JAARVERSLAG 2011 - Federale Overheidsdienst Justitie - Belgium
JAARVERSLAG 2011 - Federale Overheidsdienst Justitie - Belgium
JAARVERSLAG 2011 - Federale Overheidsdienst Justitie - Belgium
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
pagina 44 Hoofdstuk 2<br />
2. FILIERES<br />
In <strong>2011</strong> kon geen enkel vertrek van Belgische<br />
onderdanen naar de Afghaans-Pakistaanse<br />
grensregio worden vastgesteld. Onze dienst<br />
is in dit verband van oordeel dat de druk van<br />
de Amerikaanse veiligheidsdiensten op de<br />
organisatie “AL-QAIDA” de operationele en<br />
opvangcapaciteit ervan sterk verzwakt heeft.<br />
Tegelijkertijd zouden via de verschillende<br />
jihadistische media, waaronder in het<br />
bijzonder de online publicatie INSPIRE<br />
uitgegeven door “AL QAIDA IN HET<br />
ARABISCHE SCHIEREILAND” (AQAP),<br />
de verantwoordelijken van de beweging<br />
voorbehoud gemaakt hebben bij de<br />
komst van nieuwe vrijwilligers, met<br />
name Europese, naar de jihadistische<br />
conflictzones, zoals Afghanistan. Tot op<br />
heden is het enige individu gelinkt aan<br />
België dat zich nog steeds ter plaatse<br />
bevindt, sinds 2007, Moëz GARSALLAOUI.<br />
Geconfronteerd met deze vaststelling, denkt<br />
de Veiligheid van de Staat dat de Europese<br />
kandidaat-strijders die op het punt staan te<br />
vertrekken, zich op andere conflictgebieden<br />
zullen richten, zoals meer bepaald Somalië<br />
en Jemen.<br />
3. ENDOGENE PROJIHADISTISCHE<br />
RADICALISERING<br />
De endogene projihadistische radicalisering<br />
van sommige groeperingen, voornamelijk<br />
onder invloed van het bezoeken van<br />
projihadistische internetsites en/of<br />
2, Cf. Deel “Islamitisch extremisme”<br />
radicale predikers is in <strong>2011</strong> aanleiding<br />
tot bezorgdheid voor de Veiligheid van de<br />
Staat gebleven. 2<br />
4. DE OPVOLGING VAN<br />
PERSONEN VEROORDEELD VOOR<br />
TERRORISME<br />
Een fenomeen dat in toenemende mate<br />
de aandacht van de dienst vergt, is de<br />
opvolging van personen aan het einde van<br />
hun gevangenisstraf, die ze opgelopen<br />
hebben als gevolg van een veroordeling<br />
wegens terrorisme.<br />
Sinds de aanslagen van 9 september<br />
2001, werden meerdere personen in België<br />
veroordeeld tot gevangenisstraffen, omwille<br />
van hun deelname en betrokkenheid bij<br />
terroristische activiteiten. Dit is enerzijds<br />
het resultaat van een toegenomen<br />
sensibilisering voor het islamitisch<br />
geïnspireerd terrorisme sinds de bewuste<br />
feiten en anderzijds een gevolg van de<br />
aangepaste wetgeving als reactie op de<br />
aanslagen in de Verenigde Staten.<br />
We dienen hierbij evenwel aan te stippen<br />
dat de terroristische activiteiten, waarvoor<br />
personen in België veroordeeld werden,<br />
zich in de meeste gevallen situeerden in<br />
de sector van de logistieke ondersteuning<br />
(betrokkenheid in exfiltratienetwerken,<br />
het vervaardigen van en handel in valse<br />
en vervalste identiteitsdocumenten,<br />
huisvesten van personen op de vlucht voor<br />
het gerecht, … etc.) en in mindere mate met<br />
het daadwerkelijk beramen van aanslagen