Untitled - Tento.be
Untitled - Tento.be
Untitled - Tento.be
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het dagelijks brood<br />
De voedselvoorziening was zonder twijfel een<br />
van de hoofd<strong>be</strong>kommernissen van de eerste mensen<br />
die in een ver verleden onze streken koloniseerden.<br />
Tot in recente tijden is dit trouwens weinig veranderd<br />
en het onderzoek naar de evolutie van voedselproductie<br />
en -consumptie is dan ook een hoofdtaak binnen de<br />
archeologie. De overgang van jagers-verzamelaars naar<br />
landbouwers-veetelers (in de prehistorie), of die van<br />
kleinschalige overlevingsecanomie naar grootschalige<br />
markteconomie (in de middeleeuwen), <strong>be</strong>horen tot de<br />
<strong>be</strong>langrijkste stappen in de menselijke geschiedenis.<br />
De bijdrage van de natuurwetenschappen tot de<br />
studie van de vroegere voedseleconomie is zeer<br />
verscheiden. Consumptiegewoonten kan men vrij<br />
getrouw reconstrueren aan de hand van de planten- en<br />
dierenresten uit archeologische afvalcontexten.<br />
Van dieren blijven na consumptie harde, oneetbare<br />
delen over; zoals schelpen of <strong>be</strong>enderen. Van planten<br />
kunnen harde schillen, zaden of pitten <strong>be</strong>waard blijven.<br />
Uit het onderzoek van deze resten blijkt dat de voeding<br />
binnen een <strong>be</strong>woningskern nooit willekeurig was<br />
samengesteld, maar dat deze integendeel het resultaat<br />
was van regionale productiemogelijkheden, technische<br />
ontwikkeling, handelscontacten, koopkracht en status.<br />
Ook het religieuze, magische of mythische ideeëngoed<br />
<strong>be</strong>paalde mee wat men kon of mocht consumeren.<br />
Na een analyse per vindplaats toont een vergelijking op<br />
grotere schaal de aanwezigheid van chronologische<br />
trends, of regionale, sociale of economische verschillen.<br />
De productie van voedingsmiddelen wordt vaak<br />
indirect vanuit de consumptiepatronen gereconstrueerd.<br />
Nochtans zijn er ook directe informatiebronnen over<br />
vroegere landbouw en veeteelt. De stuifmeelkorrels van<br />
planten blijven in <strong>be</strong>paalde, goed <strong>be</strong>schermde vondstcontexten<br />
<strong>be</strong>waard en tonen aan welke gewassen men<br />
verbouwde. Skeletrestjes of eikapsels van de parasieten<br />
van huisdieren (én van hun uitwerpselen) tonen welk<br />
vee werd gekweekt.<br />
In de bodem bleven vaak sporen van vroegere<br />
landbouwactiviteiten. <strong>be</strong>waard, vooral op plaatsen waar<br />
hij <strong>be</strong>dolven werd onder een dikke aanaarding zoals<br />
een dijk, wal of ophogingslaag. Spit- en ploegsporen en<br />
de ermee geassocieerde lagen zijn soms, in combinatie<br />
met andere gegevens (pollen bijvoor<strong>be</strong>eld), te verbinden<br />
met specifieke praktijken (diepspitten, plaggen) of<br />
teelten (vlas, rogge). De intensiteit van de vroegere<br />
<strong>be</strong>mesting kan worden ingeschat aan de hand van het<br />
(verhoogd) fosfaatgehalte van de bodem of van de<br />
aanwezigheid in de ploeglagen van met <strong>be</strong>mesting<br />
aangevoerde niet-organische resten, zoals de ceramiekscherven.<br />
Het <strong>be</strong>kalken of <strong>be</strong>rnergelen van de velden is<br />
in zure bodems vaak dieper in het bodemprofiel<br />
geregistreerd door de afzetting van klei-humusbandjes.<br />
Het omzetten van akkerland in weiland en<br />
omgekeerd, of het overschakelen op tuinbouw<br />
vertegenwoordigt ingrijpende wijzigingen in het<br />
ecosysteem, waarop de bodemfauna onmiddellijk<br />
reageert. De dynamiek van aardwormen- en mollenactiviteit<br />
kan bijvoor<strong>be</strong>eld rechtstreeks worden<br />
gekoppeld aan dergelijke wijzigingen in het grondgebruik<br />
Naaktslakken laten bij het afsterven hun inwendige<br />
kalkschelp in de bodem achter. In kalkhoudende<br />
bodems blijven deze <strong>be</strong>waard. Grote hoeveelheden van<br />
dergelijke kalkschelpen wijzen op tuinbouwactiviteit<br />
Het veranderend landschap<br />
Menselijke activiteiten, zoals landbouw,<br />
wegenaanleg of woningbouw, laten hun sporen na in<br />
het landschap. Ingrijpender nog zijn inpoldering, het<br />
rooien van bossen, het ontginnen van delfstoffen,<br />
draineren van waterrijke gebieden, <strong>be</strong>dijking of andere<br />
water<strong>be</strong>heersende ingrepen. Door deze activiteiten<br />
veranderde niet enkel het landschap maar ook de ftora<br />
en fauna. Ecologisch weinig tolerante soorten<br />
verdwenen wanneer hun leefruimte (biotoop) werd<br />
aangetast, terwijl andere soorten de door de mens<br />
geschapen nieuwe omgeving koloniseerden. De studie<br />
van dierlijk en plantaardig materiaal uit archeologische<br />
opgravingen kan aldus de vroegere veranderingen in de<br />
omgeving helpen <strong>be</strong>lichten.<br />
Goed archeologisch studiemateriaal voor<br />
landschapsreconstructie zijn in eerste instantie de<br />
resten van dieren en planten die niet door de mens<br />
werden gekweekt en die zonder zijn medeweten vanuit<br />
de omgeving op een archeologische vindplaats terechtkwamen.<br />
Stuifmeelkorrels van in het wild groeiende<br />
hogere planten zijn opnieuw een goede informatiebron,<br />
net zoals de resten van insecten, mijten of de overblijfselen<br />
van lagere planten zoals kiezelwieren. Op basis van<br />
onze huidige kennis van de ecologische eisen van de<br />
soorten aangetroffen in een archeologische vindplaats,<br />
kan een interpretatie van de omgeving worden<br />
gemaakt. Veel bos vertaalt zich in hoge percentages<br />
bossoorten, een open landschap in een hoge frequentie<br />
De kop van een<br />
middeleeuwse mensenvlo,<br />
0,3 mm, leper.<br />
9