Ook in China kan een glazen muiltje staan wachten: sprookjes ...

Profiel van de sprookjesschrijver Hans Christian Andersen door Ellen
Schepers
review: Nura Rutten
Geboorte:
Odense, Denemarken, 1805. De ouders van Andersen waren arm, een schoenmaker en wasvrouw.
Jeugd
Op 7 jarige leeftijd bezoekt Andersen voor het eerst een theater, dit heeft grote invloed op hem. Na in 1819
naar Kopenhagen te zijn verhuist, probeert hij jarenlang aan werk in de theaterwereld te komen. Als zanger,
danser of acteur wordt hij niet aangenomen, en z’n ideeën voor toneelstukken worden ook afgewezen. De
beheerders van het theater in Copehagen krijgen medelijden met hem en regelen dat Andersen in Slagelse
naar school kan. Hij verhuist met de directeur van de school mee naar Elsinore. Rond deze tijd begint hij met
schrijven, korte verhalen en gedichten.
Na examen te hebben gedaan aan de Universiteit van Kopenhagen begint hij in 1828 begint hij steeds meer te
schrijven.
1830 -1840
Aan het begin van de jaren 30 worden er voor het eerst een verzameling gedichten van Andersen uitgebracht.
Andersen begint last te krijgen van reislust. Zijn eerste reis naar het buitenland is naar Duitsland waar
hij in Dresden de dichter Ludwig Tieck ontmoet. Nadat hij terug is in Denemarken schrijft hij zijn eerste
reisverslag.
Hierna reist hij naar Frankrijk en Italie, waar hij onder andere Victor Hugo ontmoet.
In 1835 wordt Andersens eerste roman uitgebracht; Improvisatoren. Ook verschijnt zijn eerste verzameling
sprookjes; Eventyr, fortalte for Børn, wat “Sprookjes, verteld voor kinderen” betekent. Toen deze succesvol
waren werden er meer verhalenverzamelingen, romans en toneelstukken van Andersen gepubliceert. In 1837
reist hij naar Zweden waar hij de schrijfster en feministe Frederika Bremer ontmoet. Ook ontmoet hij hier
de Franse Xavier Marmier die een biografisch artikel over Andersen schrijft en een van zijn sprookjes in het
Frans vertaalt, dit wordt uitgebracht in Revue de Paris en heeft teweeggebracht dat Andersen steeds bekender
werd in heel Europa omdat dit artikel veel is geqoute en vertaald. Een jaar later wordt hij ook in eigen land als
groot schrijver erkent, hij krijgt een een beurs van de overheid.
1840 – 1850
in 1840 heeft Andersen succes met het toneelstuk Mulatten wat in veel plaatsen wordt gespeeld en ook door
tourende theatergezelschapen wordt gebruikt. Ook gaat hij in dit jaar op reis door Europa en Azië en ontmoet
o. A. Franz Liszt en Felix Mendelssohn-Bartholdy. Na deze reis brengt hij En digters bazaar en een paar
boekjes met verhalen uit en wordt verliefd op de Zweedse zangeres Jenny Lind. In Duitsland ontstaat er een
vriendschap met hertog Carl Alexander von Sachsen-Weimar. Op 6 januari 1846 krijgt Andersen van koning
Friedrich Wilhelm II van Pruisen de onderscheiding ridderschap van de rode adelaar. Ondertussen worden zijn
verhalen en boeken steeds meer in het Engels vertaalt. Andersen reist naar Engeland en Schotland en ontmoet
Charles Dickens. In 1849 wordt hij uitgenodigd om naar Zweden te komen door koning Oscar de Eerste, en
schrijft hierover een reisverslag, I Sverrig.
1850 – 1860
Begin jaren ’50 krijgt Andersen de titel professor. Hij reist naar Duitsland, Italië en Zwitserland en brengt
hierna weer een collectie verhalen uit. In 1853 wordt er een Verzamelde werken uitgebracht in het Deens, en
het autobiografische Mit Livs Eventyr. In Zwitserland ontmoet hij Richard Wagner. In 1857 gaat Andersen
weer naar Engeland, om een tijd bij Charles Dickens te logeren. Terug in Denemarken begint Andersen met
het voorlezen van zijn sprookjes bij een vereniging van arbeiders, hij zal dit vele jaren blijven doen. In 1859
ontvangt hij de Maximiliaanse Orde van Kunst en Wetenschap van koning Maximiliaan II van Bavaria.
10 - Globalisering: sprookjes, mythen en sagen - 10