paragraaf 2.1-zie blz. 128 t/m 161 - IPW - Internationaal Platform ...
paragraaf 2.1-zie blz. 128 t/m 161 - IPW - Internationaal Platform ...
paragraaf 2.1-zie blz. 128 t/m 161 - IPW - Internationaal Platform ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
niveau van Leq3 65 dB(A) en maximaal aantal malen bereikt geluidsniveau van 25 keer 90 dB(A)<br />
per dag verondersteld.<br />
Deze uitspraken van de deskundige zijn de vergunningverlener duidelijk en de conclusies worden<br />
onderschreven.<br />
De vergunningverlener is echter van mening dat uitsluiten van gevaar voor de gezondheid niet<br />
toereikend is. De vergunningverlener gaat er daarentegen vanuit dat ook aan<strong>zie</strong>nlijke overlast zo<br />
veel mogelijk uitgesloten moet worden.<br />
De bovengenoemde wetenschappers <strong>zie</strong>n hier (dit is duidelijk voor de vergunningverlener) als<br />
kritische waarde, ter voorkoming van aan<strong>zie</strong>nlijke overlast, gemiddelde niveaus van Leq3 65<br />
dB(A) en hoger. De preventieve richtwaarde bedraagt 62 dB(A), de desbetreffende<br />
drempelwaarde 55 dB(A), steeds buiten.<br />
Hierbij moet echter worden ge<strong>zie</strong>n dat ook vanuit preventieve optiek een bepaald percentage<br />
aan<strong>zie</strong>nlijke belasting moet worden geaccepteerd. Er bestaat geen nul-belasting. Uitgaande van<br />
deze resultaten van het lawaaieffectenonderzoek werd bij de vergunning, c.q. planfeststellung<br />
van diverse uitbreidingsplannen van luchtvaartautoriteiten een redelijke drempel al bij 60 dB(A)<br />
Leq3 ge<strong>zie</strong>n. De vergunningverlener stemt hiermee in het onderhavige geval in. De preventieve<br />
richtwaarde van 62 dB(A) is methodisch duidelijk bepaald en ook overtuigend gemotiveerd. In het<br />
onderhavige geval moet deze echter naar de mening van de vergunningverlener in het belang<br />
van een duurzame geluidsbescherming in een gevoelige ruimte, ondanks de al bestaande<br />
belasting, nog met een veiligheidsafstand worden aangevuld. Daarom is de vergunningverlener<br />
van mening dat een te accepteren waarde van 60 dB(A) in het onderhavige geval redelijk is, maar<br />
ook toereikend om veilig tegemoet te kunnen komen aan belangen inzake geluidsbescherming.<br />
Uit het lawaaitechnische rapport van ADU cologne van november 2004 kan worden opgemaakt<br />
dat het gebied waarin de preventieve richtwaarde van 62 dB(A) ter voorkoming van aan<strong>zie</strong>nlijke<br />
belastingen geldt, geen woonbebouwing bereikt. Bij het gebouw met de hoogste lawaaibelasting<br />
(immissieplaats 19) wordt voor het jaar 2015 een equivalent permanent geluidsniveau van minder<br />
dan 58,9 dB(A) voorspeld.<br />
156<br />
Blijkens de weergegeven isofonen in de voor planscenario PV0 (de realistische prognose) voor<br />
het jaar 2015 weergegeven kaart ligt de woonbebouwing duidelijk buiten het gebied met een<br />
lawaainiveau van >60 dB(A) Leq3 (<strong>zie</strong> bijlage 7).*<br />
Naast het permanente lawaainiveau speelt bij de lawaaiimmissie die gevergd mag worden ook<br />
het aantal maal dat maximale geluidsniveaus worden bereikt een belangrijke rol. Dit aantal is bij<br />
eventuele communicatiestoringen eveneens een waarneming die als overlast en storend wordt<br />
ervaren. Deze kan verworden tot een onacceptabel niveau. Daarom wordt in het onderzoek naar<br />
lawaaieffecten het aantal maximaal behaalde geluidsniveaus > 19 x 99 dB(A) c.q. 25 x 90 dB(A)<br />
overdag als kritisch, c.q. als preventieve richtwaarde ge<strong>zie</strong>n. De vergunningverlener heeft deze<br />
richtwaarde in een ander geval al bij 19 x 85 dB(A) verondersteld. In de nachtperiode ligt de<br />
redelijke grens bij een aantal van meer dan 6 x 75 dB(A) c.q. 13 x 68 dB(A); soms wordt deze<br />
grens al bij een aantal van 6 x 70 dB(A) verondersteld.<br />
Noch de preventieve richtwaarde voor afzonderlijke geluidsniveaus ter vermijding van extraorale<br />
gezondheidsschade van meer dan 25 maal 90 dB(A) overdag, noch de waarde van 19 maal 85<br />
dB(A) in het gebied met woonbebouwing worden hier bereikt. Omdat gemiddeld genomen minder<br />
dan één vlucht per nacht te verwachten is, wordt de voor de nacht veronderstelde redelijke grens<br />
lang niet bereikt. Ook de berekeningen van de Lden wijzen niet op geluidsniveaus die buiten het<br />
als acceptabel te kenschetsen gebied zouden liggen.<br />
De volgens de zogeheten „Synopse“ voor bijzonder beschermenswaardige gebieden<br />
aangenomen preventieve richtwaarden worden volgens de vlieglawaairapporten eveneens niet<br />
overschreden. Deze richtwaarde bedraagt volgens deze synopse bij kleuterscholen 36 dB(A)<br />
binnen het gebouw, bij scholen 40 dB(A). Wanneer men uitgaat van een half gesloten raam met<br />
een dempingsfactor van 15 dB(A), dan worden deze preventieve richtwaarden van 51 dB(A) en