deJacobsstaf 79 - Santiago
deJacobsstaf 79 - Santiago
deJacobsstaf 79 - Santiago
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
We zijn allemaal pelgrims<br />
Ervaringen van een hospitalero<br />
Theo Kors werkte twee weken als vrijwilliger<br />
in een Franse pelgrimsherberg. Over<br />
lange dagen, joviale Amerikanen, gestreste<br />
verslaggevers, emotionele omhelzingen en<br />
snoepjes op hoofdkussens.<br />
Georgette huilt wanneer ze klaar staat om,<br />
samen met haar man Kees, de tocht over de<br />
Pyreneeën te gaan maken vanuit SaintJean<br />
PieddePort. Ze is twee dagen eerder aangekomen<br />
met de trein vanuit Nederland en<br />
heeft een rustdag willen houden, alvorens de<br />
camino op te gaan. Die rustdag is niet erg<br />
‘rustig’ verlopen: er is een stukje van een van<br />
haar kiezen afgebroken en ze moet naar de<br />
tandarts. Panisch is ze. De herbergierster<br />
gaat mee en houdt letterlijk haar hand vast.<br />
Nu is het voorbij en focust ze helemaal op<br />
het lopen naar SintJacobus. Ze leunt met<br />
haar hoofd, huilend, tegen me aan en snikt<br />
dat ze het niet ziet zitten … Kees staat er wat<br />
beteuterd bij.<br />
Grappen<br />
Zie daar een ochtend uit het leven van een<br />
hospitalero in de herberg L’Esprit du Chemin,<br />
waar ik zelf vorig jaar, tijdens mijn pelgrimstocht<br />
van Haarlemmerliede naar <strong>Santiago</strong> de<br />
Compostela, ook twee nachten heb verbleven.<br />
Van 6 tot 22 april mocht ik de eerste<br />
twee weken van het seizoen meehelpen in de<br />
herberg, gerund door Huberta Wiertsema<br />
en Arno Cuppen, een zeer sympathiek Nederlands<br />
echtpaar. Vijf jaar geleden kochten<br />
ze een groot en mooi, maar oud, huis in de<br />
smalle, hellende straat onder de citadel van<br />
het oude Franse stadje. Na jaren van verbouwen<br />
is dit hun eerste jaar zonder grote<br />
klussen, en kunnen ze zich helemaal concen<br />
– 25 –<br />
DE JACOBSSTAF <strong>79</strong><br />
Theo Kors<br />
treren op de ontvangst en het herbergen van<br />
totaal achttien personen. Twee vrijwilligers<br />
die om de twee weken worden vervangen,<br />
helpen daarbij. Zo gaat het door tot eind september.<br />
Arn, een joviale Amerikaan, komt via Parijs<br />
met de trein naar SaintJean. Hij is zichtbaar<br />
blij met zijn onderkomen, al is het pelgrimsgebeuren<br />
helemaal nieuw voor hem. Hij heeft<br />
zijn farm en zijn grote huis al aan zijn zoon<br />
en dochter overgedaan, en heeft nu zin om<br />
wat van de wereld te zien en eens iets anders<br />
te doen. Zijn vrouw is drie jaar geleden overleden<br />
aan kanker. Arn is een grappenmaker.<br />
Wanneer wij elkaar een hand geven en ik<br />
mijzelf voorstel, vraagt hij: ‘Schud ik jouw<br />
rechterhand?’ Wij kijken elkaar aan. ‘Dat<br />
doe je zeker’, antwoord ik, ‘en je schudt een<br />
Hollander de hand, dus kijk zodadelijk eerst<br />
maar eens of je al je vingers nog hebt!’ Arn<br />
schiet in een daverende lach: het klikt tussen<br />
ons en er wordt nog heel wat afgelachen voor<br />
hij de volgende morgen vertrekt.<br />
Dagritme<br />
Een hospitalero maakt lange dagen. ’s Morgens<br />
even na half zeven ren ik in het donker<br />
naar de andere kant van de rivier, waar de<br />
bakker zit. Ik mag door de zijdeur naast de<br />
winkel en tref daar dagelijks Ceril aan: een<br />
jonge bakker die elke morgen op slippertjes<br />
en in korte broek en Tshirt, tussen deegmachine<br />
en oven heen en weer scharrelt. Met<br />
een aantal grote en gloeiend hete stokbroden<br />
keer ik weer terug. Bij terugkomst zijn de eerste<br />
pelgrims al op, want er kan tussen zeven<br />
uur en acht uur worden ontbeten. Het ontbijt<br />
staat op twee tafels in de keuken en in de hal<br />
en er wordt gepraat in werkelijk alle talen.