. Voor het overige zijn ze echter heel divers.<br />

Zo bestaan er werkvorm<strong>en</strong> die heel geschikt zijn om voork<strong>en</strong>nis bij leerling<strong>en</strong> aangaande e<strong>en</strong> bepaald<br />

thema te activer<strong>en</strong>, andere kunn<strong>en</strong> dan weer ingezet word<strong>en</strong> als syntheseoef<strong>en</strong>ing. Er zijn werkvorm<strong>en</strong><br />

bij die geschikt zijn om aan k<strong>en</strong>nisinhoud<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, andere l<strong>en</strong><strong>en</strong> zich dan weer beter voor het werk<strong>en</strong><br />

aan vaardighed<strong>en</strong> of het opbouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> visie of e<strong>en</strong> opinie. Bepaalde werkvorm<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> weinig tijd<br />

in beslag, verg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> organisatorische spitsvondighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> word<strong>en</strong> het best door duo’s uitgevoerd,<br />

andere vereis<strong>en</strong> dan weer e<strong>en</strong> aangepaste klasopstelling, meer tijd <strong>en</strong> e<strong>en</strong> opdeling van de klas in grotere<br />

groep<strong>en</strong>.<br />

Voor elk wat wils dus, <strong>en</strong> het hangt van e<strong>en</strong> aantal factor<strong>en</strong> af welke werkvorm<strong>en</strong> al of niet in aanmerking<br />

kom<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t: de specifieke doelstelling<strong>en</strong> van de les, de beschikbare accommodatie,<br />

het lesonderwerp, de k<strong>en</strong>nis, attitudes <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> aanwezig in de klasgroep, de klassfeer, de<br />

vertrouwdheid van de leerkracht met coöperatief ler<strong>en</strong>, …<br />

Hieronder pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> we vijf werkvorm<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s oplop<strong>en</strong>de moeilijkheidsgraad, maar alle vijf bruikbaar<br />

in de dagelijkse klaspraktijk <strong>en</strong> toepasbaar op heel wat verschill<strong>en</strong>de leerinhoud<strong>en</strong>.<br />

D<strong>en</strong>k<strong>en</strong>-Del<strong>en</strong>-Uitwissel<strong>en</strong><br />

D<strong>en</strong>k<strong>en</strong>-Del<strong>en</strong>-Uitwissel<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> korte werkvorm die zich uitstek<strong>en</strong>d le<strong>en</strong>t voor de inbouw in e<strong>en</strong><br />

onderwijsleergesprek. Het is e<strong>en</strong> vorm van werk<strong>en</strong> in duo’s die e<strong>en</strong> alternatief kan zijn voor traditionele<br />

vraagtechniek<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

24


Werkwijze<br />

Stap 1: d<strong>en</strong>k<strong>en</strong><br />

De leerkracht stelt e<strong>en</strong> vraag <strong>en</strong> geeft aan iedere<strong>en</strong> de opdracht om over e<strong>en</strong> antwoord na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Hij<br />

geeft minimum 10 second<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>ktijd.<br />

Stap 2: del<strong>en</strong><br />

Na e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van de doc<strong>en</strong>t del<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> hun antwoord met hun buur <strong>en</strong> stell<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel hun<br />

individueel antwoord bij.<br />

Stap 3: uitwissel<strong>en</strong><br />

De leerkracht kiest <strong>en</strong>kele willekeurige leerling<strong>en</strong> uit voor e<strong>en</strong> antwoord. De verschill<strong>en</strong>de antwoord<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> op hun beurt aanleiding zijn voor e<strong>en</strong> klasgesprek.<br />

Voorbeeld<strong>en</strong><br />

Noem e<strong>en</strong> aantal edelgass<strong>en</strong>.<br />

Wat is drieslagstelsel?<br />

Hoe schrijf je ‘naar verluidt’?<br />

Welke functies di<strong>en</strong><strong>en</strong> zeker aanwezig te zijn in e<strong>en</strong> stad?<br />

Het voordeel van deze werkvorm is het aantal leerling<strong>en</strong> dat je activeert met één vraag. Het is gangbaar<br />

om bij e<strong>en</strong> vraagstelling tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> onderwijsleergesprek e<strong>en</strong> willekeurige leerling aan te duid<strong>en</strong> of e<strong>en</strong><br />

leerling die de hand opsteekt aan het woord te lat<strong>en</strong>. Op dat mom<strong>en</strong>t zijn de andere leerling<strong>en</strong> niet-actief.<br />

D<strong>en</strong>k<strong>en</strong>-del<strong>en</strong>-uitwissel<strong>en</strong> verplicht alle leerling<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> klas over e<strong>en</strong> vraag na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> én e<strong>en</strong> mogelijk<br />

antwoord te formuler<strong>en</strong>.<br />

Concept Mapping<br />

Dit is e<strong>en</strong> werkvorm die het vermog<strong>en</strong> tot synthetisch <strong>en</strong> conceptueel d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> aanscherpt.<br />

Leerling<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> via concept mapping relaties legg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal begrip <strong>en</strong> deelbegripp<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze<br />

ler<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe al deze begripp<strong>en</strong> met elkaar in verband staan. Concept mapping kan gebruikt word<strong>en</strong> bij<br />

de start van e<strong>en</strong> leerstofgeheel, om voork<strong>en</strong>nis bij leerling<strong>en</strong> te activer<strong>en</strong> of op het einde, om na te gaan<br />

of de leerstof werd begrep<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> logisch geheel kan word<strong>en</strong> gevat.<br />

Werkwijze<br />

Stap 1:<br />

Leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong> verdeeld van 2 tot 4. Ze krijg<strong>en</strong> per groep e<strong>en</strong> groot vel papier. Je kan<br />

vooropstell<strong>en</strong> dat elke leerling met e<strong>en</strong> ander kleur schrijft, zodat de individuele bijdrage van elke leerling<br />

achteraf kan word<strong>en</strong> achterhaald.<br />

Stap 2:<br />

Het kernbegrip wordt in het midd<strong>en</strong> van het blad geschrev<strong>en</strong>. Elk om beurt noter<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> op het<br />

blad e<strong>en</strong> begrip dat in verband staat met dat kernbegrip.<br />

Stap 3:<br />

Na e<strong>en</strong> aantal rondjes word<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de begripp<strong>en</strong> gegroepeerd, word<strong>en</strong> ze met elkaar in verband<br />

gebracht d.m.v. lijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> word<strong>en</strong> deze verband<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd.<br />

E<strong>en</strong> alternatieve aanpak is om de leerling<strong>en</strong> eerst individueel e<strong>en</strong> concept map te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, ze daarna<br />

te lat<strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> of meerdere medeleerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s tot e<strong>en</strong> concept map voor de hele<br />

groep te kom<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld: het kompas (Ernalste<strong>en</strong>, 2004)<br />

e<strong>en</strong> individuele concept map bij aanvang van de les over ‘het kompas’<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

25


e<strong>en</strong> concept map na de les over het kompas <strong>en</strong> na vergelijking met e<strong>en</strong> medeleerling<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

26


A/B-activiteit<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> A/B-activiteit is e<strong>en</strong> coöperatieve werkvorm waarbij leerling<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong> van vier of vijf zelfstandig<br />

informatie verwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan elkaar doorgev<strong>en</strong> (A) <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> tweede fase (B) de verworv<strong>en</strong> inhoud<strong>en</strong><br />

toepass<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ‘creatieve’ opdracht. De bedoeling van deze creatieve opdracht<strong>en</strong> is om naast de traditionele<br />

academische vaardighed<strong>en</strong> ook andere vaardighed<strong>en</strong> bij leerling<strong>en</strong> aan te sprek<strong>en</strong>. Wanneer ook<br />

tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of vaardighed<strong>en</strong> als zing<strong>en</strong>, tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, leiding gev<strong>en</strong>, zich inlev<strong>en</strong>, construer<strong>en</strong>, dramatiser<strong>en</strong>, ord<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />

… word<strong>en</strong> aangeboord, verhoog je niet alle<strong>en</strong> de kans op betrokk<strong>en</strong>heid bij meer leerling<strong>en</strong>, maar<br />

bied je ook leerling<strong>en</strong> die verbaal misschi<strong>en</strong> wat minder sterk zijn of wat meer moeite hebb<strong>en</strong> met logisch<br />

red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> succeservaring.<br />

Stap 1:<br />

De bedoeling van de opdracht<strong>en</strong> wordt uitgelegd. De leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong> verdeeld van vier of<br />

vijf. Elke leerling krijgt e<strong>en</strong> rol toegewez<strong>en</strong>. De traditionele roll<strong>en</strong> zijn: aanvoerder, verslaggever, planner,<br />

materiaalmeester <strong>en</strong> bemiddelaar. De leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingelicht over de tijd die ze kunn<strong>en</strong> bested<strong>en</strong> aan<br />

de opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel wordt de invulling van de roll<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s overlop<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld: ‘het schrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zakelijke brief’ (2e graad ASO, Nederlands)<br />

Stap 2:<br />

De leerling<strong>en</strong> voer<strong>en</strong> de A-opdracht uit. Informatie <strong>en</strong> bronn<strong>en</strong>materiaal verwerk<strong>en</strong> staat hier dus c<strong>en</strong>traal.<br />

Elke leerling krijgt e<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong>kaart. De informatie op de kaart wordt individueel verwerkt <strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> doorgegev<strong>en</strong><br />

aan alle leerling<strong>en</strong> van de groep, zodat alle leerling<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over dezelfde informatie. Aan<br />

de bronn<strong>en</strong>kaart<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ook discussievrag<strong>en</strong> gekoppeld, die de leerling<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong> om eig<strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong>,<br />

voork<strong>en</strong>nis, ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> visies te introducer<strong>en</strong> <strong>en</strong> die naar e<strong>en</strong> dieper begrip van de op bronn<strong>en</strong>kaart<strong>en</strong><br />

aangebod<strong>en</strong> leerinhoud<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld<br />

De inhoud<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de bronn<strong>en</strong>kaart<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn: 1. Bov<strong>en</strong>- <strong>en</strong> onderkant van e<strong>en</strong> zakelijke<br />

brief; 2. Vorm <strong>en</strong> schikking; 3. Tips voor het schrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zakelijke brief; 4. Stijlk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>; 5. BINnorm<strong>en</strong>.<br />

De discussie kan gevoerd word<strong>en</strong> aan de hand van één of meerdere voorbeeldbriev<strong>en</strong> waaraan<br />

de leerling<strong>en</strong> hun eerder verworv<strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> toets<strong>en</strong>.<br />

Stap 3:<br />

Nu voer<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> de B-opdracht uit. De informatie opgedaan in de A-opdracht di<strong>en</strong>t hiervoor<br />

als basis. De rol van de leerkracht bestaat in deze fase vooral uit observer<strong>en</strong>, de leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> zo<br />

autonoom mogelijk. Feedback van de leerkracht vindt bij voorkeur plaats na de opdracht.<br />

Voorbeeld<strong>en</strong><br />

De leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> in groep e<strong>en</strong> zakelijke brief uit gericht aan het nethoofd van Studio Brussel of<br />

Q-music. In de brief vrag<strong>en</strong> ze om in de ’30 second<strong>en</strong>voorstelling’ hun schoolproject te mog<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong>.<br />

Er wordt e<strong>en</strong> brief gericht aan de burgemeester waarin toelating wordt gevraagd voor e<strong>en</strong> optocht door<br />

de geme<strong>en</strong>te in het kader van het schoolfeest.<br />

Leerling<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> brief aan de schep<strong>en</strong> van mobiliteit om e<strong>en</strong> afspraak te mak<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> vergadering<br />

over de verkeerssituatie rond de school.<br />

…<br />

Stap 4:<br />

Elke groep stelt de uitgevoerde opdracht voor. Leerkracht <strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>s de nodige feedback<br />

<strong>en</strong> aanvulling<strong>en</strong>. Er volgt e<strong>en</strong> productevaluatie (de kwaliteit van de voorstelling <strong>en</strong> de mate waarin<br />

de informatie uit de A-opdracht werd aangew<strong>en</strong>d in de B-opdracht) én e<strong>en</strong> procesevaluatie, van het<br />

sam<strong>en</strong>werkingsproces <strong>en</strong> de omgang met diversiteit binn<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld<br />

De verschill<strong>en</strong>de briev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorgesteld aan de hele klas. Ze word<strong>en</strong> op transparant geplaatst zodat<br />

iedere<strong>en</strong> goed kan volg<strong>en</strong>. Via peerevaluatie <strong>en</strong> vooraf opgestelde criteria word<strong>en</strong> de product<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

sam<strong>en</strong>werking geëvalueerd.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

27


Legpuzzel (jigsaw) (Aronson, 1978)<br />

Van alle coöperatieve werkvorm<strong>en</strong> is de legpuzzel wellicht de rijkste maar tegelijk ook e<strong>en</strong> van de meest<br />

veeleis<strong>en</strong>de, zowel voor de leerling<strong>en</strong> als voor de leerkracht. Enerzijds zijn heel wat waarborg<strong>en</strong> ingebouwd<br />

m.b.t. positieve wederzijdse afhankelijkheid <strong>en</strong> individuele aanspreekbaarheid, anderzijds is er<br />

wellicht ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele werkvorm d<strong>en</strong>kbaar waar zoveel eis<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld aan de sociale <strong>en</strong> intellectuele<br />

vaardighed<strong>en</strong> van de leerling<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> legpuzzel verwerv<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> zelfstandig informatie<br />

<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ze deze nadi<strong>en</strong> aan elkaar door. Er is e<strong>en</strong> veelheid van onderwerp<strong>en</strong> die zich le<strong>en</strong>t voor deze<br />

werkvorm, maar de meest dankbare toepassing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> doorgaans gevond<strong>en</strong> in onderwerp<strong>en</strong> die leerling<strong>en</strong><br />

nog al e<strong>en</strong>s ‘saai’ durv<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>, theorie <strong>en</strong> toepassing<strong>en</strong> van spelling- of grammaticaregels of regels<br />

m.b.t. wiskundige breuk<strong>en</strong> bijvoorbeeld. Wie wil experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> met de legpuzzel moet wel voor og<strong>en</strong><br />

houd<strong>en</strong> dat de aangebod<strong>en</strong> leerstof moet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgedeeld in e<strong>en</strong> aantal logische gehel<strong>en</strong>.<br />

Hieronder pass<strong>en</strong> we de legpuzzel toe op ‘bewerking<strong>en</strong> op breuk<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>’.<br />

Stap 1: Basisgroep<strong>en</strong><br />

De leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in groep<strong>en</strong> van 3, 4 of 5 verdeeld. Elke deelnemer van elke groep krijgt e<strong>en</strong> nummer<br />

(1, 2, 3, 4 of 5). Alle gelijke nummers in de verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> dezelfde informatie <strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> zich individueel <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde tijdslimiet door hun informatie <strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong><br />

he<strong>en</strong>. De subthema’s die onder de leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdeeld, zijn in ons voorbeeld: 1. Ord<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

van breuk<strong>en</strong>, 2. Gelijknamig mak<strong>en</strong> van breuk<strong>en</strong>, 3. Verm<strong>en</strong>igvuldig<strong>en</strong> van breuk<strong>en</strong>.<br />

Stap 2: Expert<strong>en</strong>groep<strong>en</strong><br />

De leerling<strong>en</strong> met gelijke nummers uit de verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong>, dus met gelijke informatie <strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong><br />

gaan nu sam<strong>en</strong>zitt<strong>en</strong>, legg<strong>en</strong> hun bevinding<strong>en</strong> <strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>, loss<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> op, zoek<strong>en</strong> extra<br />

docum<strong>en</strong>tatie bije<strong>en</strong>, vrag<strong>en</strong> extra uitleg aan elkaar, mak<strong>en</strong> extra oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, … In deze fase word<strong>en</strong> ze<br />

als het ware expert in dat gedeelte van de leerstof dat ze kreg<strong>en</strong> toegewez<strong>en</strong>. Alles wordt goed g<strong>en</strong>oteerd<br />

want na deze stap gaan de leerling<strong>en</strong> terug naar hun oorspronkelijke groep om verslag uit te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. We<br />

krijg<strong>en</strong> op deze manier dus expert<strong>en</strong> in ord<strong>en</strong><strong>en</strong> van breuk<strong>en</strong>, gelijknamig mak<strong>en</strong>, …<br />

Stap 3: Basisgroep<strong>en</strong><br />

In deze fase word<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de puzzelstukk<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> gelegd. Elke leerling legt de leerstof uit die<br />

hem/haar werd toegewez<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hiervoor verschill<strong>en</strong>de strategieën aanw<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>e<br />

leerling zal vertrekk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> hieruit de regels afleid<strong>en</strong>, andere leerling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />

het precies andersom do<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte wordt aan de hand van oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s nagegaan of iedere<strong>en</strong><br />

alles onder de knie heeft.<br />

1<br />

5<br />

5<br />

1. Basisgroep<br />

4<br />

4<br />

1<br />

2. Expert<strong>en</strong>groep<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

3<br />

3<br />

2<br />

2<br />

2<br />

3. Basisgroep<br />

2<br />

5<br />

5<br />

2<br />

4<br />

4<br />

1<br />

1<br />

2<br />

3<br />

3<br />

3<br />

2<br />

2<br />

3<br />

3<br />

5<br />

5<br />

4<br />

4<br />

3<br />

1<br />

1<br />

4<br />

3<br />

3<br />

2<br />

2<br />

4<br />

4<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

5<br />

5<br />

4<br />

5<br />

4<br />

4<br />

1<br />

1<br />

5<br />

3<br />

3<br />

5<br />

2<br />

2<br />

5<br />

28


E<strong>en</strong> andere mogelijke toepassing:<br />

Het overkoepel<strong>en</strong>d onderwerp is ‘stand<strong>en</strong> in de middeleeuw<strong>en</strong>’. Mogelijke subthema’s: 1. de adel, 2.<br />

de clerus, 3. het plebs, 4. de lijfeig<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

De CLIM methodiek<br />

CLIM (Coöperatief ler<strong>en</strong> in multiculturele groep<strong>en</strong>) is e<strong>en</strong> methodiek voor gestructureerd groepswerk<br />

waarbij de nadruk ligt op het actief gebruik mak<strong>en</strong> van intercultureel ler<strong>en</strong> in de brede klaspraktijk. Het<br />

<strong>Steunpunt</strong> <strong>Diversiteit</strong> & Ler<strong>en</strong> werkte thema’s uit tot kant-<strong>en</strong>-klare lesmaterial<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> elk thema komt<br />

e<strong>en</strong> waaier van vaardighed<strong>en</strong> aan bod: fysieke, persoonlijke, verbale, sociale, muzische, ruimtelijke, ‘gro<strong>en</strong>e’<br />

<strong>en</strong> logische kwaliteit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geïntegreerd rond e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal concept. De pakkett<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zonder<br />

probleem vak- <strong>en</strong> lesoverschrijd<strong>en</strong>d gebruikt word<strong>en</strong>. Elk pakket bestaat uit 7 lestijd<strong>en</strong> waarvan de eerste<br />

(introductie) <strong>en</strong> de laatste (synthese) klassikaal verlop<strong>en</strong>. De 5 activiteit<strong>en</strong> daartuss<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in groepjes<br />

uitgewerkt, waarbij elke groep e<strong>en</strong> andere activiteit krijgt. Volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> rotatiesysteem schuiv<strong>en</strong> de 5<br />

activiteit<strong>en</strong> naar alle groepjes door. Op het einde van elke activiteit pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> de groepjes hun product<br />

aan de klas. De groep<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> zelfstandig aan op<strong>en</strong> tak<strong>en</strong>. Door het rotatiesysteem kunn<strong>en</strong> de groep<strong>en</strong><br />

voortbouw<strong>en</strong> op elkaars resultat<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> elk groepje wordt elke leerling betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> krijgt e<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de<br />

rol. De leerkracht heeft e<strong>en</strong> observer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> begeleid<strong>en</strong>de rol.<br />

Bibliografie<br />

www.steunpuntdiversiteit<strong>en</strong>ler<strong>en</strong>.be<br />

www.steunpuntgok.be<br />

Aronson, E., Blaney, N., Stephan, C., Sikes, J. & Snapp, M., The Jigsaw Classroom. Beverly Hills: Sage,<br />

1978.<br />

Coh<strong>en</strong>, E., Designing Groupwork: Strategies for the Heterog<strong>en</strong>eous Classroom. New York: Teachers<br />

College Press, 1994.<br />

Ebb<strong>en</strong>s, S., Ettekov<strong>en</strong>, S., Van Rooij<strong>en</strong>, J., Sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong>. Praktijkboek. Groning<strong>en</strong>: Wolters-<br />

Noordhoff, 1997.<br />

Ernalste<strong>en</strong>, V., Peper <strong>en</strong> zout. E<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong>boek voor intercultureel ler<strong>en</strong> in de basisschool. G<strong>en</strong>t:<br />

<strong>Steunpunt</strong> ICO, 2004.<br />

Kagan, S., Cooperative Learning. San Juan Capistrano: Kagan Cooperative Learning, 1992.<br />

Putnam, J., Cooperative Learning and Strategies for Inclusion. Baltimore: Paul H. Brookes Publishing<br />

Co., 1998.<br />

<strong>Steunpunt</strong> ICO, Ideeën voor interactieve werkvorm<strong>en</strong>. Onuitgegev<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t, 2002.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

29


Taakgericht ler<strong>en</strong><br />

Om van het onderwijs dat op school wordt aangebod<strong>en</strong> te profiter<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eindterm<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de<br />

schoolvakk<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> wat leerkracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekstboek<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />

te vertell<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Wiskunde, wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, aardrijkskunde, geschied<strong>en</strong>is, biologie, maatschappelijke<br />

vorming, technologische opvoeding, <strong>en</strong>z. maar ook praktijkvakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> taalvakk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> vaak tot doel de<br />

leerling<strong>en</strong> achter de scherm<strong>en</strong> van de waarneembare werkelijkheid te lat<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het hoe, waarom <strong>en</strong><br />

wanneer van die werkelijkheid te do<strong>en</strong> doorgrond<strong>en</strong>. De k<strong>en</strong>nis die je opdoet staat ver af van de k<strong>en</strong>nis die<br />

je in het alledaagse lev<strong>en</strong> opdoet. Ze situeert zich op e<strong>en</strong> abstract niveau. Andere hinderpal<strong>en</strong> ontstaan<br />

als onderwijs focust op de verwerving van het eindresultaat van de wet<strong>en</strong>schappelijke/technologische<br />

zoektocht <strong>en</strong> als k<strong>en</strong>nis op gedecontextualiseerde wijze wordt aangebod<strong>en</strong>. Verder dreigt ook nog het<br />

gevaar dat de gebruikswaarde van die k<strong>en</strong>nis impliciet blijft of slechts duidelijk wordt (lang) na het mom<strong>en</strong>t<br />

van aanbod.<br />

K<strong>en</strong>nisoverdrachtonderwijs dat zichzelf vorm geeft vanuit e<strong>en</strong> productgericht, decontextualiser<strong>en</strong>d opzet<br />

stelt zeer hoge eis<strong>en</strong> aan leerling<strong>en</strong>. Bepaalde leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bij het binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> in het secundair<br />

onderwijs voldo<strong>en</strong>de bagage om de confrontatie met deze abstracte inhoud<strong>en</strong> aan te kunn<strong>en</strong>. Voor andere<br />

leerling<strong>en</strong>, vaak van e<strong>en</strong> lagere socio-economische afkomst, is dat niet het geval <strong>en</strong> kan taal, motivatie<br />

<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisbagage het ler<strong>en</strong> in de weg staan. Om deze groep e<strong>en</strong> grotere kans op schoolsucces te gev<strong>en</strong>,<br />

moet de school werk mak<strong>en</strong> van het wegwerk<strong>en</strong> van de hinderpal<strong>en</strong> bij het ler<strong>en</strong>.<br />

e<strong>en</strong> taakgerichte aanpak<br />

E<strong>en</strong> effectieve manier om leerling<strong>en</strong> tot actief ler<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> is de taakgerichte aanpak. Die neemt de<br />

spontane k<strong>en</strong>nisverwerving van hoe de wereld in elkaar steekt in e<strong>en</strong> natuurlijke (niet-schoolse) omgeving<br />

als model. Terwijl je de tak<strong>en</strong> van het dagelijkse lev<strong>en</strong> uitvoert, leer je de werkelijkheid al do<strong>en</strong>de, met het<br />

nodige vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstaan, miss<strong>en</strong> <strong>en</strong> treff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet dankzij uite<strong>en</strong>zetting<strong>en</strong> over hoe het systeem achter<br />

de werkelijkheid in elkaar zit. Bij de meeste leerders, kinder<strong>en</strong> zowel als volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>, verloopt dat nietgestuurde<br />

proces van zelfontdekking heel succesvol.<br />

Parallel met de situatie in het natuurlijke lev<strong>en</strong> wordt bij de taakgerichte aanpak uitgegaan van het principe<br />

dat je k<strong>en</strong>nis verwerft via zelfontdekking, door met vakinhoud<strong>en</strong> te handel<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze te gebruik<strong>en</strong> in de context<br />

van e<strong>en</strong> bepaald doel dat moet word<strong>en</strong> bereikt: e<strong>en</strong> voorwerp moet word<strong>en</strong> gemaakt, e<strong>en</strong> handeling<br />

uitgevoerd, e<strong>en</strong> probleem opgelost. Dat doel kan slechts word<strong>en</strong> gerealiseerd als de leerling<strong>en</strong> daartoe de<br />

nodige informatie verwerk<strong>en</strong>. Die krijg<strong>en</strong> ze in luister- of leestekst<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> of verzamel<strong>en</strong> ze zelf.<br />

Terwijl hun aandacht gespitst is op het uitvoer<strong>en</strong> van de taak, komt bij de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> proces op gang<br />

waarbij ze k<strong>en</strong>nis construer<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbij ze allerlei vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> strategieën inzett<strong>en</strong>. Ze ler<strong>en</strong> vakinhoud<strong>en</strong><br />

door tak<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet door onderwez<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> over inhoud<strong>en</strong>.<br />

Bij e<strong>en</strong> taakgerichte aanpak do<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> al do<strong>en</strong>de <strong>en</strong> in interactie inzicht<strong>en</strong> op over de wetmatighed<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> system<strong>en</strong> die aan die werkelijkheid t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbij de leerkracht vooral tot taak heeft<br />

leerervaring<strong>en</strong> op te zett<strong>en</strong> <strong>en</strong> maximaal te ondersteun<strong>en</strong>.<br />

Tak<strong>en</strong>: ge<strong>en</strong> lukrake bedo<strong>en</strong>ing<br />

Om leereffect te sorter<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> wel voldo<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> aantal voorwaard<strong>en</strong>. Zo moet<strong>en</strong> ze inspel<strong>en</strong><br />

op de behoeft<strong>en</strong> die bij de leerling<strong>en</strong> zijn vastgesteld <strong>en</strong> de vakdoel<strong>en</strong> die daaruit voortvloei<strong>en</strong> (relevantie).<br />

Er moet<strong>en</strong> dus tak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> die de leerling<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ter mak<strong>en</strong> in het doorgrond<strong>en</strong> van<br />

vakinhoud<strong>en</strong>. Tak<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ook gr<strong>en</strong>sverlegg<strong>en</strong>d zijn: tuss<strong>en</strong> de compet<strong>en</strong>ties die de leerling<strong>en</strong> in huis<br />

hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vaardigheid die de taak vereist, zit e<strong>en</strong> kloof die moet word<strong>en</strong> overbrugd (uitdaging). Om<br />

de leerling<strong>en</strong> zover te krijg<strong>en</strong> dat ze de confrontatie met die veeleis<strong>en</strong>de taak aangaan, moet<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> ook<br />

e<strong>en</strong> grote motiver<strong>en</strong>de kracht hebb<strong>en</strong>. Die kracht zit in de aantrekkelijkheid van het doel dat moet word<strong>en</strong><br />

bereikt <strong>en</strong> in de noodzaak die dat doel schept om vakinhoud<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong> (behoefteschepping) <strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de gevarieerdheid van de tak<strong>en</strong>. Om de mogelijkheid tot zelfontdekking voldo<strong>en</strong>de breed uit te<br />

zett<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de grote hoeveelheid tak<strong>en</strong> voorgelegd te krijg<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

30


ler<strong>en</strong> is sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><br />

De confrontatie met de per definitie veeleis<strong>en</strong>de taak is overig<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> individuele aangeleg<strong>en</strong>heid. Ler<strong>en</strong><br />

is veel efficiënter als er ander<strong>en</strong> bij betrokk<strong>en</strong> zijn: actief ler<strong>en</strong> is ook best interactief ler<strong>en</strong>. De ‘andere’ met<br />

wie interactie wordt aangegaan kan de leerkracht, of de medeleerling zijn.<br />

Sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong>, vooral wanneer de groepjes heteroge<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gesteld, leidt tot int<strong>en</strong>se<br />

communicatie, die compet<strong>en</strong>tieverwerving in de hand werkt <strong>en</strong> doorgaans leidt tot betere taakuitvoering<br />

<strong>en</strong> eindproduct<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> de zwakke(re) leerling<strong>en</strong>, maar ook de sterke(re) blijk<strong>en</strong> meer te ler<strong>en</strong><br />

als ze tak<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> in heterog<strong>en</strong>e groepjes. Heterog<strong>en</strong>iteit is in e<strong>en</strong> taakgerichte aanpak e<strong>en</strong><br />

regelrechte troef op het vlak van leereffect <strong>en</strong> heeft daarnaast e<strong>en</strong> positieve invloed op het zelfvertrouw<strong>en</strong>,<br />

het compet<strong>en</strong>tiegevoel <strong>en</strong> de motivatie van kwetsbare leerling<strong>en</strong>.<br />

Interactie met de leerkracht is vooral zinvol als leerling<strong>en</strong> nood hebb<strong>en</strong> aan aanmoediging <strong>en</strong> ondersteuning.<br />

Wanneer de start niet vlot, poging<strong>en</strong> vastlop<strong>en</strong>, ding<strong>en</strong> verkeerd lop<strong>en</strong>, verkeerd begrep<strong>en</strong> of<br />

uitgedrukt word<strong>en</strong>, gaat de leerkracht met de leerling<strong>en</strong> in gesprek: lokt hun nieuwsgierigheid uit, br<strong>en</strong>gt<br />

hun d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> op gang, br<strong>en</strong>gt h<strong>en</strong> met gerichte vrag<strong>en</strong> op het goede spoor wat betreft betek<strong>en</strong>isgeving,<br />

formuleringswijze, strategiegebruik, …<br />

e<strong>en</strong> leerkrachtig klasklimaat<br />

Naast goede tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgebreide interactie is ook het klasklimaat bepal<strong>en</strong>d voor het zelfontdekk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong><br />

dat de taakgerichte aanpak beoogt. De leerkracht draagt bij tot e<strong>en</strong> leerkrachtig klimaat als hij voortdur<strong>en</strong>d<br />

het signaal geeft dat voor het ler<strong>en</strong> niet zozeer het eindproduct dan wel het zoekproces van belang is <strong>en</strong><br />

dat de leerling<strong>en</strong> naar eig<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> explorer<strong>en</strong>, fout<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, vrag<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, hulp vrag<strong>en</strong>.<br />

motivatie <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisbagage<br />

Motivatie wordt systematisch opgewekt door het leerproces te do<strong>en</strong> vertrekk<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> uitdag<strong>en</strong>de probleemstelling.<br />

Die schept bij de leerling<strong>en</strong> de behoeft om welbepaalde informatie te achterhal<strong>en</strong>: ze krijg<strong>en</strong><br />

zin om te explorer<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontdekk<strong>en</strong>. De opgewekte informatie wordt door coöperatieve werkvorm<strong>en</strong>, ondersteuning<br />

van het probleemoplossingsproces <strong>en</strong> e<strong>en</strong> positief leerklimaat in stand gehoud<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de<br />

het verdere leerproces.<br />

Aan mogelijk gebrek van k<strong>en</strong>nis van de werkelijkheid wordt tegemoet gekom<strong>en</strong> door de probleemstelling<br />

in te bedd<strong>en</strong> in hier-<strong>en</strong>-nu-context die de leerling<strong>en</strong> het probleem doet ‘belev<strong>en</strong>’.<br />

Wie als leerkracht kiest voor taakgericht vakk<strong>en</strong>onderwijs vraagt leerling<strong>en</strong> regelmatig om met elkaar te<br />

overlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te discussiër<strong>en</strong>, om informatiebronn<strong>en</strong> te raadpleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekst<strong>en</strong> kritisch te verwerk<strong>en</strong>, om<br />

mondeling of schriftelijk verslag uit te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van overleg, experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, probleemoplossing<strong>en</strong>, ... Zo<br />

schept de leerkracht heel veel kans<strong>en</strong> om doorhe<strong>en</strong> de hele schooldag belangrijke sleutelcompet<strong>en</strong>ties te<br />

ontwikkel<strong>en</strong>.<br />

wat met formules, regels, definities, …?<br />

Expliciete aandacht voor e<strong>en</strong> formule <strong>en</strong> regels hebb<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> taakgericht ler<strong>en</strong> e<strong>en</strong> plaats <strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijd: namelijk<br />

binn<strong>en</strong> de ‘taakcontext’ <strong>en</strong> (bij voorkeur) als de leerling<strong>en</strong> vastlop<strong>en</strong> op het elem<strong>en</strong>t in kwestie terwijl<br />

dat binn<strong>en</strong> de taak e<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tiële rol heeft, bijvoorbeeld de woord<strong>en</strong> oorzaak <strong>en</strong> gevolg als de leerling<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> tekst te lez<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> over het uitsterv<strong>en</strong> van diersoort<strong>en</strong>, of het ass<strong>en</strong>stelsel als de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak<br />

uitvoer<strong>en</strong> rond spiegeling<strong>en</strong>. Op dat og<strong>en</strong>blik zijn leerling<strong>en</strong> immers het meest ontvankelijk voor ‘beschouwing’<br />

omdat deze gekoppeld is aan e<strong>en</strong> behoefte die zij op dat precieze mom<strong>en</strong>t ervar<strong>en</strong> <strong>en</strong> waaraan moet<br />

word<strong>en</strong> voldaan om de taak (beter) te kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

31


Bij taakgericht ler<strong>en</strong> begint m<strong>en</strong> bij het concrete <strong>en</strong> eindigt m<strong>en</strong> bij het abstracte. De leerkracht geeft de<br />

leerling e<strong>en</strong> concrete taak <strong>en</strong> begeleidt de leerling zodat deze vanuit de concrete situaties zelf e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />

beschouwing (formule, e<strong>en</strong> regel, e<strong>en</strong> definitie) kan formuler<strong>en</strong>. Ler<strong>en</strong> wordt effectief als de leerling<br />

zelf het proces van veralgem<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> abstrahering kan uitvoer<strong>en</strong>, via actieve ervaring, handel<strong>en</strong>, explorer<strong>en</strong>,<br />

experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>.<br />

<strong>en</strong> nederlands…<br />

De taal van de leerkracht <strong>en</strong> het leerboek is niet altijd ev<strong>en</strong> begrijpelijk. Bij zaakvakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook praktijkvakk<strong>en</strong><br />

kom<strong>en</strong> onvermijdelijk e<strong>en</strong> boel vakterm<strong>en</strong> te pas (feodaliteit, capillariteit, legering, reliëf), maar ook<br />

andere abstracte begripp<strong>en</strong> als elem<strong>en</strong>t, factor, feit, verschijnsel, k<strong>en</strong>merk, eig<strong>en</strong>schap, teg<strong>en</strong>stelling,<br />

oorzaak, gevolg, functie, voorwaarde, ope<strong>en</strong>volging. Ook in andere opzicht<strong>en</strong> is het taalgebruik van de<br />

leerkracht <strong>en</strong> het schoolboek zeer complex <strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> de taaleis<strong>en</strong> op school hoog.<br />

Voor sommige leerling<strong>en</strong> kan taal het ler<strong>en</strong> in de weg staan. Om deze groep e<strong>en</strong> grotere kans op schoolsucces<br />

te gev<strong>en</strong>, moet de school werk mak<strong>en</strong> van de ontwikkeling van ‘schooltaalvaardigheid’, niet alle<strong>en</strong><br />

in het vak Nederlands, maar ook in de andere vakk<strong>en</strong>. Taakgericht werk<strong>en</strong> is daarbij e<strong>en</strong> effectieve manier<br />

om de schooltaalvaardigheid van de leerling<strong>en</strong> te bevorder<strong>en</strong>. Terwijl je de tak<strong>en</strong> in de zaakvakk<strong>en</strong> uitvoert,<br />

leer je taal al do<strong>en</strong>de, door met taal te handel<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze te gebruik<strong>en</strong> in de context van e<strong>en</strong> bepaald<br />

(vak)doel dat moet word<strong>en</strong> bereikt. Wat hierbov<strong>en</strong> werd gezegd over vakinhoud<strong>en</strong>, geldt ook voor taal:<br />

leerling<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> taal door tak<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> bepaald vak uit te voer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet door onderwez<strong>en</strong> te word<strong>en</strong><br />

over taal.<br />

e<strong>en</strong> voorbeeld uit de les Biologie, eerste graad<br />

De onderstaande less<strong>en</strong>reeks, de werking van het bewegingsapparaat, stelt zich tot doel de leerling<strong>en</strong> het<br />

volg<strong>en</strong>de inzicht te lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>:<br />

De m<strong>en</strong>s is in staat om te beweg<strong>en</strong> doordat zijn lichaam e<strong>en</strong> aantal onderdel<strong>en</strong> bezit die<br />

hiertoe sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>: 100 beweeglijke bott<strong>en</strong> van het geraamte <strong>en</strong> de gewricht<strong>en</strong> waarin<br />

ze met elkaar verbond<strong>en</strong> zijn, skeletspier<strong>en</strong>, z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> in de spier<strong>en</strong>, de hers<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Stap 1: e<strong>en</strong> sterke instap: hier-<strong>en</strong>-nu & gecontextualiseerde probleemstelling<br />

De les begint met e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t. De leerkracht geeft aan twee vrijwilligers de opdracht plaats te nem<strong>en</strong><br />

bij e<strong>en</strong> muur vooraan in het klaslokaal. Aan de <strong>en</strong>e vertelt hij dat die met de rug recht teg<strong>en</strong> de muur moet<br />

gaan staan. Vervolg<strong>en</strong>s moet de leerling prober<strong>en</strong> om voorover te buig<strong>en</strong> <strong>en</strong> met zijn vingers zijn t<strong>en</strong><strong>en</strong> te<br />

rak<strong>en</strong>. De andere vrijwilliger krijgt te hor<strong>en</strong> dat hij op 40 cm van de muur moet plaatsnem<strong>en</strong>. Dan moet hij<br />

zijn voorhoofd teg<strong>en</strong> de muur drukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> prober<strong>en</strong> om rechtop te kom<strong>en</strong>, van de muur weg.<br />

In sam<strong>en</strong>spraak met de ‘proefkonijn<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> de klas stelt de leerkracht vast dat deze beweging<strong>en</strong> niet of<br />

heel moeilijk uit te voer<strong>en</strong> zijn. Hoe zou dat kom<strong>en</strong>? De leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> instructies om in viertall<strong>en</strong> te<br />

zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> mogelijke verklaring. Zij mog<strong>en</strong> de experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> herhal<strong>en</strong> om zo na te gaan waar de<br />

beweging<strong>en</strong> haper<strong>en</strong>.<br />

Terwijl de leerling<strong>en</strong> in groep overlegg<strong>en</strong>, circuleert de leerkracht. Stelt hij bijvoorbeeld vast dat de leerling<strong>en</strong><br />

term<strong>en</strong> als ‘bekk<strong>en</strong>’, ‘kantel<strong>en</strong>’, ‘wervelkolom’ niet gebruik<strong>en</strong>, dan br<strong>en</strong>gt hij deze tijd<strong>en</strong>s het gesprek<br />

met het groepje op natuurlijke wijze aan, daarbij zelf beweging<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>d <strong>en</strong>/of verwijz<strong>en</strong>d naar de<br />

betreff<strong>en</strong>de lichaamsdel<strong>en</strong>:<br />

Lk: Leg je hand<strong>en</strong> e<strong>en</strong>s hier, op je bekk<strong>en</strong>, terwijl je buigt los van de muur. En voel nu aan je bekk<strong>en</strong><br />

als je teg<strong>en</strong> de muur staat <strong>en</strong> buigt. Wat is het verschil?<br />

Ll: Dit (wijst op bekk<strong>en</strong>) kan wel beweg<strong>en</strong> als ik niet teg<strong>en</strong> de muur sta.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

32


Lk: Klopt. Als je niet teg<strong>en</strong> de muur staat, dan kan het bekk<strong>en</strong> kantel<strong>en</strong> (demonstreert). En wat heeft<br />

dat tot gevolg? Kan je dan dieper buig<strong>en</strong> of niet?<br />

Ll: Dieper.<br />

Lk: Inderdaad, als het bekk<strong>en</strong> kantelt, kan je ook de wervelkolom (wijst aan) verder naar vor<strong>en</strong> buig<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht laat de groepjes hun bevinding<strong>en</strong> verwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> komt met de klas tot het besluit dat beweg<strong>en</strong><br />

te mak<strong>en</strong> heeft met verschill<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> van het lichaam: onder andere met de spier<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de bott<strong>en</strong>. De leerling<strong>en</strong> bekijk<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de leerkracht de belangrijkste onderdel<strong>en</strong> van het m<strong>en</strong>selijk<br />

geraamte <strong>en</strong> van het spierstelsel op e<strong>en</strong> afbeelding.<br />

Stap 2: ‘het echte werk’: coöperatief aan de slag met wet<strong>en</strong>schappelijk-veralgem<strong>en</strong><strong>en</strong>de tekst<br />

Stap 2.1<br />

De <strong>en</strong>e helft van de groepjes krijgt de opdracht e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t met de arm uit te voer<strong>en</strong> (hoeveel/welke<br />

soort<strong>en</strong> beweging<strong>en</strong> zijn mogelijk?), dat leidt tot de invulling van het begrip gewricht <strong>en</strong> de soort<strong>en</strong> gewricht<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> werkblad waarop h<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorgelegd die hun respectieve<br />

experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> richt<strong>en</strong>:<br />

Dit is e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t met je arm. Zoek uit welke verschill<strong>en</strong>de beweging<strong>en</strong> je ermee kan uitvoer<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<br />

welke punt<strong>en</strong> die beweging precies gebeurt. K<strong>en</strong> je de naam van die punt<strong>en</strong>?<br />

Zijn de beweging<strong>en</strong> die je kunt mak<strong>en</strong> helemaal hetzelfde of voel je verschil? Bespreek dat met elkaar.<br />

Ze krijg<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s de opdracht om e<strong>en</strong> informatieve tekst over gewricht<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> op basis van de<br />

ingewonn<strong>en</strong> informatie hun antwoord<strong>en</strong> op het werkblad bij te stur<strong>en</strong> of te vervolledig<strong>en</strong>.<br />

De andere helft van de groepjes moet e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t do<strong>en</strong> dat de werking van de spier<strong>en</strong> verduidelijkt,<br />

krijgt hiervoor ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> werkblad met vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> tekst over spier<strong>en</strong> om hun hypothes<strong>en</strong> te beoordel<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> zo nodig bij te stell<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht circuleert <strong>en</strong> ondersteunt de groepjes die moeilijkhed<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> bij het begrijp<strong>en</strong> van de<br />

tekst <strong>en</strong> het verwerk<strong>en</strong> van de informatie. In de tekst over gewricht<strong>en</strong> staat o.m. de volg<strong>en</strong>de uitspraak:<br />

‘Rond elk gewricht zit e<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong>d vlies (het ‘kapsel’) dat de bott<strong>en</strong> bij elkaar houdt. Het kapsel produceert<br />

e<strong>en</strong> vette vloeistof die het gewricht smeert: dit voorkomt slijtage van het gewricht.’<br />

Eén van de groepjes slaagt er niet in het verband te zi<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> vloeistof <strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> van slijtage. Ze<br />

begrijp<strong>en</strong> zelfs de term slijtage niet. Het gesprek met het groepje loopt als volgt:<br />

Lk: Kijk e<strong>en</strong>s ev<strong>en</strong> hier. Wat zie je op de afbeelding? Wat zit hier? (wijst kapsel aan)<br />

LL1: E<strong>en</strong> vlies... euhm ... kapsel…<br />

Lk: Jullie wet<strong>en</strong> nog wat e<strong>en</strong> vlies is, hé? (leerling<strong>en</strong> bevestig<strong>en</strong>) Wat staat er over dat vlies?<br />

LL2: ‘Het houdt de bott<strong>en</strong> bij elkaar.’<br />

LL1: Iets over e<strong>en</strong> vloeistof. ‘Het kapsel produceert e<strong>en</strong> vette vloeistof’...<br />

Lk: Inderdaad, e<strong>en</strong> vette vloeistof ... Wat moet<strong>en</strong> we ons daarbij voorstell<strong>en</strong>?<br />

LL2: ... e<strong>en</strong> soort van olie?<br />

Lk: Juist. Dus hier (wijst aan) zit die vloeistof. Waarom zit die daar? Wat is de functie ervan?<br />

LLn: (???)<br />

Lk: Als het gewricht beweegt, wrijv<strong>en</strong> de kop <strong>en</strong> de kom dan teg<strong>en</strong> elkaar (maakt wrijfbeweging met<br />

de handpalm<strong>en</strong>)? Nee dus. Als er ge<strong>en</strong> olie was <strong>en</strong> ze wel altijd teg<strong>en</strong> elkaar zoud<strong>en</strong> wrijv<strong>en</strong>, wat<br />

zou er dan gebeur<strong>en</strong>?<br />

LLn: (???)<br />

Lk: (de leerkracht verwijst naar e<strong>en</strong> aantal situaties van ‘wrijving’, bv. van broekspijp teg<strong>en</strong> scho<strong>en</strong>, om<br />

bij het begrip ‘slijt<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> zo bij ‘slijtage’ uit te kom<strong>en</strong>) Met andere woord<strong>en</strong>: de vloeistof zorgt ervoor<br />

dat ...?<br />

LL2: … de twee del<strong>en</strong> niet over elkaar wrijv<strong>en</strong>…<br />

Lk: En hoe staat dat nu in de tekst: de vloeistof smeert het gewricht <strong>en</strong> .....?<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

33


De experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekst<strong>en</strong> word<strong>en</strong> klassikaal besprok<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> duid<strong>en</strong> met behulp van de tekst de<br />

gewricht<strong>en</strong> <strong>en</strong> spier<strong>en</strong> op de afbeelding aan <strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> ze.<br />

Stap 2.2<br />

We wet<strong>en</strong> nu dat beweg<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> heeft met spier<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat beweg<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> heeft met gewricht<strong>en</strong>.<br />

Maar hoe gaat dat nu precies in zijn werk? Wat voor acties gebeur<strong>en</strong> er eig<strong>en</strong>lijk binn<strong>en</strong> in ons lichaam om<br />

onze arm deze beweging (leerkracht demonstreert bepaalde beweging) te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>?<br />

De leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> de opdracht na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over hoe de hers<strong>en</strong><strong>en</strong>, gewricht<strong>en</strong> <strong>en</strong> spier<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><br />

om beweging te do<strong>en</strong> ontstaan. De oplossing vereist e<strong>en</strong> combinatie van de gegev<strong>en</strong>s uit de informatieve<br />

tekst<strong>en</strong>. Daarom word<strong>en</strong> nieuwe groepjes sam<strong>en</strong>gesteld uit twee leerling<strong>en</strong> die de spier<strong>en</strong> <strong>en</strong> twee<br />

die de gewricht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bestudeerd.<br />

De leerling<strong>en</strong> gaan met elkaar aan de praat.<br />

De leerkracht helpt twijfelaars o.m. als volgt op weg:<br />

Wat is de eerste stap bij elke beweging? Waar begint de beweging?<br />

Begint de beweging bij de spier<strong>en</strong>, bij de gewricht<strong>en</strong>?<br />

Beginn<strong>en</strong> de spier<strong>en</strong> / de gewricht<strong>en</strong> vanzelf te beweg<strong>en</strong>?<br />

Aan groepjes die na de initiële richtvrag<strong>en</strong> de draad (weer) verliez<strong>en</strong>, stelt hij vrag<strong>en</strong> als:<br />

Wat gebeurt er in de hers<strong>en</strong><strong>en</strong> /wat do<strong>en</strong> ze precies?<br />

En wat gebeurt er dan/wie komt er dan in actie?<br />

Bij de klassikale bespreking van de opdracht laat de leerkracht de leerling<strong>en</strong> hun respectieve oplossing<strong>en</strong><br />

verwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> stelt daarbij vrag<strong>en</strong> als:<br />

Hoe zijn jullie tot dat antwoord gekom<strong>en</strong>? / Waar hebb<strong>en</strong> jullie die informatie gevond<strong>en</strong>?<br />

Hoe staat dat precies in de tekst? / Wat betek<strong>en</strong>t dat precies? Wat moet je daaronder verstaan?<br />

Klopt dat wel met wat jullie daarnet zeid<strong>en</strong>?<br />

Staat er nog verdere informatie over xxx die belangrijk is voor dit aspect?<br />

Stap 3: de terugblik <strong>en</strong> de ‘leerbesluit<strong>en</strong>’: formuler<strong>en</strong> van leerdoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekst als neerslag <strong>en</strong> studeerinstrum<strong>en</strong>t<br />

Stap 3.1<br />

In het klassikale nagesprek overloopt de leerkracht de verschill<strong>en</strong>de ‘feit<strong>en</strong>’ in verband met beweging <strong>en</strong><br />

geeft op die manier de leerinhoud in zijn geheel weer. Vervolg<strong>en</strong>s bespreekt hij met de leerling<strong>en</strong> wat ze<br />

precies moet<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, op basis van e<strong>en</strong> overzicht dat ze op papier meekrijg<strong>en</strong>.<br />

Over de gewricht<strong>en</strong><br />

De m<strong>en</strong>s heeft, net als e<strong>en</strong> aantal diersoort<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> inw<strong>en</strong>dig geraamte dat bestaat uit e<strong>en</strong> 200-tal bott<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> dat steun <strong>en</strong> vorm geeft aan het lichaam.<br />

Je moet de volg<strong>en</strong>de bott<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> afbeelding herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>: (schedel, wervelkolom, borstbe<strong>en</strong>, ribb<strong>en</strong>,<br />

schouderblad, sleutelbe<strong>en</strong>, opperarmbe<strong>en</strong>, ellepijp, spaakbe<strong>en</strong>, heupbe<strong>en</strong>, bekk<strong>en</strong>, dijbe<strong>en</strong>, sche<strong>en</strong>be<strong>en</strong>,<br />

kuitbe<strong>en</strong>, knieschijf).<br />

Gewricht<strong>en</strong> zijn de plaats<strong>en</strong> waar twee of meer bott<strong>en</strong> met elkaar verbond<strong>en</strong> zijn op e<strong>en</strong> zodanige<br />

wijze dat ze kunn<strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van elkaar.<br />

Je moet de onderdel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gewricht (nl. gewrichtskop, gewrichtskom, gewrichtskapsel, gewrichtsband<strong>en</strong>,<br />

gewrichtssmeer) op e<strong>en</strong> afbeelding herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. (...)<br />

Je moet wet<strong>en</strong> wat de rol is van: het gewrichtskapsel, de gewrichtsband<strong>en</strong>, het gewrichtssmeer, het<br />

kraakbe<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> gewrichtskop <strong>en</strong> -kom.<br />

(…)<br />

Over de spier<strong>en</strong><br />

De m<strong>en</strong>s beschikt over e<strong>en</strong> 600-tal spier<strong>en</strong>. Het mer<strong>en</strong>deel ervan hebb<strong>en</strong> de taak beweging mogelijk<br />

te mak<strong>en</strong>; m<strong>en</strong> noemt ze de skeletspier<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

34


Je moet de volg<strong>en</strong>de spier<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> afbeelding van het m<strong>en</strong>selijk lichaam: vierhoofdige<br />

dijspier - tweehoofdige dijspier - kuitspier - sche<strong>en</strong>be<strong>en</strong>spier - spier<strong>en</strong> van de voet - biceps - triceps).<br />

(...)<br />

Stap 3.2<br />

T<strong>en</strong> slotte legt de leerkracht e<strong>en</strong> tekst voor, die e<strong>en</strong> neerslag (in wet<strong>en</strong>schappelijke taal) is van wat in de<br />

les aan de orde is gesteld <strong>en</strong> die door de leerling<strong>en</strong> als geheug<strong>en</strong>steun <strong>en</strong> studeerinstrum<strong>en</strong>t moet word<strong>en</strong><br />

gebruikt.<br />

Aan de tekst zijn e<strong>en</strong> aantal verwerkingsopdracht<strong>en</strong> gekoppeld die door de leerling<strong>en</strong> in tweetall<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

opgelost <strong>en</strong> het hele gamma vooropgestelde doel<strong>en</strong> bestrijk<strong>en</strong>. Voor wat het aspect ‘gewricht<strong>en</strong>’ betreft<br />

geeft de leerkracht o.m. de volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> op:<br />

Waarvoor zorgt het kraakbe<strong>en</strong> in het gewricht?<br />

dat de gewrichtskom <strong>en</strong> –kop goed sam<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong><br />

dat de gewrichtskom <strong>en</strong> –kop niet teg<strong>en</strong> elkaar wrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo elkaar beschadig<strong>en</strong><br />

dat het gewricht regelmatig wordt gesmeerd met e<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong>de vloeistof<br />

Wat is de functie van het gewrichtsmeer?<br />

het gewricht schoon houd<strong>en</strong><br />

het gewricht do<strong>en</strong> knars<strong>en</strong><br />

voorkom<strong>en</strong> dat de gewrichtskop <strong>en</strong> -kom over elkaar he<strong>en</strong> wrijv<strong>en</strong><br />

Duid op de afbeelding de del<strong>en</strong> van het gewricht aan die ervoor zorg<strong>en</strong> dat de gewrichtskop niet uit de<br />

gewrichtskom kan schiet<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht circuleert <strong>en</strong> ondersteunt waar nodig.<br />

Naar:<br />

Nora Bogaert, Taalgericht vakonderwijs: mag het e<strong>en</strong> beetje meer zijn? In: Nova et Vetera, jg. LXXXII,<br />

2004-2005, nr. 1-2<br />

<strong>Steunpunt</strong> GOK – Ronde van Vlaander<strong>en</strong> 2005, Thema Taalvaardigheidsonderwijs SO, visietekst<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

35


Begeleid zelfstandig ler<strong>en</strong><br />

klemtoon op het zelfstandig ler<strong>en</strong><br />

Bij zelfstandig ler<strong>en</strong> besteedt de leraar bepaalde leerbeslissing<strong>en</strong> uit aan de leerling. Die beslissing<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> betrekking hebb<strong>en</strong> op wat geleerd wordt <strong>en</strong> hoe geleerd wordt. Het k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d verschil met zelfstandig<br />

werk<strong>en</strong> is dat de leerling<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangezet tot het zelfstandig uitvoer<strong>en</strong> van leertak<strong>en</strong><br />

zoals in het basisonderwijs maar ook tot het :<br />

zelfstandig plann<strong>en</strong><br />

stur<strong>en</strong><br />

bewak<strong>en</strong><br />

evaluer<strong>en</strong> van hun leerproces<br />

Ze verwerv<strong>en</strong> op die manier niet alle<strong>en</strong> zelfstandigheid in het uitvoer<strong>en</strong> van tak<strong>en</strong>, maar ler<strong>en</strong> ook ontdekk<strong>en</strong><br />

hoe zij best ler<strong>en</strong>. C<strong>en</strong>traal in het zelfstandig werk is het leerproces (bron: www.sgkso-vlar.be/html/<br />

pedagogisch/vanbaonaarso.htm).<br />

In begeleid zelfstandig ler<strong>en</strong> gaat veel aandacht naar begeleiding van leerling<strong>en</strong> in het zelfstandig ler<strong>en</strong><br />

zoals het ondersteun<strong>en</strong> van de zelfsturing van leerling<strong>en</strong>.<br />

Begeleiding van zelfsturing.<br />

Binn<strong>en</strong> zelfsturing onderscheid<strong>en</strong> we vier deelelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Will<strong>en</strong><br />

opdracht moet de moeite waard zijn<br />

taakbeleving<br />

Doel<strong>en</strong> stell<strong>en</strong><br />

Waar wil je naartoe?<br />

Wat moet er gebeur<strong>en</strong>?<br />

Sc<strong>en</strong>ario bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong><br />

planning<br />

oplossingsstrategieën<br />

systematisch handel<strong>en</strong><br />

stapp<strong>en</strong>plan (Meich<strong>en</strong>baum)<br />

Afstand houd<strong>en</strong><br />

controle<br />

nakijk<strong>en</strong><br />

De begeleiding kan zich op de afzonderlijke deelaspect<strong>en</strong> gaan richt<strong>en</strong>. In elk geval zal er aandacht moet<strong>en</strong><br />

gaan naar de context waarbinn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak wordt aangebod<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong>/<strong>jonger<strong>en</strong></strong> moet<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> duidelijk beeld hebb<strong>en</strong> van wat gevraagd wordt<br />

de taak de moeite waard vind<strong>en</strong><br />

de taak als e<strong>en</strong> haalbare taak ervar<strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong> welke aanpakstrategieën geactualiseerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> eerste planning kunn<strong>en</strong> opmak<strong>en</strong><br />

zicht hebb<strong>en</strong> op evaluatiecriteria: wanneer is de taak voldo<strong>en</strong>de?<br />

Maar ook zal er aandacht <strong>en</strong> ondersteuning gebod<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij volg<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong>:<br />

Het ler<strong>en</strong> zelf<br />

ondersteun<strong>en</strong> van efficiënte leerstrategieën<br />

afhankelijk van de leertaak (studietaak, discussietaak, probleemtaak, toepassingstaak, strategietaak,…)<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

36


De taak reguler<strong>en</strong><br />

proces bewak<strong>en</strong><br />

oorzak<strong>en</strong> ontdekk<strong>en</strong> van fal<strong>en</strong> <strong>en</strong> alternatiev<strong>en</strong> selecter<strong>en</strong><br />

Aandacht <strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie hoog houd<strong>en</strong><br />

(zelf)motivatietechniek<strong>en</strong><br />

emoties onder controle houd<strong>en</strong><br />

omgevingscontrole<br />

Organisatievorm<strong>en</strong>: hoek<strong>en</strong>- <strong>en</strong> contractwerk<br />

klemtoon op het eig<strong>en</strong> leerproces verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong><br />

Leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> zelfstandig aan tak<strong>en</strong>. Hoek<strong>en</strong>werk <strong>en</strong> contractwerk zijn organisatievorm<strong>en</strong> waarmee<br />

dit kan gerealiseerd word<strong>en</strong>. In het basisonderwijs bestaat daar rond al heel wat know how. Ook binn<strong>en</strong><br />

het secundair word<strong>en</strong> deze organisatievorm<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> meer gebruikt.<br />

Contractwerk is e<strong>en</strong> organisatievorm waarbij voor ieder individuele leerling e<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>pakket (contract)<br />

voor e<strong>en</strong> bepaalde periode formeel wordt vastgelegd (werktijd) waarbinn<strong>en</strong> hij/zij relatief zelfstandig<br />

over de duur <strong>en</strong> de volgorde van de activiteit<strong>en</strong> kan besliss<strong>en</strong>. Met contractwerk bied<strong>en</strong> we leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

tak<strong>en</strong>pakket aan waarbij ze zelfstandig hun tijd kunn<strong>en</strong> invull<strong>en</strong>. Vaak bestaat e<strong>en</strong> pakket uit e<strong>en</strong> verplicht<br />

gedeelte <strong>en</strong> e<strong>en</strong> keuzegedeelte. Met contractwerk is het mogelijk in te spel<strong>en</strong> op individuele verschill<strong>en</strong>.<br />

Het is immers makkelijk om ook individuele tak<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> contractbrief toe te voeg<strong>en</strong>.<br />

Contractwerk bestaat al sinds het begin van de twintigste eeuw to<strong>en</strong> H. Parkhurst het gebruikte als onderwijzeres<br />

in e<strong>en</strong> plattelandsschooltje met één klas. Deze situatie zette haar aan tot individualisering. In haar<br />

systeem kreg<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> e<strong>en</strong> pakket bestaande uit week- <strong>en</strong> maandtak<strong>en</strong> met zelfcontrole. De leerkracht<br />

werd e<strong>en</strong> begeleider bij de zelfstudie van de leerling<strong>en</strong>. In 1922 schreef ze de organisatie van haar<br />

schoolsysteem neer in het Dalton-plan. Deze gedacht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> veel invloed gehad op het Amerikaanse<br />

onderwijssysteem. Prof. Dr. Ferre Laevers omschrijft in 1987 contractwerk als volgt: ‘Contractwerk is e<strong>en</strong><br />

organisatievorm waarbij voor iedere individuele leerling e<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>pakket voor e<strong>en</strong> bepaalde periode<br />

(bijvoorbeeld e<strong>en</strong> week) formeel is vastgelegd. Om het pakket af te werk<strong>en</strong> krijgt hij/zij e<strong>en</strong> bepaald deel<br />

van de lestijd<strong>en</strong> (contractwerktijd) ter beschikking waarbij hij/zij relatief zelfstandig over de duur <strong>en</strong> de<br />

volgorde van de onderscheid<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> kan besliss<strong>en</strong>.’<br />

Enkele basisprincipes van contractwerk:<br />

het contract bestaat meestal uit verplichte opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> keuzeopdracht<strong>en</strong><br />

de opdracht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voor iedere<strong>en</strong> dezelfde zijn, maar ze kunn<strong>en</strong> ook verschill<strong>en</strong>d zijn per groep of<br />

zelfs per individuele leerling<br />

binn<strong>en</strong> het less<strong>en</strong>rooster is er tijd voorzi<strong>en</strong> om aan het contract te werk<strong>en</strong><br />

de tijdsspanne waarover leerling<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> om deze tak<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong>, kan variër<strong>en</strong> van <strong>en</strong>kele<br />

less<strong>en</strong> tot verschill<strong>en</strong>de wek<strong>en</strong><br />

de leerling<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>, per twee of in e<strong>en</strong> klein groepje aan de opdracht<strong>en</strong><br />

contractwerk zi<strong>en</strong> we niet als e<strong>en</strong> doel op zich maar als e<strong>en</strong> hulpmiddel om bepaalde doelstelling<strong>en</strong> na<br />

te strev<strong>en</strong><br />

Uit de opsomming blijkt dat elke vakleerkracht deze organisatievorm op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> kan invull<strong>en</strong>.<br />

De doelstelling<strong>en</strong> die hij hiermee voor og<strong>en</strong> houdt, vorm<strong>en</strong> het criterium om te besliss<strong>en</strong> over bepaalde<br />

inhoud<strong>en</strong>, regels <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong>.<br />

Het werk<strong>en</strong> in hoek<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> andere organisatievorm die net als contractwerk het klassikale systeem doorbreekt.<br />

E<strong>en</strong> leerkracht kan kiez<strong>en</strong> voor contractwerk, hoek<strong>en</strong>werk of e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gvorm.<br />

Hoek<strong>en</strong>werk is e<strong>en</strong> leeromgeving waarin structuur wordt aangebracht die kinder<strong>en</strong>/<strong>jonger<strong>en</strong></strong> uitlokt om tot<br />

activiteit <strong>en</strong> zo tot ler<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> grote diversiteit aan inhoud <strong>en</strong> aard van activiteit<strong>en</strong> gericht op<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

37


oef<strong>en</strong><strong>en</strong>, verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>.<br />

Binn<strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk kunn<strong>en</strong> <strong>jonger<strong>en</strong></strong> actief aan de slag met allerlei material<strong>en</strong>. De inhoud wordt h<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong><br />

via de hoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> via het materiaal. Ze word<strong>en</strong> uitg<strong>en</strong>odigd om er zelf mee aan de slag te gaan<br />

via allerlei activiteit<strong>en</strong>. Met hoek<strong>en</strong>werk is het mogelijk om ook allerlei keuzeactiviteit<strong>en</strong> aan te bied<strong>en</strong>.<br />

Werk<strong>en</strong> in hoek<strong>en</strong> vraagt wel e<strong>en</strong> bepaalde klasschikking. De ruimte wordt in verschill<strong>en</strong>de hoek<strong>en</strong> ingedeeld.<br />

Elke hoek is vanzelfsprek<strong>en</strong>d niet noodzakelijk e<strong>en</strong> ‘echte’ hoek. E<strong>en</strong> tafel teg<strong>en</strong> de muur kan ook<br />

e<strong>en</strong> hoek zijn. Op e<strong>en</strong> bepaald tijdstip in de less<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanbod van verschill<strong>en</strong>de<br />

opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>. Deze opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd in de verschill<strong>en</strong>de hoek<strong>en</strong>. Deze hoek<strong>en</strong><br />

zijn zo ingericht <strong>en</strong> de opdracht<strong>en</strong> zodanig opgesteld dat de leerling<strong>en</strong> er zelfstandig aan het werk kunn<strong>en</strong><br />

gaan.<br />

Meestal is de ruimte in e<strong>en</strong> hoek beperkt zodat er bij hoek<strong>en</strong>werk meer afsprak<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gemaakt word<strong>en</strong><br />

over wie op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> hoek kan werk<strong>en</strong>.<br />

Elke leerling kan individueel aan e<strong>en</strong> opdracht werk<strong>en</strong>. Maar hoek<strong>en</strong>werk is ook uitermate geschikt om<br />

coöperatief te werk<strong>en</strong> in kleine groepjes.<br />

Hoek<strong>en</strong>werk biedt meestal ruimere oef<strong>en</strong>kans<strong>en</strong>. Material<strong>en</strong> <strong>en</strong> werkvorm<strong>en</strong> die minder geschikt zijn voor<br />

klassikaal gebruik, kunn<strong>en</strong> meer aan bod kom<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s hoek<strong>en</strong>werk (zoals computer, leerspell<strong>en</strong>, …)<br />

Welke opdracht<strong>en</strong> pass<strong>en</strong> in contractwerk <strong>en</strong> in hoek<strong>en</strong>werk?<br />

Inoef<strong>en</strong><strong>en</strong>, verwerk<strong>en</strong>, toepass<strong>en</strong>, herhal<strong>en</strong><br />

Veel leerkracht<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> het zinvol om contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk op te stell<strong>en</strong> rond de leerstof van e<strong>en</strong><br />

vorig leerstofblok in plaats van rond de leerstof die op dat mom<strong>en</strong>t in de klassikale less<strong>en</strong> aan bod komt.<br />

Het kiez<strong>en</strong> van de volgorde van werk<strong>en</strong>, het niet kiez<strong>en</strong> van alle hoek<strong>en</strong>,… vormt op die manier ge<strong>en</strong><br />

probleem.<br />

Studer<strong>en</strong><br />

Dit zijn opdracht<strong>en</strong> die vaak eerder als huistaak of less<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgegev<strong>en</strong>. Het mooie ervan is dat<br />

leerling<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de schooltijd kans<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> om dit soort tak<strong>en</strong> of opdracht<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Op die manier<br />

word<strong>en</strong> verkeerde strategieën <strong>en</strong> problem<strong>en</strong> veel sneller gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan de leerkracht hierbij correct begeleid<strong>en</strong>.<br />

Jezelf toets<strong>en</strong><br />

Als logisch gevolg van de studeertak<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> soms ook zichzelf of elkaar toets<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong><br />

nem<strong>en</strong> bij zichzelf cassettetoets<strong>en</strong> af of gev<strong>en</strong> elkaar e<strong>en</strong> dictee.<br />

Iets nieuws ontdekk<strong>en</strong>/opzoekwerk<br />

Bij de start <strong>en</strong> ook tijd<strong>en</strong>s het uitwerk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> onderwerp (wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, aardrijkskunde, mavo, PAV,<br />

geschied<strong>en</strong>is, …) kan het bijvoorbeeld zinvol zijn dat leerling<strong>en</strong> basis- of aanvull<strong>en</strong>de informatie/docum<strong>en</strong>tatie<br />

opzoek<strong>en</strong> in klas <strong>en</strong>/of schoolbibliotheek, in krant<strong>en</strong>, op internet, …<br />

Andere mogelijke tak<strong>en</strong> zijn deze waardoor leerling<strong>en</strong> zelfstandig e<strong>en</strong> stuk werkelijkheid ontsluit<strong>en</strong>. Ontdekdoz<strong>en</strong>,<br />

proefopstelling<strong>en</strong>, stap-voor-stap-instructies, computer <strong>en</strong> cd-rom gev<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> de nodige<br />

structuur <strong>en</strong> ondersteuning bij dit leerproces.<br />

E<strong>en</strong> heel specifieke variant zijn de zog<strong>en</strong>aamde leercontract<strong>en</strong> of studietak<strong>en</strong>/projecttak<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> leercontract bevat:<br />

e<strong>en</strong> goed afgebak<strong>en</strong>d onderwerp zoals de spin<br />

e<strong>en</strong> leerdoel, nl. wat de leerling op het einde van de werkperiode moet geleerd hebb<strong>en</strong><br />

de verschill<strong>en</strong>de leerstapp<strong>en</strong> (deze gev<strong>en</strong> aan wat e<strong>en</strong> leerling achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s gaat do<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn<br />

e<strong>en</strong> houvast)<br />

de werkmom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> werkperiode (beschikbare tijd)<br />

de middel<strong>en</strong> (materiaal, boek<strong>en</strong>, …)<br />

afsprak<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t tijdstipp<strong>en</strong> van controle door de leerkracht<br />

aard van de demonstratie. De leerling<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> wat het eindproduct zal zijn van hun leerproces. Dat<br />

kan van alles zijn: e<strong>en</strong> boekje, e<strong>en</strong> t<strong>en</strong>toonstelling, e<strong>en</strong> spreekoef<strong>en</strong>ing, e<strong>en</strong> wandplaat, e<strong>en</strong> werkblad<br />

voor andere leerling<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> spel, …<br />

e<strong>en</strong> overbruggingsactiviteit voor wie sneller klaar is.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

38


nieuwe leerstof<br />

Het is mogelijk om bepaalde nieuwe leerstof die min of meer voorgeprogrammeerd is, als e<strong>en</strong> opdracht<br />

in contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk te stopp<strong>en</strong>. Zelfontdekk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong> is immers d<strong>en</strong>kontwikkeling. Leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

nieuwe formule lat<strong>en</strong> afleid<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>regel lat<strong>en</strong> ontdekk<strong>en</strong> kan via e<strong>en</strong> geprogrammeerde werkinstructie<br />

best lukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> heel leerrijk zijn. Controle of nabespreking zijn dan vanzelfsprek<strong>en</strong>d wel aangewez<strong>en</strong>.<br />

vakoverstijg<strong>en</strong>de of vakgerichte opdracht<strong>en</strong><br />

In secundair onderwijs bestaat contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk meestal in e<strong>en</strong> eerste fase uit opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> aanbod voor één vak. Het is echter absoluut zinvol om na <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk te<br />

gaan d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan het vakoverstijg<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> contractwerk kan dan opdracht<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> die over<br />

verschill<strong>en</strong>de vakk<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> waarbij leerkracht<strong>en</strong> ook meerdere ur<strong>en</strong> beschikbaar zijn voor e<strong>en</strong> klasgroep<br />

<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> meer kans<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om individueel begeleiding te vrag<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />

Wekelijks less<strong>en</strong>rooster<br />

4 a 4B 4 c 5a 5B 5c<br />

Wiskunde Aardrijkskunde Geschied<strong>en</strong>is Nederlands Latijn Frans<br />

Geschied<strong>en</strong>is Wiskunde Aardrijkskunde Frans Nederlands Biologie<br />

Aardrijkskunde Geschied<strong>en</strong>is Wiskunde Biologie Frans Nederlands<br />

Contractnamiddag (per drie wek<strong>en</strong>)<br />

vIerde Jaar vIJfde Jaar<br />

Contractwerk voor Wiskunde, Geschied<strong>en</strong>is,<br />

Aardrijkskunde<br />

Begeleiding:<br />

lesuur 1: lk. wi/gesch<br />

lesuur 2: lk. wi/aard<br />

lesuur 3: lk. gesch/aard<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

Contractwerk voor Nederlands, Latijn/<br />

Biologie,Frans<br />

Begeleiding:<br />

lesuur 1: lk. Ne/Fr<br />

lesuur 2: lk. bio/Ne<br />

lesuur 3: lk. Latijn<br />

Groepsbegeleiding<strong>en</strong>:<br />

lesuur 1: 2 x Latijn<br />

lesuur 2: 2 x Frans<br />

lesuur 3: 2 x Nederlands<br />

verplichte <strong>en</strong> keuze-opdracht<strong>en</strong>/-hoek<strong>en</strong><br />

Eén van de basisvereist<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> contractwerk is de sam<strong>en</strong>stelling uit verplichte <strong>en</strong> keuzeopdracht<strong>en</strong>.<br />

Maar ook binn<strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk werk je best met verplichte <strong>en</strong> keuzehoek<strong>en</strong>.<br />

Soms omvat de werktijd zoveel verplichte opdracht<strong>en</strong> dat alle<strong>en</strong> de sterkste leerling<strong>en</strong> tijd hebb<strong>en</strong> om aan<br />

de keuzeactiviteit<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>. Deze opdracht<strong>en</strong> zijn dikwijls ook door de leerkracht bedoeld als extraatje<br />

voor de vlugste <strong>en</strong> sterkste leerling<strong>en</strong> die anders tijd over hebb<strong>en</strong>. Wanneer de leerkracht echter zelfsturing<br />

<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>heid gericht op fundam<strong>en</strong>teel ler<strong>en</strong> als doel heeft, zou elke leerling de kans moet<strong>en</strong><br />

krijg<strong>en</strong> om keuzeopdracht<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong>initiatief, wat hier het kiez<strong>en</strong> van activiteit<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t,<br />

verhoogt immers de betrokk<strong>en</strong>heid, wat juist de bedoeling is voor de zwakste leerling<strong>en</strong>.<br />

Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong><br />

Onder op<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> verstaan we tak<strong>en</strong> waarvan het resultaat niet vooraf vastligt. Er kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> correctiesleutels<br />

bij gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zoals dat wel kan bij geslot<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>.<br />

Beide soort<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk voorkom<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> werkblad uit e<strong>en</strong> handboek<br />

39


is bijvoorbeeld meestal e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> opdracht. E<strong>en</strong> verhaal schrijv<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> opdracht beeldopvoeding,<br />

e<strong>en</strong> stukje poëzie verwerk<strong>en</strong> zijn op<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>. Op<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> zijn uitermate geschikt want naast<br />

het stimuler<strong>en</strong> van de creativiteit bied<strong>en</strong> ze net als de keuzeopdracht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> oplossing om verschill<strong>en</strong> in<br />

werktempo op te vang<strong>en</strong>.<br />

Schoolse <strong>en</strong> speelse opdracht<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> contract of e<strong>en</strong> hoek is ge<strong>en</strong> zoethoudertje dat <strong>en</strong>kel leuk moet zijn zonder meer. Ler<strong>en</strong> kan ook<br />

op e<strong>en</strong> speelse manier gebeur<strong>en</strong>. Vandaar dat we pleit<strong>en</strong> om ook speelse opdracht<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. De<br />

opdracht<strong>en</strong> in spelvorm houd<strong>en</strong> uiteraard wel verband met het ler<strong>en</strong>.<br />

Natuurlijk kunn<strong>en</strong> ook schoolse opdracht<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Maar hier geldt e<strong>en</strong> waarschuwing. We<br />

stell<strong>en</strong> vaak vast dat leerkracht<strong>en</strong> de schoolse, meer saaie oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> bij de verplichte tak<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong>,<br />

terwijl de speelse opdracht<strong>en</strong> tot de keuzeopdracht<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>.<br />

Wanneer daarnaast het aantal verplichte opdracht<strong>en</strong> vrij hoog is, kom<strong>en</strong> de zwakke leerling<strong>en</strong> niet aan<br />

de leuke opdracht<strong>en</strong> toe. Conclusie: precies zij voor wie de schoolse opdracht<strong>en</strong> niet veel inspanning<strong>en</strong><br />

vrag<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> als het ware extra beloond met ‘spelletjes’. We stell<strong>en</strong> daarom voor de speelse opdracht<strong>en</strong><br />

in het pakket van de verplichte opdracht<strong>en</strong> te plaats<strong>en</strong>. En waarom zelfs ge<strong>en</strong> moeilijke schoolse opdracht<br />

in de keuzeopdracht<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong>? Ze vorm<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitdaging voor de sterkere leerling<strong>en</strong>.<br />

zelfstandige versus begeleide tak<strong>en</strong><br />

Contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk bevat niet alle<strong>en</strong> zelfstandige tak<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> alom verspreide misvatting. Het<br />

zijn organisatievorm<strong>en</strong> die het juist mogelijk mak<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> die er nood aan hebb<strong>en</strong> extra instructie <strong>en</strong><br />

op maat gesned<strong>en</strong> begeleiding te gev<strong>en</strong>.<br />

Individueel of partnerwerk<br />

Zowel binn<strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk als tijd<strong>en</strong>s contractwerk moet er voldo<strong>en</strong>de afwisseling zijn tuss<strong>en</strong> de individuele<br />

werktijd <strong>en</strong> deze sam<strong>en</strong> met klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goed uitgangspunt hiervoor zijn de coöperatieve tak<strong>en</strong>.<br />

coöperatieve tak<strong>en</strong><br />

K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor coöperatieve tak<strong>en</strong> zijn:<br />

Wederzijdse afhankelijkheid: de opdracht wordt zo geformuleerd dat de groep alle<strong>en</strong> succesvol kan<br />

zijn als alle groepsled<strong>en</strong> zich inzett<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> elkaar aanmoedig<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> help<strong>en</strong>.<br />

Niet alle<strong>en</strong> het groepsresultaat telt. Elke leerling wordt ook persoonlijk beoordeeld op prestaties <strong>en</strong><br />

gedrag.<br />

Stimuleert communicatie in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> oplossingsprocess<strong>en</strong> in het bijzonder.<br />

Soort<strong>en</strong> coöperatieve tak<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>opdracht<strong>en</strong> (lez<strong>en</strong>, fysicaproblem<strong>en</strong>, woord<strong>en</strong>schat Latijn, …)<br />

Doe-opdracht<strong>en</strong> (proefopstelling<strong>en</strong>, informatieverzameling, technologische opdracht<strong>en</strong>, …)<br />

Praatopdracht<strong>en</strong> (ervaring<strong>en</strong>/m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> uitwissel<strong>en</strong>, discussie)<br />

Spelopdracht<strong>en</strong> (informatieve spel<strong>en</strong>, bewerkte gezelschapsspel<strong>en</strong>, bestaande gezelschapsspel<strong>en</strong>,<br />

quiz, puzzel, …)<br />

Legpuzzel (zie ook ICO-didactiek)<br />

Concrete ideeën voor contract- <strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>werk<br />

Jaarhoek<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> jaarhoek is e<strong>en</strong> hoek waarvan de opdracht hetzelfde blijft gedur<strong>en</strong>de het hele jaar.<br />

Zulke hoek<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> dus alle<strong>en</strong> in het begin van het schooljaar e<strong>en</strong> extra tijdsinvestering.<br />

De opdracht die bij e<strong>en</strong> jaarhoek hoort, wordt soms in contractvorm weergegev<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

40


Voorbeeld 1 voor de eerste graad: e<strong>en</strong> leeshoek met leesboek<strong>en</strong>, pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatieve boek<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> jaaropdracht bij deze hoek kan zijn:<br />

Lees dit jaar 1 pr<strong>en</strong>tboek, 2 leesboek<strong>en</strong> <strong>en</strong> 2 infoboek<strong>en</strong> naar keuze <strong>en</strong> maak voor elk 1 grabbeltaak.<br />

De leerkracht maakt voor de drie soort<strong>en</strong> boek<strong>en</strong> elk e<strong>en</strong> 5-tal opdracht<strong>en</strong>. Elke opdracht wordt in e<strong>en</strong> leeg<br />

filmrolletje gestok<strong>en</strong>. Naargelang het soort boek waarnaar de opdracht verwijst, krijgt het filmrolletje e<strong>en</strong><br />

bepaalde kleur <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nummer. Let op verscheid<strong>en</strong>heid in soort<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>.<br />

Deze ‘grabbeltak<strong>en</strong>’ kom<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ‘grabbeldoos’. De tak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> achteraf in hun leeshoekkaft verzameld.<br />

Rode grabbeltak<strong>en</strong> voor pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boek<strong>en</strong><br />

Kies de mooiste pr<strong>en</strong>t <strong>en</strong> schrijf er e<strong>en</strong> zin bij. Noteer titel boek, bladzijde tek<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> de zin.<br />

Maak zelf e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong>ing bij e<strong>en</strong> stuk van het verhaal. Kopieer de tekst.<br />

Maak e<strong>en</strong> folder voor het boek dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aanzet tot kop<strong>en</strong>.<br />

Wat vind je van de tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>? Mooi? Lelijk? Waarom?<br />

Gro<strong>en</strong>e grabbeltak<strong>en</strong> voor de leesboek<strong>en</strong><br />

Ontwerp e<strong>en</strong> nieuwe kaft.<br />

Stel de hoofdpersonages voor.<br />

Selecteer e<strong>en</strong> spann<strong>en</strong>d (droevig, grappig) stuk <strong>en</strong> lees het voor tijd<strong>en</strong>s de volg<strong>en</strong>de boek<strong>en</strong>kring (schrijf<br />

je naam op de intek<strong>en</strong>lijst voor de volg<strong>en</strong>de boek<strong>en</strong>kring).<br />

Schrijf e<strong>en</strong> brief naar de auteur van het boek waarin je vertelt over je leeservaring.<br />

Zoek of maak 3 gedicht<strong>en</strong> of liedjes die volg<strong>en</strong>s jou goed bij het boek pass<strong>en</strong>. Vertel waarover je die keuze<br />

hebt gemaakt.<br />

Verzin e<strong>en</strong> extra personnage <strong>en</strong> vertel hoe het binn<strong>en</strong> het verhaal past.<br />

Gele grabbeltak<strong>en</strong> voor de informatieve boek<strong>en</strong><br />

Bed<strong>en</strong>k 2 vrag<strong>en</strong> waar het antwoord van te vind<strong>en</strong> is in jouw boek.<br />

Noteer één ontdekking (wat je nog niet wist <strong>en</strong> nu wel door het lez<strong>en</strong> van het boek).<br />

Maak e<strong>en</strong> wandplaat rond het thema van je boek (met pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, stukjes tekst).<br />

Geef e<strong>en</strong> spreekbeurt over het thema van je boek (spreek met de leerkracht e<strong>en</strong> datum af).<br />

Zoek e<strong>en</strong> ander boek over hetzelfde thema in de bibliotheek. Kopieer de inhoudstafel. Zoek gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> in inhoud tuss<strong>en</strong> de twee boek<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> elke maand tijd<strong>en</strong>s hoek<strong>en</strong>werk vrij werk<strong>en</strong>/lez<strong>en</strong> in de leeshoek. Ze moet<strong>en</strong> er wel<br />

voor zorg<strong>en</strong> dat hun leesopdracht op het einde van het jaar (trimester) afgewerkt is. In het leeshoekkaft<br />

zit voor iedere leerling e<strong>en</strong> registratieblad waarop ze de titel van hun boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> het nummer van de grabbeltak<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> aanduid<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> kruisje in de kolom geeft aan dat ze het boek aan het lez<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> kruisje in de kolom betek<strong>en</strong>t dat ze bezig zijn aan de verwerkingsopdracht. Het nummer van de<br />

grabbeltaak wordt ook g<strong>en</strong>oteerd.<br />

Ik lees dIt Jaar… tItel? taak klaar<br />

Pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>boek 1<br />

Leesboek 1<br />

Leesboek 2<br />

informatief boek 1<br />

informatief boek 2<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

41


Voorbeeld 2 voor de eerste graad: e<strong>en</strong> schrijfhoek<br />

Leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het jaar zelfstandig e<strong>en</strong> aantal schrijfopdracht<strong>en</strong>. De leerkracht selecteert e<strong>en</strong><br />

aantal schrijfvorm<strong>en</strong>. Op het prikbord in de schrijfhoek hangt e<strong>en</strong> overzicht. Waar nodig zijn er instructiefiches<br />

(g<strong>en</strong>ummerd in e<strong>en</strong> doos in de schrijfhoek). Bij sommige opdracht<strong>en</strong> hoort e<strong>en</strong> schrijfdoos waarin al<br />

het nodige materiaal verzameld is om de opdracht te kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> (zie voorbeeld). Wanneer er e<strong>en</strong><br />

klassikale instructie is voorzi<strong>en</strong>, wordt de datum bij de schrijfopdracht g<strong>en</strong>oteerd. De leerling<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> dan<br />

dat ze pas na deze datum deze schrijfopdracht kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>. In de schrijfhoekkaft word<strong>en</strong> de gemaakte<br />

schrijfopdracht<strong>en</strong> van alle leerling<strong>en</strong> verzameld. Ze zijn per soort geord<strong>en</strong>d <strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> als voorbeeld<strong>en</strong>.<br />

Sommige opdracht<strong>en</strong> zijn groeps- of duotak<strong>en</strong>. Op het overzicht van de schrijfopdracht<strong>en</strong> staat dat met<br />

e<strong>en</strong> pictogram vermeld.<br />

De leerling<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> zelf e<strong>en</strong> onderwerp. Elke schrijfvorm moet<strong>en</strong> ze minst<strong>en</strong>s éénmaal gemaakt hebb<strong>en</strong><br />

op het einde van het jaar. E<strong>en</strong> registratieblad helpt de leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leerkracht overzicht houd<strong>en</strong> op het<br />

geheel.<br />

Ik scHrIJf dIt<br />

Jaar… tItel?<br />

Dialoog<br />

Gedicht<br />

Brief<br />

Beschrijving<br />

Stripverhaal<br />

Uitnodiging<br />

Sportverslag<br />

Fotoverhaal doos 8<br />

Reclametekst<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

<br />

<br />

<br />

klaar<br />

In deze doos zitt<strong>en</strong> briefomslag<strong>en</strong> met reeks<strong>en</strong> van vijf foto’s. Kies binn<strong>en</strong> de minuut e<strong>en</strong> omslag. Leg<br />

de foto’s bov<strong>en</strong>aan je bank, de volgorde mag je zelf bepal<strong>en</strong>. Begin dan e<strong>en</strong> goed verhaal te bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>,<br />

e<strong>en</strong> verhaal dat echt bij de foto’s past. Schrijf je verhaal verzorgd uit. Vergeet niet bov<strong>en</strong>aan je blad het<br />

nummer van de omslag <strong>en</strong> de volgorde van de foto’s te noter<strong>en</strong> (zie nummers achterkant).<br />

Voorbeeld 3 voor de tweede graad: e<strong>en</strong> actuahoek binn<strong>en</strong> PAV<br />

Inrichting & materiaal<br />

rec<strong>en</strong>te krant<strong>en</strong>, jeugd- <strong>en</strong> andere tijdschrift<strong>en</strong><br />

klankopnames van het radionieuws<br />

video-opnames van het nieuws<br />

computer<br />

internet (website VRT-nieuws, Ketnetnieuws, krant<strong>en</strong>…)<br />

briev<strong>en</strong>bus voor de nieuwslezer(s) <strong>en</strong> briev<strong>en</strong>bus voor de redactieled<strong>en</strong><br />

Reportertaak<br />

Met behulp van het materiaal e<strong>en</strong> item voor het jeugdjournaal schrijv<strong>en</strong>. Deze items in de briev<strong>en</strong>bus van<br />

de redactie post<strong>en</strong>.<br />

42


Redacteurstaak<br />

E<strong>en</strong> selectie mak<strong>en</strong>, herschrijv<strong>en</strong>, verbeter<strong>en</strong>, inkort<strong>en</strong>, schrijftaal omzett<strong>en</strong> in spreektaal…<br />

De herwerkte items kom<strong>en</strong> in de briev<strong>en</strong>bus van de nieuwslezers.<br />

Nieuwslezeropdracht<br />

De nieuwslezers van de week verdel<strong>en</strong> de items, oef<strong>en</strong><strong>en</strong> de tekst<strong>en</strong> in, mak<strong>en</strong> tekst<strong>en</strong> voor de autocue,<br />

tim<strong>en</strong> hun tekst (z<strong>en</strong>dtijd 10 minut<strong>en</strong>), pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> op het einde van de week het jeugdjournaal.<br />

Noteer op het contract wie welke taak moet mak<strong>en</strong> in de actuahoek. In week 1 bijvoorbeeld staat bij 5<br />

leerling<strong>en</strong> op de werkbrief bij de rubriek ‘actuahoek’ ‘reporter’ ingeschrev<strong>en</strong>. Voor de andere leerling<strong>en</strong> is<br />

deze hoek geslot<strong>en</strong>. In week 2 staat op de werkbrief de sam<strong>en</strong>stelling van de redactie aangegev<strong>en</strong> bij de<br />

led<strong>en</strong> van de redactie. In week drie gaan de nieuwslezers aan de slag.<br />

Voor jezelf maak je e<strong>en</strong> jaaroverzicht van wie in welke week welke rol vervult in de actuahoek.<br />

Je kan groepjes met e<strong>en</strong> vaste of wissel<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>stelling vorm<strong>en</strong>. Zorg wel voor e<strong>en</strong> heterog<strong>en</strong>e<br />

sam<strong>en</strong>stelling zodat sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d ler<strong>en</strong> kan ontstaan.<br />

actuaHoek: plannIng<br />

groepjes reporter redactie nieuwslezer niets<br />

Anke, Bert, Lieve, Sam Week 1, 5, … Week 2, 6, … Week 3, 7, … Week 4, 8, …<br />

Geert, Silke, Emma, Dries Week 2, 6, … Week 3, 7, … Week 4, 8, … Week 1, 5, …<br />

H<strong>en</strong>drik, Bram, Heidi, Sara Week 3, 7, … Week 4, 8, … Week 1, 5, … Week 2, 6, …<br />

Li<strong>en</strong>, Ward, Wout, Evi Week 4, 8, … Week 1, 5, … Week 2, 6, … Week 3, 7, …<br />

Voorbeeld 4: e<strong>en</strong> projecthoek binn<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>is/aardrijkskunde/…<br />

Leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in groep werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> of opgelegd project. Hulpmiddel<strong>en</strong> zijn projectbriev<strong>en</strong>,<br />

leercontract<strong>en</strong>, stapp<strong>en</strong>plann<strong>en</strong> voor zelfstandig opzoekwerk. Deze hoek is op deze manier e<strong>en</strong> mogelijk<br />

alternatief voor <strong>en</strong>kele less<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> andere manier om met deze hoek te werk<strong>en</strong> is leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw thema te lat<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> in de<br />

week voor de introductie <strong>en</strong> instructie ervan. Bijvoorbeeld bij de introductie van het thema ‘klimaat in Azië’<br />

vind<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> in de projecthoek e<strong>en</strong> aantal informatieve werk<strong>en</strong>, diareeks, video, … De leerling<strong>en</strong><br />

mog<strong>en</strong> hier vrij lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> snuffel<strong>en</strong>. Op e<strong>en</strong> prikbord mog<strong>en</strong> ze de woordspin in verband met het thema<br />

aanvull<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> ze doe-ideeën voor of hun vrag<strong>en</strong> over het thema in de vrag<strong>en</strong>/ideeënbus post<strong>en</strong>. Wie<br />

wil mag voor de leerkracht vrag<strong>en</strong>. De introductie van het nieuwe thema de week daarop begint telk<strong>en</strong>s<br />

met e<strong>en</strong> ‘ondervraging’ van de leerkracht. De vrag<strong>en</strong> die hij niet kan beantwoord<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in de projecthoek<br />

te hang<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 5: e<strong>en</strong> gezelschapsspelhoek in e<strong>en</strong> les Engels of Frans<br />

In het begin van het schooljaar vull<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> lijst in welke gezelschapsspell<strong>en</strong> ze thuis hebb<strong>en</strong>.<br />

De leerkracht maakt hier e<strong>en</strong> selectie uit. Elke x-aantal wek<strong>en</strong> wordt tijd<strong>en</strong>s contractwerk e<strong>en</strong> nieuw<br />

spel geïntroduceerd. De leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vaste ‘speelgroep’ <strong>en</strong> ‘speeldag’ (beide aangeduid op hun<br />

werkbrief). De leerkracht geeft indi<strong>en</strong> nodig de instructie (andere mogelijkhed<strong>en</strong>: één van de groepsled<strong>en</strong><br />

krijgt in z’n contract e<strong>en</strong> kopie van de spelregels <strong>en</strong> moet deze op voorhand bestuder<strong>en</strong>/de leerling van<br />

wie het spel is legt de werking uit). Deze spelvorm bevordert sociale compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> uitdaging<br />

zijn om in e<strong>en</strong> vreemde taal met mekaar te sprek<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 6: de luisterhoek<br />

In de boek<strong>en</strong>kast is één rek voorzi<strong>en</strong> voor cd’s. Verder vindt m<strong>en</strong> hier twee cd-spelers.<br />

Op de cd’s is e<strong>en</strong> symbool <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nummer aangebracht. Bij de luisteropdracht<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> werkblad<strong>en</strong> of<br />

materiaal waarop m<strong>en</strong> hetzelfde symbool <strong>en</strong> nummer als op de bijhor<strong>en</strong>de cassette/cd terugvindt. Kopieën<br />

van de werkblad<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> kaft. Het laatste werkblad is op e<strong>en</strong> gekleurd blad gekopieerd, dat mog<strong>en</strong><br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

43


de leerling<strong>en</strong> niet nem<strong>en</strong>. Wie het laatste witte werkblad neemt, legt het gekleurde werkblad in het hoek<strong>en</strong>bakje<br />

van de leerkracht. Zo weet de leerkracht dat zij nieuwe kopieën moet mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kaft aanvull<strong>en</strong>.<br />

De werkblad<strong>en</strong> word<strong>en</strong> achteraf in het hoek<strong>en</strong>schrift onder de rubriek ‘luisterhoek’ gekleefd. E<strong>en</strong> hoek<strong>en</strong>kaart<br />

registreert welke cd’s al beluisterd zijn.<br />

Voorbeeld 7: het reisbureau binn<strong>en</strong> mavo<br />

In deze hoek vind<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> reisfolders, weg<strong>en</strong>kaart<strong>en</strong>, atlas, wereldbol, … De leerling<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> aan<br />

de hand van e<strong>en</strong> ‘stapp<strong>en</strong>plan’ e<strong>en</strong> reis sam<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> door h<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> land. In e<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong>plan staan de<br />

verschill<strong>en</strong>de deelopdracht<strong>en</strong> stap per stap beschrev<strong>en</strong> met telk<strong>en</strong>s <strong>en</strong>kele ‘tips’. Deelopdracht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

zijn: e<strong>en</strong> reisformule kiez<strong>en</strong> (strandvakantie, fietsvakantie, culturele rondreis, actieve sportvakantie, …),<br />

overnachtingsmogelijkhed<strong>en</strong> (hotel, camping, vakantiehuisje, …) verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> prijs berek<strong>en</strong><strong>en</strong>, reisroute<br />

opstell<strong>en</strong> (afstand, vervoermiddel, kost<strong>en</strong> zoals b<strong>en</strong>zine/autosnelwegtaks/overnachting), excursies plann<strong>en</strong>,<br />

bagagelijstje mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Deze hoek zet je dichtbij de boek<strong>en</strong>hoek/docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum waar ze<br />

ook boek<strong>en</strong> over verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> terugvind<strong>en</strong>. Heb je e<strong>en</strong> computer met internetaansluiting, dan kan<br />

je kinder<strong>en</strong> ook hier naar info lat<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong>. Vele land<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> sites met toeristische informatie (tot <strong>en</strong><br />

met de prijz<strong>en</strong> van de ‘péages’) die uiterst geschikt voor opzoekwerk.<br />

Voorbeeld 8: e<strong>en</strong> speurhoek voor e<strong>en</strong> technisch vak<br />

E<strong>en</strong> hoek met opdracht<strong>en</strong> die ter plekke of in de leeshoek/docum<strong>en</strong>tatiehoek opgelost kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De<br />

leerling<strong>en</strong> gaan hier op zoek naar allerhande informatie rond e<strong>en</strong> vak die anders niet mete<strong>en</strong> aan bod zou<br />

kom<strong>en</strong>: weetjes, uitvinders, … Al deze zoekopdracht<strong>en</strong> geef je e<strong>en</strong> nummer <strong>en</strong> steek je in e<strong>en</strong> grabbeldoos.<br />

De leerling<strong>en</strong> noter<strong>en</strong> hun ‘vondst<strong>en</strong>’ sam<strong>en</strong> met het nummer van de fiche in hun hoek<strong>en</strong>schrift onder de<br />

rubriek “Wie zoekt die vindt”.<br />

Voorbeeld 9: “het probleem van de week”-hoek binn<strong>en</strong> T.O.<br />

E<strong>en</strong> hoek om probleemoploss<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> van leerling<strong>en</strong> te test<strong>en</strong>. Deze hoek is tev<strong>en</strong>s per definitie<br />

groepswerk. Elke maand hangt hier e<strong>en</strong> nieuw ‘probleem’ waar de leerling<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s hoek<strong>en</strong>werk/contractwerk<br />

aan werk<strong>en</strong>. De sam<strong>en</strong>stelling van de groepjes wisselt elke maand <strong>en</strong> is heteroge<strong>en</strong>. Hoe meer<br />

werkelijkheidnabij de problem<strong>en</strong> hoe meer leerling<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> zijn bij het zoek<strong>en</strong> naar oplossing<strong>en</strong>.<br />

Bij sommige opdracht<strong>en</strong> kan de leerkracht ‘tips’ gev<strong>en</strong> in de vorm van aandachtspunt<strong>en</strong>, doe-mogelijkhed<strong>en</strong>,<br />

concreet materiaal, ….<br />

Voorbeeld 10: architect<strong>en</strong>hoek binn<strong>en</strong> T.O.<br />

Ter beschikking in deze hoek: meet- <strong>en</strong> rek<strong>en</strong>materiaal, rek<strong>en</strong>machine, grote vell<strong>en</strong> papier, millimeterpapier,<br />

architect<strong>en</strong>plann<strong>en</strong> (ook binn<strong>en</strong>huis- <strong>en</strong> tuinontwerp<strong>en</strong>: zie weekblad<strong>en</strong>), …<br />

Mogelijke opdracht<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> plan tek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de klas, de speelplaats, de school, oppervlaktes berek<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />

huisgevel tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, de bank op schaal tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, e<strong>en</strong> plattegrond tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, bestaande plann<strong>en</strong> interpreter<strong>en</strong>,<br />

beoordel<strong>en</strong> …<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

44


probleemgestuurd onderwijs<br />

Probleemgestuurd onderwijs of probleemgestuurd ler<strong>en</strong> is meestal meer dan zomaar e<strong>en</strong> werkvorm. Het<br />

gaat om e<strong>en</strong> onderwijsmethode volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> concept of model, e<strong>en</strong> wijze van curriculumontwikkeling <strong>en</strong><br />

van design van het onderwijsleerproces. Het is e<strong>en</strong> onderwijs- <strong>en</strong> leermethode waarbij problem<strong>en</strong> gebruikt<br />

word<strong>en</strong> als startpunt voor het verwerv<strong>en</strong> <strong>en</strong> integrer<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>nis, attitudes <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong>.<br />

Vooraleer de leerling<strong>en</strong> nieuwe k<strong>en</strong>nis verwerv<strong>en</strong>, wordt h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> probleem gegev<strong>en</strong>. Door de confrontatie<br />

met de probleemsituatie activer<strong>en</strong> ze wat ze reeds wet<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat tot e<strong>en</strong> oplossing kan bijdrag<strong>en</strong>.<br />

Vervolg<strong>en</strong>s ontdekk<strong>en</strong> ze doorhe<strong>en</strong> de analyse van het probleem dat ze te weinig wet<strong>en</strong> <strong>en</strong> te weinig<br />

inzicht hebb<strong>en</strong> in het probleem om het te kunn<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong>. Als de problem<strong>en</strong> goed gekoz<strong>en</strong> zijn ontstaat<br />

hierdoor e<strong>en</strong> spontane <strong>en</strong> intrinsieke motivatie tot e<strong>en</strong> leerproces dat aangestuurd wordt door het will<strong>en</strong><br />

verwerv<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> toepass<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>nis, inzicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> andere compet<strong>en</strong>ties die nodig zijn om in de<br />

praktijk efficiënt te kunn<strong>en</strong> omgaan met het betreff<strong>en</strong>de <strong>en</strong> met soortgelijke problem<strong>en</strong>. Het ‘C<strong>en</strong>ter for<br />

Teaching Effectiv<strong>en</strong>ess’ (1995) van de universiteit van Delaware beschrijft ‘problem-based learning’ als<br />

e<strong>en</strong> instructieve methode die gekarakteriseerd wordt door het gebruik van ‘real world’ problem<strong>en</strong> die als<br />

context funger<strong>en</strong> voor de leerling<strong>en</strong> om kritisch te ler<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, probleemoplossingsvaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>nis te verwerv<strong>en</strong> over de ess<strong>en</strong>tiële concept<strong>en</strong>. Door gebruik te mak<strong>en</strong> van Problem Based Learning<br />

verkrijg<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> voor lev<strong>en</strong>slang ler<strong>en</strong> die o.a. de bekwaamhed<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> om<br />

geschikte leerbronn<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong>.<br />

Tijd<strong>en</strong>s dit leerproces krijg<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> o.m. volg<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong>:<br />

problem<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong>;<br />

e<strong>en</strong> probleem exact formuler<strong>en</strong>;<br />

informatie die nodig is om het probleem te verstaan, selecter<strong>en</strong>, opzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong>;<br />

beschikbare informatiebronn<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> <strong>en</strong> hanter<strong>en</strong>;<br />

informatie <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis uitwissel<strong>en</strong>;<br />

mogelijke oplossing<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>;<br />

de oplossing<strong>en</strong> analyser<strong>en</strong>;<br />

de oplossing voorstell<strong>en</strong>, mondeling <strong>en</strong>/of schriftelijk.<br />

De leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdeeld in onderwijswerkgroep<strong>en</strong> van meestal 6 à 12 leerling<strong>en</strong> (bij bestaande realisaties<br />

blek<strong>en</strong> de groep<strong>en</strong> minimaal 6, maximaal 18, maar idealiter 10 tot 12 leerling<strong>en</strong>). Als start voor het<br />

leerproces krijg<strong>en</strong> ze de opdracht om e<strong>en</strong> probleem te analyser<strong>en</strong> <strong>en</strong> te besprek<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de analyse van<br />

het probleem kunn<strong>en</strong> er vrag<strong>en</strong> rijz<strong>en</strong> over ding<strong>en</strong> die de leerling<strong>en</strong> niet mete<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong>. Op basis van<br />

deze vrag<strong>en</strong> gaan de leerling<strong>en</strong> leerdoel<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong> voor zelfstudie. Dan gaan de leerling<strong>en</strong> aan de slag<br />

om antwoord<strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong> in <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de school: individueel of in groepjes, via het raadpleg<strong>en</strong> van boek<strong>en</strong>,<br />

tijdschrift<strong>en</strong>, internetsites, audiovisueel materiaal, interviews, werkplaatsbezoek<strong>en</strong>, praktijkvoorbeeld<strong>en</strong>, …<br />

Na deze periode van zelfstudie kom<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> terug sam<strong>en</strong> om aan elkaar verslag uit te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van<br />

hetge<strong>en</strong> zij bestudeerd hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> om k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> uit te wissel<strong>en</strong>. Er wordt ook nagegaan waar<br />

m<strong>en</strong> zich nu bevindt t<strong>en</strong> opzichte van het probleem <strong>en</strong> of m<strong>en</strong> het probleem nu al dan niet beter begrijpt.<br />

Probleemtak<strong>en</strong> zijn het vertrekpunt <strong>en</strong> het eindpunt van het leerproces. K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor de problem<strong>en</strong><br />

is dat ze auth<strong>en</strong>tiek zijn <strong>en</strong> repres<strong>en</strong>tatief voor andere veel voorkom<strong>en</strong>de situaties. Probleemtak<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

zo geselecteerd dat ze de leerling<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong> om k<strong>en</strong>nis, vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> attitudes te verwerv<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong> die aansluit<strong>en</strong> bij de doel<strong>en</strong>. Probleemtak<strong>en</strong> zijn vaak complex <strong>en</strong> om ze op te loss<strong>en</strong><br />

is het nodig om k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> uit verschill<strong>en</strong>de disciplines (interdisciplinair) aan te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Ze<br />

vereis<strong>en</strong> van de jongere dat hij op onderzoek uitgaat, informatie verzamelt, verwerkt <strong>en</strong> reflecteert. In vele<br />

gevall<strong>en</strong> is er niet één oplossing voor het probleem maar, afhankelijk van het perspectief van waaruit je het<br />

probleem analyseert, zijn er meerdere oplossingsweg<strong>en</strong>.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

45


Stapp<strong>en</strong>plan (zev<strong>en</strong>sprong)<br />

Bij het oploss<strong>en</strong> van problem<strong>en</strong> volgt m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vast stapp<strong>en</strong>plan.<br />

Stap 1: Lees het probleem <strong>en</strong> verhelder de begripp<strong>en</strong><br />

Begrijp<strong>en</strong> we alles?<br />

Welke term<strong>en</strong>, begripp<strong>en</strong>,... moet<strong>en</strong> verder verduidelijkt of opgezocht word<strong>en</strong>?<br />

Stap 2: Definieer het probleem<br />

Waarover gaat het probleem?<br />

Wat is het hoofdprobleem? Zijn hieruit deelproblem<strong>en</strong> af te leid<strong>en</strong>? Welke deelproblem<strong>en</strong>?<br />

Wat zijn mogelijke oorzak<strong>en</strong>? Gevolg<strong>en</strong>?<br />

Stap 3: Analyseer het probleem<br />

brainstorm<br />

Wat wet<strong>en</strong> we hierover al?<br />

Hebb<strong>en</strong> we spontane verklaring<strong>en</strong> voor het gestelde probleem?<br />

Zijn we al gelijkaardige situaties teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>?<br />

Stap 4: Systematische inv<strong>en</strong>taris van mogelijke verklaring<strong>en</strong><br />

Ideeën cluster<strong>en</strong> <strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong><br />

Hoe past wat we al wet<strong>en</strong> in elkaar?<br />

Wat is oorzaak? Wat is gevolg? Wat is e<strong>en</strong> oplossing?<br />

Wat zijn voor- <strong>en</strong> nadel<strong>en</strong> van de gek<strong>en</strong>de oplossing<strong>en</strong>?<br />

Wat gaan we zeker bestuder<strong>en</strong>?<br />

Welke topics krijg<strong>en</strong> prioriteit?<br />

Stap 5: Leerdoel<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> verdel<strong>en</strong><br />

Wat moet<strong>en</strong> we nog te wet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> om de taak te kunn<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong>?<br />

Wie zoekt nog extra informatie op? Waar?<br />

Wie werkt aan e<strong>en</strong> oplossing voor welk deelprobleem?<br />

Wie neemt contact op met ...?<br />

Stap 6: Zelfstudie<br />

Iedere<strong>en</strong> werkt zijn taak af. Er wordt voor iedere<strong>en</strong> in de groep e<strong>en</strong> klein verslagje gemaakt dat nadi<strong>en</strong><br />

mondeling kan toegelicht word<strong>en</strong>.<br />

Stap 7: Rapporteer de bevinding<strong>en</strong> aan elkaar <strong>en</strong> formuleer conclusies<br />

Wie heeft wat gevond<strong>en</strong>?<br />

Hoe past hetge<strong>en</strong> we vond<strong>en</strong> in elkaar?<br />

Wie maakt dit stuk van het groepsrapport?<br />

voorbeeld<strong>en</strong> van probleemtak<strong>en</strong><br />

Help ... de melk kookt over.<br />

Je moeder vraagt je theewater <strong>en</strong> melk te verwarm<strong>en</strong>. Je zet in één pan melk <strong>en</strong> in de andere pan water.<br />

Daarna ga je opnieuw wat lez<strong>en</strong> in je stripverhaal maar plots roept moeder boos: Kijk e<strong>en</strong>s gauw, de melk<br />

kookt over. Je snelt naar de keuk<strong>en</strong> <strong>en</strong> ziet dat bijna alle melk uit de pan stroomt terwijl het water wel hevig<br />

borrelt maar niet over de panrand loopt.<br />

Donder <strong>en</strong> bliksem<br />

Je logeert met je familie in e<strong>en</strong> vakantiebungalow op de Veluwe. Vandaag ga je met z’n all<strong>en</strong> fiets<strong>en</strong> door<br />

bos <strong>en</strong> heide. Het is e<strong>en</strong> warme <strong>en</strong> vochtige zomerdag. In de namiddag vorm<strong>en</strong> er zich donkere wolk<strong>en</strong><br />

aan de horizon. Iedere<strong>en</strong> klaagt over zwoel <strong>en</strong> drukk<strong>en</strong>d weer. Plotseling schiet<strong>en</strong> in de verte lichtflits<strong>en</strong><br />

door de lucht, gevolgd door donderslag<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> paar minut<strong>en</strong> later begint het hevig te reg<strong>en</strong><strong>en</strong>. Wanneer<br />

je jongere broertje beschutting zoekt onder de bom<strong>en</strong>, trekt je vader hem het vrije veld in.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

46


Pretpark<br />

De familie Kokk<strong>en</strong> trekt naar e<strong>en</strong> pretpark. De kinder<strong>en</strong> zijn al spoedig in de weer met klimrekk<strong>en</strong>, kabelban<strong>en</strong>,<br />

schommelbrugg<strong>en</strong>, wipp<strong>en</strong> <strong>en</strong> glijban<strong>en</strong>. Pa <strong>en</strong> ma vlei<strong>en</strong> zich in het gras van de ligweide, pa om<br />

e<strong>en</strong> dutje te do<strong>en</strong>, ma om e<strong>en</strong> tijdschrift te lez<strong>en</strong>. Na e<strong>en</strong> halfuurtje word<strong>en</strong> beide ouders opgeschrikt door<br />

jammerlijk gehuil van hun kroost. Jan heeft e<strong>en</strong> diepe vleeswonde in de voet, hij heeft zich gesned<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> glasscherf. Annie is van e<strong>en</strong> klimrek gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft haar onderbe<strong>en</strong> lelijk geschaafd. Pa gaat mete<strong>en</strong><br />

naar de EHBO-post om de wond<strong>en</strong> deskundig te lat<strong>en</strong> verzorg<strong>en</strong>. De eerstvolg<strong>en</strong>de ur<strong>en</strong> zeurt Jan<br />

over e<strong>en</strong> klopp<strong>en</strong>de pijn, Annie klaagt nog e<strong>en</strong> hele tijd over e<strong>en</strong> schrijn<strong>en</strong>de pijn. Wanneer het verband<br />

van Jan vernieuwd wordt, lijkt de wonde van Jan beter g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong> te zijn dan die van Annie.<br />

E<strong>en</strong> slokje water<br />

Je b<strong>en</strong>t verdwaald in de woestijn. Je zit ur<strong>en</strong> zonder water. Wanhopig zoek<strong>en</strong>d naar hulp, dwaal je maar<br />

rond. Zandheuvel op, zandheuvel af. De lucht trilt om je he<strong>en</strong>. Op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t ontwaar je in de<br />

verte e<strong>en</strong> oase. Zo snel mogelijk r<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d, maar voortdur<strong>en</strong>d struikel<strong>en</strong>d over je eig<strong>en</strong> voet<strong>en</strong>, ga je erhe<strong>en</strong>.<br />

Dan ontdek je dat het e<strong>en</strong> fata morgana is. Kreun<strong>en</strong>d val je in het zand.<br />

Leerkracht - Tips voor leerkracht<strong>en</strong> - JBI<br />

47


ijlage


Haat Je wIskunde of B<strong>en</strong> Je er dol op?<br />

Hieronder vind je e<strong>en</strong> aantal dagelijkse situaties waarin je gebruik maakt van wat je in de les wiskunde<br />

hebt geleerd.<br />

Je hebt tijd<strong>en</strong>s de koopjesperiode e<strong>en</strong> leuk T-shirt gezi<strong>en</strong> in de winkel. Je krijgt 30% korting op de prijs van het<br />

etiket. Je moet zelf de juiste prijs berek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Je hebt meegedaan aan e<strong>en</strong> poll op het internet over je favoriete tv-programma. Je leest nu de resultat<strong>en</strong>. Je<br />

wilt te wet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> of je hetzelfde programma hebt gekoz<strong>en</strong> als de meeste ander<strong>en</strong> dan wel of je net iets<br />

anders kiest dan de ander<strong>en</strong>.<br />

Je hebt nog 1,82 euro belkrediet op je gsm. Je hebt nog e<strong>en</strong> heleboel te vertell<strong>en</strong> aan je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Je wilt nagaan<br />

hoeveel sms’jes je nog kan stur<strong>en</strong>. (Eén sms kost 12 c<strong>en</strong>t.)<br />

Je mag van je ouders zelf pann<strong>en</strong>koek<strong>en</strong> bakk<strong>en</strong>. Je mama speelt hulpkok <strong>en</strong> geeft je de ingrediënt<strong>en</strong> die je<br />

nodig hebt. Vraag je bloem in kubieke meter <strong>en</strong> melk in kilogram?<br />

Je gaat voor de eerste keer met je fiets naar e<strong>en</strong> nieuwe vri<strong>en</strong>din. Je neemt e<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>kaart om te kijk<strong>en</strong> hoe<br />

ver ze woont. Met e<strong>en</strong> touwtje meet je de afstand, deze is 26 cm. De kaart is op schaal 1/25.000. Je wilt te<br />

wet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> of je er werkelijk met je fiets naartoe kan dan wel of je je ouders moet vrag<strong>en</strong> om je te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Je fietst voor de eerste keer de Gordel rond Brussel. Je mag van je papa zijn kilometerteller gebruik<strong>en</strong>. Bij de<br />

start staat de kilometerteller op 7599. Halverwege stop je voor e<strong>en</strong> verfriss<strong>en</strong>de drank. Op je kilometerteller<br />

staat nu 7634. Je b<strong>en</strong>t b<strong>en</strong>ieuwd hoeveel kilometer je nog moet aflegg<strong>en</strong> tot het einde.<br />

In de supermarkt wil je yoghurt kop<strong>en</strong>. Je twijfelt nog tuss<strong>en</strong> twee merk<strong>en</strong>: merk A kost 2,98 euro voor 8 potjes<br />

van 125 gram <strong>en</strong> merk B kost 3,29 euro voor 12 potjes van 125 gram. Je beslist om het goedkoopste van beide<br />

te nem<strong>en</strong>.<br />

Op je nachtkastje staat e<strong>en</strong> heerlijk ouderwetse wekker met wijzers. Het <strong>en</strong>ige probleem is dat<br />

hij nooit op tijd loopt. Om de wekker gelijk te zett<strong>en</strong> kijk je op je gsm hoe laat het is. Moet je je<br />

wekker vooruit of achteruit zett<strong>en</strong>?<br />

Je hebt kriebels in je buik, je b<strong>en</strong>t verliefd. Overmorg<strong>en</strong> zie je je vri<strong>en</strong>dje of vri<strong>en</strong>dinnetje weer.<br />

Natuurlijk wil je wet<strong>en</strong> hoeveel ur<strong>en</strong> je nog moet wacht<strong>en</strong> om hem of haar te kunn<strong>en</strong> omhelz<strong>en</strong>.<br />

De cilinderinhoud van e<strong>en</strong> motor wordt aangegev<strong>en</strong> in cc. Je vader heeft e<strong>en</strong> auto waar op de koffer staat: 1,9<br />

TDi. Wat betek<strong>en</strong>t dit voor de cilinderinhoud van de wag<strong>en</strong>?<br />

Je hebt voor de verjaardag van je beste vri<strong>en</strong>d(in) de cd gekocht die hij/zij zo leuk vindt. Je wilt het verpakk<strong>en</strong> in<br />

origineel gesch<strong>en</strong>kpapier. In de winkel kan je voorgesned<strong>en</strong> vell<strong>en</strong> kop<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> vell<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de<br />

groottes. Je moet dus berek<strong>en</strong><strong>en</strong> hoeveel papier je nodig hebt om het cadeau in te pakk<strong>en</strong>.<br />

Je maakt sam<strong>en</strong> met vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fietstochtje. Je hebt e<strong>en</strong> kaart mee waarop de route staat getek<strong>en</strong>d. Vind je<br />

de weg of fiets je verlor<strong>en</strong>?<br />

Leerkracht - Bijlage - JBI<br />

2


Haat Je nederlands of B<strong>en</strong> Je er dol op?<br />

Hieronder vind je e<strong>en</strong> aantal dagelijkse situaties waarin je gebruik maakt van wat je in de les nederlands<br />

hebt geleerd. lees deze eerst.<br />

Je kijkt naar het weerbericht, zodat je weet of je morg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> reg<strong>en</strong>jas moet aantrekk<strong>en</strong> of niet.<br />

Vanavond moet je zelf je lasagne opwarm<strong>en</strong> in de microgolfov<strong>en</strong>. Je mama legt je uit hoe je die moet<br />

gebruik<strong>en</strong>.<br />

Je mag e<strong>en</strong> nieuwe gsm kop<strong>en</strong>. Je twijfelt tuss<strong>en</strong> twee modell<strong>en</strong>. Je luistert naar de uitleg door de verkoper,<br />

zodat je de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beide gsm’s k<strong>en</strong>t. Op basis van de informatie die je krijgt, maak je e<strong>en</strong> keuze. Je<br />

vertelt nadi<strong>en</strong> aan je ouders waarom je die gsm gekoz<strong>en</strong> hebt.<br />

Je wilt sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d(in) e<strong>en</strong> kleinigheid gaan kop<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarna huiswerk mak<strong>en</strong>. Je belt met één van<br />

de ouders van je vri<strong>en</strong>d(in) om dit af te sprek<strong>en</strong>.<br />

Bij jou in de buurt wordt je favoriete programma opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Je zou graag met je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> naar de opname<br />

van de uitz<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> gaan kijk<strong>en</strong>. Je probeert je ouders te overtuig<strong>en</strong> om te mog<strong>en</strong> gaan.<br />

Je kunt je bankkaart personaliser<strong>en</strong> <strong>en</strong> er e<strong>en</strong> mooie foto op plaats<strong>en</strong>. Je hebt van je bank e<strong>en</strong> folder gekreg<strong>en</strong><br />

over hoe je dat moet do<strong>en</strong>. Je beslist om e<strong>en</strong> mooie natuurfoto op de bankkaart te zett<strong>en</strong>. Je leest de folder om<br />

te wet<strong>en</strong> hoe je zo’n persoonlijke kaart kan mak<strong>en</strong>.<br />

Je wordt binn<strong>en</strong>kort 13 jaar, je eerste verjaardag in het middelbaar onderwijs. Je schrijft e<strong>en</strong> uitnodiging naar<br />

je nieuwe vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om sam<strong>en</strong> je verjaardagsfeest te vier<strong>en</strong>.<br />

Je wil meedo<strong>en</strong> aan de selectie voor Eurosong for Kids. Hiervoor moet je e<strong>en</strong> formulier invull<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> brief<br />

schrijv<strong>en</strong> naar de VRT. In die brief moet je e<strong>en</strong> aantal ding<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> zoals: hoe je de tekst <strong>en</strong> de muziek hebt<br />

gemaakt <strong>en</strong> waarom je wilt deelnem<strong>en</strong>.<br />

Vandaag was er ruzie in de klas. De leerkracht Engels is heel boos geword<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft iedere<strong>en</strong> straf gegev<strong>en</strong>.<br />

Je zit nu thuis te chatt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> aantal klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. Zeg wat je vindt van die ruzie <strong>en</strong> de straf.<br />

Je b<strong>en</strong>t op kamp geweest. Je vertelt je ouders hoe het geweest is.<br />

Je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> e<strong>en</strong> middag op bezoek. Het reg<strong>en</strong>t buit<strong>en</strong> <strong>en</strong> er is ge<strong>en</strong> leuk tv-programma. Je stelt voor om<br />

e<strong>en</strong> gezelschapsspel (vb. Monopolie) te spel<strong>en</strong>. Je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dit spel niet. Je legt de spelregels uit.<br />

Leerkracht - Bijlage - JBI<br />

3


Haat Je tecHnologIe of B<strong>en</strong> Je er dol op?<br />

kan je bij de volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> iets voorstell<strong>en</strong>? word je nieuwsgierig bij het hor<strong>en</strong> van deze vrag<strong>en</strong>?<br />

Wat gebeurt er in e<strong>en</strong> elektriciteitskabel? Wat is e<strong>en</strong> stroomkring? Waarom brandt e<strong>en</strong> lampje, zoemt e<strong>en</strong><br />

zoemer of draait e<strong>en</strong> motor? Wat gebeurt er in e<strong>en</strong> batterij? In e<strong>en</strong> zonnepaneel? Wat doet die stekker in het<br />

stopcontact? (http://www.rvo-society.be/ned/SluitdeStroomkring.htm)<br />

Waarom is het makkelijker bergop fiets<strong>en</strong> met kleine versnelling<strong>en</strong>? Hoe werkt e<strong>en</strong> derailleur of<br />

versnellingsapparaat? Hoe zit het met de verschill<strong>en</strong>de tandwiel<strong>en</strong> vooraan of achteraan? Welke combinatie<br />

van versnelling<strong>en</strong> vooraan <strong>en</strong> achteraan is het meest efficiënt bij het bergop rijd<strong>en</strong>?<br />

Hoe werkt e<strong>en</strong> katrol? Wat is het verschil tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vaste katrol <strong>en</strong> e<strong>en</strong> losse katrol?<br />

Bij het monter<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> radiator heb je twee aansluiting<strong>en</strong>? Waarom? Waarom is één aansluiting niet<br />

voldo<strong>en</strong>de?<br />

Er zijn verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> brugg<strong>en</strong>. K<strong>en</strong> je het verschil tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> balkbrug, hangbrug of e<strong>en</strong> kabelbrug?<br />

Weet je hoe e<strong>en</strong> kabelbrug werkt?<br />

Hoe werkt e<strong>en</strong> telefoon? Wat zit er allemaal in e<strong>en</strong> telefoon?<br />

Leerkracht - Bijlage - JBI<br />

4

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!